Vraag nr. 326 van 13 juni 2003
van mevrouw MARIJKE DILLEN De Lijn – Doorstroming
De bevordering van de doorstroming van het openbaar vervoer werd beschouwd als een topprio-riteit van de Vlaamse regering. Er werd samen met De Lijn een prioriteitenlijst opgesteld, g e b a s e e r d op de ernst van de doorstromingsknelpunten. 1. Wat is de huidige stand van zaken betreffende
de uitvoering van deze prioriteitenlijst wat de gewestwegen betreft ?
Welke initiatieven zijn er reeds volledig uitge-voerd ? Welke zijn er gepland voor 2003 ? Graag indien mogelijk een opsplitsing per pro-vincie.
2. Wat is de huidige stand van zaken betreffende de objectieve behoefteanalyse voor de gemeen-te- en provinciewegen ?
3. In het verleden heeft de voorganger van de mi-nister herhaaldelijk verklaard de burgemeesters van gemeenten die weigeren om tram en bus te laten doorstromen, hard te zullen aanpakken en het openbaar vervoer af te schaffen op routes waar het geregeld klem rijdt.
Zijn er gemeenten die niet of te weinig meewer-ken aan de doorstroming van het openbaar ver-voer ? Zo ja, welke ? Welke maatregelen zijn er in praktijk reeds genomen naar gemeenten die dergelijke houding aannemen ?
Zijn er reeds met alle betrokken gemeenten mobiliteitsconvenants afgesloten ? Wat is de huidige stand van zaken ?
4. Welke andere beleidsinitiatieven zijn er de laat-ste twee jaar eventueel genomen om de situatie te verbeteren en welke worden door de minister nog gepland ?
Antwoord
In overleg met de administratie Wegen en Ve r k e e r ( AWV) werd door De Lijn de zogenaamde conges-tiemeting ter kwantificering van de doorstromings-knelpunten ontwikkeld, die de congestiegraad, eigen aan een bepaald wegtracé, weergeeft.
Na meting van de zware probleemtrajecten is het sinds begin 2002 mogelijk een rangschikking te m a k e n , zowel op het niveau van de entiteit van De L i j n , als op niveau van heel V l a a n d e r e n . D e z e rangschikking kan gebruikt worden als prioritei-t e n l i j s prioritei-t . Zulks is evenwel nieprioritei-t heprioritei-t voornaamsprioritei-te doel van de congestiemetingen. Het hoofddoel is de sys-tematische verwerking van de congestiegraad van een bepaald wegtracé in de eigen behoefteanalyse van de AW V, die daarvoor uitgebreid werd met een rubriek "doorstroming openbaar vervoer".
Het toekennen van een bepaald gewicht aan weg-gedeelten ten gevolge van gebrek aan doorstro-ming voor het openbaar vervoer, zorgt ervoor dat deze in de AW V-meerjarenprogramma's meer pri-oritair in aanmerking komen voor heraanleg. H e t werken met congestiemeting en -graad op gewest-wegen heeft eveneens een voorbeeldfunctie voor de andere wegbeheerders, die niet zelden gemoti-veerd moeten worden om doorstromingsbevorde-rende maatregelen te nemen.
1. Tot op heden werd nog geen specifiek budget vrijgemaakt voor de rubriek "doorstroming openbaar vervoer". De congestiegraad, r e s u l-taat van de congestiemetingen, heeft tot nu toe slechts onrechtstreeks een gewicht binnen de AW V-b e h o e f t e a n a l y s e, en wel via de rubriek " d o o r t o c h t e n " , die voor 7,5 % mee wordt be-paald door de congestiegraad.
Het principe van beïnvloeding van de AW V-b e-hoefteanalyse zorgde in ieder geval ook reeds voor de mogelijkheid tot vlotter inspelen op op-portuniteiten in de AWV-programma's.
2. Terwijl De Lijn met de AWV op vrij formele basis een overlegstructuur heeft opgebouwd, i s dit niet het geval met de provincie- en gemeen-t e b e s gemeen-t u r e n , die hegemeen-t leeuwendeel van de door De Lijn bereden trajecten beheren.
Doorstromingsproblemen dienen dan ook door De Lijn steeds ad hoc te worden aangekaart, waarbij over het algemeen zowel de convenan-tenwerking als de systematiek van de congestie-meting voor een meer evenwichtige gespreksba-sis zorgden.
boven-lokaal of zelfs regionaal niveau blijft gehinderd worden.
Met sommige van deze gemeenten werden mo-biliteitsconvenants afgesloten, soms zelfs een bijakte 9.
4. Op het niveau van het Vlaams Gewest is De Lijn zeer nauw betrokken bij de initiatieven waarbinnen doorstromingsprojecten gefinan-cierd of als opportuniteit kunnen meegenomen worden :
– de methodiek van de verkeerslichtenbeïn-vloeding ten voordele van het openbaar ver-voer wordt verfijnd ;
– in het kader van het versneld wegwerken van de zwarte punten ("Veilig Ve r k e e r Vlaanderen") is De Lijn betrokken partij ; – in het kader van de convenantenwerking is
De Lijn betrokken partij op alle niveaus, waardoor zij haar adviserende functie ten volle kan uitoefenen.
Zowat driekwart van alle gemeenten heeft de op-maak van een gemeentelijk mobiliteitsplan achter de rug. De Lijn was in al deze gemeenten bij het opmaakproces aanwezig.