• No results found

Hoofdstuk 2 De Telegraaf en de Volkskrant nader bekeken

2.2 De Telegraaf, de Volkskrant en het Koninklijk Huis

In het vorige hoofdstuk is reeds de relatie tussen het Koninklijk Huis en de media geschetst en zijn de bepalende momenten voor deze verhouding uiteengezet. Het is een relatie die met recht gespannen genoemd mag worden, maar het is duidelijk geworden dat deze oorzaken heeft in heden en verleden.

Het Nederlandse mediaveld is volgens mediahistoricus Huub Wijfjes steeds heviger opdringend geworden en dit heeft de relatie tussen media en monarchie veranderd. Wijfjes beschrijft twee parallelle ontwikkelingen die daar sinds de negentiende eeuw bepalend voor zijn geweest.

De eerste verandering is de afname van de monarchale macht. Democratiserings-processen in het verleden riepen vragen op over de staatsrechtelijke positie van de vorst. In Nederland was het de liberaal J.R. Thorbecke die een ‘beheerste aanhankelijkheid’ aan het

88

Idem.

89

44 koningshuis nuttig achtte voor de stabiliteit van de constitutionele monarchie zoals wij die kennen. Dit kwam er op neer dat er gezocht werd naar rituelen om de emotionele band tussen monarch en volk te behouden en tot uitdrukking te brengen. Een voorbeeld is Koninginnedag, waarin een beheerste Oranjeliefde tot uiting komt. Hierbij zijn het vooral de menselijke eigenschappen van een vorst zijn die op zo’n dag tot uitdrukking komen, waarbij het overigens wel van belang is dat de afstand tussen vorst en volk bewaard wordt. Of, zoals Wijfjes het beschrijft: “de monarch moet op afstand zichtbaar zijn, deels in een onbereikbaar

sprookjestafereel, maar deels ook in doodgewone en dus herkenbare menselijkheid”.90 Dit roept een “magisch-realisme” op waarbij de media een constituerende rol spelen.91 Dit roept onvoorziene problemen op, en daar komt ook de tweede ontwikkeling in het verleden aan het licht; de opkomst van een grootschalig en onafhankelijk mediaveld.

Met de opkomst van dit grootschalige en onafhankelijke mediaveld kon het privéleven van de vorst deels op ongecontroleerde wijze publiek bezit worden. Voordeel hieraan is dat de monarch nu op enorme schaal en met een enorm bereik present kan zijn. Er is echter wel het risico van ongewenste beeldvorming.92

In het verleden had het koningshuis het relatieve geluk dat de pers mee wilde werken aan wensen vanuit het Hof, omdat de pers destijds een groot verantwoordelijkheidsgevoel had. Dat is tegenwoordig natuurlijk heel anders, zeker met de roddelpers die in de jaren zeventig hun opmars maakten. Deze bladen onderscheiden zich van de reguliere pers door de onvoorwaardelijke keuze voor privénieuws, die ook wel ‘royaltynieuws’ genoemd wordt.93 Daarnaast heeft de opkomst van de commerciële televisie aan het einde van de jaren tachtig voor nog meer aandacht voor de mens achter de ‘royals’ gezorgd. Er kan dus gesteld worden dat de media-aandacht voor het koningshuis de afgelopen decennia een enorme vlucht heeft genomen. Daarbij is de marktwerking in de mediawereld voor een groot en belangrijk deel de inhoud van de berichtgeving gaan bepalen en de ‘mediaconsument’ van tegenwoordig graag de persoonlijke verhalen over de koninklijke figuren tot zich neemt.

Hiermee lijkt het koningshuis in de ogen van de media “een verzameling bekende

Nederlanders met entertainmentwaarde en toevallige politieke macht” te zijn geworden. 94 Van het ‘magisch-realisme’ is eigenlijk alleen nog het realisme over. Zo is ook de

journalistieke benaderingswijze van het koningshuis veranderd. Waar het Oranjehuis vroeger 90 Wijfjes( 2005), p. 172 91 Idem. 92 Idem. 93 Ibidem., p.177 94 Ibidem., p.194

45 nog het nationale symbool was en met gepaste eerbied tegemoet werd getreden, tegenwoordig worden de Oranjes net zo behandeld als de overige, zogenaamde ‘BN’ers’: inbreuken op privacy en roddel en achterklap.95 Wijfjes geeft aan dat media in de twintigste eeuw op zoek zijn naar “vooral humaniteit, moderniteit en ‘gewoonheid’”.96

Bij De Telegraaf zijn ‘human interest’ verhalen altijd al een belangrijk aspect in de krant geweest, maar dit genre artikelen krijgt ook in ‘kwaliteitskranten’ zoals de Volkskrant een prominentere plaats dan vijftien jaar geleden.97 Voor dit onderzoek is het relevant om specifiek te kijken naar hoe De Telegraaf en de Volkskrant omgaan met het onderwerp royalty.

