HEILIGE NAAM JEZUS
ZONDAG TUSSEN BESNIJDENIS EN EPIFANIE OF 2 JANUARI
1.
INTROITUSIn nómine Iesu omne genu flectátur, cæléstium, terréstri- um et infernórum : et om- nis lingua confiteátur, quia Dóminus Iesus Christus in glória est Dei Patris. Dómine, Dóminus noster, quam ad- mirábile est nomen tuum in univérsa terra ! Glória Patri, et Fílio, et Spirítui Sancto.
Sicut erat in princípio, et nunc, et semper, et in sǽcula sæculórum. Amen.
1.
INTROITUSIn de Naam van Jezus buige zich iedere knie in de hemel, op aarde en onder de aarde, en iedere tong belijde dat Jezus Christus, de Heer, in de glorie is van God de Vader.
Heer, onze Heer, hoe heer- lijk is uw Naam over heel de aarde. Eer aan de Vader en de Zoon en de Heilige Geest.
Zoals het was in het begin, en nu, en altijd, en in de eeuwen der eeuwen, Amen.
2.
COLLECTADeus, qui unigénitum Fílium tuum constituísti humáni géneris Salvatórem, ei Ie- sum vocári iussísti : concéde propítius ; ut, cuius sanctum nomen venerámur in terris, eius quoque aspéctu per- fruámur in cœlis. Per eundem Dóminum nostrum Iesum Christum, Fílium tuum, Qui tecum vivit et regnat in uni- tate Spiritus Sancti, Deus, per omnia sæcula sæculorum.
Amen
2.
COLLECTAGod, die uw eniggeboren Zoon tot Verlosser van het menselijk geslacht hebt ge- maakt en gewild hebt dat Hij Jezus zou heten, verleen goedgunstig dat wij in de he- mel de aanschouwing mogen genieten van Hem wiens hei- lige Naam wij vereren op aar- de. die met U leeft en heerst in de eenheid van de Heilige Geest, God, door de eeuwen der eeuwen, Amen.
EPISTEL
In diébus illis : Petrus, re- plétus Spíritu Sancto, dixit : Príncipes pópuli et senióres, audíte : Si nos hódie diiu- dicámur in benefácto hómi- nis infírmi, in quo iste salvus factus est, notum sit ómnibus vobis et omni plebi Israël : quia in nómine Dómini nostri Iesu Christi Nazaréni, quem vos crucifixístis, quem Deus suscitávit a mórtuis, in hoc iste astat coram vobis sanus. Hic est lapis, qui re- probátus est a vobis ædificán- tibus : qui factus est in caput ánguli : et non est in alio áliquo salus. Nec enim aliud nomen est sub cœlo datum homínibus, in quo opórteat nos salvos fíeri. Deo gratias!
EPISTEL
Toen sprak Petrus, vervuld van de heilige Geest, tot hen:
“Overheden van het volk en oudsten! 9Indien wij vandaag ter verantwoording geroepen worden voor een weldaad aan een gebrekkige bewezen, waardoor deze genezen is, 10dan moet gij allen en het gehele volk van Israël weten, dat door de naam van Jezus Christus, de Nazoreeër, die gij gekruisigd hebt maar die God uit de doden heeft doen opstaan: dat door die Naam deze man hier gezond voor u staat. 11Hij is de steen die door u, de bouwlieden, niets waard werd geacht en toch tot hoeksteen geworden is. 12Bij niemand anders is dan ook
3.
GRADUALESalvos fac nos, Dómine, Deus noster, et cóngrega nos de natiónibus : ut confiteámur nómini sancto tuo, et glorié- mur in glória tua. Tu, Dómi- ne, Pater noster et Redémp- tor noster : a sǽculo nomen
3.
GRADUALEAlle grenspalen der aarde hebben het heil gezien van onze God. De Heer heeft zijn heil doen kennen: voor het aanschijn van de volkeren heeft Hij zijn gerechtigheid geopenbaard.
de redding te vinden en geen andere Naam onder de hemel is aan de mensen gegeven waarin wij gered moeten worden.”
Wij danken God!
tuum.
ALLELUIA
Allelúia, allelúia. Laudem Dómini loquétur os meum, et benedícat omnis caro nomen sanctum eius.Allelúia.
EVANGELIE
In illo témpore : Postquam consummáti sunt dies octo, ut circumciderétur Puer : vocátum est nomen eius Iesus, quod vocátum est ab Angelo, priúsquam in útero conciperétur. Laus Tibi Christe!
ALLELUIA
Mijn mond zal de lof des Heren verkondigen en alle vlees zal zijn heilige Naam zegenen.
EVANGELIE
In die tijd, toen er acht dagen verstreken waren, moest het Kind besneden worden, en men gaf Hem de naam Jezus, die de engel al genoemd had voor zijn moeder Hem had ontvangen. Lof zij U, Chris- tus!
4.
OFFERTORIUM Confitébor tibi, Dómine, Deus meus, in toto corde meo, et glorificábo nomen tuum in ætérnum : quóniam tu, Dómine, suávis et mitis es : et multæ misericórdiæ ómnibus invocántibus te, allelúia.5.
