Interview Monica Straathof

Communicatiespecialist Dienst Stedelijke Ontwikkeling Gemeente Den Haag

Project Erasmusveld

Monica heeft ervaring met social media op het gebied van twee projecten. Het eerste project waar zij wat over vertelde, was ‘Het Erasmusveld’. Dit moest de duurzaamste wijk van de wereld worden (700 huizen). Hier was alleen nog maar een globaal plan voor geschreven. Het idee was dat iedereen mee kon denken over de wijk zodat ze dit mee konden nemen in hun plan.

Het idee was om via social media, met het gebruik van de juiste termen, de mensen te mobiliseren die iets met dit project wilden en/of konden.

De doelgroepen waren potentiële toekomstige bewoners, projectontwikkelaars en alle mensen die zelf iets zouden ontwikkelen voor het project.

De projectleider die op dit project zat had veel volgers op Twitter en had aan bepaalde mensen met veel volgers, gevraagd of ze zijn berichten wilden retweeten. De discussies die ze via Twitter wilden starten, zijn nooit losgekomen. Het project was nog te erg in de beginfase waardoor social media niet werkten. Ze hadden achteraf meer moeten investeren in persoonlijke contacten van mensen die geïnteresseerd waren en wat met het project wilden doen. Vervolgens hadden ze social media in moeten zetten.

De mensen waren niet (pro)actief op Twitter. Het kon dus zijn dat mensen de berichten wel volgden, maar dit kun je niet achterhalen.

Ze kozen ervoor om social media te gebruiken om mensen die je via de traditionele media niet bereikt, zo wel te bereiken. De doelgroepen waren over het algemeen vooruitstrevende types en dat waren de mensen op Twitter ook, ook al is dat nu veel massaler geworden.

Het was meer als leukigheid ingezet dan op basis van strategie. Eigenlijk moet het een onderdeel zijn van het communicatieplan. “Je moet social media altijd overwegen om mee te nemen in je communicatiestrategie, maar het moet wel nut hebben dus het hoeft niet altijd ingezet te worden. Net als alle andere

communicatiemiddelen.”

Tijdens dit project hebben ze alleen Twitter gebruikt. Ook hebben ze een account op Facebook aangemaakt, maar daar gebeurde niets mee. Monica ziet niet echt het nut in van Facebook. Ze maakten ook gebruik van livestream op de website. Mensen die iets over het project zeiden, door middel van een hashtag, kwamen op de site te staan via de livestream. Wat de mensen via livestream zeiden, was meestal positief of opbouwend kritisch.

Naast social media hebben ze ook gebruik gemaakt van traditionele media, zoals het spreken op bijeenkomsten en seminars. Ook werden er folders gemaakt waar mensen zich in konden schrijven. Toen alles klaar was, werd het project door de economische crisis tijdelijk afgeblazen.

Monica heeft van dit project, in combinatie met social media, veel geleerd. Ze leerde hoe ze dingen wel en niet moet doen. Het was voor Monica ook meer uitproberen.

Ze heeft het idee dat je mensen kunt betrekken met social media, maar je kunt het nooit nagaan.

Monica is ervan overtuigd dat traditionele media en social media elkaar goed kunnen versterken. Je kunt niet alleen social media inzetten. Persoonlijker contact is nodig.

SOCIAL MEDIA | Zo betrek je bewoners bij hun stad 63  

Project Ondernemersplein

Ondernemersplein is een jaarlijkse activiteit van twee dagen waar ondernemers uit Den Haag (die in Den Haag wonen) samenkomen om te zien en horen hoe een ondernemersvriendelijke stad Den Haag is. Deze activiteit wordt georganiseerd door de Rabobank en de Gemeente samen. Er worden hier allemaal praktische dingen aangeboden en het is gratis.

Hoe concreter een project is, hoe beter social media ingezet kunnen worden. Ze hebben voor deze activiteit gebruik gemaakt van LinkedIn, Twitter en Youtube. Via de uitnodiging lieten ze weten dat ze op Twitter en LinkedIn te volgen waren. Hierdoor kwamen er via Twitter en LinkedIn in totaal 150 aanmeldingen binnen. Er kwamen 1000 mensen naar het Ondernemersplein, dus zeker 10 procent zat op Twitter/ LinkedIn.

Op een gegeven moment regende het ’s ochtends waardoor veel files waren ontstaan. Veel mensen waren te laat en dachten dat ze niet meer konden komen. Toen hebben ze geTwitterd dat ze alsnog konden komen ondanks de file. Hier was direct resultaat te zien omdat de stroom mensen weer op gang kwam.

Ze kozen ervoor om social media in te zetten om op een makkelijke manier snel informatie te verspreiden. Daarnaast is juist de doelgroep “ondernemers” veelal actief op LinkedIn en Twitter. Via LinkedIn hebben ze discussies gestart, maar op Twitter was het uiteindelijk levendiger dan LinkedIn.

