• No results found

CONTACT EN COMMUNICATIE School(directie)-ouders

DE KWALITEIT VAN DE RELATIE TUSSEN OUDERS EN SCHOOL - OUDERBETROKKENHEID

CONTACT EN COMMUNICATIE School(directie)-ouders

De relatie tussen school en ouders is erg belangrijk met het oog op een vlotte schoolcarrière van de kinderen. Uit de interviews blijkt dat veel ouders een beschadigd vertrouwen hebben in de school of directie. Ook klinkt vaak het gevoel door dat ouders zich niet welkom voelen op school.

“Mijn dochter vertelde me laatst dat ze op de bus (door de busbegeleider) geslagen wordt. Ik heb klacht ingediend. Het gevolg daarvan is dat mijn dochter verschillende dagen geschorst is van de bus omdat ze zogezegd liegt. Ze hebben het zogezegd onderzocht en er was niets aan de hand. Mijn dochter heeft gewoon duidelijke grenzen nodig, ja is ja, neen is neen. Op school en op de bus lukt dat niet, bij mij thuis wel.”

“De twee kleinsten worden op school toch achteruitgestoken omwille van de armoede eigenlijk. Vooral met de kleinste nu, blijkt dat die een ontwikkelingsachterstand heeft. Maar de school vond dat die niet genoeg meewerkte in de school, want hij was altijd stout. En hij was te veel afwezig geweest in de 2e en 3e kleuterklas, maar dat was niet waar. Hij gaat al van zijn zes maanden naar de opvang, omdat ik werkte in ’t begin als die geboren was. En nu is er vastgesteld dat die een ontwikkelingsachterstand heeft. Maar als ge in armoede leeft, dan denken ze al direct dat het daaraan ligt. Dan denken ze dat het door een gebrekkig opvoeding, gebrekkig eten is dat die kinderen dat hebben. Terwijl dat ge dat evengoed kunt hebben in een middenklasse familie. Waarom ze dat middenklasse noemen dat weet ik niet, want volgens mij zijn dat arbeiders. Gewone werkmensen bestaan niet meer.”

107

“Het deeltijds onderwijs. Dat is de grootste mislukking die er is. Ze beloven altijd dat je nog uw diploma kunt halen, maar niemand gaat naar die middenjury. En al wie geen geld heeft voor een deftige opleiding wordt zo’n beetje door gesast naar ’t deeltijds.”

“Ik ondervind dat als er echt iets is met B., kan ik er terecht, maar in het middelbaar is dat anders. Je kunt er wel terecht, maar er wordt ook niet echt iets aan gedaan, je wordt afgewimpeld, ze luisteren wel, maar er wordt niets mee gedaan.”

In geval van echtscheiding, verloopt de communicatie met de school nog vaak mank.

“Nog één ding: ook weekendpapa’s hebben recht op informatie over school. Dat de scholen daar eens werk van maken!”

“Neen, eigenlijk wou ik in de Tovertuin naar de opendeur. En dan mocht ik hem inschrijven.

Uiteindelijk hebben ze hem nu ingeschreven in een school, ik zou nog niet weten waar. Ik weet niet waar en ik weet niet hoe. Mijne kleine gaat in september naar school en zij hebben dat beslist en ik weet niet waar of hoe. En dat vind ik wel een beetje grof. De rechtbank vond het zelfs grof. Maar we gaan dat wel zien.”

“De communicatie en relatie met de school is zeer slecht. Ik vraag al op alle scholen waar A. gezeten heeft om dubbele communicatie. Via mijn ex-vrouw weet ik niets. Het is tot nu toe maar in één school gelukt om me goed op de hoogte te houden. De huidige school communiceert alleen met mij als er iets mis is. Ik zou gewoon graag alle informatie over mijn kind krijgen. Ook de info over de stoofvleesavond op school. Bovendien had ik me bij deze nieuwe school (sinds dit schooljaar) voorgenomen de school niet te verwittigen over mijn ex-vrouw om hen niet te beïnvloeden, maar het is ondertussen alweer uit de hand gelopen en dan nemen ze wel contact op. Nu heb ik wel gesproken.”

“Je hebt totaal geen zicht op hoe hij het doet in school? Ze regelen van alles achter mijn rug. Ik wil daar van op de hoogte blijven. Maar wat brengt het op als ze binnenkort verhuist? Ze heeft me uitgesloten daaruit en het is stom om daarvoor te gaan vechten als ze toch verhuist. Dat is toch weg. Het doet zeer, ja. Maar ik heb dat los gelaten. Ik zeg het, ik betaal, dat kan ze me nooit doorsteken. Dat manneke heeft elke maand van mij € 125. Elke maand. Dat is aan dat manneke toch laten zien dat je hem graag ziet. Dan betalen we dat.”

Als scholen een moeilijke boodschap aan de ouders moeten overbrengen, wordt dit wel eens naar het CLB doorgeschoven. Deze aanpak leidt soms tot verwarring of achterdocht bij de ouders. Een directe communicatie tussen directie en ouder of leerkracht en ouder zou dit kunnen vermijden.

“Ik weet niet of ik aan de verwachtingen van de school voldoe. Ik heb net nog een vervelende situatie met de school en het CLB meegemaakt. De school had me op het oudercontact voor de krokusvakantie gevraagd contact op te nemen met het CLB, maar toen ik belde wilde de CLB-medewerker niet zeggen waarvoor ik moest bellen en verwees die me terug door naar de school: “Ik kan niets zeggen, heeft de juf u niet op de hoogte gebracht?” Daardoor kreeg het extra veel gewicht, ik heb er niet van kunnen slapen. Dan voel je de stempel, dan heb je echt last van sociale uitsluiting. Toen zei de school dat het over de slordigheid van mijn dochter ging. Ik weet dat ze slordig is, helemaal anders dan ik. Daar kan ik niet zoveel aan veranderen, dat is de aard van het ‘beestje’.”

