• No results found

Geschiedenis van het wetgevingsproces

5. Engeland 1 Inleiding

5.1.3. Geschiedenis van het wetgevingsproces

De eerste ideeën om het verbod op godslastering af te schaffen dateren uit 1985. In dat jaar publiceert de Law Commission van het parlement het rapport Offences

against religion and public worship.135 Dit rapport bevat de aanbeveling om het

verbod op godslastering af te schaffen, omdat het alleen de christelijke religie beschermde en waarschijnlijk daarvan alleen de ‘tenets of the Church of England’. Dat vindt de Law Commission vanwege de ongelijkheid die dat creëert onwenselijk. In hetzelfde jaar wordt ook een werkgroep bijeengeroepen door de aartsbisschop van Canterbury die lid van is het Hogerhuis. Het advies van deze werkgroep is de wet te vervangen door een wet die alle religies zou bevatten. Beide aanbevelingen krijgen geen uitwerking.

In 1989 wordt door de Iraanse leider Khomeini een prijs gezet op het hoofd van Rushdie, waardoor dat hij jaren moet onderduiken. Moslims in Engeland worden zich

hierdoor bewust van een identiteit als moslims, aldus Tariq Modood (2010). Tot die tijd zagen ze zich veelal nog als een etnische groep (uit Pakistan of Bangladesh). Sindsdien gaan ze zich meer en meer als religieuze groep presenteren.

In 1995 – na eerdere onsuccesvolle voorstellen tot afschaffing in het parlement – vindt in het House of Lords een stevig debat plaats over het voorstel van Lord Avebury, een Liberaal-democraat met belangstelling voor mensenrechten, om het verbod op blasfemie af te schaffen vanwege ‘the inequity of giving special protection only to the Christian religion in a multi-faith society.’136 Een deel van het Hogerhuis steunt het voorstel voor afschaffing, anderen willen het verbod uitbreiden naar alle religieuze tradities.137 Een derde groep meent dat het ondermijnend is voor de christelijke identiteit en maakt zich zorgen over een verlies aan bescherming van hetgeen heilig is. De verdeeldheid is zo groot dat het wetsvoorstel niet in behandeling wordt genomen.

In 2001, het eerste jaar van het tweede kabinet Blair, doen twee gebeurtenissen de noodzaak voelen om nieuwe wetgeving in te voeren. In de eerste plaats is dit de aanval op de Twin Towers in New York, in de tweede plaats de door moslims uitgevoerde rellen in kleine plaatsen iets boven Londen, in Bradford and Burnley. Nog datzelfde jaar brengt de Labourregering de Anti-terrorism, Crime and Security uit. Een onderdeel van die wet is een voorstel om aanzetten tot haat wegens religie te verbieden. Bij de behandeling van dat onderdeel wordt door de Liberaal-democraten ook een voorstel gediend om het verbod op godslastering af te schaffen. Het House of Lords wil het voorstel van de Liberaal-democraten niet bespreken. Ook het

wetsvoorstel van de regering sneuvelt, omdat het niet zou passen in het groter geheel van de Anti-terrorism, Crime en Security Bill. Het inspireert de Liberaal-democraat Lord Avebury om zes weken later een apart wetsontwerp in te dienen, de Religious

Offences Bill. Zijn wetsontwerp bevat naast een voorstel tot invoering van een verbod

op het aanzetten tot haat wegens religie ook het voorstel om het verbod op blasfemie af te schaffen. Het wordt in het House of Lords besproken. De bisschop of

136 HL Deb 22 February 1995 c1217. Eerdere voorstellen: Religious Prosecutions (Abolition) Bill 1988-89;

Blasphemy Bill 1988-89; Religious Prosecutions (Abolition) (No 2) Bill [HL] 1988-89; Blasphemy Bill 1989- 1990; Blasphemy (no 2) Bill 1989-90; Commonwealth of Britain Bill 1990-91; Blasphemy (Abolition) Bill [HL] 1994-95

Birmingham staat achter het voorstel tot invoering van een verbod op aanzetten tot religieuze haat:

‘Much of the opposition to this proposal expressed fear for the curtailment of free speech. But what is at issue is not the right of free speech; no religion ought to have anything to fear from fair scrutiny and honest debate. No, what is at issue is the abuse of free speech to incite fear, prejudice, contempt and even violence. The shameful history of European anti-Semitism makes the point. Jews have been abused and vilified not only for their alleged racial characteristics but also for their real or alleged religious practices, all the way from circumcision and dietary rules to stories of baby eating.’138

Zijn redenering is dat het bij het aanzetten tot haat gaat om misbruik van vrije meningsuiting.

Besloten wordt om het onderwerp in de volle breedte te laten onderzoeken door een speciaal daarvoor opgerichte commissie, de Select Committee on Religious Offences, dat in 2003 een rapport uitbrengt.139

Het Committee spreekt met vele religieuze instanties. De Church of England deelt het

Select Committee on Religious Offences mee dat een afschaffing van het verbod op blasfemie wat de kerk betreft mogelijk is, mits er een verbod zou zijn op het aanzetten tot religieuze haat dat effectief zou zijn.140 Het Committee komt wel met een aantal conclusies, maar niet met een gezamenlijke concrete aanbeveling voor een aanpak.141 Het concludeert wel dat er een leemte in de wet zit, maar adviseert niet om dit op te lossen door het blasfemiedelict toepasselijk te maken voor andere godsdiensten. Ook concludeert het dat het twijfelachtig is of het blasfemiedelict in de toekomst door het EHRM verenigbaar zou worden bevonden met het EVRM.

