• No results found

De
Beeld
en
Geluid
Experience
en
meervoudige
intelligentie

In document Laat
mij
maar
even (pagina 46-49)

Hoofdstuk
1 
 Inleiding
en
probleemstelling

5.2
 De
Beeld
en
Geluid
Experience

5.2.3
 De
Beeld
en
Geluid
Experience
en
meervoudige
intelligentie


 voorzien
in
het
aanbieden
van
deze
informatieniveaus,
toegespitst
op
de
individuele
 leerbehoefte
van
iedere
bezoeker
en
leerling.


5.2.3
De
Beeld
en
Geluid
Experience
en
meervoudige
intelligentie
 
 Gardner
onderscheidt
acht
verschillende
vormen
van
intelligentie.
Het
onderwijs,
en
 zo
kan
gesteld
worden,
het
museum,
zou
zodanig
ingericht
moeten
zijn
zodat
aan
al
 deze
vormen
tegemoet
gekomen
wordt.
 
 Verbaallinguïstische
intelligentie


In
 de
 Experience
 wordt
 aan
 de
 verbaal‐linguïstische
 intelligentie
 weinig
 tegemoet
 gekomen.
Met
het
oog
op
de
media
waarvoor
het
museum
gebouwd
is
heeft
men
het
 aantal
tekstbordjes
heel
bewust
minimaal
gehouden.
Informatie
wordt
voornamelijk
 overgedragen
middels
beeld.
Tekstuele
uitleg
komt
niet
of
nauwelijks
voor.
Ook
in
 de
opdrachten
voor
scholieren
speelt
tekstuele
verwerking
een
minimale
rol.


Behalve
het
verwerken
en
delen
van
ervaringen
in
geschrift
is
verbale
communicatie
 voor
 iemand
 met
 een
 voorkeur
 voor
 het
 verbaal‐linguïstische
 ook
 zeer
 belangrijk.
 Daarom
 zijn
 ook
 samenwerking
 en
 interactie
 begrippen
 die
 meegenomen
 moeten
 worden
 in
 dit
 onderzoek.
 Het
 praten
 en
 discussiëren
 vindt,
 in
 het
 geval
 van
 scholieren,
 met
 name
 plaats
 gedurende
 een
 workshop;
 gedurende
 de
 rondgang
 speelt
de
inhoudelijke
discussie,
zoals
eerder
gesteld,
een
minimale
rol.



Logisch­mathematische
intelligentie


Logisch
 denken
 en
 redeneren
 zijn
 centrale
 begrippen
 in
 de
 logisch‐mathematische
 intelligentie.
 Abstract
 denken,
 het
 kunnen
 zien
 en
 ontrafelen
 van
 patronen
 en
 verbanden:
het
zijn
vaardigheden
die
van
algemeen
belang
zijn
voor
het
begrijpen
 van
de
rol
die
media
spelen
in
ons
betekenisgevingproces,
en
zouden
daarom
in
de
 Experience
van
grote
waarde
kunnen
zijn.


Er
 wordt
 echter
 slechts
 in
 beperkte
 mate
 een
 beroep
 gedaan
 op
 de
 logisch‐ mathematische
intelligentie.
Een
aantal
activiteiten
vragen
weliswaar
om
inzicht
in
 patronen
 en
 verbanden,
 om
 logisch
 denken
 en
 redeneren
 (bijvoorbeeld
 montage‐ activiteiten
 in
 paviljoen
 De
 betovering),
 maar
 mensen
 die
 beschikken
 over
 de
 logisch‐mathematische
 intelligentie
 kunnen
 nog
 meer
 uitgedaagd
 worden
 met
 complexere
opdrachten
in
de
diverse
paviljoens.



46


Ruimtelijke
intelligentie


Deze
intelligentie
wordt
ook
wel
beschreven
als
de
visuele
intelligentie.



Het
 werken
 met
 grafische
 voorstellingen,
 vormen,
 beelden
 en
 indrukken
 staat
 centraal
 in
 de
 Experience.
 Iemand
 die
 beschikt
 over
 de
 visuele/ruimtelijke
 intelligentie
kan
haar
hart
hier
ophalen.
Het
vermogen
om
objecten
en
situaties
te
 herkennen
staat
namelijk
aan
de
basis
van
een
Experience‐bezoek.
De
voorbeelden
 die
 in
 de
 Experience
 getoond
 worden
 moeten
 in
 verband
 gezien
 worden
 tot
 een
 groter
geheel:
de
manier
waarop
een
soap
tot
stand
komt
biedt
inzicht
in
de
wijze
 waarop
 de
 gemiddelde
 televisiekijker
 gemanipuleerd
 kan
 worden.
 Het
 herkennen
 van
dergelijke
gelijkenissen
tussen
verschillende
aspecten
–
een
zeker
metaforisch
 vermogen
 –
 speelt
 een
 belangrijke
 rol
 in
 de
 Experience.
 Niet
 
