• No results found

Iconen van het foodcluster

Afbeelding 7 Film over gebiedsprogramma Hoeksche Waard

8.4 Een sector met uithoudingsvermogen, maar onder druk

Samenvattend kunnen we stellen dat de akkerbouwsector op de Zuid- Hollandse-eilanden wellicht niet het meest in het oog springt, maar wel langjarig aanwezig is en continue in ontwikkeling blijft. De sector staat stevig onder druk van de uitbreiding van het haven industrieel complex, woningbouw en recent natuurbeheer. De meeste akkerbouwbedrijven blijken niet in staat om mee te gaan in de vaart der volkeren en in de afgelopen eeuw zijn dan ook veel bedrijven verdwenen, hetzij omdat het land voor andere doeleinden wordt benut, hetzij omdat de toegenomen concurrentie op wereldschaal leidt tot onrendabele bedrijfsvoering. Ook speelt in sommige gevallen een gebrek aan opvolging een rol. Toch blijken delen van de sector innovatief genoeg om ook in het nieuwe bestel tot een winstgevende bedrijfsvoering te komen. De bedrijven die in staat zijn te innoveren en zichzelf opnieuw uit te vinden overleven. De voorbeelden van Van Peperstraten, Novifarm en van Bergeijk laten zien dat er bedrijven zijn die meebewegen met de tijd en aandacht hebben voor duurzame bedrijfsvoering. Zij zijn weerbaar en innovatief omdat dit nodig is om de concurrentie een stap voor te blijven, rendabel te zijn en te blijven, en omdat dit het behoud van de bedrijven naar de toekomst toe borgt. De bedrijven zijn weerbaar omdat het bedrijf ook voor de volgende generatie bestaansrecht moet kunnen (blijven) bieden.

voor de boer. Zo wordt er in 1994 een drainwaterproject opgezet door akkerbouwers om het water te onderzoeken dat in de akkers stroomt, met betrekking tot de vervuiling van meststoffen in het water. Dit geeft het milieubewustzijn van de landbouwers in het gebied aan. Ook zijn er enkele biologisch-dynamische (BD) landbouwbedrijven in de Hoeksche Waard die in 1994 het 70-jarig bestaan vieren van deze vorm van landbouw, waarbij geen gebruik wordt gemaakt van kunstmest of andere chemische middelen.

In 1995 wordt er vanuit het Rijk, gemeenten en de Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland totaal 200.000 gulden vrijgemaakt voor het opstellen van een landschapsbeleidsplan voor de Hoeksche Waard. Het plan zorgt vervolgens voor veel onrust door meningsverschillen tussen de ministeries van Landbouw, Economische Zaken en Volkshuisvesting. Het staat ter discussie of er gebieden moeten worden gereserveerd voor kassen in de tuinbouw of juist voor bedrijventerreinen in de haven gerelateerde industrie. In 1998 blijkt dat het realiseren van 265 hectare kassen in de Hoeksche Waard in strijd is met Europese regelgeving met betrekking tot het natuurbehoud. Overeenstemming over het realiseren van bedrijventerreinen in het noorden van het gebied volgt in 1999. De noodzaak voor de bedrijventerreinen wordt mede veroorzaakt door de druk van het nabij liggende Rotterdam en de Randstad. Voor de economie en werkgelegenheid in het zuiden van de Randstad zijn de bedrijventerreinen cruciaal. In 2004 komt er uiteindelijk een plan voor het vrijmaken van 300 hectare voor haven gerelateerde industrie. In 2005 wordt dit beperkt tot 180 hectare, mede dankzij het feit dat de Hoeksche Waard wordt uitgeroepen tot Nationaal Landschap. Dit houdt in dat er een unieke combinatie van natuur en agrarisch gebied aanwezig is en deze behouden dient te worden. Er volgen echter geen nationale beleidsimplicaties uit deze benoeming. Wel volgt hiermee erkenning voor de landbouw als iconisch kenmerk van het landschap van de Hoeksche Waard. De gemeenten geven in 2008 aan ruimte te willen geven aan de landbouw in het hart van de Hoeksche Waard, mits de boeren biodiversiteit nastreven.

