• No results found

3 ‘Patria o muerte!’ Studenten en de Cubaanse Revolutie

3.3 Castro’s inlijving van de FEU

De kritiekloze acceptatie van alle aspecten van de Cubaanse Revolutie wordt ook goed geïllustreerd door de plaatsing van twee veelzeggende artikelen in The Student. Een artikel van de hand van FEU-lid Adrian Garcia handelde over de situatie in Cuba een jaar na de omwentelingen. [zie bijlage 4] De strijd van de studenten tegen Batista werd uitgebreid beschreven en herdacht: Garcia liet niet na de ‘heroïsche’ rol van de FEU in de opstand te benadrukken. Ook en vooral de actieve bijdrage van de studentenunie aan de totstandkoming van het nieuwe Cuba na 1 januari 1959 was onderwerp van Garcia’s artikel. In tegenstelling tot de periode daarvoor mocht de FEU zich weer met politieke en maatschappelijke zaken bemoeien, zij het binnen de perken van de revolutie.144 De unie had zichzelf de volgende

taken toegedicht: het creëren van eenheid onder alle studenten; volle steun weten te realiseren voor de ‘Revolutionaire wetten’; de aanwending van kennis en kritische vaardigheden voor het revolutionaire proces van natievorming; de Revolutie binnen de muren van de universiteit brengen door bijvoorbeeld studieprogramma’s aan te passen en te richten op nut voor de revolutie; en ten slotte samenwerken met andere studenten wereldwijd ‘towards the end of making known and clarifying the slanderous remarks made by the imperialist press, so that they will not be repeated in the future. All possible efforts must be done to tie our revolutionary process to the struggle of peoples demanding their national liberation, their real independence from [..] imperialism’.145

Een ander artikel waaruit blijkt dat een groot deel van de Cubaanse studenten Castro- gezind was, ging over de studentenbrigades. Jorge Puento Blanco ging in op het nut en de beweegredenen van deze ‘José Echeverría’ studentenmilities. Zij waren opgericht door de FEU in oktober 1959 met als doel de revolutie te verdedigen, als deze werd bedreigd door

144 Adrian Garcia, ‘The student and the Cuban Revolution’, The Student 4 nr. 1 (Februari 1960) 25-27. 145 Garcia, ‘The student and the Cuban Revolution’, 27.

binnenlandse of buitenlandse vijanden. Puento Blanco plaatste deze brigades volgens goed gebruik in de traditie van José Martí en alle latere opstanden van studenten tegen het gezag. Vervolgens analyseerde hij de voorgeschiedenis en de opvattingen in Latijns-Amerika over de universitaire autonomie. Die stond overal hoog in het vaandel en werd nog op vrijwel alle conferenties en seminars in het continent met hand en tand verdedigd. Maar Puento Blanco, die zelf in The Student van oktober 1958 het principe van de universitaire autonomie nog de hemel in prees, betoogde dat een autonome universiteit in een revolutionaire staat helemaal geen raison d’ȇtre meer had. In plaats van een veilige haven voor kritische oppositionele studenten dreigde het volgens hem ineens een schuilplaats voor reactionairen te worden.146

Een autonome universiteit was, kortom, een gevaar voor de staat: ‘In a revolutionary state, all spheres of national activity require a specific planification and, therefore, also in the educational field. Education cannot be complete if the University is to keep its autonomy.’147

Ten eerste valt op dat de bewoording in de artikelen duidelijk anders was dan voor de revolutie. Typeringen als ‘imperialist press’ werden overgenomen van Castro’s revolutionaire taalgebruik. Ten tweede was het ondenkbaar dat de FEU voor de machtsovername van Castro zich zo volledig achter de heersende macht zou opstellen. Terwijl voor de revolutie de aantasting van de eigen vrijheid juist een reden was om in opstand te komen, werden daarna alle mogelijke manieren ingezet om de Cubaanse studentengemeenschap en universiteiten in het revolutionaire gareel te krijgen. Zelfs de bijna heilige universitaire autonomie werd in 1960 losgelaten, wat opnieuw een grote exodus van academisch personeel met zich mee bracht (volgens socioloog Kepa Artaraz zelfs tweederde).148 De FEU werd aldus, door het

aanstellen van Castro-gezinde mensen, gebruikt om de belangen van de revolutie te verdedigen en het door Castro gecreëerde vijandbeeld van het imperialisme te cultiveren. Het is dan ook opmerkelijk dat de redacteur van The Student deze artikelen gewoon geplaatst heeft en zodoende anti-Amerikaanse, maar bovenal volstrekt pro-revolutionaire opvattingen een podium bood. COSEC kon eerder beleden principes blijkbaar zonder veel moeite opzij zetten als er andere belangen in het spel waren, zoals het behouden of aantrekken van zoveel mogelijk studentenunies. Dat duidt op een tweeslachtige houding: kritisch zijn waar het kan, zwijgen waar het moet. In die zin bedreef COSEC gewoon politiek.

