• No results found

Hoofdstuk 3 – Het uitgevoerde Nederlandse beleid jegens China

3.3 Handelsbeleid jegens China

3.3.2 Handelsbeleid van de EU jegens China

Handelsvolume en investeringen

De continuerende economische groei van China heeft ertoe geleid dat China in 2010 Japan voorbij is gestreefd als tweede economie van de wereld. China is nog altijd de grootste importpartner van de EU. De import vanuit China bedroeg in 2010 €282 miljard. Het aandeel van de import van Chinese goederen bedraagt hiermee 19% van de totale Europese import. Nederland heeft een aandeel van 11% in deze Europese import, de Nederlandse import vanuit China bedroeg €31 miljard in 2010. Het jaar 2009 kenmerkte een afname van de Europese import uit China. Door de mondiale crisis nam de import met 14% af ten opzichte van 2008. De voornaamste goederen die de EU vanuit China

importeerde, waren industriële goederen, machines, transportmiddelen, chemicaliën en kleding. China is de tweede exportpartner van de EU. De export naar China vertoonde een jaarlijkse toename, ondanks de financiële crisis. Doordat de export naar China in 2009 toenam en de import uit China daalde, daalde het handelstekort met China. Een toename van de import in 2010 heeft het tekort daarentegen aanzienlijk doen stijgen. De Europese export naar China bedroeg in 2010 €113 miljard en bedroeg 8% van de totale Europese export. Hiermee kwam het handelstekort van de EU op €169 miljard. De EU exporteerde voornamelijk industriële goederen en chemicaliën naar China. De EU was een netto-exporteur van diensten naar China. In 2010 exporteerde de EU voor €20 miljard aan diensten naar China en importeerde zij voor €13,7 miljard aan diensten. Ook investeerde de EU meer in China dan China in de EU. De cumulatieve investeringen van de EU in China in 2009 bedroegen €5.3 miljard, terwijl China slechts €0.3 in de EU investeerde. Nederland staat binnen de EU op de vierde plaats als ontvanger van Chinese investeringen. De Chinese investeringen in de EU vertonen een positieve trend en zijn vooral gericht op strategische sectoren als infrastructuur, logistiek en hoogwaardige technologie. Het opkopen van bedrijven is voor China een manier om zijn toegang tot de Europese markten te vergroten. De afgelopen tien jaar heeft China ter waarde van $47 miljard West-Europese bedrijven overgenomen.308 Eind 2010 heeft China door middel van het verlenen van staatsleningen en het opkopen van staatsobligaties geïnvesteerd in Zuid-Europese landen, als Griekenland, Spanje en Portugal. China heeft namelijk belang bij het in stand houden van het eurosysteem en bij stabiliteit op de financiële markten, om zo zelf een sterkere positie binnen deze bestaande markten te verkrijgen.

308

Nu.nl, ‘Er is geen Chinese invasie’, Nu.nl (2011) [http://www.nuzakelijk.nl/algemeen/2449285/er-geen-chinese-invasie.html] geraadpleegd op 15-06-2011.

De status van markteconomie

Over de toekenning van een vervroegde status als markteconomie (SME) kon in de dialoog met China geen overeenstemming worden bereikt. Het vraagstuk is zowel tijdens de EU-China toppen ter sprake gekomen als in de eerste Strategische Dialoog met China, die plaatsvond in september 2010.309 In de slotverklaringen van de nieuwe High-level Economic & Trade Dialogue, die sinds april 2008 jaarlijks wordt gehouden, werd dit vraagstuk niet genoemd.310 Dit kan zowel betekenen dat het vraagstuk niet aan de orde is gekomen of dat er geen overeenstemming over is bereikt. China voldeed nog altijd niet aan de technische criteria van een markteconomie, zoals deze door de Wereldhandelsorganisatie zijn opgesteld. 311 De ‘SME-werkgroep China’ die in 2005 werd opgericht stelde deze conclusie, die vervolgens unaniem door de lidstaten werd aangenomen.312 Politieke overwegingen speelden hierbij geen rol volgens de EU.