In 2006 wordt H-WodKa opgezet, afkorting van Stichting de Hoeksche Waard op de Kaart, met als doel samenwerking tussen de akkerbouwers in de regio. Ze richten onder andere in 2007 Novifarm op, waar krachtenbundeling plaats vindt door gezamenlijke investeringen en het uitwisselen van ideeën over de nieuwste technieken in de akkerbouw. Zij zetten met 7 boeren het project Akkerbouw in Groen en Blauw op, eindigend in 2013 met 20 boeren. De naam van de pilot refereert naar groene en blauwe diensten, oftewel maatschappelijke diensten van grondeigenaren. Hiermee richten ze zich op de ontwikkeling van technieken in precisielandbouw en het gebruik van computers om hun land in te delen. In navolging van het bovenstaande tijdelijke project richt H-WodKa het project HW2O op. Binnen dit project wordt gewerkt aan bodemverbetering en duurzaamheid gefinancierd met een Europese subsidie. Bovenstaande projecten zijn uitgevoerd in samenwerking met het Samenwerkingsorgaan Hoeksche Waard (SOHW). Zoals Gerard Leggedoor van SOHW in 2014 aangeeft, is samenwerking cruciaal om duurzame landbouw in de Hoeksche Waard mogelijk te maken. De SOHW werkt samen met inwoners, overheden en grondeigenaren om de leefbaarheid van de regio te behouden en verbeteren. In 2015 wordt de Coöperatief Collectief Hoeksche Waard (CCHW) opgericht, een initiatief dat voortkomt uit nieuw Europees landbouwbeleid. Dit beleid stelt dat agrarisch natuurbeheer moet worden uitgevoerd door een regionaal collectief. De CCHW treedt op als een collectief aanspreekpunt voor de overheid, waar de boeren individueel worden aangesproken.

115 Wageningen Economic Research (vh LEI) (1965). Zie eerder. 116 Kemmers (1993). Zie eerder.

117 Bond Westland, 1964, p.39. Zie eerder. 118 Kemmers (1993). Zie eerder. 119 Bond Westland (1964) p.43. Zie eerder. 120 Bond Westland (1964) p.92. Zie eerder. 121 Bond Westland (1964) p.45. Zie eerder. 122 Bond Westland (1964) p.86. Zie eerder.

123 Visser, J. (1969), Evaluatie van de tuinbouwvoorlichting in het Westland en De Kring. Afdelingen voor Sociale Wetenschappen,

Landbouwhogeschool Wageningen.

124 Van Holsteijn (1999). Zie eerder. 125 Van Holsteijn (1999). Zie eerder. 126 Van Holsteijn (1999). Zie eerder.

127 Kruyk, P.A. (1975), 75 jaar onderzoek in Naaldwijk. Naaldwijk: Proefstation Naaldwijk.

128 Vijverberg, A.J. (2007a), Ontwikkeling en betekenis van de proeftuin. Historisch Jaarboek Westland, 20: 5-24. 129

Visser (1969). Zie eerder.

130 Zie www.rotterdamfoodcluster.com/thema/food-for-the-future/ (2018). 131 Food for the Future (2016). Zie eerder.

132 Heijningen, L. van (1990), Loosduinen, van zelfstandige gemeente tot Haagse woonwijk. Historisch Jaarboek Volume 3, p.16-34. 133 Hoogenraad (2008). Van Heijningen (1990). Zie eerder.

134 Kemmers (2000). Zie eerder. 135 Kemmers (1961). Zie eerder. 136 Greenport (2013). Zie eerder.

137 Kramers, C. (1946), De moutwijnindustrie te Schiedam. Amsterdam: Uitgeverij Lieverlee.

138 Lans, N.(1996), Schiedam bouwt op jeneververleden. Een wandeling door de tijd. Artemis. En: Lans, N. (1993), Wereldwijd verbreid.

De jeneverindustrie in Schiedam 1860-1993. Stedelijk Museum Schiedam

139 Commissie Gedistillleerd (2001-2007), Kerncijferfolder. Den Haag.

140 Dobbelaar, P.J. (1930), De branderijen in Holland tot het begin der 19e eeuw. Proefschrift Rijksuniversiteit Utrecht. 141 Jansen, J. e.a. (2001). 400 jaar jenever. Ach lieve tijd 2. Waanders Uitgevers/Gemeentearchief Schiedam. 142 Bayer, M. e.a. (2015), Terug naar de fabriek. 25 industriële iconen met nieuwe energie. Oostenwind Uitgeverij. 143 Bayer, M. e.a. (2015). Zie eerder.

