• No results found

BESLUIT Besluit van de directeur

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "BESLUIT Besluit van de directeur"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

BESLUIT

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Zaaknummer 1428/Geveke - Landr

I. MELDING

1. Op 29 juli 1999 heeft de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit een melding ontvangen van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 34 van de Mededingingswet. Hierin is medegedeeld dat Geveke N.V. voornemens is zeggenschap te verkrijgen, in de zin van artikel 27, onder b, van de Mededingingswet, over Koninklijke Landr & Merrem N.V. Van de melding is mededeling gedaan in Staatscourant 146 van 3 augustus 1999. Naar aanleiding van de mededeling in de Staatscourant zijn geen zienswijzen van derden naar voren gebracht. Ambtshalve zijn vragen gesteld aan verschillende marktpartijen.

II. PARTIJEN

2. Geveke N.V. (hierna: Geveke) is een naamloze vennootschap naar

Nederlands recht en is een beursgenoteerde onderneming. De activiteiten zijn ondergebracht in werkmaatschappijen.

3. Geveke is een technische handelsonderneming die zich toelegt op inkoop, marketing, distributie en onderhoud op het gebied van diesel- en gasmotoren, machines, elektrotechnische en elektronische componenten, gereedschap en verbruiksgoederen voor de industrie. Geveke werkt voornamelijk op basis van exclusieve dealerschappen. Een belangrijke principaal van Geveke is Caterpillar.

4. Koninklijke Landr en Merrem N.V. (hierna: Landr & Merrem) is een naamloze vennootschap naar Nederlands recht en is een beursgenoteerde onderneming. De activiteiten zijn ondergebracht in werkmaatschappijen. 5. Landr & Merrem is een technische handelsonderneming die zich toelegt op inkoop, marketing, distributie en onderhoud op het gebied van

kapitaalgoederen en technische verbruiksgoederen voor de industrie, bouw en overheid. Landr & Merrem werkt veelal op basis van exclusieve

dealerschappen. Belangrijke principalen van Landr & Merrem zijn Yanmar, Iveco en Waukesha.

III. DE GEMELDE OPERATIE

(2)

door middel van het uitbrengen van een openbaar bod op alle uitstaande aandelen Landr & Merrem. De bekendmaking hiervan vond plaats door middel van een door partijen uitgegeven persbericht van 2 juli 1999.

IV. TOEPASSELIJKHEID VAN HET CONCENTRATIETOEZICHT 7. De gemelde operatie is een concentratie in de zin van artikel 27,

onder b, van de Mededingingswet. De hierboven, onder punt 6, omschreven transactie leidt er toe dat Geveke de uitsluitende zeggenschap verwerft in Landr & Merrem.

8. Betrokken ondernemingen, in de zin van het Besluit vaststelling formulieren Mededingingswet (Staatscourant 1 van 2 januari 1998), zijn Geveke en Landr & Merrem.

9. Uit de bij de melding ter beschikking gestelde omzetgegevens blijkt dat de gemelde concentratie binnen de werkingssfeer van het in hoofdstuk 5 van de Mededingingswet geregelde concentratietoezicht valt.

V. BEOORDELING A. Relevante markten Relevante productmarkten

10. Mogelijk overlappende activiteiten hebben betrekking op handel en onderhoud op het gebied van compressoren, pompen voor industrieel gebruik, blaasvormmachines, spuitgietmachines en motoren.

11. Mogelijk is sprake van afzonderlijke markten voor

onderhoudswerkzaamheden op de verschillende gebieden. Partijen hebben aangegeven dat de onderhoudswerkzaamheden die zij verrichten uitsluitend betrekking hebben op producten die zij zelf hebben geleverd. Vaak worden onderhoudswerkzaamheden verricht op basis van onderhoudsovereenkomsten die deel uitmaken van garantie-overeenkomsten. Op het gebied van

onderhoudswerkzaamheden ondervinden partijen concurrentie van gespecialiseerde bedrijven.