Tot aan de jaren negentig was er –behalve in De Telegraaf en de roddelbladen- nog weinig interesse in ‘koninklijke’ onderwerpen in de Nederlandse kranten. Al in 1965 komt De

Telegraaf met een belangrijke primeur: op 7 mei van dat jaar publiceert de krant een foto waarop –dan nog- kroonprinses Beatrix met een onbekende man gearmd door de tuinen van kasteel Drakensteyn wandelt.98 Op de redactie weet niemand wie deze onbekende man is. Al gauw komt de naam Claus von Amsberg bovendrijven en de Rijksvoorlichtingsdienst (RVD) bevestigt deze al snel. Dit levert een belangrijk nieuwsfeit op, maar De Telegraaf komt onder vuur te liggen. Het bestuur van de Nederlandse Vereniging van fotojournalisten en de sectie hoofdredacteuren van de Federatie van Nederlandse Journalisten (FNJ) keuren de werkwijze van het dagblad af. De FNJ stelt dat ze het artikel in De Telegraaf afkeurt “zowel omdat het

blijk geeft van volstrekt onbegrip voor de rechten van de leden van het Koninklijk Huis op een minimum aan bewegingsvrijheid, als vanwege het gevaar, dat deze manier van doen (…) oplevert voor het aanzien en de werkwijze van de journalistiek in Nederland”.99 De gevestigde journalistiek vreest dus voor verloedering van de pers door deze ‘paparazzo-journalistiek’ van De Telegraaf, hetgeen in die tijd nog ongebruikelijk is in ons land.100 De

Telegraaf reageert hier als volgt op: “Om elk misverstand te voorkomen: vrijwel de gehele

Nederlandse pers heeft wanhopige pogingen gedaan de foto’s van de nu zo verafschuwde fotograaf te kopen. (…) Het Algemeen Dagblad en Het Vrije Volk gingen hierbij voorop.

95

Ibidem., p. 195

96

Huub Wijfjes, ‘De afstand tot de vorst. Media en monarchie in historisch perspectief’, in: Tijdschrift voor

Mediageschiedenis – 1998 [1] 2, p. 4

97

Diependaal (2005), p.169

98

De Britse krant Daily Express had de wereldprimeur; deze publiceerde de foto al een dag eerder.

99

Marja Wagenaar, De Rijksvoorlichtingsdienst. Geheimhouden, toedekken en openbaren, Den Haag: Sdu Uitgevers, 1997, p. 223

100

46

Daarom is er maar één woord van toepassing op hen, die nu zo verontwaardigd zijn, en dat woord is huichelaars”.101

Er is een verklaring voor dat de populaire kranten –waaronder De Telegraaf- zo lang in een kwaad daglicht stonden en als onfatsoenlijk, onbeheerst en onverantwoord betiteld werden. Wijfjes verklaart dat “deze populaire kranten een heel herkenbaar karakter hadden.

Ze bliezen simpel en conflictrijk nieuws rond bekende personen buiten proporties op en (…) dat leidde bij voorkeur tot onthullingen (…). Populaire kranten hadden het vermogen om (…) gebeurtenissen tot ‘een schandaal’ uit te roepen.”102.

Aan de andere kant beklaagde Henk van der Meijden, hoofdredacteur van roddelblad

Privé, zich in april 1989 over de zogenaamde ‘kwaliteitskranten’. Privé had korte tijd daarvoor de primeur gehad van de eerste vriendin van prins Willem-Alexander, Yolande Adriaanse. Dit bericht werd niet overgenomen door de dagbladen. De verontwaardigde klacht van Van der Meijden aan het adres van de Nederlandse dagbladen: “Men vond zich zeker te

‘deftig’ voor dit soort nieuws, of het was gewoon kortzichtigheid en te weinig gevoel voor echt menselijk nieuws dat de Nederlandse pers, met uitzondering van De Telegraaf, zo vaak

toont…”.103 Eerder in dit hoofdstuk bleek al dat juist dit ‘gevoel voor echt menselijk nieuws’, zoals Van der Meijden het noemt, het uitgangspunt is van De Telegraaf. Deze krant richt zich op het nieuws achter de mens. Voor de onderzoeksresultaten zal dit naar verwachting dan ook betekenen dat de foto’s uit De Telegraaf dan ook het ‘menselijke’ van koningin Beatrix benadrukken.