138 HL Deb 30 januari 2002 c322

139 Religious Offences in England and Wales, HL 96 2002-03

140 Select Committee on Religious Offences, Religious Offences in England and Wales, HL 96–II 2002-03, 10 June

2003, Memorandum from the Archbishops' Council of the Church of England, para 1

141 HL Paper 95–I Select Committee on Religious Offences HL 2002 – 2003. Zie ook Hunter (2006) die het feit dat

ze niet tot een aanbeveling voor een aanpak kunnen komen wijt aan de twee moeilijk te verenigen uitgangsposities, die van de mensenrechten en de meer pragmatisch op rust en veiligheid ingestelde historische

In februari 2005 wordt weer een poging gedaan in het House of Commons om het verbod op godslastering af te schaffen door Liberaal-democraat Evan Harris tijdens de behandeling van een onderdeel van de Serious Organised Crime and Police Bill, waarin een nieuw voorstel om haatspraak wegens religie te verbieden is opgenomen. Het voorstel van de Labourregering om haatspraak te verbieden wordt met een grote meerderheid verworpen en daarmee ook Harris’ amendement.142

Alle pogingen van de Labourregering om een verbod op haatspraak wegens religie in te voeren als onderdeel van antiterrorismewetgeving zijn mislukt. Labour maakt het in 2005 onderdeel van zijn verkiezingscampagne en schrijft in zijn manifest:

"It remains our firm and clear intention to give people of all faiths the same

protection against incitement to hatred on the basis of their religion. We will legislate to outlaw it and will continue the dialogue we have started with faith groups from all backgrounds about how best to balance protection, tolerance and free speech."

Het wordt na de verkiezingen in 2005 als zelfstandig wetsvoorstel ingediend, de

Racial and Religious Hatred Bill. Zowel haatspraak op grond van religie als op grond

van ras vinden daarin een plaats; aan het al bestaande verbod op haatspraak op grond van ras willen ze ook een paar kleinigheden veranderen. Tijdens de behandeling in het House of Lords op 8 november 2005 probeert Liberaal-democraat Lord Avebury weer een voorstel tot afschaffing van blasfemie in te voegen met als reden:

‘One of the main reasons for coming back to the proposal now is to make it clear once and for all that this Bill does not, and is not intended to, introduce a new statutory offence of blasphemy by the back door.’143

Uit deze argumentatie blijkt dat de Liberaal-democraten de invoering van het

aanzetten tot religieuze haat zien als een vervanging van het verbod op blasfemie. In dat licht bezien is afschaffing van het verbod de logische volgende stap. Het voorstel wordt echter afgewezen, omdat men het niet vindt passen in het wetsvoorstel over aanzetten tot religieuze haat. Het zou verwarring kunnen wekken en om nadere studie vragen. Dit tot verdriet van Lord Avebury, want hij had in het Select Committee in

142 HC Deb 7 February 2005 c1228, afgewezen met 339 tegen 80 stemmen 143 HL Deb 8 Nov 2005 c520

2003 al een jaar onderzoek gedaan op beide terreinen en uitgebreid met alle betrokken organisaties gesproken.

Na invoering van de Racial and Religious Hatred Bill (de wet trad 1 oktober 2007 in werking) is het even stil tot op 8 januari 2008 bekende publieke figuren, waaronder de voormalig aartsbisschop van Canterbury, een open brief schrijven aan de Daily

Telegraph met de stelling dat het verbod op blasfemie discriminatie oplevert. Dit doen

ze naar aanleiding van de veroordeling in Soedan van een British School-leraar voor het feit dat hij een teddybeer in de klas Mohammed had genoemd. De auteurs roepen parlementsleden op een voorstel tot afschaffing van blasfemie te steunen, omdat de wet ‘with its chilling impact on freedom of expression (...) leaves it in clear breach of human rights law.’144 De dag daarna dient Liberaal-democraat Evan Harris een

voorstel in tot afschaffing van het verbod op godslastering tijdens de behandeling van de Criminal Justice and Immigration Bill. Daarover debatteert het House of

Commons op 9 januari 2008.145 De regering wil eerst de Church of England

consulteren. De Church of England zou dan weer de andere religieuze organisaties consulteren. Na de belofte van Labour-minister Maria Eagle dat de regering een voorstel tot afschaffing zou indienen na afloop van de consultatie, besluit Harris zijn voorstel in te trekken. De regering komt daarna inderdaad met een voorstel in het House of Lords dat op 5 maart 2008 wordt aangenomen.146 Op 8 mei 2008 wordt het in het House of Commons besproken.147 De leden van het parlement die in de

Labourregering zitten stemmen met de zogenaamde ‘whip’, dat wil zeggen dat zij conform het regeringstandpunt pro afschaffing moeten stemmen. De andere leden en andere partijen hebben een ‘free vote’. De Conservatieven stemmen verdeeld.148 De Liberaal-democraten stemmen allemaal voor.

Dus pas na invoering van de Racial and Religious Hatred Act en vele pogingen van Liberaal-democraten is het mogelijk om het verbod op blasfemie af te schaffen. Het is op dat moment, in 2008, nog te vroeg om te kunnen concluderen of het verbod op haatspraak wegens religie effectief was. De Church of England moet accepteren dat

144 Tomes (2010)

145 HC Deb 9 January 2008 c437

146 HL 5 maart 2008 Column 1147 met 148 tegenover 87 stemmen

147 HC 8 mei 2008 Column 667 met 378 tegen 57 stemmen. Anders dan in Nederland moet in Engeland elke wet in

maximaal een (school)jaar worden aangenomen. Als dat niet lukt moet men het jaar erop weer opnieuw beginnen. Daarom kan een wetsvoorstel ook als eerste bij het House of Lords worden ingediend.

haar voorwaarde voor instemming met afschaffing, namelijk dat de nieuwe

wetsbepaling effectief zou zijn, niet wordt nageleefd. Dit laat zien dat de positie van de Church of England niet meer heel sterk was.