• No results found

BESLUIT Besluit van de directeur

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "BESLUIT Besluit van de directeur"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

BESLUIT

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 17 van de

Mededingingswet.

Zaaknummer 189/Teleflora Nederland B.V.

1.

Op 26 maart 1998 heeft de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit een aanvraag om ontheffing van het verbod van artikel 6, eerste lid, van de Mededingingswet ontvangen voor de standaard-overeenkomst van Teleflora Nederland B.V. (hierna: Teleflora).

I FEITELIJKE ACHTERGROND A Betrokken partijen (ondernemers)

2.

Teleflora is een besloten vennootschap en maakt deel uit van Teleflor International, waarvan de statuten zijn geregistreerd in het Verenigd Koninkrijk. Teleflora heeft het exclusieve recht onder de naam Teleflora Nederland overeenkomsten - voor onbepaalde tijd - met Nederlandse bloemisten af te sluiten.

3.

Deelnemers die met Teleflora een overeenkomst afsluiten zijn detailhandelaren in bloemen, planten en aanverwante producten. Het gaat daarbij zowel om bloemisten/winkeliers als om tuincentra. In februari 1998 had Teleflora met circa 1100 deelnemers een contract gesloten.

B Inhoud afspraak

4.

Teleflor International heeft ten doel "de behartiging van zowel de stoffelijke als de zakelijke belangen van de bij haar aangesloten nationale organisaties en de daarbij aangesloten bloemisten, in het bijzonder op het gebied van het in opdracht bezorgen en laten

bezorgen van bloemen, planten en aanverwante artikelen"[1]. Teleflora is exclusief gerechtigd door Teleflor International tot het sluiten van overeenkomsten met Nederlandse bloemisten voor deze

belangenbehartiging.

[1] Considerans van de overeenkomst tussen Teleflora Nederland B.V. en deelnemende bloemist, punt b.

5.

De overeenkomst die Teleflora met de bloemisten afsluit bevat de volgende bepalingen die in het kader van dit ontheffingsverzoek van belang zijn.

- Teleflora geeft daarvoor in aanmerking komende, bij haar

(2)

- De bloemist is gerechtigd om Teleflora-bloemencheques te verkopen en is verplicht om Teleflora-bloemencheques aan te nemen (art. 1.b). - De bloemist geeft daarvoor in aanmerking komende bij hem

binnenkomende opdrachten tot het (laten) bezorgen van bloemen, planten en aanverwante artikelen uitsluitend door aan Teleflora of aan een bij Teleflora aangesloten bloemist (art. 1.c).

- Verrekening van de aan de bloemist verschuldigde en van de bloemist te vorderen bedragen vindt uitsluitend plaats tussen Teleflora en de bloemist (art. 1.d).

- De bloemist is gerechtigd tot het gebruik van de handelsnaam en tot het gebruik van het beeldmerk van Teleflora Nederland zolang de samenwerking tussen de partijen duurt. De bloemist dient in zijn bedrijf het door Teleflora aan hem te verstrekken vignet met de naam Teleflora Nederland aan te brengen op een voor het publiek en van de straat af gezien duidelijk zichtbare plaats (art. 1.e).

- Teleflora bevordert de samenwerking tussen de met haar contracterende bloemisten door:

a. maatregelen te nemen en uit te voeren ter bevordering van tijdige betaling van de op grond van de samenwerking verschuldigde bedragen;

b. toe te zien op de uitvoering van de levering van bloemen en planten, overeenkomstig de opgegeven waarde, de kwaliteit, de artistieke en technische verzorging en de wijze waarop service aan de consument wordt verleend, alles op door Teleflora nader te bepalen wijze (art. 2). - Teleflora brengt de bloemist voor door Teleflora verrichte of te verrichten diensten in verband met de uitvoering van orders tot het (laten) bezorgen van bloemen, planten, bloemencheques en aanverwante artikelen 5% ex BTW van het bruto door de bloemist ontvangen orderbedrag in rekening. Bij opdrachten naar het buitenland brengt Teleflora 10% ex BTW van het bruto door de bloemist ontvangen orderbedrag in rekening (art. 8).

- De jaarlijkse door de bloemist te betalen bijdrage bedraagt f 295,--, te vermeerderen met BTW (art. 9).

- Teleflora heeft het recht de overeenkomst met onmiddellijke ingang te beindigen indien de bloemist zijn verplichtingen uit de overeenkomst niet nakomt, dan wel het noodzakelijke vakmanschap niet meer volgens daaraan in redelijkheid door Teleflora te stellen eisen uitoefent, blijkende uit het bezorgen van bloemen en planten die niet voldoen aan in redelijkheid te stellen kwaliteitseisen, of wanneer de bloemist zijn bloemisterij niet onderhoudt als van een redelijk vakman mag worden geist (art. 11).

- De bloemist is het verboden om tijdens de duur van de samenwerking - om welke reden deze overeenkomst dan ook eindigt - direct of indirect, voor zichzelf of voor anderen in enigerlei vorm werkzaam of genteresseerd te zijn in of bij enige onderneming of persoon die hetzelfde doel nastreeft als Teleflora, op verbeurte van een onmiddellijk opeisbare boete van f 25,-- per dag (art. 13).

(3)

voorkomt, vereist voorafgaande schriftelijke toestemming van Teleflora (art. 15).

6.

