• No results found

Vraag nr. 110 van 13 juni 2003 van mevrouw MARIJKE DILLEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 110 van 13 juni 2003 van mevrouw MARIJKE DILLEN"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 110 van 13 juni 2003

van mevrouw MARIJKE DILLEN

Kinderen met ADHD – Attestering – Begeleiding op school

Het aantal kinderen en jongeren dat kampt met ADHD neemt sterk toe. De vraag rijst dan ook of het niet wenselijk is dat er een attestering komt voor kinderen bij wie ADHD wel degelijk is ge-d i a g n o s t i c e e r ge-d , zoge-dat alle scholen verplicht worge-den rekening te houden met deze problematiek. Vo o r al te veel leerkrachten en scholen bestaat deze pro-blematiek vandaag niet.

1. Zijn er sinds het begin van deze legislatuur maatregelen genomen om te werken aan deze attestering ? Zo ja, welke ? Wat is de stand van zaken ?

Heeft de minister terzake reeds studies laten uitvoeren ? Zo ja, wat zijn de resultaten ? 2. Vandaag zijn ouders en kinderen met ADHD al

te vaak afhankelijk van de goodwill van de scholen en de leerkrachten wat de ondersteu-ning en begeleiding van deze kinderen betreft. Welke maatregelen en richtlijnen heeft de mi-nister terzake uitgevaardigd om de scholen en de hele onderwijswereld te sensibiliseren en te overtuigen meer rekening te houden met deze p r o b l e m a t i e k , zodat deze kinderen niet langer afhankelijk zijn van de goodwill en kunnen re-kenen op een behoorlijke begeleiding ?

3. Is de minister op de hoogte van speciale maat-regelen die bepaalde scholen nemen om deze kinderen te begeleiden en te ondersteunen ? Wat zijn deze maatregelen ?

Hoeveel scholen in Vlaanderen werken gestruc-tureerd rond deze problematiek ? Graag indien mogelijk een opsplitsing per provincie.

Antwoord

De Vlaamse volksvertegenwoordiger stelt dat het aantal kinderen en jongeren met ADHD sterk toe-neemt.

Ik weet niet op welke gegevens zij zich baseert om dit te stellen. Ik stel wel vast dat de aandacht voor deze problematiek de laatste jaren gevoelig is

toe-genomen en dat zo wellicht de indruk ontstaat dat het aantal van deze kinderen alsmaar stijgt.

Deze evolutie is ook vast te stellen voor jongeren met autismespectrumstoornissen, met het syn-droom van Gilles de la To u r e t t e, met dyslexie, m e t d y s c a l c u l i e, en zo meer. Dit heeft ongetwijfeld te maken met een verfijning van de detectiemetho-d e s. Ook detectiemetho-de kennis over detectiemetho-deze problematieken is sinds een tiental jaar zeer sterk geëvolueerd. Tot slot zijn ook de betrokken ouders mondiger ge-worden en zijn er belangenorganisaties die de vraag naar extra ondersteuning en aandacht voor deze kinderen in de kijker plaatsen.

1. Er zijn nog geen maatregelen genomen of over-wogen om voor leerlingen met ADHD een bij-zondere attestering toe te kennen. Over A D H D en de relevantie van een "probleemgebonden" attestering is er nog geen wetenschappelijk on-derzoek uitgevoerd op initiatief van het depar-tement Onderwijs.

Probleem- of stoornisgebonden attesten zijn mijns inziens zelfs niet wenselijk. Dit zou leiden tot een onoverzichtelijke veelheid van attesten, gelet op de diversiteit aan (leer)problemen en stoornissen die er bestaan. Wel ben ik ervan overtuigd dat de attesten buitengewoon onder-w i j s, die door de CLB's onder-worden opgesteld, in de toekomst best zouden evolueren tot "behoefte-a t t e s t e n " , w"behoefte-a"behoefte-arin n"behoefte-a"behoefte-ast een omschrijving v"behoefte-an het probleem ook de nood aan ondersteunende maatregelen in kaart wordt gebracht (CLB : centrum voor leerlingenbegeleiding – red.). O p deze wijze kunnen de attesten dan een belang-rijke aanzet vormen voor individuele hande-lingsplanning.

2. Het is niet de taak van de overheid om scholen richtlijnen te geven over de wijze waarop ze moeten omgaan met specifieke problematieken. Dit behoort tot hun autonomie.

(2)

bin-nen het kader van de nieuwe scholengemeen-s c h a p p e n ) . De scholengemeen-scholen kunnen hun lescholengemeen-stijden- lestijden-pakket naar eigen inzicht aanwenden, zijn vrij in het kiezen van hun methodes, hebben autono-mie in het kiezen van hun evaluatiesysteem en beschikken over een budget om navorming mee aan te kopen. Elke school moet in zijn school-werkplan een beleid ten aanzien van jongeren met leerproblemen uitstippelen.

Dit alles maakt dat de hedendaagse school beter in staat is om kinderen met leerproblemen goed op te vangen. De uitvoering van het gelij-ke-onderwijskansenbeleid en van het zorgbeleid zal door de onderwijsinspectie opgevolgd wor-d e n . Dit alles betekenwor-d een belangrijk sensibili-serend signaal naar de scholen om op een ern-stige manier te werk te gaan.

Ouders moeten hierdoor in de toekomst in elke school kunnen rekenen op aandacht voor de problemen van hun kind en minder afhankelijk zijn van de vrijwilige bereidheid van één of meerdere leerkrachten.

