• No results found

Vraag nr. 259van 17 juni 1996van de heer JOHAN MALCORPS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 259van 17 juni 1996van de heer JOHAN MALCORPS"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 259 van 17 juni 1996

van de heer JOHAN MALCORPS

Sigmaplan en Kust 2002 – Broeikaseffect en zeespiegel Eind april van dit jaar gaf het Britse journalistennet-werk Panos het Second Assessment Report uit, waarin de wetenschappers van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC), dat voor de Verenigde Naties (VN) het broeikaseffect onderzoekt, hun voorspellin-gen over deze problematiek bekendmaken. Daarin wordt gesteld dat pas ergens halverwege de volgende eeuw de klimaatperikelen zullen gaan doorwegen, maar dat er dan niets meer tegen te doen valt, tenzij zich aanpassen.

Ze stellen ook dat er nu nog wel gedeeltelijke preventie mogelijk is, vooral door de uitstoot van kooldioxide te verminderen.

De IPCC-onderzoekers stellen nochtans dat de tempe-ratuurverhoging een stijging van de zeespiegel met 1 cm per jaar tot gevolg kan hebben, samen met het vaker voorkomen van stormen. Deze mogelijkheden kunnen zeer grote gevolgen hebben voor de kustverde-diging en de zeewering aan de Vlaamse kust, alsmede voor de veiligheid van de polderbewoners.

1. In hoever heeft men in het Sigmaplan en de studie Kust 2002 met deze situatie rekening gehouden ? 2. Op welke wijze heeft de minister eventueel op dit

rapport en zi jn conclusi es ingespeeld om de bestaande plannen alsnog aan te passen ?

3. Heeft hij deze problematiek reeds aan het Coördi-natiecomité voor het Internationaal Milieubeleid (CCIM) ter bespreking voorgelegd ? Welke voor-stellen heeft hij daarbij eventueel geformuleerd ? Antwoord

1. In de studie Kust 2002 wordt een grondige analyse van de kustverdediging uitgevoerd en worden maat-regelen bestudeerd en voorgesteld nodig om een voldoende hoog veiligheidsniveau te verzekeren. In deze studie w orden ook de gevolgen voor de Vlaamse kust van het broeikaseffect onderzocht en zal er rekening worden gehouden met de gevolgen. Op dit ogenblik is er in het kader van de studie Kust 2002 enkel een voorbereidend rapport gepubli-ceerd. De eigenlijke studie moet nog worden aange-vat. In het investeringsprogramma 1996 werd de uit-voering van de eerste fase van deze studie "pro memorie" vermeld. In het ontwerp van investe-ringsprogramma 1997 worden de nodige kredieten opgenomen voor de uitvoering van de eerste fase van de studie.

Als het Sigmaplan volledig uitgevoerd zal zijn, namelijk :

– de verhoging en de verzwaring van de dijken, – de aanleg van de nu geplande gecontroleerde

overstromingsgebieden,

– de bouw van een stormvloedkering,

zal rekening gehouden zijn met een op het ogenblik van de studie van het Sigmaplan verwachte zeespie-gelstijging.

De maatgevende waterstand die moet worden gekeerd in het Scheldebekken is de cota +9.05 m TAW (Technische Adviescommissie van de Water-keringen).

Afwaarts de stormvloedkering – di t is van de Nederlandse grens tot Oosterweel (afwaarts Ant-werpen) – worden de dijken opgetrokken tot de cota +11.00 m TAW. Deze cota is circa 2 m boven de maatgevende waterstand.

Deze 2 m-reserve wordt als volgt verdeeld :

– 0,50 m om rekening te houden met de zettingen van het massief en de ondergrond ;

– 0,50 m om rekening te houden met de relatieve daling van het land ten opzichte van de zeespie-gel. Hierin is vervat de invloed van het broeikas-effect en de invloed van de daling van het land ten opzichte van de zeespiegel ;

– 1 m om rekening te houden met de golfoploop en bui-oscillaties.

De dijken opwaarts de stormvloedkering worden gebouwd op de cota 8.35 m TAW van Antwerpen tot Temse en verderop de rivieren op de cota +8.00 m TAW.

2. De termijn van de studie Kust 2002 bedraagt drie jaar ; vanaf dan zullen de gevolgen voor de Vlaamse kust van het broeikaseffect in de te treffen beheers-maatregelen kunnen worden ingecalculeerd. Voor het Sigmaplan werd een studie opgedragen aan het Waterbouwkundig Laboratorium om de invloed van het broeikaseffect aan de hand van de laatste wetenschappelijke gegevens te evalueren. Zo nodig wordt het Sigmaplan aangepast.

3. Mijn administratie heeft geen rechtstreeks contact gehad met het Coördinatiecomité voor het Interna-tionaal Milieubeleid. In het CCIM is wel de admini-stratie Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer (Ami nal) van het departement Leefmi lieu en Infrastructuur van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap gesprekspartner. De interne commu-nicatie tussen beide administraties geeft een garan-tie voor de doorstroming van de noodzakelijke informatie.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Welke stappen zijn ondernomen om de bewoners van Hoboken en het Antwerpse een sluitende garantie te bieden dat een verdieping van de Schelde geen bijko- mende

Op dit ogenblik worden de meer dan tweeduizend bezwaarschriften die werden ingediend tijdens het openbaar onderzoek en de verschillende adviezen van de gemeentebesturen,

Er werd beslist dat het kruispunt gelijk- vormig diende te worden gemaakt met de andere kruis- punten op het wegvak Breendonk - Temse, maar dat er (voorlopig) geen

De militaire overheid steunt zich blijkbaar op een decreet van 1791 om te stellen dat zij voor deze werken aan geen enkele vergunning onderworpen is?. Is het correct dat voor

De afdeling Natuur van Aminal (administratie Milieu-, Natuur-, Land-, en Waterbeheer) kreeg toen ook de opdracht om voor de Baai van Heist de procedure op te starten voor de

Uiteraard werden er door de bouwheer van de gasvervoerinstallatie, Interconnector (UK) Limited, vooraleer de aanvraag bij het federale ministerie van Economische Zaken werd

Zij worden hierin ondersteund door de Wetenschappelijke Vereniging van Vlaamse Huisartsen (WVVH) die onder meer een brochure ter zake ontwikkelde. De WVVH ontvangt

Gebleken is immers dat in West-Vlaanderen in totaal 22 (en niet 24) illegale kampeerterreinen bestaan die moeten worden geacht strijdig te zijn met de