SECRETABenedíctio tua, clementíssime Deus, qua omnis viget cre- atúra, sanctíficet, quǽsumus, hoc sacrifícium nostrum, quod ad glóriam nóminis Fílii tui, Dómini nostri Iesu Chris- ti, offérimus tibi : ut maiestáti tuæ placére possit ad laudem, et nobis profícere ad salútem.
Per Dóminum nostrum Ie- sum Christum Filium tuum, qui tecum vivit et regnat, in unitate Spiritus Sancti, Deus, per omnia sæcula sæculo- rum. Amen.
6.
PREFATIOVere dignum et justum est,
4.
OFFERTORIUM Ik zal U danken, Heer mijn God, uit heel mijn hart, en uw Naam verheerlijken voor eeuwig, want Gij, Heer, zijt goed en barmhartig, rijk aan genade voor al wie U aan- roept. Alleluia.5.
SECRETAAllergoedertierenste God, wij bidden U: moge uw zegen waardoor al het geschapene in stand wordt gehouden dit Offer van ons heiligen; wij dragen het U op tot verheer- lijking van de Naam van uw Zoon, onze Heer Jezus Chris- tus, opdat het uw Majesteit moge behagen tot haar lof, en ons tot zaligheid moge strek- ken. Door onze Heer Jezus Christus uw Zoon, die met U leeft en heerst in de eenheid van de Heilige Geest, God, door de eeuwen der eeuwen, Amen.
6.
PREFATIOHeilige Vader, machtige, eeu-
æquum et salutáre, nos tibi semper et ubíque grátias ágere: Dómine sancte, Pater omnípotens, ætérne Deus:
Quia per incarnáti Ver- bi mystérium nova mentis nostræ óculis lux tuæ claritá- tis infúlsit: ut, dum visibíliter Deum cognóscimus, per hunc in invisibílium amorem ra- piámur. Et ideo cum Angelis et Archángelis, cum Thronis et Dominatiónibus cumque omni milítia cœléstis exér- citus hymnum glóriæ tuæ cánimus, sine fine dicéntes.
wige God, om recht te doen aan uw heerlijkheid, om heil en genezing te vinden, zullen wij U dankzeggen altijd en overal: Omdat door het Ge- heim van de menswording van het Woord een nieuwe lichtstraal van uw glans voor de ogen van onze geest heeft geschitterd; opdat wij, die God op zichtbare wijze ken- nen, door Hem tot de liefde voor het onzichtbare worden omhooggevoerd. Daarom zingen wij met de engelen en aartsengelen, met de tronen en heerschappijen en met heel de hemelse heirschaar het loflied van uw heerlijk- heid, en zeggen zonder op- houden:
7.
COMMUNIOOmnes gentes, quascúmque fecísti, vénient et adorábunt coram te, Dómine, et glori- ficábunt nomen tuum : quó- niam magnus es tu et fáciens mirabília : tu es Deus solus, allelúia.
8.
POSTCOMMUNIO Omnípotens ætérnæ Deus, qui creásti et redemísti nos, réspice propítius vota nostra : et sacrifícium salutáris hós-7.
COMMUNIOAlle volkeren die Gij hebt geschapen, Heer, moeten U komen aanbidden en uw Naam verheerlijken. Want Gij zijt groot, Gij doet wonderen;
Gij alleen zijt God, alleluia.
8.
POSTCOMMUNIO Almachtige, eeuwige God, die ons geschapen en verlost hebt, zie genadig neer op onze smeekbeden en gewaar-tiæ, quod in honórem nómi- nis Fílii tui, Dómini nostri Iesu Christi, maiestáti tuæ obtúlimus, plácido et benígno vultu suscípere dignéris ; ut grátia tua nobis infúsa, sub glorióso nómine Iesu, ætérnæ prædestinatiónis titulo gau- deámus nómina nostra scrip- ta esse in cælis. Per eundem Dóminum nostrum Iesum Christum Filium tuum, qui tecum vivit et regnat, in uni- tate Spiritus Sancti, Deus, per omnia sæcula sæculorum.
Amen.
dig U met zacht en minzaam Gelaat de heilzame Offergave te aanvaarden, die wij aan uw Majesteit hebben opgedragen tot eer van de Naam van uw Zoon, onze Heer Jezus Chris- tus, opdat Gij ons uw genade moogt instorten en wij er ons over verheugen mogen, dat in de hemel onze namen staan opgeschreven onder Jezus’
roemvolle Naam, die het on- derpand is van onze eeuwige voorbeschikking. Door onze Heer Jezus Christus uw Zoon, die met U leeft en heerst in de eenheid van de Heilige Geest, God, door de eeuwen der eeuwen, Amen.
Verheven moeder van de Verlosser, die altijd zijt de open deur des hemels en de ster der zee, kom het volk te hulp dat valt en poogt op te staan. Gij die tot verwondering van de natuur uw heilige Schepper hebt gebaard en maagd zijt gebleven; gij die door Gabriël zijt begroet, ontferm u over ons, zondaars.