12. Dit leidt tot de conclusie dat, zou voor onderhoudswerkzaamheden een afzonderlijke markt bestaan, de marktaandelen op deze markt afgeleiden zijn van de marktaandelen op de markt voor de handel in het product en in ieder geval lager zijn dan de marktaandelen op de markt voor de handel in het product. De beantwoording van de vraag of sprake is van een afzonderlijke markt voor onderhoudswerkzaamheden kan derhalve achterwege blijven; de materile beoordeling wordt hierdoor niet benvloed.

(3)

worden gemaakt tussen procesgascompressoren en persluchtcompressoren [1]. Partijen handelen beiden in persluchtcompressoren, die verder kunnen worden onderverdeeld in schroef-, zuiger-, centrifrugaal- en roterende compressoren.

[1] Vgl. beschikking van de Europese Commissie van 21 december 1994 in zaak IV/M.535-Mannesmann Demag/Delaval Stork, punt 15, waar wordt geconcludeerd dat er "only limited overlap" is tussen procesgascompressoren en andere typen compressoren.

14. Partijen handelen beiden in pompen voor industrieel gebruik. Partijen hebben geen nadere segmentering naar industrile pompen voor uiteenlopende

toepassingen voorgesteld.[2]

[2] Vgl. beschikking van de Europese Commissie van 18 december 1991 in zaak IV/M.121-Ingersoll-Rand/Dresser, punt 12, waar een onderscheid gemaakt wordt tussen "reciprocating pumps", "centrifugal pumps" en "rotary pumps".

15. Blaasvormmachines worden gebruikt voor de productie van plastic containers van verschillend volume. Landr & Merrem is op de markt voor de handel in blaasvormmachines slechts als commissie-agent aanwezig. Geveke handelt voor eigen rekening in blaasvormmachines. Partijen zijn van mening dat afzonderlijke markten bestaan voor de handel in blaasvormmachines die bestemd zijn voor de productie van plasticproducten met verschillend volumebereik.

16. In casu kan steeds in het midden blijven of de handel in respectievelijk persluchtcompressoren, pompen voor industrieel gebruik en

blaasvormmachines n markt is, dan wel afzonderlijke markten bestaan voor verschillende toepassingen, aangezien de materile beoordeling hierdoor niet wordt benvloed (zie punt 29).

Spuitgietmachines

17. Spuitgietmachines worden gebruikt in de plasticverwerkende industrie. Geveke handelt in spuitgietmachines die worden gebruikt voor de productie van onder meer compact discs en dunwandige verpakkingen. Landr & Merrem handelt in spuitgietmachines die worden gebruikt voor de productie van onder meer kratten en tuinstoelen. Partijen zijn van mening dat afzonderlijke markten bestaan voor de handel in spuitgietmachines die bestemd zijn voor verschillende toepassingen.

18. In casu kan in het midden blijven of de handel in spuitgietmachines n markt is, dan wel afzonderlijke markten bestaan voor de handel in

spuitgietmachines bestemd voor verschillende toepassingen, aangezien de materile beoordeling hierdoor niet wordt benvloed (zie punt 30 tot en met 32). Motoren

19. Ten aanzien van de handel in motoren kan onderscheid worden gemaakt tussen gasmotoren en dieselmotoren[3]. Op het gebied van gasmotoren kan een nader onderscheid worden gemaakt tussen losse gasmotoren en warmtekrachtinstallaties. Een gasmotor is een bestanddeel van een

warmtekrachtinstallatie[4]. Dieselmotoren kunnen nader worden onderverdeeld in voortstuwingsmotoren voor de scheepvaart, industrile motoren en motoren voor voertuigen en ten slotte dieselgeneratorsets[5].

[3] Vgl. besluit d-g NMa van 29 juni 1999 in zaak 1117/Cummins-Wrtsil, punten 24-26

(4)

waar wordt uitgegaan van een verticale relatie tussen leveranciers van gasmotoren en leveranciers van warmtekrachtinstallaties.