3. In het buitengewoon onderwijs zijn kinderen met ADHD vooral te vinden in de types 3 (ern-stige emotionele en/of gedragsproblemen) en type 8 (ernstige leerproblemen). De tabel bevat een overzicht van het aantal scholen per provin-cie. Provincie T3 T8 Antwerpen 6 23 Vl-Brabant 3 20 Limburg 5 25 Oost-Vlaanderen 5 16 West-Vlaanderen 7 19

Scholen voor gewoon basisonderwijs die speci-fieke initiatieven nemen om kinderen met ADHD op te vangen, zijn bij de overheid niet bekend. Dit gegeven wordt niet opgevraagd. Tijdens het schooljaar 2003-2004 zullen dertien nascholingsprojecten lopen rond het thema "Een zorgzame school". Het project "Zorg voor zorg" van de VZW Zit Stil, die actief is op het terrein van A D H D, werd hierin opgenomen (zie bijlage).

Ik verwijs ook naar mijn antwoord op vraag nr. 111 van 13 juni 2003 van de Vlaamse volksverte-genwoordiger in verband met deze thematiek

en de rol van de centra voor leerlingenbegelei-ding hierbij (zie : blz. 29 – red.).

Bijlage

Nascholingsproject Zorg voor Zorg Doelgroep

D i r e c t i e l e d e n , zorgcoördinatoren en CLB-mede-w e r k e r s. Directieleden nemen deel aan sessie 1 en nazorg op schoolniveau. Zorgcoördinatoren en CLB-medewerkers volgen alle sessies + nazorg in groep en op schoolniveau.

Doelstellingen

– Actueel zorgbeleid doorlichten, bijsturen en aangepast zorgbeleid toepassen en evalueren – Zorgcoördinator bekwamen in het analyseren

van school, klas en leerling ; hem in staat stellen om een handelingsplan op te stellen en hem be-kwamen in het begeleiden van veranderingspro-cessen.

Inhoud en methode

We starten met de analyse van het huidige zorg-plan op verschillend niveaus en detecteren de te-k o r t e n . Een te-korte besprete-king van verschillende problematieken die om een zorgbeleid vragen, p r e-ventief en curatief, komen beknopt aan bod. Ve r-volgens worden verschillende observatie- en bevra-gingstechnieken bestudeerd, toegepast en geoefend in het kader van het analyseren van school, klas en l e e r l i n g. Dit is de basis voor het opmaken van een h a n d e l i n g s p l a n . In een laatste fase worden de zorg-coördinator handvatten aangereikt om leerkrach-ten te motiveren, te stimuleren en om te gaan met eventuele weerstand.

D o c e e r m o m e n t e n , o n d e r w i j s l e e r g e s p r e k ,i n l e v i n g s-o e f e n i n g, e r v a r i n g s s-o e f e n i n g, illustratie aan de hand van videomateriaal.

Concept

(3)

Plaats en data

Regio en globale periode (concrete plaatsen en data kunnen via website van de organisatie geraad-pleegd worden) :

– reeks 1 : regio Antwerpen : oktober – decem-ber 2003 ;

– reeks 2 : regio Mechelen : oktober – januari 2004 ;

– reeks 3 : regio Mechelen : november – januari 2004 ;

– reeks 4 : regio Antwerpen : januari – maart 2004.

Organisatie

Naam Centrum Zit Stil VZW

Adres Heistraat 321, 2610 Wilrijk

Telefoonnummer* 03/830.30.25

Faxnummer 03/825.20.72

e-mail info@zitstil.be

Website** http://www.zitstil.be

Projectverantwoordelijke Mariet Waeben

Contactpersoon Mariet Wa e b e n , Ilse Ve r-s c h a e r e n , Rita Bollaert, Lut Labeeuw

* van de contactpersoon

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

mingsmomenten de allochtone vrouwen te sti- muleren en sensibiliseren zodat enerzijds bij deze vrouwen een bewustwordingsproces kan ontwikkelen en anderzijds hun participatie

In het kader van de subsidiëring van projecten en acties die gericht zijn op de gelijke kansen binnen de man-vrouwverhouding in het beleidsdomein van de werkgelegenheid, kunnen

2° ofwel voor een periode van minstens 9 jaar verhuurd worden aan of, al dan niet koste- l o o s, ter beschikking gesteld worden van de verhuurder vanaf het ogenblik dat de

De hiernavolgende tabel geeft een overzicht van het totaalaantal toegekende huursubsidies over de periode 1999-2002, met uitsplitsing over de respectieve provincies (de

Begin 2002 werd de oproep gelanceerd dat wie zeker wil zijn dat hij/zij de Vlaamse bouwpremie van 7.500 euro krijgt, zijn aanvraag diende te doen voor einde september 20021.

Alle acties die binnen de cel ESF, z w a a r t e p u n t 5 , worden ondernomen inzake gelijke kansen voor vrouwen en mannen op de arbeidsmarkt, worden voorgelegd aan de

De Openbare Afvalstoffenmaatschappij voor het Vlaams Gewest (OVAM) heeft samen met de Ve r- eniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) aanbevelingen uitgewerkt voor de V l a

Alle scholen ontvingen dus langs verschillende kanten richtlijnen over het voorkomen van afval en het omgaan met de afvalstoffen die ontstaan op school.. Dankzij