• No results found

Vraag nr. 38 van 8 april 1998 van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 38 van 8 april 1998 van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 38 van 8 april 1998

van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN Beheer- en adviesraden – Vrouwen

De Vlaamse regering nam in september 1996 de optie om zowel in advies- als in beheerraden mini-mum een derde personen van een verschillend geslacht op te nemen.

"Men" ervaart het duidelijk als een probleem te moeten zoeken naar vrouwen die de betrokken sectoren kennen. De traditionele mechanismen die in gang worden gezet bij het invullen van functies falen dus duidelijk als men vrouwen zoekt. D a t vrouwen die competent zijn in een sector vaak niet eens weet hebben van mogelijke vacatures of ver-v a n g i n g e n , en dus zelf geen signaal kunnen uitzen-den, wordt hierbij over het hoofd gezien.

Het lijkt me dan ook essentieel dat de V l a a m s e regering aan alle belangstellenden laat weten welke raden van beheer, a d v i e s r a d e n , . . . er zijn, waarmee ze zich bezighouden, wanneer er vervan-gingen moeten gebeuren, hoe de huidige samen-stelling is, wat de vergoeding is, met welke regel-maat ze vergaderen, en dergelijke meer. Ook man-nen zullen trouwens meer doorzichtigheid als een pluspunt ervaren.

1. Hoe informeert de minister mogelijke belang-stellenden over in te vullen functies bij het samenstellen van raden ?

2. Is er een globaal en geactualiseerd praktisch overzicht ter beschikking voor de administratie, het Vlaams Parlement, de wetenschappelijke wereld, belangstellenden, ... over alle bestaande raden van bestuur en adviesraden die onder zijn/haar bevoegdheid vallen ? Zo ja, w a a r o m werd dit niet aan het parlement bezorgd ? Zo neen, heeft de minister initiatieven genomen om dit uit te werken in het kader van een open en doorzichtig beleid en beschikbaar te stellen voor alle belangstellenden ?

N.B. : Deze vraag werd gesteld aan alle ministers.

Gecoördineerd antwoord

Vooraleer ik de twee vragen zal beantwoorden, w i l ik meedelen dat er momenteel enkel een decreet van kracht is houdende de invoering van een meer evenwichtige vertegenwoordiging van mannen en

vrouwen in adviesorganen. Maar niettegenstaande er geen decretale regelgeving voor beheersorganen is inzake de tweederderegel, levert de V l a a m s e regering nu reeds inspanningen om te beantwoor-den aan de nodige man-vrouw-evenwichten. In antwoord op de twee vragen wordt hierna een opsomming gegeven van de antwoorden verkregen na een rondvraag bij de Vlaamse ministers. Momenteel hebben enkel de hieronder vermelde ministers een antwoord gegeven.

In antwoord op vraag 2 kan ik meedelen dat er een overzichtslijst van adviesorganen bestaat. Deze lijst is opgemaakt door de afdeling Kanselarij van het departement Coördinatie en kwam tot stand met maximale betrokkenheid van de departementen en de kabinetten. De laatste actualisering gebeurde op 28 november 1996. In bijlage 6 vindt de V l a a m s e volksvertegenwoordiger hiervan een kopie.

M i n i s t e r-president van de Vlaamse regering, V l a a m s minister van Buitenlands Beleid, Europese A a n g e l e -genheden, Wetenschap en Technologie

Zowel bij de samenstelling van de adviesorganen als bij de beheersorganen worden de betrokken i n s t a n t i e s, v e r e n i g i n g e n , politieke partijen, o r g a n i-saties aangeschreven, waarna hun wordt gevraagd een voorstel van kandidaten te formuleren.

Het is niet gebruikelijk belangstellenden hierover te informeren.

Vlaams minister voor Onderwijs en A m b t e n a r e n z a -ken

Administratie Informatica

De in de vraag vermelde aangelegenheid is niet aan de orde voor de administratie Informatica. Administratie Ambtenarenzaken

(2)

Artikel II 11 van het Vlaams Personeelsstatuut bepaalt dat bij de effectieve samenstelling per zaak van de raad van beroep ten hoogste 3/5 van de leden van hetzelfde geslacht mag zijn. Artikel 4 van het besluit van de Vlaamse regering houdende oprichting en samenstelling van een raad van beroep voor sommige Vlaamse openbare instellin-gen bevat een gelijkluidende bepaling. Deze bepa-lingen gaan dus eigenlijk verder dan het decreet van 15 juli 1997 houdende invoering van een meer evenwichtige vertegenwoordiging van mannen en vrouwen in adviesorganen, dat in artikel 3 oplegt dat ten hoogste tweederde van de leden van een adviesorgaan van hetzelfde geslacht mag zijn. Er bestaat geen vaste samenstelling van de raden van beroep. De kamers van de raden van beroep worden per zaak samengesteld uit een voorzitter en vier assessoren (twee namens de vakbonden en twee namens de overheid), waarbij voor de verant-woordelijke organen voldoende vrouwen werden opgenomen als potentiële assessor. Zo zijn er bij-v o o r b e e l d , bij-voor de huidige lijst bij-van personen die kunnen worden aangewezen als assessor namens de overheid in de raad van beroep bij de diensten van de Vlaamse regering, van de 16 potentiële assessoren van rang A1, 11 vrouwen.