In de vorige paragraaf is al aangehaald dat in de jaren negentig het journalistieke frame veranderde en een kroonprinselijke vriendin nieuwswaardig werd gevonden door de media. Een goed voorbeeld is de introductie van Emily Bremers in 1995. Privé komt als eerste met de nieuwe vriendin van de kroonprins, en de Volkskrant pikt het nieuws binnen een dag op. De krant gaat voorop in wat Diependaal een “structurele publiciteitsgolf die zich van

een ‘U-bochtconstructie’ bediende” noemt: er wordt bericht over wat andere media hebben gemeld zonder daarbij te vermelden wat het waarheidsgehalte is. Naast het refereren van de

Volkskrant aan berichten uit Weekend, interviewt zij tevens medewerkers van Weekend om in haar eigen artikelen te gebruiken.104 Deze berichtgeving met ‘U-bochtconstructie’ en bronnen die op elkaar gebaseerd zijn, gaan jarenlang zo door en leidt uiteindelijk wederom tot een verandering in het journalistieke frame. Volgens Diependaal is er “een verwachtingspatroon

101

Jan van de Plasse, ‘Royalty in de Pers’, in: De Journalist, nr. 17 -93, p. 15

102 Wijfjes (2007), p. 111 103 Diependaal (2005), p. 171 104 Ibidem., p. 173

47

ontstaan, en alle feiten die binnen dat patroon geïnterpreteerd kunnen worden, worden als nieuwsfeiten geselecteerd en opgeslagen in het journalistieke collectieve geheugen.105. Zo kan in 1998, met de beëindiging van de relatie met Emily Bremers, de journalistieke balans opgemaakt worden en de conclusie is dan ook dat de zogenaamde kwaliteitsmedia –waartoe

de Volkskrant wordt gerekend- het frame van de roddelpers gedeeltelijk hadden overgenomen.106

Het bewijs hiervoor wordt geleverd op 31 augustus 1999. De Volkskrant heeft de primeur van de nieuwe vriendin van Willem-Alexander. De krant opent die dag met: “Nieuwe

geliefde: Máxima Zorroquita”. Ondanks de verkeerde spelling heeft de Volkskrant hiermee een scoop van jewelste te pakken. De roddelpers was al weken aan het jagen op de naam, maar had deze dus niet weten te onthullen; ze zijn ‘verslagen’ door de Volkskrant. Bij de populaire pers slaat de paniek dan ook toe en zo plaatst De Telegraaf –toentertijd het enige dagblad met een voltijds Koninklijk Huis-verslaggever in dienst- tot drie keer toe foto’s waarop Máxima te zien zou zijn. Dit blijkt uiteindelijk niet het geval.107 De krant die in 1965 nog de primeur had met de eerste foto van prins Claus slaat ditmaal een enorme flater en dit leidt er zelfs toe dat Rob Knijff, hun verslaggever Koninklijk Huis, wordt ontslagen.

Deze primeur van de Volkskrant is opmerkelijk te noemen: “De krant was sinds de

jaren zestig in progressief vaarwater beland en met een linkse politieke voorkeur leek royaltynieuws niet te sporen.108. Daarnaast is het ook opvallend te noemen dat de krant in 2001 een ‘Máxima on tour’-fotoboek uitbrengt, terwijl er in de krant wel enige kritiek heeft geklonken over de rol van Máxima’s vader tijdens de Argentijnse militaire junta in de jaren zeventig. In 2004 volgt in de serie onderzoeksjournalistieke publicaties ‘Luis in de Pels’ een deeltje met portretten van vijf vrouwen die sinds 1998 met de Oranjezonen zijn getrouwd.109 De voor de hand liggende en terechte vraag die Wijfjes zich dan stelt is of “de voormalige

linkse krant dan helemaal gevallen was voor de glamour van royalty in het algemeen en de charmes van Máxima in het bijzonder?110. Volgens Wijfjes kan dit inderdaad tot op zekere hoogte gesteld worden, maar “die conclusie zou tekortdoen aan de blijvende gerichtheid van

105 Ibidem., p. 175 106 Ibidem., p. 176 107

Huub Wijfjes, ‘De sloop van het “laatste bastion”. Journalistiek en Koninklijk Huis tijdens Beatrix’, in: C.A. Tamse (red.), De stijl van Beatrix. De vrouw en het ambt, Amsterdam: Balans, 2005, p. 183

108 Ibidem., p. 184 109 Idem. 110 Idem.

48

de Volkskrant op de politieke kant van de monarchie111. Dit onderzoek kan hier bij uitstek een antwoord op geven.

