• No results found

Bestandsbeschrijving en dendrometrische gegevens van de bosbestanden

2.3 Beschrijving van het biotisch milieu

2.3.1 Bestandsindeling en -beschrijving

2.3.1.3 Bestandsbeschrijving en dendrometrische gegevens van de bosbestanden

bos, hoofdboomsoorten en oppervlakte) van de verschillende bosbestanden.

2.3.1.3.1 Bestandstype

Op het vliegveld van Malle komen de bestandstypes loofhout (LH) en naaldhout (NH) voor.

Gemengde bestanden zijn slechts beperkt aanwezig. De bossen bestaan voor het grootste deel uit naaldhout (Tabel 2.5 en Figuur 2.8).

Bestandstype Opp (ha) Aandeel (%)

NH 43,3 77,7

LH 11,8 21,1

LH + NH 0,7 1,3

Totaal 55,82

Tabel 2.5: Oppervlakteverdeling van de verschillende bosbestandstypes op het militair domein van Malle.

loofhout

naaldhout

gemengd loofhout

Figuur 2.8: De oppervlakteverdeling van de bospercelen op het militair domein van Malle volgens bestandstype, toont de dominantie van naaldhout.

2.3.1.3.2 Samenstelling hoofdboomsoorten

Kaart 2.20 in bijlage geeft een overzicht van de soortensamenstelling van de verschillende bosbestanden.

Een groot deel van de naaldhoutbestanden wordt gedomineerd door Grove den. Verpreid over het terrein werd ook exoot naaldhout aangeplant: Corsicaanse den (bestanden 2b, 3b, 4c, 6b en 14b), lork (bestanden 2e en 2h) en Douglas (bestand 2f). Alle actuele naaldhoutbestanden werden aangeplant in de loop van de 20ste eeuw, al zijn plaatselijk ook oudere overstaanders aanwezig.

De loofhoutbestanden bestaan voornamelijk uit jonge berkenbestanden, die veelal spontane verbossingen betreffen. Op enkele plaatsen werden Amerikaanse eiken aangeplant, al dan niet in dreefstructuur (bestanden 15b, 15d en 7d).

www.inbo.be Geïntegreerd natuur- en bosbeheerplan voor het militair domein van Malle 39

2.3.1.3.3 Leeftijd bosbestanden/ bosconstantie

Van slechts een deel van de bosbestanden is de exacte leeftijd gekend. Volgens de beschikbare informatie werd het oudste bestand aangeplant in 1906 en het jongste bestand in 1954 (zie § 2.1.2.).

2.3.1.3.4 Dendrometrische gegevens

Er werd geen dendrometrische inventaris gevraagd voor dit beheerplan. Om toch een indicatie te krijgen van de bestandskenmerken van de bosbestanden van het militair domein werden 4 proefvlakken gelegd in de bosbestanden (bestanden 1d, 2a en 6j (2x)). In deze proefvlakken werd de dendrometrie, de verjonging en de vegetatie opgemeten (P. Van de Kerckhove, M. Esprit en B. Christiaens - INBO). Deze gegevens werden eveneens verwerkt (L. De Keersmaeker - INBO) en worden hieronder samengevat. De proefvlakken werden zo representatief mogelijk gekozen in naaldhoutbestanden van Grove den. De ligging van de proefvlakken wordt aangeduid op kaart 2.19 (bijlage 5). De gegevens zijn niet extrapoleerbaar naar alle overige bestanden, maar zijn wellicht wel representatief voor de Grove dennenbestanden waar Amerikaanse vogelkers werd bestreden.

 Soortensamenstelling zaailingen

Zaailingen zijn alle exemplaren met een hoogte lager dan 2m. Op het vliegveld van Malle werden in de 4 proefvlakken zaailingen aangetroffen van de volgende boomsoorten, weergegeven in afnemende mate van voorkomen: Zomereik, Grove den, Sporkehout, Lijsterbes, Hulst, Douglas en Amerikaanse vogelkers. De laatste 3 boomsoorten komen slechts met een klein percentage voor (1,08%). Vermoedelijk ligt het percentage zaailingen van Douglas hoger dan het beeld dat gevormd wordt op basis van het gemiddelde van de 4 proefvlakken. Bestand 2f is namelijk een naaldhoutbestand dat volledig bestaat uit Douglasspar en waar er verjonging van deze boomsoort aanwezig is. Het gemiddelde van de 4 proefvlakken is weergegeven in tabel 2.6. Zaailingen van Amerikaanse vogelkers komen niet vaak voor. De laatste jaren werd deze soort intensief bestreden. Verdere bestrijding, nabehandeling en opvolging moeten echter nog steeds gebeuren.

Soort 0 - 30 cm 30 - 50 cm 50 - 200 cm Totaal Percentage

Amerikaanse vogelkers 0 0 39 39 1

Douglas 0 0 39 39 1

Hulst 0 0 39 39 1

Lijsterbes 0 157 39 196 5

Sporkehout 157 157 118 432 12

Grove den 472 0 79 550 15

Zomereik 1729 629 0 2358 65

Totaal 2358 943 354 3655

Tabel 2.6: Soortensamenstelling van de zaailingen in enkele (4) proefvlakken op het militair domein te Malle.

Al deze boomsoorten, op Zomereik na, vertonen een gevestigde verjonging, ze handhaven zich ook in de hoogteklassen boven 50 cm. Amerikaanse vogelkers komt ook voor in deze hoogteklassen, maar slechts in een beperkt percentage (1,08%). Enkele bestanden, waar geen proefvlak in werd gelegd, hebben nog te kampen met een sterke bedekking van Amerikaanse vogelkers. Bestrijding is dus nog noodzakelijk.