[5] Vgl. beschikking van de Europese Commissie van 23 februari 1998 in zaak IV/M.1094-Caterpillar/Perkins Engines, punten 10-12

20. Partijen handelen beiden in losse gasmotoren en leveren hoofdzakelijk aan producenten van warmtekrachtinstallaties. Partijen assembleren en handelen beiden in warmtekrachtinstallaties. Warmtekrachtinstallaties zijn energiezuinige installaties die worden gebruikt in de tuinbouw, de off-shore, ziekenhuizen en grote kantoor- en flatgebouwen voor toepassingen waarbij de energie die een gasmotor levert en de warmte die daarbij vrijkomt, gekoppeld kunnen worden gebruikt. Partijen handelen beiden in dieselmotoren op het gebied van industrile motoren en motoren voor voertuigen (andere dan auto's). 21. Partijen zijn van mening dat afzonderlijke markten bestaan naar

vermogensbereik voor elk van de onder punt 20 genoemde producten. In casu kan in het midden blijven of steeds sprake is van n markt, dan wel van afzonderlijke markten voor verschillend vermogensbereik per product, aangezien de materile beoordeling hierdoor niet wordt benvloed (zie punt 33 tot en met 37).

22. Partijen handelen beiden in dieselmotoren op het gebied van

voortstuwingsmotoren voor de scheepvaart. Partijen geven aan dat Geveke zich hoofdzakelijk richt op de sector van de beroepsvaart en de zeer grote motorjachten waaraan motoren met een vermogen vanaf 450 PK worden geleverd. Landr & Merrem richt zich volgens partijen op de sector van de pleziervaart en is in het geheel niet actief in de sector van de beroepsvaart en de zeer grote motorjachten. Geveke is slechts marginaal actief in de sector van de pleziervaart met kleine aantallen motoren met een vermogen vanaf 200 PK. Landr & Merrem handelt slechts in motoren met een vermogen tot 200 PK. Partijen zijn derhalve van mening dat sprake is van afzonderlijke markten.

23. In casu kan worden geconcludeerd dat een afzonderlijke markt bestaat voor de handel in voortstuwingsmotoren voor de beroepsvaart en de zeer grote motorjachten. Het door partijen veronderstelde onderscheid naar vermogen en gebruik is aannemelijk. Bovendien zijn afnemers van voortstuwingsmotoren voor de beroepsvaart en de zeer grote motorjachten en afnemers van voortstuwingsmotoren voor de pleziervaart evident verschillende afnemers. In het midden kan blijven of de markt voor de handel in voortstuwingsmotoren voor de pleziervaart n markt is, dan wel onderverdeeld moet worden naar vermogensbereik, aangezien de materile beoordeling hierdoor niet wordt benvloed (zie punten 39 en 40).

24. Partijen handelen beiden in dieselgeneratorsets. Dieselgeneratorsets worden gebruikt voor decentrale opwekking van energie. Anders dan bij warmtekrachtinstallaties vindt geen koppeling plaats met de warmte die bij de verbranding vrijkomt en speelt energiezuinigheid een minder belangrijke rol. Partijen maken ten aanzien van dieselgeneratorsets geen onderscheid naar vermogensbereik. In casu kan in het midden blijven of sprake is van n markt voor de handel in dieselgeneratorsets, dan wel van afzonderlijke markten voor de handel in dieselgeneratorsets met verschillend vermogensbereik,

aangezien de materile beoordeling hierdoor niet wordt benvloed (zie punt 41). Relevante geografische markten

(5)

minste West-Europees zijn. Die mening is met name gebaseerd op eerdere beschikkingen van de Europese Commissie[6] in zaken waar markten voor de productie van de verschillende hierboven genoemde producten werden

afgebakend. Niet kan worden uitgesloten dat de geografische markt voor producenten van een bepaald product en de geografische markt voor

wederverkopers van hetzelfde product, zoals Geveke en Landr & Merrem dat zijn, verschillen.

[6] Zoals de eerder aangehaalde zaken Ingersoll-Rand/Dresser (pompen), Caterpillar/Perkins Engines (motoren) en Mannesmann Demag/Delaval Stork (compressoren).