144 Spirits (2018), Genever traditions: Promoting European Genever in the United States. The Hague.

145 National Jenevermuseum (2016), Zinnen prikkelen. Integraal masterplan Nationaal Jenevermuseum 2016-2020. Schiedam. 146 http://www.agf.nl/artikel/151180/Urban-Industrial-koopt-Groothandelsmarkt-Rotterdam

147 http://www.stadsarchief.rotterdam.nl/spaanse-polder 148 http://www.stadsarchief.rotterdam.nl/spaanse-polder

149 Blijstra, 1965 in Van ’t Verlaat (1997), Productontwikkeling binnen Regiomarketing – Naar een nieuwe rol van overheden,

bezien in een Rotterdamse context, proefschrift, Erasmus Universiteit Rotterdam

150 Producent van het in de jaren zestig populaire en lang houdbare King Corn brood. 151 Gemeente Rotterdam (2001) Beleidslijnen voor revitalisering Spaanse Polder tot 2015 152 Bron: Monitor bedrijventerreinen stadsregio Rotterdam 2014

153 De Zakenpartners (2016) Handelingsperspectief Foodsector Spaanse Polder Rotterdam

154 Van den Dool, Straetmans en Ensberg (2007) Een markt met potentie?, Adviesgroep Binnenlands Bestuur, PwC 155 https://www.persberichtenrotterdam.nl/bericht/1822/Herontwikkeling-Groothandelsmarkt-impuls-foodsector-Rotterdam/ 156 Van den Dool, Straetmans en Ensberg (2007) Een markt met potentie?, Adviesgroep Binnenlands Bestuur, PwC 157 Idem.

157 Idem.

159 Brenner, T. (2004). Local industrial clusters: existence, emergence and evolution. Routledge.

160 Van Oort, F.G. (2014) De Weerbare Regio, Ruimtelijk-economisch beleid in de Zuid-Hollandse kenniseconomie, Den Haag:

Provincie Zuid-Holland.

161 http://www.agf.nl/artikel/163032/Puzzelen-op-Spaanse-Polder 162 http://www.agf.nl/artikel/163032/Puzzelen-op-Spaanse-Polder

163 Voor de beschrijving van deze locatie is veelvuldig gebruik gemaakt van Visser, M. (1995). Veiling Barendrecht in vroeger

tijden 1915-1975.

Oostvoorne: Deboektant. Het aantal referenties is beperkt omwille van de leesbaarheid.

164 Zie https://basromeijnfilms.blogspot.nl/2016/01/de-tuinbouwveiling-barendrecht.html 165 https://www.ah.nl/over-ah/geschiedenis/1900

166 https://www.youtube.com/watch?v=9dwtvIB1IpE

167 Een schatting van de huidige equivalent van deze omzet komt neer op 1 miljard euro. 168 Zuid-Holland-Zuid. (1981). Jaarverslag 1980. Barendrecht: Zuid-Holland-Zuid. 169 Greentime. (1997, 23 oktober). Openingswoord. Greentime, 2(10). 170 https://www.thegreenery.com/organisatie/historie

171 https://www.fnv.nl/sector-en-cao/alle-sectoren/handel/nieuws/980527-nieuwe_reorganisatie_bij_kernbedrijf_van_the_greenery/ 172 Volkskrant, 6 augustus 2014

173 NOS. (2017, juli 24). Nederland overspoeld met wilde perziken. Opgehaald van https://nos.nl/artikel/2184814-nederland-overs

poeld-met-wilde-perziken.html

174 Barendrechts Dagblad, 13 juli 2015

175 Cijfers in deze alinea gebaseerd op Alterra (2015) Ontwikkelperspectieven FCR 176 AGF (2015) Fotoreportage pand Kraaijeveld Maasland

177 Bron: http://www.agf.nl/artikel/64683/Landelijke-dekking-voor-L.-van-Gelder-groente-en-fruit 178 http://www.agf.nl/artikel/163885/Van-Gelder-slaat-eerste-paal-en-licht-groeiambities-toe 179 Alterra (2015)