Gelukkig zijn er ook een aantal verhalen die illustreren dat de communicatie wel vlot verloopt tussen ouder en school. Vaak gaat het dan om een goede combinatie tussen enerzijds de school die bereid is te investeren in goede communicatie met haar ouders en anderzijds voldoende assertieve ouders die met de school in communicatie durven treden.

“De communicatie met de scholen … ja en neen, geen moeilijkheden, ik ben het gesprek gewoon aangegaan, ik heb mijn standpunt duidelijk gemaakt en het was dan ook direct in orde voor de directeur. Ik heb er hem op gewezen dat een kind vrij moet zijn om te kiezen voor de rest van zijn leven. Ik heb gezegd laat hem proberen, als na een jaar blijkt dat het niet lukt, kunnen we nog verder kijken, want een eerste jaar is een voorbereidend jaar, dus uiteindelijk zien ze nu aan zijn cijfers dat het OK is.”

“In het buitengewoon onderwijs werken ze er wel rond. Het is eens geweest dat mijn zoon onze hond van de trap heeft gegooid en hij stond te grijnzen en dat is typisch iets voor ADHD, hij

108

kon de link niet leggen. Nu lukt dat wel, ik heb direct mijn ongerustheid gemeld aan de school en toen hebben we errond gewerkt met mijn zoon en hij doet het niet meer.”

“Hoe is de relatie met de scholen van uw kinderen geweest? Goed, ze zijn altijd naar dezelfde school geweest. L. heeft tot haar vijfde leerjaar in de presentatie gezeten. Dat was een supergoeie school, maar het niveau was een beetje te hoog voor haar. Ze zeiden toen ook om misschien toch te zoeken voor een andere school omdat ze niet mee zou geraakt zijn in het zesde. En dan ben ik naar Berkenboom gekomen. En ze hebben hier dan alle twee blijven gaan en mijn zoon zit er al van in de kleuterschool. De relatie met de directeurs is zeer goed. Ik ben altijd op mijn afspraken. Zoals met het CLB, dat is ook regelmatig. Ik ben altijd al op mijn afspraken geweest, de papa nooit.”

“Hoe is de relatie met de school? Goed. Die werken goed mee, want die weten van mijn situatie met mijn buren. Dus die houden de kinderen ook wat in het oog, dat die niet gepest worden door die andere kinderen. Die gaan daar ook naar school? Ja. Dan heb ik het school ingelicht.

En ik weet dat mijn zoon in het begin werd gepest, hij kwam alle keren met een bloedneus en blauwe plekken naar huis, voor een peuter. En sindsdien is dat verbeterd.”

Leerkracht-ouders

In verband met de relatie tussen ouder en leerkracht zijn er veel ouders met negatieve ervaringen, beschadigd vertrouwen in de leerkracht(en) of het gevoel om niet te gehoord te worden. Maar weinig ouders vertellen spontaan iets positief over hun communicatie met de leerkracht(en) van hun kind(eren).

“Er werd ook altijd gesproken over zijn tempo. Ik kon het om den duur niet meer horen: zijn tempo, zijn tempo, zijn tempo … Hij heeft nu een evaluatie gehad in Gent en zijn tempo is goed bevonden. Hij is de beste van de klas. J. heeft nood om meer te leren maar blijft nu trappelen.”

“Ze zeiden dat zelf op het CLB, de meeste leerkrachten zijn van de middenklasse en die hebben daar niet zo’n inzicht in, hoe dat eigenlijk kan … Als ik daar zo ziek aan de school stond, mijn haar niet gewassen, met mijn trainingsboek aan, op mijn sloefen, er was niemand die aan mij vroeg: ‘ wat is er, voelt ge u niet goed’, en dan denken ze daar direct hun eigen ding van, die laat haar gaan, der scheelt iets, die zal wel aan den drank zitten, dat zijn de dingen die mensen dan denken. Ze observeren, ze trekken hun conclusies, zonder dat te staven.”

“Ja, die agenda staat vol met rood van de meester. Ik had een keer opgeschreven dat M.

met het weekend zijn huiswerk niet had kunnen maken. Omdat ik ziek was, had ik niet kunnen controleren voor zijn huiswerk. En de meester reageerde: ‘dat is M. zijn eigen verantwoordelijkheid, hij moet maar zien dat hij in orde is met zijn huiswerk.’ M. is wel nog maar 10 jaar.”

“Dan begint hij kindjes te slaan en te roepen en verdomme te roepen tegen de leerkracht. Maar dat woord heeft hij van de leerkracht zelf geleerd. Van de eerste dag al. Dan kwam hij al thuis verdomme langs hier, verdomme. Ja. Echt en dat voor een peuterklas.”

“In de Berkenboom Mozaïek hing een jongen altijd aan J. zijn lijf, drie jaar heeft dat geduurd. J.

heeft dat niet graag. Hij wil dat ze hem gerust laten. Dat heb ik regelmatig gemeld bij de juf en de directeur dat dit moest stoppen.”

OUDERPARTICIPATIE

Via communicatie met ouders kan de link gelegd worden tussen de thuissituatie van leerlingen en de school. Binnen deze twee domeinen kunnen ouders op verschillende manieren betrokken zijn bij het schoolse gebeuren. In ouderparticipatie onderscheiden we vier gradaties. Elke gradatie bevat een groter aandeel participatie.

- Mee-weten - Mee-doen - Mee-denken - Mee-beslissen

109