De kentering bij de Volkskrant is compleet als in 1997 Remco Meijer, voorheen Oranjehuisdeskundige van Elsevier, chef verslaggeving wordt. Een jaar eerder is er al een royaltyverslaggever aangesteld die moet berichten over de ‘politieke relevantie’ in het monarchienieuws. Deze twee ontwikkelingen versterken de royaltyverslaggeving van de

Volkskrant aanzienlijk.112

Geconcludeerd kan dus worden dat De Telegraaf, als onderdeel van de zogenoemde populaire pers, altijd al veel aandacht heeft geschonken aan het Koninklijk Huis. Nog altijd wordt nieuws rondom het Oranjehuis of de leden daarvan, breed uitgemeten, vaak met grote foto’s en koppen. De aandacht die De Telegraaf voor het koningshuis heeft gaat voornamelijk naar privékwesties van de Oranjes. De politieke en staatsrechtelijke kant van het koningshuis lijkt in De Telegraaf een ondergeschoven kindje. Dit is weer een punt waar dit onderzoek uitkomst over kan bieden; de resultaten zullen uitwijzen of het inderdaad het geval is dat De

Telegraaf zich richt op de menselijke kant van de Oranjes.

Het is de Volkskrant die een interessante wending heeft gemaakt in haar berichtgeving rondom het Koninklijk Huis. Als kwaliteitskrant stond zij lange tijd afwijzend tegen

‘paparazzo-journalistiek’ en wilde zij de privacy van de leden van het Koninklijk Huis respecteren en schonk zij weinig aandacht aan royalty. Daarnaast lijkt het berichten over het Koninklijk Huis niet te passen bij een progressieve en links krant als de Volkskrant.

Bovengenoemde ontwikkelingen en veranderingen in het journalistieke frame én het feit dat kranten zich beseffen dat er –om abonnees te behouden- misschien wel meer ‘geluisterd’ moet worden naar de wensen van het lezerspubliek, zorgen ervoor dat ook de Volkskrant aandacht ging schenken aan royaltynieuws. Uiteindelijk was het zelfs deze links progressieve krant die als eerste kon melden dat Willem-Alexander een relatie had gekregen met Máxima

Zorreguieta. Opmerkelijk, zeker ook aangezien deze primeur gepaard ging met vele

speculaties. Toch is de krant deze ‘speculatieve’ lijn niet blijven voortzetten; in de jaren die volgde is de Volkskrant zich blijven richten op de politieke kant van de monarchie.

De veronderstelling vooraf is dat er meer foto’s van koningin Beatrix gevonden zullen worden in De Telegraaf. Dit omdat de krant zich meer dan de Volkskrant richt op showbizz. Daarnaast mag verwacht worden dat er op dezelfde momenten andere keuzes gemaakt worden in de selectie van foto’s van onze koningin. Ik verwacht meer persoonlijk getinte foto’s van

111

Idem.

112

49 onze koningin in De Telegraaf, waar de Volkskrant zich naar alle waarschijnlijkheid meer zal richten op de koningin als ons staatshoofd; Beatrix in haar politieke rol. Aan de hand van het vorige hoofdstuk kan dan ook vooraf de verwachting uitgesproken worden dat De Telegraaf zich richt op de humanitas en de Volkskrant op de dignitas.

Het volgende hoofdstuk zal uiteenzetten hoe de foto’s geïnterpreteerd en geanalyseerd zullen worden, maar belangrijk voor nu is ook dat duidelijk wordt hoe de karakters van de beide kranten in elkaar zitten en hoe de hierboven geschetste houding ten opzichte van het koningshuis verklaard kan worden. Het is dan ook noodzakelijk om in te gaan op de geschiedenis en achtergrond van de Nederlandse pers in het algemeen en die van de

Volkskrant en De Telegraaf in het bijzonder.