 iedereen
 legt
 deze
 verbanden
echter
even
gemakkelijk.
Iemand
die
beschikt
over
de
visuele/ruimtelijke
 intelligentie
 zal
 hier
 minder
 moeite
 mee
 hebben.
 Tot
 slot
 biedt
 de
 visuele/ruimtelijke
intelligentie
ook
mogelijkheden
wat
betreft
oriëntatie
binnen
het
 museum.
De
opzet
en
structuur
van
het
museum
is
zodanig
dat
veel
bezoekers
het
 moeilijk
 vinden
 hun
 weg
 te
 vinden.
 Dit
 zal
 voor
 mensen
 die
 beschikken
 over
 de
 visuele/ruimtelijke
intelligentie
in
mindere
mate
een
obstakel
vormen.
 
 Muzikaal­ritmische
intelligentie
 In
de
Experience
gaat
ook
aandacht
uit
naar
muziek
en
geluid
als
onderdeel
van
het
 Nederlandse
audiovisuele
erfgoed
en
als
smaakmaker
van
de
visuele
media.
In
het
 paviljoen
Achter
de
schermen
kun
je
zelf
als
radio‐dj
aan
de
slag,
en
in
paviljoen
De
 betovering
 kun
 je
 spelen
 met
 muziek
 en
 geluidseffecten
 om
 scènes
 een
 uniek
 karakter
te
geven.
Wanneer
je
beschikt
over
muzikaal‐ritmische
intelligentie,
kun
je
 dus
ook
in
de
Experience
terecht.


Lichamelijke/kinesthetische
intelligentie


De
 lichamelijke/kinesthetische
 intelligentie
 is
 een
 variant
 die
 in
 musea
 over
 het
 algemeen
 niet
 gestimuleerd
 of
 gefaciliteerd
 wordt.
 De
 Experience
 biedt
 hiervoor
 volop
 ruimte
 en
 gelegenheid.
 In
 het
 paviljoen
 Sterrenshow
 kan
 je
 als
 een
 ster
 het
 podium
betreden,
en
in
Achter
de
schermen
kun
je
een
scène
uit
een
soap
naspelen.
 Sporten,
 dansen
 en
 acteren
 zijn
 belangrijke
 activiteiten
 in
 relatie
 tot
 lichamelijke/
 kinesthetische
intelligentie.


47


Interpersoonlijke
intelligentie


Scholieren
 die
 de
 Experience
 op
 dit
 moment
 bezoeken
 met
 behulp
 van
 een
 opdrachtenboekje,
 moeten
 over
 het
 algemeen
 samenwerken
 en
 een
 boekje
 delen.
 Dit
 kan
 ten
 koste
 gaan
 van
 het
 individuele
 leerproces.
 Toch
 is
 deze
 nadruk
 op
 het
 interpersoonlijke
tevens
van
belang,
omdat
men
leert
door
ervaringen
en
kennis
te
 delen.
 Men
 moet
 dus
 in
 staat
 zijn
 tot
 inleven
 in
 anderen
 zonder
 daarbij
 het
 eigen
 individu
 uit
 het
 oog
 te
 verliezen
 (intrapersoonlijke
 intelligentie).
 Tussen
 beide
 vormen
 dient,
 zoals
 eerder
 gesteld,
 een
 balans
 gevonden
 te
 worden.
 In
 de
 huidige
 situatie
in
de
Experience
is
deze
balans
nog
niet
gevonden:
zowel
samenwerking
als
 het
individuele
leerproces
verdienen
aandacht.
 
 Intrapersoonlijke
intelligentie
 De
belangrijkste
doelstelling
van
de
Experience
is
intrapersoonlijk
van
aard.
Men
wil
 bezoekers
en
leerlingen,
bewust
maken
van
het
feit
dat
de
media
hun
wereldbeeld
 bepalen,
 maar
 ook
 dat
 aan
 het
 consumeren
 van
 media
 een
 bewust
 keuzeproces
 vooraf
gaat,
waarop
zij
zelf
invloed
kunnen
uitoefenen.
Men
hoopt
dat
de
bezoekers
 de
 Experience
 met
 een
 zekere
 mate
 van
 zelfkennis
 en
 reflectie
 op
 de
 eigen
 mediaconsumptie
verlaten.


In
 het
 kader
 van
 dit
 onderzoek
 kunnen
 we
 deze
 vorm
 van
 intelligentie
 –
 het
 vermogen
 tot
 zelfreflectie
 en
 zelfbewustzijn
 –
 verbinden
 aan
 de
 verantwoordelijk‐ heid
 voor
 het
 eigen
 leerproces.
 De
 scholierendoelgroep
 is
 in
 de
 Experience
 momenteel
niet
zelf
verantwoordelijk
voor
haar
leren,
omdat
leerlingen
gezamenlijk
 een
 vaststaande
 route
 volgen.
 Hier
 speelt
 het
 ‘bewuste
 keuzeproces’
 dus
 geen
 rol
 van
 betekenis
 en
 doet
 daarmee
 af
 aan
 de
 waarde
 van
 de
 tentoonstellingen
 en
 de
 educatieve
programmering.