Voor de bezorging in Nederland wordt door Teleflora een vast tarief van f 7,50 gehanteerd voor telefoon- en bezorgkosten. Indien bezorging dient te geschieden op een eiland waar geen bloemist is gevestigd die bij de Teleflora-organisatie is aangesloten, wordt een extra bedrag voor bezorging in rekening gebracht. Daarbij gaat het om een vast bedrag van f 10,-- voor bezorging op de Waddeneilanden Vlieland en Ameland en een bedrag van F 17,50 voor bezorging op Schiermonnikoog en een bedrag van f 7,50 voor Kaageiland. Voor Texel en Terschelling geldt geen extra opslag.

Voor de bezorging in het buitenland wordt een vast bedrag van f 15,-- in rekening gebracht aan de klant, verplicht te vermeerderen met een genormeerd bedrag voor telex- of portokosten.

7.

Voor de acceptatie van orders gelden minimumbedragen voor verschillende producten (bijv. boeket, plant, grafkrans). Voor orders naar het buitenland gelden eveneens per land verschillende

minimumbedragen.

8.

Teleflora stelt geen gespecificeerde eisen aan bloemisten waar zij een overeenkomst mee sluit. Wel wordt voordat een contract wordt afgesloten door Teleflora beoordeeld of de kandidaat-deelnemer daarvoor in aanmerking komt, terwijl Teleflora de overeenkomst kan beindigen indien naar haar oordeel de bloemist niet (meer) aan de door haar gestelde normen voldoet. Teleflora heeft desgevraagd aangegeven: " De eisen die gesteld worden, zijn de branche gebruikelijke eisen zoals: vakdiploma en/of vakbekwaamheid, uitstraling van de winkel, of het bedrijfsbeleid van de bloemist aansluit bij het beeld, behoefte van de consument ten opzichte van bloemenverzending".

9.

De naleving van de normen worden volgens Teleflora gecontroleerd door middel van registratie van klachten van de consument, gevolgd door onderzoek naar de gegrondheid ervan, waarbij de betreffende bloemist wordt betrokken. Voorts door steekproefgewijs een order te plaatsen welke op zijn gehele uitvoering door Teleflora wordt beoordeeld. C Werking van het systeem

10.

De op basis van de overeenkomsten door Teleflora opgebouwde organisatie werkt als volgt:

-Teleflora sluit een contract met een bloemist die daarmee op de deelnemerslijst van Teleflora komt te staan. Opname betekent dat de bloemist aan de voorwaarden voor deelname heeft voldaan, c.q. voldoet;

-deelnemers betalen een jaarlijkse contributie voor de diensten van Teleflora op het gebied van kwaliteitscontrole en tijdige betaling; -deelnemers en Teleflora mogen opdrachten uitsluitend aan andere deelnemers of aan Teleflora doorgeven;

-voor het accepteren van orders zijn minimumbedragen vastgesteld voor verschillende producten;

-deelnemers verplichten zich opdrachten, die door een andere bloemist/deelnemer of door Teleflora zelf geaccepteerd zijn, naar behoren uit te voeren;

(4)

opslag;

-verrekening van de transacties geschiedt via Teleflora, waarbij een percentage van het totale bedrag van de transactie aan Teleflora moet worden afgedragen;

-de bloemist zendt Teleflora aan het eind van iedere maand lijsten waarop staan vermeld de door hem uitgevoerde en door hem aan anderen verstrekte opdrachten, alsmede de van de opdrachtgever ontvangen bruto bedragen en de na aftrek van het aan Teleflora af te dragen percentage nog aan Teleflora af te dragen bedragen;

-de bloemist die de order accepteert en doorgeeft ontvangt 20 % van het totale orderbedrag, waar de procentuele bijdrage aan Teleflora van wordt betaald;

-de uitvoerende bloemist ontvangt 80 % van het bruto orderbedrag; - Teleflora zorgt voor tijdige betaling/verrekening;

-betaling van de uitvoerende bloemist bij in gebreke blijven van de doorgevende bloemist wordt door Teleflora gegarandeerd.

D Markt(en) waarop de afspraak betrekking heeft

11.

De regeling heeft betrekking op het bemiddelen bij en het uitvoeren van orders voor het bezorgen van bloemen, planten en aanverwante

producten op afstand. Deelnemers die met Teleflora een overeenkomst afsluiten zijn detailhandelaren in bloemen, planten en aanverwante producten. Het gaat daarbij zowel om bloemisten/winkeliers als om tuincentra.

12.

Het verzorgingsgebied van de individuele bloemist is veelal lokaal. Vraag en aanbod (dat wil zeggen opdrachtgever en bemiddelend bloemist) treffen elkaar in de regel eveneens op lokale schaal.

13.

De totale bestedingen aan bloemen, planten en aanverwante producten bedroegen in 1997 1,8 miljard gulden. In dit bedrag zijn ook

bestedingen van bedrijven, instellingen e.d. opgenomen die op maximaal 300 miljoen gulden worden geschat.

14.

In Nederland zijn er in de bloemendetailhandel 4.650 bloemenwinkels en 1.850 ambulante handelaren. Ruim 10% van alle

bloemist-winkeliers is ook ambulante handelaar.

15.

De bloemendetailhandel is over het algemeen erg kleinschalig. Er zijn in de branche 14 bedrijven met ieder 5 of meer winkels die in totaal 124 filiaalwinkels en franchisezaken hebben.

16.

Veel ondernemers zijn aangesloten bij de organisaties Elitebloemist, Bloemisten Business Club (BBC), Bloemisten Ster Programma (BSP) en Hollands Bloemisten Belang (HBB). Sommige ondernemers zijn lid van meer dan n organisatie.[2]

[2] Bron: brancheschets 1998 detailhandel in bloemen en planten, EIM.