 Soortensamenstelling struiklaag

Tot de struiklaag behoren alle exemplaren met een hoogte hoger dan 2m en een omtrek kleiner dan 20 cm. De boomsoorten die voorkomen in de struiklaag van de opgemeten proefvlakken zijn Grove den, Ruwe berk en Lijsterbes (Tabel 2.7).

40 Geïntegreerd natuur- en bosbeheerplan voor het militair domein van Malle www.inbo.be

Soort > 200 cm Percentage

Sporkehout 39 12,5

Ruwe berk 79 25

Grove den 196 62,5

Totaal 314

Tabel 2.7: Soortensamenstelling struiklaag in enkele (4) proefvlakken op het militair domein van Malle.

 Soortensamenstelling, volume- en diameterverdeling boomlaag (levende bomen) Naar stamtal zijn Ruwe berk en Grove den even frequent voorkomend (respectievelijk 361en 364 individuen per ha) in de proefvlakken (Tabel 2.8 en Figuur 2.9). Op basis van het grondvlak en het volume is Grove den echter duidelijk de dominante boomsoort (82,42 % van het totale grondvlak en 207.53 m³/ha). Ruwe berk bepaalt de nevenetage, terwijl Grove den de bovenetage domineert. Vanuit terreinkennis kan geoordeeld worden dat beide boomsoorten inderdaad dominant aanwezig zijn op het militair domein.

Boomsoort Stamtal Grondvlak Volume

(/ha) (m²/ha) (%) (m³/ha)

Grove den 364 21,63 82,4 207,53

Ruwe berk 361 4,57 17,4 33,53

Zachte berk 20 0,05 0,2 0,00

Eindtotaal 744 26,25 241,06

Tabel 2.8: Soortensamenstelling boomlaag in enkele (4) proefvlakken op het vliegveld van Malle.

0 50 100 150 200 250 300 350

5-10 10-15 15-20 20-25 25-30 30-35 35-40 40-45 45-50 50-55 55-60 60-65 DBH (cm )

Aantal per ha

Zachte berk Ruwe berk Grove den

Figuur 2.9: Diameterverdeling van de verschillende boomsoorten in enkele (4) proefvlakken op het vliegveld te Malle.

Wanneer de diameterverdeling van de verschillende boomsoorten bekeken wordt, is Grove Den de dominante boomsoort in de hogere diameterklassen (vanaf 15 cm). In de lagere diameterklassen (<15 cm) is Ruwe berk de dominante boomsoort, hoewel Grove den hier ook een belangrijk aandeel vertegenwoordigt.

 Volume en afbraakstadia dood hout

Ook het liggend en staand dood hout werd opgemeten (Tabel 2.9 en Figuur 2.11). Telkens werd een afbraakstadium toegekend (De Keersmaeker et al. 2005). In Tabel 2.10 worden deze verteringsklassen van dood hout verder toegelicht. Het volume staand dood hout wordt bepaald door Grove den. Het volume liggend dood hout wordt grotendeels bepaald door

www.inbo.be Geïntegreerd natuur- en bosbeheerplan voor het militair domein van Malle 41

Grove den, Ruwe berk vertegenwoordigt hier ook een belangrijk deel (26%). Op basis van deze 4 proefvlakken bedraagt het volume dood hout ca. 8 m3/ha, ongeveer 3.1% van het totale volume hout (dood en levend).

Boomsoort V staand dood hout V liggend dood hout Volume dood hout

(m³/ha) (%) (m³/ha) (%) (m³/ha) (%)

Grove den 1,449 99,7 4,621 73,9 6,070 78,7

Ruwe berk 0,005 0,3 1,634 26,1 1,639 21,3

Totaal 1,454 6,255 7,709

Tabel 2.9: Volume liggend en staand dood hout in enkele (4) proefvlakken op het militair domein van Malle.

Wanneer de grafiek van de afbraakstadia wordt bekeken, is het duidelijk dat het vooral de 4 middelste klassen zijn die vertegenwoordigd zijn. Bomen die duidelijk dit jaar afgestorven zijn ontbreken, net als bomen die bijna volledig verteerd zijn. Het volume staand dood hout bevindt zich bijna volledig in klasse 3. Deze staande dode bomen zijn dus al matig verteerd.

0,0 0,5 1,0 1,5 2,0 2,5

1+ 1 2 3 4 5 onbepaald

Afbraakstadium Volume dood hout (m3/ha)

Staand Liggend

Figuur 2.10: Afbraakstadia en volume van staand en liggend dood hout in enkele (4) proefvlakken op het militair domein te Malle.

Stadium Omschrijving

1+ Duidelijk dit jaar afgestorven (bv: gevallen bij de zomerstorm): er zijn nog verdroogde bladeren aan de boom aanwezig

1 Maximaal twee jaar dood: alle, ook de kleinste takjes, zijn nog aanwezig; de schors is intact en het hout is hard

2 Oppervlakkig verteerd: schors zit los (begint af te bladderen); hout maximum 1 cm met een mes in te duwen

3 Matig verteerd: schors grotendeels afgebladderd; hout enkele cm met een mes in te duwen (vooral spinthout, kernhout nog gedeeltelijk hard)

4 Grotendeels verteerd: heel de stam is vermolmd en zacht en afbrokkelend; bij liggend hout: doorsnede ovaal

5 Resten in de strooisellaag: je kunt nog zien waar een boom gelegen heeft (afwijkende vegetatie, lichte verhevenheid in het terrein)

Tabel 2.10: Omschrijving van de verschillende afbraakstadia van dood hout volgens De Keersmaeker et al. (2005).

42 Geïntegreerd natuur- en bosbeheerplan voor het militair domein van Malle www.inbo.be