• No results found

ANDERE VORMEN VAN DIENST- EN HULPVERLENING MET BETREKKING TOT INKOMEN

Bijkomende financiële ondersteuning

Deugddoende ondersteuning, ook al is de eerste stap niet makkelijk

Gezinnen getuigen dat bijkomende financiële ondersteuning belangrijk is: het belang van een leefloon, maar ook tussenkomsten bij een lentefeest.

“Vroeger, jaja, ik heb nog van het OCMW geleefd zelfs. Die hadden mij dat niet moeten geven?

Echt waar, die P. is prachtig. Die moesten mij dat niet geven en zeker niet als ik hier terug zat.

Die mensen hebben mij echt wel geholpen anders zat ik hier wel schoon.”

“Ja, ik heb dat gevraagd voor de verhuis. En voor ’t lentefeest heb ik ook een tegemoetkoming gekregen van 120 euro, want ik was verplicht van mijn schuldbemiddelaar om dat te vragen, en ik heb dat uiteindelijk ook gekregen. En nu heb ik ook voor mijn zoon van de chiro, de 80/20-regeling aangevraagd. Maar de dingen die ik echt graag wil, die vraag ik, maar ik ga niet tot ’t uiterste gaan om van alles en nog wat te vragen eigenlijk.”

Het gevoel zich te moeten verantwoorden en alles uit handen te geven

Toch vinden ze het erg moeilijk zaken uit handen te moeten geven en verantwoording te moeten afleggen voor elke stap die ze zetten. De ene maatschappelijk assistent bij het OCMW is ook duidelijk de andere niet.

“Ik heb een keer een cursus moeten doen van mijn schuldbemiddelaar, dat was van om te leren omgaan met mijn leefgeld. Dat was zo een samenkomst een paar keer. Wij waren allemaal mensen met een verschillende achtergrond, er zaten daklozen bij, mensen met

37 leefloon, mensen die bijna uit leefloon waren. En ik was de enige met kinderen. En dan

kwamen ze met het voorstel van als ge nu een keer een week aan een stuk al je kasticketjes bijhoudt met al hetgeen dat ge koopt van uw leefloon, en dan kunnen we dat een keer samenleggen en een keer kijken hoe ge daarop kunt besparen. En ik wou niet meedoen. En ze vroegen waarom wilt ge niet meedoen. Ik zei ik ga niet vergelijken met anderen, ik ben de enige met kinderen, ge kunt dat niet naast iemand die alleen woont leggen. En die anderen die waren precies opgelucht, want die hadden precies ook geen zin om mee te doen, want die volgden mij daarin, en dat is niet doorgegaan.”

“Alles wordt al boven mijn hoofd geregeld. Ik heb mijn geld volledig uit handen moeten geven.

Dus dat leefgeld is het enige dat ik in handen krijg. Ik wil niet verantwoorden waarom ik graag koffie drink van koffiepads. Ik wil dat dat niet verantwoorden. Ik wil ook iets. Dat is mijn luxe.

Andere mensen die roken. Ik vind dat rokers ook niet verplicht mogen worden om te stoppen met roken. Iemand die drinkt, die heeft een behandeling nodig, maar dat mag niet onder dwang gebeuren. Iedereen heeft zo zijn dingen, iemand die een kat heeft, en die kat heeft speciaal voer nodig, als die nu eten wil laten staan voor die kat eten te geven, dat is dan haar keuze. Dat is liefde voor dat beest.”

“Ja lang geleden kreeg ik eens steun, ik werkte toen parttime en had toen 9000 frank inkomen met mijn dochter; Ik heb dat toen gekregen. Maar ik heb toen geweend, ik moest heel mijn situatie op tafel leggen en dat was zwaar. En bij de vrijstelling van J. moest ik terug naar het OCMW voor bijpassing te vragen. Ik ga niet graag naar het OCMW. Slechte ervaringen weerhielden mij om naar het OCMW hulp te gaan vragen. Ik had toen B., en sorry voor mijn uitspraak maar ze is een tang van een wijf. De manier waarop ze met me omging.”

“Momenteel weet ik het niet goed omdat ik weer werk en het OCMW heeft nog altijd niet bijbetaald. Maar normaal was dat altijd 1000 à 1100 met hetgeen dat zij bijbetaalden. Nu verdien ik eigenlijk minder dan als ik niet werkte. Omdat ik bijna nooit volledig parttime kan werken. Er vallen soms dagen weg en elke week staat er dan wel dat ik 10 uur heb gewerkt, ook wanneer ik in feite maar 6 uur heb gewerkt. Dus dan moet den dop mij eigenlijk 10 uren betalen per week, maar ik heb maar 130 euro gekregen. Ik vind dat dat niet klopt. En dan had ik er nog 30 bijgekregen voor 2 maanden, dat kan niet. Als ik 200 euro verdien door te werken en ik krijg van de dop 600, dan moeten zij toch nog 400 bijbetalen? Dus ik versta dat niet goed.

Ik ga daar eens naar bellen. De laatste maanden merkte ik op dat die J. van het OCMW altijd mijn loonfiches kwijt was en die belde dan altijd om te zeggen dat ik dat niet had afgegeven terwijl dat ik er zeker van ben dat ik dat wel had afgegeven.”