(5)

II VERLOOP VAN DE PROCEDURE

18.

De directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit (hierna: d-g NMa) heeft op 26 maart 1998 een aanvraag tot ontheffing ontvangen. De ontheffingsaanvraag is als zaaknummer 189 bij de Nederlandse mededingingsautoriteit (hierna: NMa) geregistreerd.[3]

[3] Voorafgaand aan deze procedure heeft de Minister van Economische Zaken, bij beslissing van 29 maart 1995 (Stcrt. 1995, 72), tot 1 juli 1998 ontheffing verleend van de onverbindendverklaring als bedoeld in artikel 1 van het Besluit horizontale prijsbinding (Stb. 1993, 80, vervallen per 1 juli 1998).

19.

Bij brief van 11 december 1998 heeft de d-g NMa een verzoek om inlichtingen gericht aan Teleflora. Op 24 december 1998 heeft de NMa de antwoorden op dit verzoek ontvangen.

20.

In Staatscourant 240 van 15 december 1998 is mededeling gedaan van de ontheffingsaanvraag. Daarbij zijn belanghebbenden opgeroepen hun zienswijze schriftelijk of mondeling naar voren te brengen. De aanvraag en de daarop betrekking hebbende stukken hebben vanaf 15 december 1998 gedurende vier weken ter inzage gelegen ten kantore van de NMa.

21.

Er zijn naar aanleiding van de onder punt 20 genoemde mededeling in de Staatscourant geen opmerkingen binnengekomen.

22.

Op verzoek van de NMa heeft Teleflora in april 1999 een wijziging aangebracht in de aangemelde overeenkomst, zodat aan de belangrijkste mededingingsrechtelijke bezwaren van de zijde van de NMa tegemoet is gekomen.

III ARGUMENTEN VAN PARTIJEN

23.

Artikel 17 van de Mededingingswet (hierna: Mw) bepaalt dat de d-g NMa ontheffing van het verbod van artikel 6 Mw kan verlenen, indien cumulatief wordt voldaan aan vier criteria. De aanvrager gaat er a priori kennelijk vanuit dat artikel 6 Mw van toepassing is. Teleflora heeft bij haar ontheffingsaanvraag argumenten aangedragen waarom naar haar mening de regeling aan de vier voorwaarden zoals vervat in artikel 17 Mw, voldoet. Deze argumenten zijn hieronder weergegeven.

Aangevoerde argumenten van Teleflora

- De regeling draagt bij tot verbetering van de productie of distributie

24.

Teleflora stelt zich op het standpunt dat het door Teleflora gehanteerde systeem bijdraagt aan de verbetering van de distributie.

25.

Omdat het gaat om transacties die op afstand plaatsvinden, is het volgens Teleflora voor de klant en voor de bemiddelende bloemist niet mogelijk om zicht te hebben op de uitvoering van de order. De organisatie dient volgens Teleflora in deze dan ook voor de

(6)

in de mogelijke beindiging daarvan.

26.

De verplichting om een binnen de normen, in de zin van een minimum bedrag voor een bepaald product, vallende opdracht uit te voeren, leidt volgens Teleflora tot verhoging van de efficiency. Immers de

bemiddelende bloemist kan een opdracht aannemen in de

wetenschap, dat een andere deelnemer deze "op verantwoorde wijze" kan en zal uitvoeren.

27.

Teleflora stelt dat de beperking dat opdrachten alleen aan andere deelnemers of aan Teleflora mogen worden doorgegeven en alleen van andere deelnemers of van Teleflora mogen worden geaccepteerd, eveneens een basis legt voor het systeem door het verhogen van de bereidheid tot uitvoeren van een order op basis van wederkerigheid, zowel ten aanzien van het doorgeven van transacties als ten aanzien van de kwaliteit van de uitvoering.

28.

Het verrekenen van de opdrachten via de Teleflora organisatie vormt volgens Teleflora voor de uitvoerende bloemist de garantie dat hij voor het uitvoeren van de opdracht wordt betaald. Bovendien zou het centraal verrekenen van transacties voor een duidelijk efficiencywinst zorgen, aangezien er niet per transactie een boeking en verrekening tussen de beide bloemisten zou hoeven plaats te vinden.

29.

Al deze voorwaarden die de organisatie stelt zijn er volgens Teleflora op gericht het doen van bestellingen op afstand mogelijk te maken en naar alle partijen die bij de transactie zijn betrokken een zo groot mogelijke zekerheid te scheppen over tijdige en kwalitatief goede uitvoering van de opdracht en over de betaling daarvan. Bovendien zouden de bepalingen voorkomen dat er over elke transactie door beide bloemisten dient te worden overlegd voordat een opdracht kan worden aangenomen, wat een verhoging van de efficiency teweeg brengt.

30.

Het ontbreken van vaste tarieven voor bezorgkosten en een

geniformeerd provisie-percentage zou volgens Teleflora betekenen dat de doorgevende bloemist voor hij de order kan accepteren met een of meer deelnemers in de plaats waar de bestelling moet worden

afgeleverd contact moet opnemen teneinde de juiste, door hem aan de klant door te berekenen, kosten te weten te komen en teneinde afspraken te maken over de door hem bij de uitvoerende bloemist in rekening te brengen provisie. Voorts zou de bemiddelende bloemist de klant geen duidelijkheid kunnen verschaffen over het product dat zal worden afgeleverd voor het door de klant bestede bedrag.