De Chinese interesse in het verkrijgen van de status zakt langzaam weg. In 2016 wordt China namelijk automatisch deze status toegekend. Volgens een Chinese diplomaat te Den Haag heeft China deze status niet nodig om zich verder te ontwikkelingen. Toekenning van de status zou echter als gebaar verwelkomd worden en zou de bilaterale betrekkingen ten goede komen. De Chinese diplomaat te Brussel, Song Zhe, stelde eerder al ‘niet langer interesse te hebben’ in de toekenning van de vervroegde status als markteconomie. 313

Diversiteit binnen de EU

De Europese instellingen nemen ook ten aanzien van het onderwerp handel ieder een verschillende houding aan. De EC onderstreept het belang van handelsbevordering met de tweede economie van de wereld, mits dit op eerlijke wijze geschiedt. De antidumpingmaatregelen tegen de goedkope Chinese export van schoeisel naar de EU werden pas ingesteld nadat er bewijs verkregen was dat de Chinese schoenenfabrikanten staatssteun ontvingen. 314 Het EP zet niet de handel maar de

309

Minister van Buitenlandse Zaken, Periodieke rapportage 2011, Kamerstuk 32500-V nr. 193, p 5. 310

Europese Commissie, EU and China to debate economic and trade issues at high level dialogue (Brussel, 2010) [http://trade.ec.europa.eu/doclib/press/index.cfm?id=666&serie=391&langId=en] geraadpleegd op 18-06-2011.

311

Europese Commissie, 28ste jaarverslag over de antidumping-, antisubsidie- en vrijwaringsactiviteiten van de

Europese Unie (Brussel, 2010) [http://eur-lex.europa.eu/LexUriServ/

LexUriServ.do?uri=COM:2010:0558:FIN:NL:PDF] geraadpleegd op 15-06-2011. 312

Europese Commissie, 27ste jaarverslag over de antidumping-, antisubsidie- en vrijwaringsactiviteiten van de

Gemeenschap (Brussel, 2009) [http://trade.ec.europa.eu/doclib/docs/2009/november/tradoc_145346.pdf]

geraadpleegd op 15-06-2011. 313

EU-observer, ‘China losing interest in early 'market economy' status’, EU-observer (2010) [http://www.europa-nu.nl/id/vil6pvkqlazx/nieuws/

china_verliest_interesse_in_vervroegde?ctx=vha2fzq7xwz8&start_tab0=40] geraadpleegd op 17-06-2011. 314

DeNederlandseGrondwet.nl, Eerste handelsbeperkingen ingesteld tegen import Chinese en Vietnamese

schoenen (2006) [http://www.denederlandsegrondwet.nl/9353000/1/j9vvihlf299q0sr/

mensenrechten boven aan de agenda. Geheel in deze trant werd het voorstel gedaan om de handel met China afhankelijk te maken van de verbeteringen in de mensenrechtensituatie van China.315 Er is echter geen gehoor aan dit voorstel gegeven. De EC heeft op handelsgebied een meer invloedrijke rol dan het EP.

De Europese belangen ten aanzien van de handel blijken niet per se overeen te komen met de belangen van alle lidstaten. Hoewel er overeenstemming bestond over het belang van het aanhalen van de betrekkingen met China, was er een scheiding op te merken tussen enerzijds de zuidelijke Europese lidstaten die met hun binnenlandse industrieën concurreren met de Chinese import en anderzijds de noordelijke lidstaten die profiteren van de goedkope Chinese import en daarmee niet de eigen markt schaden. Nederland stelt zich vaak als tegenstander van

protectionistische maatregelen van de EC op. In de casus van de import van Chinese schoenen bleek er sprake te zijn van dumping, waardoor de EC handelsrestricties heeft ingesteld.

Samenvatting

De handelsbetrekkingen tussen de EU en China zijn goed. Nederland profiteert als lidstaat van deze warme betrekkingen. Aangaande de status van markteconomie, de kwestie die op multilateraal niveau tussen de EU en China in staat, hebben beide partijen nog geen overeenstemming kunnen bereiken, in de bilaterale betrekkingen komt dit onderwerp niet aan de orde.

Binnen de EU neemt de EC een tegemoetkomende, maar tegelijk ook beschermende, houding aan jegens China en neemt het EP een zichtbare kritische houding aan die samenhangt met de mensenrechten. Nederland heeft zich in de onderzoeksperiode meerdere malen tegen de antidumpingmaatregelen van de EC uitgesproken. De Nederlandse belangen verschillen op

handelsgebied met de belangen van de zuidelijke lidstaten. Nederland wenst de handel met China te intensiveren en zet zich hiervoor met name op bilateraal niveau sterk in.