Terugbetalingen van toegekende uitkeringen

Wat mensen echt moeilijk vinden, is wanneer ze bepaalde tussenkomsten, soms jaren later, terug moeten betalen. Ze hebben het gevoel dat dit hen nog dieper de armoede induwt.

“Maar ik heb nog zo’n situatie met die stomme studietoelage. Nu heb ik een brief gekregen dat ik 700 euro en zoveel moet terugbetalen. Dus ze kennen je dat eerst toe, en dan moet je terugbetalen. Mijn dochter, mijn oudste omdat die in een gesloten instelling zit. Die krijgt onderwijs aan huis. De papieren zaten er allemaal bij. Ze hebben het teruggeëist. En ik heb zoiets van: jongens... Want voor dat je dat krijgt, wordt dat allemaal onderzocht. En dan zeggen ze: kijk 751,93 euro terug betalen. Want ik moet daar nog een mail voor sturen of ik dat mag afkorten. Want we zijn nu wel 2014, maar dit spreekt van 2011 en 2012. Ik zeg het, ze kunnen wachten. Alles wordt onderzocht: Of ze naar school gaan, welke school, ze bellen naar die scholen en alles. En je krijgt dan een brief van: ‘Ja, alles is in orde? ‘t Is toegekend.’ En drie jaar nadien komen ze af met: ‘Je moet zoveel terugbetalen.”

Soms onduidelijke regels

“En dan krijg ik ook nog kindergeld. Dat komt bij mij. Als ik alleen sta met die kleine als invalide krijg ik 300 euro kindergeld. Dus, nu is er nog niets beslist. ‘t Kan zijn dat ik zelfs co-ouderschap krijg, dan krijg ik 136 euro. Waar ligt dat verschil? Hoe kan dat? Dat is bureaucratie en al. Maar ik kan daar allemaal niet goed bij. Ja, als ik daar begin op door te denken daar word ik zot van.

Iemand die dopt, kan achter 6 maanden 46 euro bij krijgen. Maar je moet het wel weten? Ik heb van vorig jaar maar een jaar bijgekregen. Gewoon omdat ik dat gelezen heb maar die zot geeft die papieren niet aan mij van die kinderbijslag. Die leest dat niet, die zet dat gewoon opzij.

Ik wist wel van niks? Ja, de kinderbijslag mag ook eens naar de vrouwen brieven sturen en niet alleen naar de mannen. Dat komt allemaal bij de man terecht en nu ook ik weet van niks.”

38

“Heb jij al beroep gedaan op de aanvullende steun van het OCMW?” “Ja, maar ik kom niet in aanmerking. Ik verdien net iets te veel om in aanmerking te komen. Ze berekenen uw loon en het kindergeld erbij en ik ben alleenstaande, dus het kindergeld is ietske hoger dan bij een koppel. Daar ben ik al een paar keer voor aan de deur geweest, omdat ik zoveel nodig had voor mijn kinderen. Voor luiers en melk, ik zeg, al is het maar een bon, maar nee.”

“Ik heb één keer gaan vragen voor de waarborg van dit appartement. En dat kreeg ik niet. Zo’n huurwaarborg. Dat kreeg ik niet. Dat is gewoon omdat ik een loon heb en omdat dat hoger ligt dan het leefloon en het minimumloon dat ik geen hulp kreeg. En dan heb ik daar eens gestaan, dat was toen ik die afrekening daar gekregen heb. Dan ben ik daar ook voor geweest.

Zij hebben daar toen wel een paar keer voor gebeld, maar ja, uiteindelijk geen avance, niks. Ik heb dat opgegeven, het OCMW ziet mij daar nooit meer. Dat is al met zo’n heel klein hartje dat je daar moet binnenstappen en dan krijg je nog die deur op je neus.”

Andere vormen van ondersteuning

Andere vormen van ondersteuning die mensen benoemen, zijn voedselondersteuning,

klerenondersteuning, vakantie- en cultuurparticipatie. Mensen zijn erg dankbaar met deze systemen die hen in staat stellen te overleven. Al geven een aantal mensen wel aan dat vooral vakantieparticipatie, zonder extra ondersteuning van het OCMW, nog te duur is. (Voornamelijk vervoer speelt mensen hierin parten)

Voedselbedeling

“En ging jij dan bijvoorbeeld in die periode ook om voedselpakketten enzo?

Nee, ik heb dat nooit gedaan.

En waarom? Want ge had daar wel recht op.

Maar dat wist ik niet!”

“Ja met de voedselhulp kom ik toe Ja. Want hij heeft dan ook nog heel dure pap: 20 euro kost die en hij komt er maar vier dagen mee toe. Omdat hij een koemelkallergie heeft. Dan ook zijn patatjes mag ik niet met melk doen, wel met de melk van wat hij aan het drinken is, maar dan met olie, wat maïsolie of olijfolie, ter vervanging van gewone melk. Ik probeer even te rekenen hoeveel keer heb je vier dagen in een maand? 140, 150 euro per maand alleen voor de pap.”

