• No results found

Vraag nr. 154 van 13 april 1999 van mevrouw PATRICIA CEYSENS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 154 van 13 april 1999 van mevrouw PATRICIA CEYSENS"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 154 van 13 april 1999

van mevrouw PATRICIA CEYSENS

Kinderopvang – Ouderbijdrage, aanwezigheids-graad, kostprijs

In de jaarverslagen van Kind en Gezin staat heel wat informatie met betrekking tot de kinderop-vang in Vlaanderen. Toch vertoont het jaarverslag nog een aantal lacunes, die moeten te worden inge-vuld om een volledig beeld van de kinderopvang in Vlaanderen te krijgen.

1. Wat is de indeling van de ouderbijdragen in de erkende kinderdagverblijven volgens de schalen gebruikt om de ouderbijdragen te berekenen ? 2. Wat is de gemiddelde aanwezigheidsgraad van

de kinderen in de erkende kinderdagverblijven ? 3. Wat is de reële kostprijs van één opvangplaats

per dag in een erkend en gesubsidieerd kinder-dagverblijf ?

Antwoord

Ouders betalen voor de opvang in kinderdagver-blijven en diensten voor opvanggezinnen een bij-drage die afhangt van hun netto belastbaar inko-men. Deze ouderbijdrage is vastgesteld bij ministe-rieel besluit en wordt jaarlijks op 1 juli geïn-dexeerd. De laagste ouderbijdrage bedraagt 64 frank, hetgeen overeenkomt met een netto belast-baar inkomen van 190.000 frank en minder, de hoogste ouderbijdrage bedraagt op dit moment 623 frank, hetgeen overeenkomt met een netto belast-baar inkomen van 1.677.620 frank en meer. Hierbij worden verminderingen toegestaan aan gezinnen met twee of meer kinderen ten laste en bij opname van meerdere kinderen uit éénzelfde gezin.

Kind en Gezin verrichtte recentelijk een heel be-perkt onderzoek naar de verdeling van de ouder-bijdrage over de schalen, zowel in de kinderdagver-blijven als in de diensten voor opvanggezinnen. Daartoe werd een beperkte steekproef verricht op basis van de ouderbijdragegegevens uit de aanvra-gen voor een toelage.

Hierbij kunnen met betrekking tot de kinderdag-verblijven volgende vaststellingen worden gemaakt : – 4,1 % van de ouders betalen een ouderbijdrage

lager dan 100 fr.,

– 5,8 % van de ouders betalen tussen de 100 en de

200 fr.,

– 6,1 % van de ouders betalen tussen de 200 en de 300 fr.,

– 13,5 % van de ouders betalen tussen de 300 en de 400 fr.,

– 31,9 % van de ouders betalen tussen de 400 en de 500 fr.,

– 27,3 % van de ouders betalen tussen de 500 en de 600 fr.,

– 11,3 % van de ouders betalen meer dan 600 frank.

Wat de tweede vraag betreft, aangaande de gemid-delde aanwezigheidsgraad van de kinderen in de erkende kinderdagverblijven, kan echter geen con-creet cijfer worden gegeven. Uit gegevens van Kind en Gezin blijkt dat er in de kinderdagverblij-ven in 1998 13.525 plaatsen waren en dat er 29.365 ingeschreven kinderen waren (met inbegrip van het aandeel van de buitenschoolse kinderopvang). Bovendien blijkt uit de "Enquête inzake het ge-bruik van kinderopvang voor kinderen jonger dan 3 jaar – najaar 1997" dat :

– 29,3 % van de kinderen voltijds worden opge-vangen ;

– 69,1 % van de kinderen deeltijds worden opge-vangen, waarvan 33,6 % van de kinderen enkel volle dagen, 12,9 % van de kinderen een deel van de dag gedurende vijf dagen, 12,9 % van de kinderen een deel van de dag gedurende enkele dagen, 9,7 % van de kinderen deels volle en deels halve dagen ;

– 1,6 % van de kinderen tijdens de dag en de nacht, tijdens de nacht of tijdens het weekend. Bovenvermeld cijfermateriaal inzake het gebruik van kinderopvang heeft wel betrekking op de ge-hele kinderopvangsector en niet specifiek op de kinderdagverblijven.

Wat de derde vraag betreft, naar de reële kostprijs van een opvangplaats in een kinderdagverblijf, kan worden verwezen naar de studie van Callens en Pi-renne van 1992.

(2)

deze bedragen respectievelijk 343.844 frank (to-taal), 269.790 frank (personeel) en 74.054 frank (werking). Daarbij wordt geen rekening gehouden met de toepassing van collectieve arbeidsovereen-komsten (CAO) na 1992. De werkingskosten heb-ben zowel betrekking op de vaste kosten (onder-houd en herstellingen, verzekeringen, huur, verwar-ming, elektriciteit, water, financiële lasten), als op de functioneringskosten (voeding, kleding, bedden-goed, was, apotheek, vaatwerk, speelbedden-goed, docu-mentatie, kantoor, post, telefoon).

De totale kostprijs van één plaats op jaarbasis bin-nen een privé-kinderdagverblijf werd toen ge-raamd op 243.602 frank, waarvan 201.687 frank gaat naar personeelskosten en 41.915 frank naar werkingskosten (geïndexeerde bedragen). Geïn-dexeerd tot op vandaag zijn deze bedragen respec-tievelijk 271.056 frank (totaal), 224.417 frank (per-soneel) en 46.639 frank (werking). Ook hier werd geen rekening gehouden met de toepassing van CAO's na 1992.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Wel werd de administratie gevraagd het statuut van de uitkeringen en de bijdragen te onderzoeken in het licht van de huidige fiscale wetgeving, e n daarover een advies

Bij de uitwerking van een meerjarenpro- gramma ter realisatie van de strategiedefi- niëring pre- en perinatale zorg, werden enke- le nieuwe ideeën rond het aanbod pre-

Het decreet bepaalt wel dat de ambtenaar van Kind en Gezin een advies uitbrengt over het goed- gekeurde beleidsplan, maar niet wat er gebeurt in- dien het beleidsplan niet

Overeenkomstig het decreet houdende diverse bepalingen naar aanleiding van de begroting 1999 van 18 mei 1999 (Belgisch Staatsblad van 30 september 1999), kunnen

Wanneer bijvoorbeeld een teamvergadering rond een palliatieve patiënt in de thuiszorg wordt georganiseerd, is het evident dat dit door het SIT kan worden georganiseerd en

Het project opvoedingsondersteuning in Genk past binnen de mogelijkheden die een aantal regio- teams van verpleegkundigen van Kind en Gezin hebben om zelf een project uit

De opkomst bedroeg 25 % van de uitgeno- digden (240 personen); 54 % van de perso- nen die deelnamen aan de informatiesessie schreven zich effectief in voor een

Is de nationale overheid bevoegd om basisnor- men uit te vaardigen, dit wil zeggen normen die gemeen zijn aan een categorie van constructies, zonder dat daarbij in acht wordt