180 AGF (2015) AGF-handelaren Ridderkerk/Barendrecht in discussie over toekomst handelscentrum 181 http://www.nieuwreijerwaard.eu/www/Projectinfo/Gemeenschappelijke+Regeling/

182 VBO Freshworld. (2013, juni). 'Derde ontsluitingsweg noodzakelijk'. VBO Freshworld, 24(2), pp. 18-19.

183 Bron: http://beeldbank.cultureelerfgoed.nl/alle-afbeeldingen/detail/9741352c-bffd-a3ab-73b0-3a18d29fdf65/media/64e88dfc-785d-

4d3f-64f0-ebda3e335d6f

184 Bron: https://www.maasvlakte2.com/uploads/ontwikkeling_rotterdamse_haven_2.png 185 Bron: Links: Google streetview. Rechts: https://www.plaatsengids.nl/rozenburg.

187 WLTO. (1999). Agrarische kwaliteit van Hoeksche Waard: 150 jaar geschiedenis van agrarische belangenbehartiging in

de Hoeksche Waard

188 Bron: https://www.youtube.com/watch?v=sOc2mEtCJaQ (1848-1998).

Voetnoten

52 Blink, in Groot, F. (1992), Roomsen, rechtzinnigen en nieuwlichters. Verzuiling in een Hollandse plattelandsgemeente Naaldwijk 1850-1930.

Hilversum: Uitgeverij Verloren (p. 27).

53 Risseeuw, P.J. (1967), De glazen stad: Roman uit de Eurotuin. Kampen: J.H. Kok. NV.

54 Greenport (2013), Visie 2030. Mondiale tuinbouwkern voor voedselvoorziening, gezondheid en welbevinden. Greenport

Westland-Oostland.

55 Greenport, 2013. Zie eerder.

56 Kamer van Koophandel Haaglanden/Rabobank (2006), De kracht van het Westland. Economische thermometer 2006. Naaldwijk. 57 Verbraeck, A.A.A. (1933), Het Westland. Sociografie van een tuinbouwgebied. Groningen: Wolters. Proefschrift Universiteit van Amsterdam. 58 Oudshoorn, H.I. (1957), De Tuinders in Wateringen en De Lier: Bijdrage tot de Godsdienstgeografie van het Westland.

Proefschrift Universiteit van Utrecht.

59 Groot, F. (1992), Roomsen, rechtzinnigen en nieuwlichters. Verzuiling in een Hollandse plattelandsgemeente Naaldwijk 1850-1930.

Hilversum: Uitgeverij Verloren.

60 Barendse, J. (1951), Hollands tuin. De Westlandse tuinbouw van vroeger tot nu.

61 IJsselstijn, M. & Y. Van Mill (2016), Atlas van het Westland. 10.000 jaar ruimtelijke ontwikkeling. Bussum: Uitgeverij Thoth. 62 IJsselstein & Van Mil, 2016. Zie eerder.

63 IJsselstein & Van Mil 2016, p.54. Zie eerder.

64 Prins-Hoogendam, M.(1989), De nieuwe tuinen van Honselersdijk. Historisch Jaarboek Westland p.77-94.

65 Hoogenraad, J. (2008), Van kloostertuin tot stad. De Loosduinse (en Westlandse) tuinbouw van 1230 tot 2006. In eigen beheer. 66 Dessing, in IJsselstijn & Van Mil 2016. Zie eerder.

67 Verbraeck, 1933. Zie eerder. 68 IJsselstijn & Van Mil, p.158. Zie eerder. 69 IJsselstijn & Van Mil, p.121-132. Zie eerder. 70 IJsselstein & Van Mil, 2016, p.104. Zie eerder.

71 Bond Westland (1964), Van crisis tot kracht. Gedenkboek ter gelegenheid van het vijfenzeventig-jarig bestaan van de Bond Westland, p.83. 72 Bond Westland 1964, p.153. Zie eerder.

73 Porter, M. & Van der Linde, C. (1995), Green and Competitive: Ending the stalemate. Harvard Business Review 73, pp. 120-137). 74 Vijverberg, A.J. (2007b), De Canon van de Kassen. De geschiedenis van de Nederlandse glastuinbouw in 50 verhalen. Wateringen:

Lakerveld Uitgeverij

75 Berkers, E. & F. W. Geels (2011), System innovation through stepwise reconfiguration: the case of Berkers, E. & F. W. Geels (2011),

System innovation through stepwise reconfiguration: the case of technological transitions in Dutch greenhouse horticulture (1930–1980). Technology Analysis & Strategic Management, 23 (3): 227-247.