31.

De noodzaak voor het opnemen van contact indien er geen vaste tarieven gelden voor bezorgkosten en provisiehoogte, zal volgens Teleflora de hoeveelheid tijd die een bemiddelende bloemist aan het doorgeven van een order moet besteden sterk verhogen en in een verlies aan efficiency en dus verhoging van de kosten ten opzichte van het systeem met vaste tarieven resulteren.

- Een billijk aandeel van de voordelen moet de gebruikers ten goede komen

(7)

voldaan.

33.

Volgens Teleflora garandeert de organisatie dat orders die aan de acceptatienormen voldoen worden uitgevoerd. De zekerheid dat de order aan een bepaalde kwaliteitsnorm voldoet zou eveneens ten voordele van de consument zijn, daar hij erop zou kunnen vertrouwen dat de uitvoerende bloemist voldoet aan de order en een met het bestede bedrag overeenstemmend product aflevert.

34.

Het hanteren van vaste tarieven voor bezorgkosten zou niet ten nadele van de consument zijn, aangezien hijzelf of de doorgevende bloemist slechts ten koste van veel zoekwerk (en dus extra kosten) de kosten die met de bezorging zijn verbonden zou kunnen minimaliseren. Tevens draagt het hanteren van vaste tarieven volgens Teleflora bij aan de snelheid waarmee orders kunnen worden aangenomen en

uitgevoerd. Het vaste provisiepercentage zou voor de consument geen consequenties hebben, omdat dit geen opslag op de prijs van het te leveren product is.

- De regeling mag de betrokken ondernemers geen beperkingen opleggen, die voor het bereiken van de beoogde doelstellingen niet onmisbaar zijn

35.

Teleflora is van mening dat de afspraken geen beperkingen opleggen die voor het bereiken van de beoogde doelstellingen niet onmisbaar zijn, aangezien het hanteren van vaste bedragen voor bezorging en een vast provisiepercentage een bijdrage levert aan de verbetering van de distributie en dat naar het oordeel van Teleflora een billijk aandeel van de voordelen aan de gebruiker ten goede komt. Voorts omdat het loslaten van deze vaste tarieven geen werkbaar alternatief voor een dergelijk systeem oplevert.

36.

Het toepassen van een lijst met deelnemers waarbij wordt aangegeven welk bedrag iedere individuele bloemist in rekening brengt voor

bezorgkosten of welk provisiepercentage wordt afgedragen, zou volgens Teleflora in deze geen wezenlijke verbetering zijn ten opzichte van een vast tarief. Ten eerste zou dat de efficiency nadelig

benvloeden, aangezien de bemiddelende bloemist de order niet direct kan accepteren. Ten tweede is volgens Teleflora ook in dat geval sprake van prijsbinding omdat de uitvoerende bloemist zich ten

opzichte van de organisatie en andere bloemisten vastlegt. De centrale verrekening van orders zou, indien er sprake zou zijn van uniforme provisiepercentages, eveneens omslachtiger en daarmee duurder worden.

- restconcurrentie

37.

Aangezien er nog een andere organisatie van substantile omvang is die zich eveneens richt op het op afstand uitvoeren van orders voor het bezorgen van bloemen e.d.[4] , is Teleflora van mening dat de regeling de mededinging niet voor een wezenlijk deel van de betrokken

producten kan uitschakelen.

(8)

IV BEOORDELING

AArtikel 6 van de Mededingingswet

38.

Artikel 6 eerste lid van de Mededingingswet bepaalt: "Verboden zijn overeenkomsten tussen ondernemingen, besluiten van

ondernemersverenigingen en onderling afgestemde feitelijke gedragingen, die ertoe strekken of ten gevolge hebben dat de mededinging op de Nederlandse markt of een deel daarvan wordt verhinderd, beperkt of vervalst".

Overeenkomst tussen ondernemingen

39.

Zowel Teleflora als de deelnemers handelen als ondernemingen in de zin van artikel 6.1 Mw. zoals uiteengezet in artikel 1.f van de

Mededingingswet, dat is in de zin van artikel 81, eerste lid van het Europese Gemeenschapsverdrag (ex artikel 85, eerste lid)[5]. In het communautaire mededingingsrecht omvat het begrip onderneming elke eenheid die een economische activiteit uitoefent , ongeacht de

rechtsvorm en de wijze waarop zij wordt gefinancierd[6]. Het begrip onderneming omvat tevens natuurlijke personen die een economische activiteit uitoefenen.[7]

[5] Hier wordt geduid op artikel 85 EG-Verdrag dat met ingang van 1 mei 1999 hernummerd is tot artikel 81.

[6] Zie bijv. arrest Hof van 23 april 1991, zaak C-41, Hfner en Elser vs. Macroton, Jurispr. 1991, blz. I-1979, r.o. 21.

[7] Zie bijv. Beschikking van de Europese Commissie van 30 januari 1995 in zaak IV/33.686 - Coapi - "Collegio Oficial de Agentes de la Propiedad Industrial", Pb nr. L 122 van 02/06/1995, blz. 37 - 50, sec. of arrest Hof van Justitie in zaak 258/78, Nungesser vs. Commissie, Jurispr. 1982, blz. 2015.

40.

Deelnemers die met Teleflora een overeenkomst sluiten zijn

detailhandelaren in bloemen, planten en aanverwante producten. Het gaat daarbij zowel om bloemisten/winkeliers als om tuincentra. De detailhandelaren die de overeenkomst zijn aangegaan met Teleflora, een besloten vennootschap naar Nederlands recht, oefenen op eigen risico economische en commercile activiteiten uit en zijn daarmee uitbater van een onderneming.