De effectieve en plaatsvervangende voorzitters van de raden van beroep zijn beroepsmagistraten die hiertoe werden aangewezen door de minister van Ju s t i t i e. Ook hier zijn er wat bijvoorbeeld de dien-sten van de Vlaamse regering betreft twee vrouwe-lijke beroepsmagistraten (op een totaal van 6). In de personeelsstatuten worden naast de raad van beroep ook nog andere organen vermeld als advi-serende organen, zoals het college van secretaris-s e n - g e n e r a a l , de departementale directieraden en de colleges van afdelingshoofden bij het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap en de directieraden bij de Vlaamse wetenschappelijke en openbare i n s t e l l i n g e n . Vermits deze organen enkel uit ambte-naren van het ministerie van de Vlaamse Gemeen-schap of van een Vlaamse wetenGemeen-schappelijke of openbare instelling zijn samengesteld, met het oog op zowel een bestuurlijke bevoegdheid als een adviserende bevoegdheid uitsluitend ten aanzien van het interne personeel, ben ik van oordeel dat deze organen niet het voorwerp van de vraag uit-maken.

Administratie Onderwijs

Het college van secretarissen-generaal van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap heeft de

beslissing genomen om door het departement Coördinatie een overzicht te laten opmaken van alle adviesorganen die werkzaam zijn in alle beleidssectoren van de Vlaamse Gemeenschap. D i t overzicht inventariseert alle commissies, hun regle-mentaire basis alsook hun samenstelling. Als b i j l a-g e bij dit antwoord a-gaat een overzichtslijst van de adviesorganen/commissies wat het Departement Onderwijs betreft.

Het is de bedoeling dat deze inventarisatie perma-nent zal geactualiseerd worden.

Het departement Coördinatie zal bepalen waar-voor deze lijst gebruikt zal worden.

Naar aanleiding van de invoering van het decreet van 15 juli 1997 houdende de invoering van de evenwichtige vertegenwoordiging van mannen en vrouwen in adviesorganen is door het departement Onderwijs een overzicht gemaakt van alle advise-rende commissies. Al degenen die betrokken en/of verantwoordelijk zijn voor de (her)samenstelling van deze organen werd erop gewezen dat zij voor-taan dit decreet moeten toepassen.

Vlaams minister van Openbare We r k e n , Vervoer en Ruimtelijke Ordening

Op het ogenblik dat dergelijke functies kunnen ingevuld worden door de vertegenwoordigers van de administratie, wordt deze verzocht voorstellen te formuleren, rekening houdende met de door de Vlaamse regering genomen standpunten terzake, dit zowel voor advies- als voor beheerraden. D e verhouding van één derde personen van een ver-schillend geslacht, wordt als norm gehanteerd. Het decreet van 15 juli 1997 houdende de invoe-ring van een meer evenwichtige vertegenwoordi-ging van mannen en vrouwen in adviesorganen is een extra aandachtspunt voor de diverse afdelin-gen van de administratie, zodat bij de samenstelling van advies- of beheerraden of de vervanging van de leden, steeds in de mate van het mogelijke met de vooropgestelde quota wordt rekening gehou-den.

(3)

Vlaams minister van Cultuur, Gezin en Welzijn 1. In de sectoren van cultuur, gezin en welzijn

bestaan er talrijke ledenorganisaties en belan-g e n o r belan-g a n i s a t i e s, federaties en koepels. D e z e organisaties vormen het middenveld tussen de overheid en de burgers. Meestal hebben deze organisaties ook een eigen publicatie. Zij volgen het beleid op de voet en informeren de bij hen aangesloten leden of ledenorganisaties regelma-tig over te nemen of genomen beslissingen. Dat laatste geldt ook voor de samenstelling van adviesraden of beheerraden.

Bij de recente oprichting van de Gezins- en Welzijnsraad heb ik kunnen ervaren dat via allerlei organisaties, federaties en koepels, h e t werkveld actief tracht in te spelen op het besluitvormingsproces.