De inzet van social media was goed ervaren en het werkte goed dat ze van tevoren een schema hadden gemaakt met welke onderwerpen ze gingen Twitteren. Zo wisten ze ook zeker dat ze elke dag nieuwe informatie te verkondigen hadden.

Van tevoren was het meer zenden van informatie en tijdens de activiteit kwam er meer interactiviteit en discussie op gang.

Ze hebben via een digitale uitnodiging laten weten dat ze ook op Twitter/ LinkedIn zaten en mensen konden via een link gelijk lid worden. Hierdoor kregen ze snel veel volgers, terwijl het een geheel nieuw account was, zonder volgers. Hierin zie je terug dat social media niet zonder andere vormen van communicatie kunnen. Het was een geslaagd project en dingen die anders hadden gekund hebben ze genoteerd zodat ze het de volgende keer beter konden doen.

De reacties van de burgers waren goed doordat er veel discussies gestart werden, mensen gingen volgen, retweeten etc. Er was meer betrokkenheid via Twitter omdat de meeste ‘traffic’ tijdens het evenement zelf was . Na het evenement zijn er nog wat filmpjes op Youtube geplaatst. Deze filmpjes zijn ook via Twitter bekend gemaakt en op de website gezet.

Naast social media zijn er ook driehoeksborden gebruikt, advertenties in de krant geplaatst en is er een mailing verzonden op basis van een lijst van de Kamer van Koophandel.

De combinatie van traditionele media en social media werkte tijdens dit project goed. Op het begin heb je andere middelen nodig om de social media bekend te maken.

SOCIAL MEDIA | Zo betrek je bewoners bij hun stad 64  

I. Interview Stefan Rutte

Senior Communicatieadviseur Bureau Citymarketing Gemeente Den Haag

Stefan maakte gebruik van social media tijdens het project War Child City. Dit was een campagne van een jaar (2009-2010) waarin War Child werd gesteund door de stad Den Haag. Door een extern bureau is hier een website voor gemaakt. Op deze site stonden widgets die gekoppeld waren aan bekende Hagenaren, de ambassadeurs voor de campagne. Mensen konden deze widget downloaden op hun eigen profiel op Facebook en zo bijhouden wat de bekende Hagenaren allemaal deden aan het project.

Het besluit om social media in te zetten was om zoveel mogelijk Hagenaren te betrekken bij het project. Zo konden de Hagenaren bijvoorbeeld hun eigen activiteit aanmelden op de site. Op deze manier konden ze delen wat ze aan het doen waren voor War Child.

De doelgroep waren alle Hagenaren. Er lag geen communicatieplan aan ten grondslag, wat wel echt nodig was geweest.

Naast de website werd er gebruikt gemaakt van Facebook, Hyves en Youtube. Op Youtube konden de ambassadeurs hun eigen filmpjes downloaden.

Met de inzet van social media is er niet uitgehaald wat er in zat. Volgens Stefan hadden ze niet de website centraal moeten stellen, maar hadden ze het om moeten draaien. Ze hadden social media centraal moeten stellen met de website eraan gekoppeld.

“Je moet geen apart platform creëren als er al bestaande, goedwerkende platforms bestaan.”

Als mensen het niet weten te vinden, gaan ze er ook niets mee doen. Dat was een belangrijke conclusie voor Stefan.

Volgens Stefan versterken traditionele media en sociale media elkaar. Ze hebben voor War Child een filmpje gemaakt en posters opgehangen door de stad om het bekend te maken. Ze hebben geen promotie gemaakt voor de social media. De widget stond ergens onderaan op de site. Deze widget viel niet op en er stond ook niets bij zoals ‘downloaden’. Dit heeft dus niet optimaal gewerkt.

Social media moeten, volgens Stefan, gericht ingezet worden. Je kan niet zomaar het één en ander inzetten en blind van de techniek uitgaan.

De reacties van de burgers op social media zijn niet echt gemeten. Het bezoekersaantal op de website was minimaal. Er was verder ook geen mogelijkheid om interactief met elkaar informatie te delen. Stefan heeft het idee dat social media goed ingezet kunnen worden om de betrokkenheid van inwoners bij hun stad te vergroten. Volgens Stefan moet je kijken wat je met minimale inspanningen, gericht goed kan doen. Het inzetten van social media werkt omdat je discussies op gang kunt brengen en je kunt het als kanaal gebruiken om informatie te zenden. “Social media kunnen mensen op een laagdrempelige manier enthousiasmeren”

“Wanneer je iets met social media doet, moet je er wel energie in blijven steken en actief bijhouden.” Social media horen eigenlijk thuis in iemands takenpakket.

SOCIAL MEDIA | Zo betrek je bewoners bij hun stad 65