26. Partijen zijn actief in marketing, levering, onderhoud en in bepaalde gevallen assemblage van door producenten aan hen geleverde producten. De marketing-, leverings- en onderhoudsactiviteiten van partijen zijn hoofdzakelijk gericht op Nederland. De exclusieve verkoopcontracten die partijen hebben gesloten met producenten hebben in de meeste gevallen betrekking op het geografische gebied Nederland. Partijen hebben aangegeven dat er wel leveringen en onderhoudswerkzaamheden door partijen in het buitenland plaatsvinden, maar dat in die gevallen meestal sprake is van een Nederlandse contractspartij die actief is in het buitenland.

27. Op grond van bovenstaande kan worden geconcludeerd dat partijen actief zijn op markten die ten minste nationaal zijn. In casu kan in het midden blijven of de respectieve markten in geografische zin een ruimere dimensie hebben, aangezien de materile beoordeling hierdoor niet wordt benvloed (zie punt 28).

B. Gevolgen van de concentratie

28. Hebben de hiervoor genoemde markten in geografische zin een ruimere dimensie, dan zal het gezamenlijke marktaandeel van partijen op die ruimere markten steeds kleiner zijn dan het marktaandeel op de nationaal

afgebakende markten.

Compressoren, pompen voor industrieel gebruik en blaasvormmachines 29. Op de markt voor procesgascompressoren is Geveke actief, Landr & Merrem niet. Er is dan ook geen sprake van overlappende activiteiten op de markt voor procesgascompressoren. Voor de producten

persluchtcompressoren, pompen voor industrieel gebruik en

blaasvormmachines geldt dat, ongeacht de gekozen marktafbakening, het gezamenlijke marktaandeel op de nationaal afgebakende markt steeds kleiner is dan 10%.

Spuitgietmachines

30. Indien sprake is van n markt voor de handel in spuitgietmachines, dan is het gezamenlijke marktaandeel van partijen op de nationaal afgebakende markt voor de handel in spuitgietmachines op basis van door partijen verstrekte gegevens niet groter dan 20%.

(6)

vertegenwoordiger van de Federatie Nederlandse Rubber- en Kunststofindustrie (NRK).

32. Indien afzonderlijke markten bestaan voor de handel in spuitgietmachines bestemd voor verschillende toepassingen, dan is er geen sprake van

overlappende activiteiten op de markt voor spuitgietmachines. Motoren

33. Indien sprake is van n markt voor de handel in losse gasmotoren, n markt voor de handel in warmtekrachtinstallaties en n markt voor de handel in industrile motoren en motoren voor voertuigen, dan zijn de gezamenlijke marktaandelen van partijen op de nationaal afgebakende markt respectievelijk kleiner dan [20 - 30%], niet groter dan [30 - 40%] en niet groter dan [20 - 30%] [7]

[7] De gegevens zijn ten aanzien van losse gasmoteren en warmtekrachtinstallaties gebaseerd op marktvolume in waarde, ten aanzien van industrile motoren en motoren voor voertuigen op stuks.

34. De schatting van de marktomvang van deze markten is gebaseerd op verkopen in 1998 van leden van branchevereniging Vereniging Importeurs Verbrandingsmotoren (VIV). VIV heeft desgevraagd aangegeven dat de marktvolumes voor de bovengenoemde markten in ieder geval niet kleiner zijn dan door partijen aangegeven. Volgens de inschatting van VIV ligt de door binnenlandse leveranciers gerealiseerde omzet met warmtekrachtinstallaties hoger dan door partijen aangenomen. Hetzelfde geldt voor de omzet van industrile motoren in stuks. Ook heeft de VIV bevestigd dat uitsluitend binnenlandse leveranciers lid zijn van de branchevereniging. Daarnaast zijn parallelimporteurs en buitenlandse leveranciers op de respectievelijke handelsmarkten in Nederland actief. Met partijen kan derhalve worden aangenomen dat hun gezamenlijke marktaandeel op elk van de markten kleiner is dan onder punt 33 aangegeven.