41.

Teleflora houdt zich bezig met het verrichten van diensten ten behoeve van haar deelnemers tegen een bepaalde vergoeding en moet derhalve eveneens worden aangemerkt als onderneming in de zin van artikel 6.1 Mw.

42.

De door Teleflora aangemelde standaard-overeenkomst, welke voor partijen juridisch bindend is, is een overeenkomst in de zin van art. 6.1 Mw, zoals uiteengezet in art. 1.e Mw, dat is in de zin van art. 81, eerste lid van het Europese Gemeenschapsverdrag (ex artikel 85, eerste lid).

De relevante markt

aDienstenmarkt

(9)

bemiddelende bloemisten een order aannemen welke door uitvoerende bloemisten wordt uitgevoerd.

bGeografische markt

44.

Zoals reeds onder punt 12 is vermeld treffen vraag en aanbod elkaar in de regel op lokale schaal, dat wil zeggen in het verzorgingsgebied van de bemiddelende bloemist. Zo zal bijvoorbeeld een consument in Den Bosch die een bloemstuk via het Teleflora-netwerk in Amsterdam wil laten bezorgen in het algemeen een opdracht verstrekken aan een voor deze consument nabij gelegen (bemiddelend) bloemist.

45.

Gelet echter op het gegeven dat het hier een landelijk dekkend systeem betreft, waarvan de effecten zich uitstrekken over het gehele Nederlandse grondgebied -Teleflora moet immers concurreren met een ander systeem met een landelijk dekkingsgebied- kan worden

geconcludeerd dat er in geografisch opzicht sprake is van een nationale markt.

De concurrentiebeperkingen

46.

Vast staat op grond van het bovenstaande dat de deelnemende bloemisten door de prijsregeling die is vastgelegd in de overeenkomst, worden beperkt in hun vrijheid prijzen vast te stellen voor diensten (het binnen het Teleflora-systeem bezorgen van die producten). Immers voor de kosten van bezorging in ruime zin (telefoon- en bezorgkosten) gelden vaste, bindend voorgeschreven prijzen. Deze vrijheidsbeperking geldt ook voor het buitenland: voor buitenlandse orders zijn deelnemers beperkt in hun handelingsvrijheid door de binding van Teleflora via Teleflor International aan in het buitenland vastgestelde prijzen. Voorts worden de deelnemers beperkt in hun vrijheid door de vastgestelde provisie. En ten slotte worden voor de acceptatie van orders

minimumbedragen gehanteerd voor verschillende soorten producten. Onderstaand zullen de mededingingsaspecten van deze bepalingen worden bekeken.

aDe vaste bezorgtarieven

47.

Deze tarieven vormen een mededingingsbeperking in de zin van artikel 6.1 Mw. Immers, de individuele bloemist is niet langer vrij zijn

bezorgtarief zelf te bepalen. Aansluiting bij de Teleflora organisatie houdt in dat de bloemist zich verbindt deze tarieven te hanteren en in rekening te brengen. Ook indien een bloemist eventueel uit

concurrentie-overwegingen lagere of zelfs geen kosten in rekening zou willen brengen is hij hiertoe niet gerechtigd.

bDe provisieregeling

48.

De provisieregeling is eveneens een mededingingsbeperking in de zin van artikel 6.1 Mw. De bloemisten verbinden zich ten opzichte van de organisatie tot het hanteren van een vast percentage voor de aan de bemiddelende bloemist te betalen provisie. Dit sluit elke vorm van concurrentie op dit punt tussen de uitvoerende bloemisten in n plaats uit.

(10)

49.

Voor elk soort levering (boeket, plant, krans, etc) is een

minimumbedrag vastgesteld waar beneden de order niet zal worden geaccepteerd. Er is geen sprake van een verplichting om voor bepaalde kwaliteiten bloemen en planten e.d. een bepaalde prijs vast te stellen. De opdracht aan de uitvoerende bloemist betreft een bij de opgave meer of minder nauwkeurig omschreven product 'ter waarde van' een bepaald bedrag. De uitvoerende bloemist is daarbij niet gebonden aan een prijs voor het product - een bloemist is immers vrij zijn eigen winstmarge te bepalen - , maar aan een bedrag voor de order. Daarvoor dient hij met de in zijn winkel geldende prijzen aan de opdracht te voldoen. Slechts indicatief kan aan de primaire opdrachtgever worden medegedeeld wat hij ongeveer voor zijn te besteden bedrag kan verwachten.

50.

De minimumprijs geeft feitelijk informatie over de vraag welk bedrag de klant per aangegeven categorie product ten minste moet besteden om van het Teleflora-netwerk gebruik te kunnen maken. De bloemist is vrij bij de samenstelling, de keuze van de individuele producten (zoals samengestelde boeketten, planten enz.), die in het kader van het Teleflora-systeem worden bezorgd.

dNon - concurrentiebeding

51.

Artikel 13 van de overeenkomst bepaalt: "De bloemist is het verboden om tijdens de duur van de overeenkomst - om welke reden deze overeenkomst dan ook eindigt - direct of indirect, voor zichzelf of voor anderen in enigerlei vorm werkzaam of genteresseerd te zijn in of bij enige onderneming of persoon die hetzelfde doel nastreeft als Teleflora, op verbeurte van een onmiddellijk opeisbare boete van f 25,-- per dag".

52.