De FEU werd zeker niet alleen ingezet om de binnenlandse studentengemeenschap aan Castro’s revolutionaire politiek te binden. De studentenunie speelde ook een belangrijke rol in

146 Jorge Puento Blanco, ‘The raison d’être of the student brigades of Cuba’, The Student 4 nr. 7 (Augustus 1960) 27-28.

147 Puento Blanco, ‘The raison d’être of the student brigades of Cuba’, 28. 148 Artaraz, Cuba and Western intellectuals, 39.

Castro’s streven zoveel mogelijke internationale steun te verkrijgen. FEU’s doel was om bij elk Latijns-Amerikaans en internationaal studentencongres en –seminar aanwezig te zijn, om daar solidariteitsbetuigingen te bemachtigen.149 De unie stuurde talloze studentendelegaties

om buitenlandse studenten voor de Cubaanse zaak te winnen. Toen Raúl Castro gevraagd werd wat er van internationale studenten, en in het bijzonder Latijns-Amerikaanse, verwacht werd, antwoordde hij: ‘Frankly, we expect total solidarity from the students, because this would correspond to the young people’s sense of justice and support for just causes.’150 De

solidariteitsvraag werd niet alleen specifiek aan de Latijns-Amerikaanse studenten gericht; ook de studentengemeenschap in de Verenigde Staten werd actief betrokken bij en geworven voor de Cubaanse Revolutie. In 1959 kondigde toenmalig voorzitter Puente Blanco op een NSA congres aan dat de Cubanen operatie Amistad (vriendschap) waren gestart. Dit hield in dat goedkope vluchten van Miami naar Havana aangeboden werden om de solidariteit tussen de beide landen te bespoedigen. Honderden NSA-leden vlogen de jaren daarna naar Cuba en keerden enthousiast terug.151

In The Student stond een verslag van een reis van honderdnegentig Amerikaanse studenten naar Cuba. Zij waren uitgenodigd door de FEU om kennis te maken met het ‘nieuwe Cuba’. In een achtdaagse rondreis door Cuba ontmoetten de Amerikanen Cubanen met allerlei verschillende achtergronden: zelfs de gebroeders Castro en Che Guevara hadden de moeite genomen voor een onderhoud. NSA’s perssecretaris Florence Casey schreef vol lof over FEU’s inspanningen en over de Cubaanse Revolutie in het geheel. Door vermeende pogingen van de Amerikaanse pers om de revolutie in diskrediet te brengen door de nadruk te leggen op de communistische invloed, stonden de meeste Amerikaanse studenten volgens Casey niet zo positief tegenover Cuba. Maar deze reis opende hun ogen, omdat de Cubaanse autoriteiten – uiteraard – de positieve kanten van de revolutie lieten zien. Agrarische hervormingen, de strijd tegen analfabetisme, het streven naar economische gelijkheid en het revolutionaire onderwijs werden onder de aandacht van Casey en haar medestudenten gebracht. Zo moest een zo goed mogelijk beeld geschapen worden van de realiteit op Cuba.152

Deze reis en de velen die volgden in het kader van operatie Amistad hebben dan ook zeker bijgedragen aan de grote solidariteit van de NSA voor de Cubaanse Revolutie.153 Ook in dit

149 Samenvatting van de Latijns-Amerikaanse studentensituatie, juni – oktober 1960, IISG, Archief ISC, inv. nr. 90.

150 World Student News 14, nr. 9 (1960) 3-5. 151 Paget, Patriotic betrayal, 212.

152 Florence Casey, ‘Généreuse invitation des combattants de la liberté. 190 étudiants des États-Unis jouissent de l’hospitalité de la FEU, Cuba’, L’étudiant 3, nr. 6 (December 1959) 19-20.

153 Operation Amistad is een aanzet geweest tot een lange traditie van Cubareizen van Westerse studenten en intellectuelen, op uitnodiging van de Cubaanse overheid. Zie o.a. hoofdstuk 3.1.7. Kubas Ausstrahlung auf die

geval werd de tactiek van de boomerang gebruikt, alleen met een andere inzet. Waar de FEU vóór de revolutie via de Amerikaanse studenten Batista’s val probeerde te bespoedigen, was nu het doel juist om via de NSA een Amerikaanse interventie af te wenden. Het feit dat dat niet is gelukt, doet niets af aan de intentie die aan het charmeoffensief van de Cubaanse overheid én studenten ten grondslag lag.