Naturalistische
intelligentie


In
de
Experience
komt
de
bezoeker
met
een
naturalistische
voorkeur
en
vermogen
 op
 het
 eerste
 gezicht
 weinig
 aan
 bod.
 Natuur
 en
 milieu
 zijn
 geen
 prominente
 onderwerpen
 in
 de
 Experience,
 en
 worden
 slechts
 thematisch
 behandeld:
 in
 het
 verleden
kwam
de
natuurlijke
wereld
in
de
speciale
tentoonstelling
Zoom
Safari
aan
 bod
 en
 in
 het
 audiovisueel
 archief,
 gedeeltelijk
 te
 bekijken
 in
 de
 Media
 Lounge,
 is
 dergelijk
materiaal
tevens
terug
te
vinden.



48



 De
naturalistische
intelligentie
duidt
echter
ook
op
een
talent
voor
ordening
en
het
 vermogen
 een
 gedetailleerd
 onderscheid
 te
 maken
 tussen
 verschijnselen.
 Mensen
 die
beschikken
over
deze
vaardigheden
worden
uitgedaagd
bij
montageactiviteiten
 in
De
betovering,
maar
ook
bij
de
beoordeling
van
reclames
in
De
verleiding.
Wat
dat
 betreft
 zijn
 er
 veel
 overeenkomsten
 of
 verbanden
 te
 vinden
 tussen
 de
 logisch‐ mathematische
 intelligentie
 en
 de
 vaardigheden
 die
 behoren
 tot
 de
 naturalistische
 intelligentie.
Beiden
duiden
op
een
zeker
analytisch
vermogen,
dat
in
de
Experience
 zeker
benut
kan
worden.



De
Experience
wordt
bezocht
door
een
zéér
divers
scholierenpubliek.
Het
bedienen
 van
 deze
 gevarieerde
 doelgroep
 is
 niet
 eenvoudig.
 Een
 museum
 en
 dus
 ook
 de
 Experience
 moet
 zo
 veel
 mogelijk
 variatie
 in
 activiteiten
 en
 inhouden
 aanbrengen,
 om
tegemoet
te
komen
aan
de
verschillende
vormen
van
intelligenties.
Daarmee
lijkt
 Beeld
 en
 Geluid
 in
 de
 Experience
 al
 heel
 aardig
 op
 weg.
 Wel
 is
 de
 ene
 vorm
 van
 intelligentie
sterker
vertegenwoordigd
dan
andere
varianten.
Hierdoor
rijst
de
vraag
 of
 iedereen
 dan
 wel
 evenveel
 leert.
 Men
 beschikt
 over
 het
 algemeen
 echter
 over
 meer
 dan
 één
 vorm
 van
 intelligentie
 en
 bovendien
 zijn
 intelligenties
 veelal
 verbonden
met
elkaar.
Het
publiek
zal
zich
op
meer
dan
één
manier
aangesproken
 voelen.
 Dat
 is
 ook
 de
 bedoeling,
 aldus
 Gardner.
 Men
 moet
 in
 staat
 gesteld
 worden
 iedere
 intelligentie
 te
 ontwikkelen,
 dus
 moet
 het
 museum
 dit
 ook
 faciliteren.
 Diversiteit,
maar
ook
balans,
zijn
sleutelwoorden.


De
 Experience
 komt
 weliswaar
 tegemoet
 aan
 vrij
 veel
 van
 de
 besproken
 intelligenties,
 maar
 doet
 dit
 in
 vrij
 algemene
 zin.
 Het
 museum
 doet
 weinig
 om
 de
 ontwikkeling
 van
 deze
 intelligenties
 daadwerkelijk
 te
 stimuleren.
 Er
 zouden
 meer
 specifieke
 opdrachten
 kunnen
 komen
 die
 inspelen
 op
 de
 diverse
 intelligenties,
 waardoor
 de
 uitdaging
 mogelijk
 groter
 wordt
 en
 de
 leerlingen
 bewuster
 omgaan
 met
hun
keuze‐
en
leerproces.
Ook
gelaagdheid
in
de
informatievoorziening,
dus
de
 mogelijkheid
 tot
 het
 oproepen
 van
 (meer)
 contextinformatie,
 zou
 hier
 aan
 kunnen
 bijdragen.



5.2.4
De
Beeld
en
Geluid
Experience
en
het
nieuwe
leren
Een
activerende
leeromgeving
met
accent
op
zelfstandig
leren
 De
Beeld
en
Geluid
Experience
biedt
in
hoge
mate
de
productieve
leeromgeving
die
 het
nieuwe
leren
voorstaat.

De
naam
van
het
geheel,
Experience,
verwijst
op
directe


In document Laat
mij
maar
even (pagina 46-49)