76 Winden, W.A. van (1985), De ontwikkeling van de kassenbouw in het algemeen en in het Westland in het bijzonder. Een literatuurstudie. 77 Vijverberg, 2007b. Zie eerder.

78 Van Winden, 1985. Zie eerder.

79 Kruyk, P.A. (1975), 75 jaar onderzoek in Naaldwijk. Naaldwijk: Proefstation Naaldwijk

80 Wageningen Economic Research (vh LEI) (2012), Glastuinbouwcluster Westland. Kenschets van de economische betekenis. Den Haag. 81 Risseeuw, 1967. Zie eerder

82 Deze ranking is gebaseerd op de Hillenraad 100, uitgebracht door adviesbureau Hillenraad & Partners. De Hillenraad100 omvat de jaarlijkse

ranking van de honderd meest toonaangevende ondernemingen in de kennis en kapitaalintensieve (glas)tuinbouwsector. Zie www.hillenraad100.nl (2017)

83 Benseddik, A. & M. Bijl (2004), Onzichtbaar achter glas. Onderzoek naar de bijdrage van illegalen in de glastuinbouw van het Westland.

Stek / Okia.

84 Schrauwen, N. (2012), Innovativeness of innovation. A study on the effects of social institutions on innovation practices in the

Westland horticulture sector, MSc-thesis TU Delft.

85 Grosscurt, T. (2017), Becoming a global market Leader. The rise of the Dutch Phalaenopsis Cluster, MSc-thesis Wageningen UR. 86 Hillenraad 100, 2017. Zie eerder.

87 www.decorumplantsflowers.com (2017). 88 www.robbaan.com (2017). 89 www.Kubogroep.nl (2017) 90 www.rijkzwaan.nl (2017)

91 Prins, J. (2012), ‘De geschiedenis van Priva in De Lier’, Historisch Jaarboek Westland, 7-14.

92 Plantenberg, P. (1987), 100 jaar veilingen in de tuinbouw 1887 – 1987. Centraal Bureau van de Tuinbouwveilingen en Vereniging van

Bloemenveilingen in Nederland, p.12.

93 Kemmers, W.H. (2000), Het Streekplan Westland en de Commissie voor Westlandse belangen, Historisch Jaarboek Westland 13: 5-18. 94 Plantenberg 1987, p.24. Zie eerder.

95 Kemmers, W.H. (1993), Hoe conjunctuurgevoelig was het Westland?, uit: Historisch Jaarboek 1993, nr.6, pp.33-45. 96 Plantenberg (1987) p.69. Zie eerder.

97 Plantenberg (1987) p.30-31. Zie eerder. 98 CCWS (1973), p.75.

99 CCWS (1987), p.87.

100 Bond Westland (1964) p.43. Zie eerder. 101 Bond Westland 91964) p.86. Zie eerder 102 Bond Westland (1964) p.83. Zie eerder. 103 Bond Westland (1964) p.153. Zie eerder. 104 Plantenberg (1987) p.44 e.v.. Zie eerder.

105 Holsteijn, G.P.A. van (1998), Het eerste middelbaar tuinbouwonderwijs in het Westland. Historisch Jaarboek Het Westland 11: 45-61, p.5. 106 Rabobank Westland, (2008), Verkort jaarverslag 2008. Naaldwijk.107 Wageningen Economic Research (vh LEI) (2012). Zie eerder 107 Wageningen Economic Research (vh LEI) (2012). Zie eerder.

108 Plantenberg (1987) p.57. Zie eerder. 109 Bond Westland (1964). Zie eerder. 110 Kemmers (19930. Zie eerder.

111 Vanaf 1882 exploiteerde de Westlandse Stoomtramweg Maatschappij (W.M.S.) diverse tramlijnen door het Westland. In 1970 werd de

laatste tramlijn vervangen door busvervoer.

112 Wageningen Economic Research (vh LEI) (1965), De ontwikkeling van de tuinbouwvestiging in het ZuidHollands glasdistrict, Studies

nr. 17. Den Haag: Landbouw-Economisch Instituut.

Deel 3

Innovatievermogen