Op dit moment zijn er twee organisaties die zich richten op bemiddeling bij en uitvoering van orders voor het bezorgen van bloemen, planten en aanverwante producten.[8] Aansluiting bij twee organisaties kan de goede werking van het Teleflora-systeem alsmede de concurrentie tussen beide organisaties in het gedrang brengen. Bovenstaand verbod vormt dus niet noodzakelijkerwijs een beperking van de mededinging in de zin van artikel 6 Mw, en kan zelfs positieve gevolgen voor de mededinging hebben.

[8] Zie ook paragraaf 17 van deze beschikking.

53.

Toegegeven zij evenwel, dat een bepaling in de overeenkomst die de mogelijkheid beperkt dat de bij Teleflora aangesloten Bloemist-winkeliers deelnemen in concurrerende samenwerkingsverbanden, en die de deelnemers aan het Teleflora-systeem op die wijze ontmoedigt zich elders aan te sluiten, een aantal negatieve gevolgen voor de mededinging kan hebben. Wil dus de middels de overeenkomst opgelegde beperking aan het verbod van artikel 6 Mw ontsnappen, dan moet zij beperkt zijn tot hetgeen noodzakelijk is om de goede werking van het Teleflora-systeem te verzekeren en haar concurrentiepositie te handhaven.[9]

(11)

54.

Niet is gebleken dat bovenstaande beperking die aan de leden is opgelegd verder gaat dan hetgeen noodzakelijk is om de goede werking van de vereniging te verzekeren en haar concurrentiepositie te handhaven.

55.

Derhalve is de d-g NMa van mening dat artikel 13 van de overeenkomst niet onder het verbod van artikel 6.1 Mw valt, aangezien zij geen beperking van de mededinging vormt.

BToepasbaarheid van artikel 17 van de Mededingingswet

56.

Artikel 17 van de Mededingingswet luidt:

"De directeur-generaal kan op aanvraag een ontheffing verlenen van het verbod van artikel 6, eerste lid, voor overeenkomsten (...) die bijdragen tot verbetering van de productie of van de distributie of tot bevordering van de technische of economische vooruitgang, mits een billijk aandeel in de daaruit voortvloeiende voordelen de gebruikers ten goede komt, en zonder nochtans aan de betrokken ondernemingen:

a. beperkingen op te leggen die voor het te bereiken van deze doelstellingen niet onmisbaar zijn, of

b. de mogelijkheid te geven, voor een wezenlijk deel van de betrokken goederen en diensten de mededinging uit te schakelen".

57.

De vereisten in artikel 17 moeten in overeenstemming met artikel 81, derde lid van het EG Verdrag (ex artikel 85, derde lid) en de

desbetreffende Europese jurisprudentie genterpreteerd worden[10]. Om een ontheffing krachtens artikel 17 van de Mededingingswet te kunnen verlenen, moet de d-g NMa er van overtuigd zijn dat aan alle

voorwaarden gesteld in dat artikel wordt voldaan. Wanneer aan een van de vier voorwaarden niet is voldaan, moet de ontheffing worden

geweigerd.[11]

[10] Dit blijkt uit Hoofdstuk 3 van de Memorie van Toelichting, Kamerstukken II 1995-1996, 24707 nr.3, blz. 67.

[11] Verg. arrest Europees Hof van 17 januari 1984, gevoegde zaken 43/82 en 63/82, VBVB en VBBB, Jurispr. 1984, blz. 19, r.o. 61; arrest Gerecht van Eerste Aanleg van 11 juli 1996, gevoegde zaken T-528/93, T-543/93 en T-546/93, Mtropole Tlvision e.a. vs Commissie, Jurispr. 1996, blz. II-649, r.o. 93; beschikking Hof van 25 maart 1996, zaak C-137/95 P, SPO e.a., Jurispr. 1996, blz. I-1611, r.o. 34; arresten Gerecht van Eerste Aanleg van 15 juli 1994, zaak T-17/93, Matra Hachette, Jurispr. 1994, blz. II-595, r.o. 104, en 21 februari 1995, zaak T-29/92, SPO e.a., Jurispr. 1995, blz. II-289, r.o. 267 en 286.

1. Verbetering van de produktie of van de distributie of bevordering van technische of economische vooruitgang

58.

Het Teleflora-systeem is opgezet om het mogelijk te maken op afstand een product te leveren van een tot op zekere hoogte bepaalde kwaliteit. Het systeem dat daaraan ten grondslag ligt en waarvoor Teleflora ontheffing heeft gevraagd, is gebouwd op een aantal afspraken om aan alle partijen, de klant, de bemiddelende bloemist en de uitvoerende bloemist, garanties over de uitvoering te bieden bij het aangaan van een transactie op afstand en bevat verder een aantal afspraken om deze transacties zo efficint mogelijk te laten verlopen.

(12)

afstand laten uitvoeren van een order:

- Teleflora ziet erop toe dat de levering geschiedt overeenkomstig de opgegeven waarde, de kwaliteit, de artistieke en technische verzorging alsmede de verzorgingsservice;

- iedere deelnemer is verplicht een opdracht die binnen de normen van de organisatie met betrekking tot de hoogte van het minimaal te besteden bedrag valt, te accepteren en uit te voeren;

- opdrachten mogen alleen aan andere deelnemers of aan Teleflora worden doorgegeven en deelnemers mogen alleen opdrachten van andere deelnemers accepteren;

- verrekening dient plaats te vinden via de organisatie, die de betaling aan de uitvoerende bloemist garandeert.

60.