Ik stel vast dat het middenveld in de sectoren c u l t u u r, Gezin en Welzijn alleszins voor vol-doende informatie zorgt en ten aanzien van de achterban ook mobiliserend optreedt. O o k vrouwenorganisaties nemen daarbij hun rol op. 2. Wat de beheerraden in de sectoren van cultuur,

gezin en welzijn betreft, is er geen geactuali-seerd praktisch overzicht ter beschikking. In het kader van een open en doorzichtig beleid zal ik aan de betrokken administraties vragen een geactualiseerd overzicht te maken en voor alle belangstellenden toegankelijk te maken. D a a r-bij moet nagegaan worden in welke mate men kan gebruikmaken van nieuwe informatiekana-len.

Wat de adviesraden betreft, zijn de sectoren cul-tuur, gezin en welzijn volop in een overgangsfa-s e. Op 15 juli 1997 bekrachtigde de V l a a m overgangsfa-s e regering het decreet houdende oprichting van een Gezins- en Welzijnsraad en van een advise-rende beroepscommissie inzake Gezins- en Wel-z i j n s a a n g e l e g e n h e d e n . In uitvoering daarvan werd de nieuwe Gezins- en Welzijnsraad op 1 februari 1998 samengesteld. De samenstelling van de adviserende beroepscommissie is in v o o r b e r e i d i n g. Op 19 december 1997 bekrach-tigde de Vlaamse regering het decreet houden-de oprichting van een Raad voor Cultuur, e e n Raad voor de Ku n s t e n , een Raad voor Vo l k s-ontwikkeling en Cultuurspreiding en van een adviserende beroepscommissie inzake culturele a a n g e l e g e n h e d e n . De samenstelling van deze raden en van die adviserende beroepscommissie is nog in voorbereiding.

Het spreekt vanzelf dat het niet zinvol zou zijn in deze overgangsfase een overzicht op te maken van de adviesraden in deze sectoren. Dit overzicht zou onmiddellijk achterhaald zijn. Op dit ogenblik is de geplande afschaffing van som-mige raden nog niet uitgevoerd, omdat hun taak nog niet helemaal door de nieuwe raden of beroepscommissies kan worden overgenomen. De twee bovengenoemde decreten verschaffen echter wel een goed overzicht van de toekomsti-ge adviesstructuren inzake toekomsti-gezin en welzijn en inzake cultuur. Deze decreten zijn in de publica-ties van betrokken organisapublica-ties overigens veel-vuldig toegelicht. Bij de installatie van de Gezins- en Welzijnsraad werd die nieuwe struc-tuur, wat die sectoren betreft, trouwens ook aan de pers meegedeeld.

Vlaams minister van Economie, K M O, L a n d b o u w en Media

1. Gelet op de gewijzigde decreetgeving vallen er in de toekomst slechts drie beheer- en adviesra-den onder mijn bevoegdheid.

In de Vlaamse Mediaraad zetelen hoofdzakelijk vertegenwoordigers van de sectoren. Bij de voordracht wordt gewezen op de verplichte aanwezigheid van vrouwen. De voordrachten voor de Vlaamse Audiovisuele Selectiecommis-sie en de raad van bestuur van de VRT gebeurt door de fracties van het Vlaams Parlement. Ook hier wordt gewezen op de noodzakelijke aanwe-zigheid van vrouwen.

2. Een overzicht van de samenstelling van de raden wordt bezorgd aan eenieder die hierom verzoekt.

Ik heb aan de afdeling Kanselarij gevraagd deze inventaris aan te vullen met een aantal bijkomende gegevens over de samenstelling m/v en de hernieu-wing van de mandaten. Hieraan wordt voor het ogenblik nog steeds gewerkt.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het nascholingsbudget beschikbaar voor de scholen van het secundair onderwijs bedraagt (niet-geïndexeerd) 16 miljoen voor het begro- tingsjaar 1997 en loopt op tot

De beroepsorganisatie van kinderpsychiaters ijvert voor een betere rege- ling van de honoraria van kinder- en jeugdpsy- chiaters en voor een erkenning van de

Anderzijds bepaalt artikel 1, § 3 van het besluit van de Vlaamse regering van 12 juni 1995 tot gelijkstel- ling van bekwaamheidsbewijzen die toegang geven tot de ambten van

Aan een goede poetshulp worden heel wat eisen gesteld : ze moet flexibel zijn, inzicht hebben in wat deze hulp voor elke klant kan betekenen, r e s p e c t- vol omgaan met

van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN Voorbereiding Europese richtlijnen – Informatie Vlaams Parlement.

Waarom wordt het Vlaams Parlement niet sys- tematisch op de hoogte gebracht van het opstar- ten van voorbereidingen inzake Europese regel- geving bij de administratie en door

[r]

Wat de initiatieven gesteund door het Fonds voor Collectieve Uitrustingen en Diensten (FCUD) b e t r e f t , heeft Kind en Gezin allicht nu pas een dui- delijk overzicht.. Naar