“Ik heb een werkloosheidsuitkering en mijn man heeft een ziekte-uitkering. Wij zitten in schuldbemiddeling en de advocaat stuurt ons elke week hetzelfde bedrag en daar moeten wij mee toekomen. 175 euro. Dat is alles, dat is ook voor wasmiddelen, vuilzakken, en wij krijgen ook een voedselpakket. 1 keer op de week gaan wij naar de Springplank en daar krijgen we melk, cornflakes, brood, tomaten, blikken soep, een beetje van alles. En normaal gezien als mijn man werkt, want nu is dat niet zo, wij hebben een auto, dat was van voor hij in ziekteverlof is gegaan, dan kregen wij 50 euro per week voor de benzine, maar dat is nu ook niet meer omdat ge zegt dat is luxe want ge hebt uw auto niet nodig. Dat moet dan nu gaan van dat weekbudget.”

Vakantieparticipatie

“Ik maak bijvoorbeeld sinds twee jaar gebruik van vakantieparticipatie. In de grote vakantie ga ik met mijn dochter een midweek weg. Dat kost dan 250 euro + vervoer (vorig jaar 28 euro enkel). Dit is zelfs gewoon onbetaalbaar. Het OCMW geeft me hierbij extra ondersteuning, anders is dit ook uitgesloten voor mij.”

Kleren

“En dan van de voedselbedeling dat is een vrouw dat er werkt, daar krijg ik ook af en toe nog eens kleedjes van voor hem. En de kleren die te klein zijn voor hem en de gasten geef ik aan haar mee. Die bezorgt dat bij een Hollandse vrouw en die deelt dat uit aan Belgische mensen.”

“Ja, want ze krijgen ook veel nieuwe kleren waar het etiket nog aanhangt. Ze hadden 1 zoon en zijn ondertussen uit elkaar, dan is hij opnieuw getrouwd, hij woont nog recht tegenover mijn ouders en zijn nieuwe vrouw komt dan speelgoed, skateboards, waves en nog allemaal dure spullen waarmee die jongen maar een paar maand heeft gedaan samen met nog kleren bij ons brengen en soms merken we dat het gewoon niet eens is aangedaan.”

39 Cultuurparticipatie voor de kinderen

“Ja, ik ga soms. Momenteel ga ik naar het OCMW voor een participatiebrief. De oudste gaat naar danscursus en ik heb die brief nodig om opnieuw in te schrijven dit schooljaar.”

SPECIFIEKE CONCLUSIES M.B.T. DE IMPACT OP DE KINDEREN

Gezinnen geven aan dat de uitkeringen te laag zijn om kinderen goed groot te brengen. Ook wie werkt en in een vorm van schuldbemiddeling zit, heeft het moeilijk.

Ouders hebben vaak het gevoel hun kinderen tekort te doen als hun inkomen laag is. Ze kunnen hen geen ‘normale’ pleziertjes gunnen en dat wringt zowel bij hen als bij hun kinderen. (kermis, een ijsje, tv, een geboortekaartje, een verjaardagscadeau of een uitstap). Sommige kinderen kunnen geen begrip opbrengen voor de situatie van hun ouders en dat geeft dan spanningen in de gezinnen.

Maar uiteraard gaat het vaak ook over fundamentele zaken die niet ter beschikking zijn van het gezin, zoals (gezonde) voeding, verwarming, elektriciteit, de mogelijkheid om naar de dokter te gaan bij ziekte, kleren of schoenen. Wat kleine kinderen betreft worden luiers heel vaak genoemd als onbetaalbaar.

“Gelijk nu ook, mogen we naar de kermis gaan? Wat heb je het liefst? De schoenen die je nodig hebt, omdat je met je voeten praktisch op de grond loopt of die € 20 voor op de kermis? En je ziet dat, die staan in tweestrijd, die kinderen. Die staan in tweestrijd, eigenlijk zou ik liever naar de kermis gaan, maar die schoenen heb ik harder nodig. En ze zullen dan ook altijd kiezen voor wat ze echt nodig hebben. Ik vind dat zo erg dat ik die kinderen voor de keuze moet stellen.

Terwijl je dan weet dat die vriendinnetjes, die dat dan wel mogen, die komen dan de eerste september op school, en beginnen dan te vertellen we zijn op reis geweest naar daar en we hebben dat gedaan en dat gedaan. En dan komt die van ons en die stamelt dan. Een dag naar de zee, is voor hen ook al op reis gaan. Maar zelfs dat gaat niet. Ik vind het zo erg dat ik ze zo moet teleurstellen.”

“We hebben geen inkomen, we overleven dankzij de ondersteuning van VLOS. Dat is een dag tot dag- strijd. We overleven dankzij VLOS. Voedsel, kleren … alles krijgen we van VLOS

… VLOS is alles voor ons. We hebben veel schulden voor elektriciteit en gas. We hebben een budgetmeter gekregen. Als we dan geld krijgen, dan vullen we de kaarten van de budgetmeter elk voor 25 euro (elektriciteit en gas). Soms is het genoeg, soms is het niet genoeg. De andere 50 euro gebruiken we om te winkelen.”

40