Omdat het gaat om transacties die op afstand plaatsvinden, is het voor de klant en voor de bemiddelende bloemist niet mogelijk om zicht te hebben op de uitvoering van de order, zowel met betrekking tot de opgegeven waarde als tot de kwaliteit van de uitvoering. De organisatie dient in deze dan ook voor de kwaliteitsgarantie te zorgen, welke in de overeenkomst is opgenomen in de vorm van mogelijke beindiging daarvan.

minimumbedrag

61.

De verplichting om binnen de normen, in de zin van een

minimumbedrag voor een bepaald product, vallende opdracht uit te voeren, leidt tot verhoging van de efficiency. Het minimumbedrag vormt een garantie dat de bemiddelende bloemist een order kan accepteren in de wetenschap, dat een andere deelnemer deze 'op verantwoorde wijze' kan en zal uitvoeren. Alle deelnemers worden in staat geacht een order voor het in de lijst opgenomen minimumbedrag uit te kunnen voeren. Deze garantie is ook voor de klant van belang. Deze beperking in de acceptatievrijheid voorkomt dat de bemiddelende bloemist moet corresponderen met de uitvoerende bloemist over de vraag of deze laatste bereid is een opdracht voor een bepaald bedrag te accepteren. opdrachten aan deelnemers

62.

De beperking dat opdrachten alleen aan andere deelnemers of aan Teleflora mogen worden doorgegeven en alleen van andere deelnemers of van Teleflora mogen worden geaccepteerd, legt eveneens een basis voor het systeem door het verhogen van de bereidheid tot uitvoeren van een order op basis van wederkerigheid, zowel ten aanzien van het doorgeven van transacties als ten aanzien van de kwaliteit van de uitvoering.

centraal verrekenen van transacties

(13)

hoeft plaats te vinden.

64.

Al deze voorwaarden die de organisatie stelt zijn erop gericht het doen van bestellingen op afstand mogelijk te maken en naar alle partijen die bij de transactie zijn betrokken een zo groot mogelijke zekerheid te scheppen over tijdige en kwalitatief goede uitvoering van de opdracht en over de betaling daarvan. Bovendien voorkomen de bepalingen dat er over elke transactie door beide bloemisten dient te worden overlegd voordat een opdracht kan worden aangenomen, wat een duidelijke verhoging van de efficiency te weeg brengt en daarmee een drukkend effect heeft op de kosten die aan de klant in rekening moeten worden gebracht.

vast bezorgtarief en vast provisiepercentage

65.

Aan de hiervoor genoemde voorwaarden die de organisatie stelt, is een aantal afspraken gekoppeld dat de afwikkeling van de transacties zo efficint mogelijk moet laten verlopen:

- een vast bezorgtarief, met een opslag voor eilanden;

- een vast provisiepercentage voor de bemiddelende bloemist.

66.

Deze vaste tarieven vormen een onlosmakelijk deel van de regeling. Niet goed is in te zien hoe het Teleflora-systeem kan werken zonder dat er op deze punten van vaste tarieven sprake is. Immers van de bloemist die de opdracht doorgeeft kan niet worden verwacht dat hij inzicht heeft in de kosten van bezorging die de uitvoerende bloemist moet maken en welke hij bij de klant in rekening dient te brengen. Bij het ontbreken van vaste tarieven voor bezorgkosten betekent dit dat de bemiddelende bloemist voor hij de order kan accepteren met een of meer deelnemers in de plaats waar de bestelling moet worden

afgeleverd contact moet opnemen teneinde de juiste, door hem aan de klant door te berekenen, kosten te weten te komen. Voor de hoogte van de provisie geldt eveneens dat, indien die niet is geniformeerd, de bemiddelende bloemist contact moet opnemen met een of meer uitvoerende bloemisten teneinde afspraken te maken over de door hem bij de uitvoerende bloemist in rekening te brengen provisie. Voorts kan de bemiddelende bloemist, indien er geen zekerheid is over de kosten van bezorging die aan de klant moet worden doorberekend of over de provisie die ten laste van het totale orderbedrag wordt gebracht, de klant geen duidelijkheid verschaffen over het product dat zal worden afgeleverd voor het door de klant bestede bedrag.

67.

De noodzaak voor het opnemen van contact indien er geen vaste tarieven gelden voor bezorgkosten en provisiehoogte, zal de

hoeveelheid tijd die een bemiddelende bloemist aan het bemiddelen voor een order moet besteden sterk verhogen en in een verlies aan efficiency en dus verhoging van de kosten ten opzichte van het systeem met vaste tarieven resulteren.

68.

De centrale verrekening van orders zou, indien er sprake zou zijn van uniforme provisiepercentages, eveneens omslachtiger en daarmee duurder worden.

(14)

te berekenen bezorgkosten en zijn eigen bemiddelingsprovisie.

70.

Gesteld kan worden dat de efficiencywinst die wordt bereikt door de bepalingen in de overeenkomst die de correspondentie tussen de beide bloemisten tot een minimum beperken, door het niet toepassen van een vast tarief voor de bezorgkosten en een vast provisie-percentage geheel teniet zou worden gedaan. Ook de kosten die aan de klant in rekening zouden moeten worden gebracht zouden naar alle

waarschijnlijkheid hoger zijn.

71.

Daarmee is het niet toepassen van een vast tarief voor bezorging en een vast provisie-percentage geen werkbaar alternatief voor het huidige systeem.

72.

Het door Teleflora gehanteerde systeem draagt dan ook bij aan de verbetering van de distributie.

2. Billijk aandeel voor consumenten

73.

Voor de gebruiker bevat de regeling een aantal voordelen. De

organisatie garandeert dat orders die aan de acceptatienormen voldoen worden uitgevoerd. De zekerheid dat de order aan een bepaalde kwaliteitsnorm voldoet is eveneens ten voordele van de consument. Immers hij kan erop vertrouwen dat de uitvoerende bloemist voldoet aan de order en een met het bestede bedrag overeenstemmend product aflevert.

vast bezorgtarief

74.

Het hanteren van vaste tarieven voor bezorgkosten is niet ten nadele van de consument, aangezien hijzelf of de doorgevende bloemist slechts ten koste van veel zoekwerk (en dus extra kosten) de kosten die met de bezorging zijn verbonden zou kunnen minimaliseren. Tevens draagt het hanteren van vaste tarieven bij aan de snelheid waarmee orders kunnen worden aangenomen en uitgevoerd. vast provisiepercentage

75.

Het vaste provisiepercentage heeft voor de consument geen

consequenties, omdat dit geen opslag op de prijs van het te leveren product is.

76.

Derhalve is aan de voorwaarde, dat een billijk aandeel van de voordelen aan de gebruikers ten goede dient te komen, voldaan.

3. Onmisbaarheid van de mededingingsbeperkingen

(15)

78.

Voorts neemt de bereidheid van de bloemisten om deel te nemen aan het Teleflora-systeem naar alle waarschijnlijkheid af zonder het bestaan van een of meer van deze beperkingen, hetgeen ten koste gaat van de uitgebreide landelijke dekking en daarmee met de werking van het systeem.

4. De mededinging wordt niet voor een wezenlijk deel van de betrokken diensten uitgeschakeld

79.

Aangezien er nog een andere organisatie van substantile omvang is die zich eveneens richt op het op het op afstand uitvoeren van orders voor het bezorgen van bloemen, planten en aanverwante producten kan reeds worden geconcludeerd dat de regeling de mededinging niet voor een wezenlijk deel van de betrokken producten kan uitschakelen.

80.

Daarnaast behoudt de klant de mogelijkheid om rechtstreeks - middels telefoon, fax of anderszins - contact op te nemen met een individuele bloemist, wiens vestiging is gelegen nabij het bezorgadres, en de wijze van betaling met deze bloemist nader overeen te komen.

81.

Voorts kan niet worden uitgesloten dat de restconcurrentie zal toenemen wegens het opkomen van andere wijzen van bezorging. Zo haken bloemisten bijvoorbeeld in op het feit dat bloemen artikelen zijn die zich uitstekend lenen voor aankoop via Internet.[12]

[12] Bron: brancheschets 1998 detailhandel in bloemen en planten, EIM.

82.

Tenslotte kan de potentile concurrentie op deze markt niet worden uitgesloten doordat derden ertoe kunnen overgaan om een verwant systeem op te zetten. Toetreding tot deze markt lijkt in beginsel niet gepaard te hoeven gaan met grote investeringen.

5. Conclusie over de toepasbaarheid van artikel 17 van de Mededingingswet

83.

De d-g NMa is er derhalve van overtuigd dat aan de voorwaarden gesteld in artikel 17 Mw wordt voldaan. De ontheffing zal worden verleend voor de duur van 10 jaar. Deze periode is ingegeven door het feit dat op korte termijn geen ontwikkelingen in de markt worden verwacht die ertoe zouden nopen de concurrentie opnieuw te onderzoeken en de ontheffing te heroverwegen.

V CONCLUSIE

84.

Gelet op het bovenstaande wordt op grond van artikel 17 Mw de aanvraag om ontheffing te verlenen van het verbod van artikel 6, eerste lid Mw toegewezen, voor de duur van 10 jaar, aanvangende op de dag van ondertekening van dit besluit.

Datum: 17 juni 1999

w.g. A.W. Kist

(16)

Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na de dag van bekendmaking van dit besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit, Sectie Beschikkingen, Bezwaar en Beroep, Postbus 16326, 2500 BH Den Haag.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Op grond van het voorgaande is het niet aannemelijk dat als gevolg van de concentratie een economische machtspositie ontstaat of wordt versterkt op de markten voor inzameling

Indien sprake is van n markt voor de handel in losse gasmotoren, n markt voor de handel in warmtekrachtinstallaties en n markt voor de handel in industrile motoren en motoren

Nu echter aan het herhaaldelijk verzoek van de d-g NMa om het verzuim overeenkomstig het bepaalde in artikel 6:6 Awb binnen een redelijke termijn te herstellen niet is voldaan en

Ter ondersteuning van deze conclusie stelt Platvoet (i) dat het mogelijk is dat de software van Lodder fouten bevat, die het afnemen van een nieuwe revisie noodzakelijk maakt,

Voorts moet er op worden gewezen dat het, gezien hetgeen partijen en het Ctsv daarover naar voren hebben gebracht, niet aannemelijk is dat Gak bij de levering van arbodiensten in

De Leidse Stripshop stelt dat zij door de distributeur PS Games, gevestigd te Helmond, geen Magic-kaarten geleverd krijgt omdat zij zich niet aan de vastgestelde verkoopprijs

- Erasmus weigert deze cd nog verder aan Free Record Shop te leveren op grond van het feit dat deze onderneming in haar winkels de cd tegen een lagere dan de door

Voor de tariefstelling van de (verdubbeling van de) back-up voorziening is WBE op basis van haar Algemene Voorwaarden voor de levering van drinkwater niet gebonden