35. Op de markt voor de handel in losse gasmotoren ondervinden partijen concurrentie door producenten als Deutz B.V., Cummins-Wrtsil Nederland B.V. en Wrtsil NSD Nederland B.V. Deze ondernemingen hebben hun eigen distributienetwerk in Nederland.[8] Op de markt voor de handel in

warmtekrachtinstallaties zijn eveneens verticaal gentegreerde producenten actief, te weten ABB Zantingh, Dynaf Les Spruyt Group, Habo en Jenbacher hebben aanzienlijke marktaandelen.

[8] Zie ook zaak 1117/Cummins - Wrtsil, reeds aangehaald, punt 32.

36. Indien afzonderlijke markten bestaan voor verschillend vermogensbereik per product, dan is er niet of slechts marginaal sprake van overlappende activiteiten.

37. Partijen hebben aangegeven dat van een onderlinge verticale relatie op de deelmarkt voor warmtekrachtinstallaties niet of nauwelijks sprake is. In het jaar 1998 zijn over en weer geen losse gasmotoren geleverd voor inbouw in warmtekrachtinstallaties. Na totstandbrenging van de onderhavige

concentratie blijven partijen concurrentie ondervinden van andere

(7)

deze handelsmarkten door het integreren van activiteiten van partijen worden afgeschermd voor concurrentie.

38. Op de markt voor de handel in voortstuwingsmotoren voor de beroepsvaart en de zeer grote motorjachten is slechts Geveke actief en is er derhalve geen sprake van overlappende activiteiten.

39. In 1998 zijn in Nederland door leden van de VIV 1501

voortstuwingsmotoren voor de pleziervaart verkocht. Aangenomen kan worden dat de markt aanzienlijk groter is, omdat de motoren die geleverd zijn door ondernemingen die geen lid zijn van de VIV niet in dit marktvolume zijn inbegrepen. Een contactpersoon van de VIV heeft bevestigd dat slechts ongeveer 75% van de leveranciers van voortstuwingsmotoren voor de

pleziervaart lid is van de VIV. Indien wordt uitgegaan van een marktvolume van ten minste 2500 motoren[9], dan is het marktaandeel van Landr & Merrem op de nationaal afgebakende markt voor de handel in voortstuwingsmotoren voor de pleziervaart niet groter dan [30 - 40%]. Indien sprake is van n markt voor de handel in voortstuwingsmotoren voor de pleziervaart, dan voegt Geveke daar slechts marginaal marktaandeel aan toe en is het gezamenlijke marktaandeel van partijen niet groter dan [30 - 40%]. Indien afzonderlijke markten bestaan met onderscheid naar vermogen, dan is er geen sprake van overlappende activiteiten.

[9] Vgl. Landr & Merrem-Nedalo, zie punt 17

40. Partijen zullen na concentratie geconfronteerd blijven met een aantal serieuze concurrenten.[10] Gezien de marginale veranderingen op de markt voor de handel in voortstuwingsmotoren voor de pleziervaart die onderhavige concentratie veroorzaakt, kan worden gesteld dat de concentratie niet leidt tot een merkbare wijziging van de marktstructuur.

[10] Vgl. in dit kader Landr & Merrem-Nedalo, zie punt 18

41. Op basis van cijfers uit 1997[11] blijkt het marktaandeel op basis van volume van Geveke in dat jaar op de nationaal afgebakende markt voor de handel in dieselgeneratorsets [0 - 5%] te zijn geweest. Gecombineerd met de gegevens over de verkoopaantallen van dieselgeneratorsets van Landr & Merrem over die periode kan het gezamenlijke marktaandeel op basis van volume worden geraamd op [0 - 10%]. Er zijn geen redenen om aan te nemen dat marktaandelen van partijen op de markt voor de handel in

dieselgeneratorsets in grote mate zijn gewijzigd sinds 1997.

[11] Onderzoek van Parkinson Associates, juni 1998

Conclusie

42. Gelet op het bovenstaande kan worden geconcludeerd dat door de concentratie op geen enkele van de genoemde handelsmarkten een economische machtspositie zal ontstaan waardoor de mededinging op de Nederlandse markt op significante wijze zal worden belemmerd.

VI. CONCLUSIE

(8)

Nederlandse mededingingsautoriteit tot de conclusie gekomen dat de gemelde operatie binnen de werkingssfeer valt van het in hoofdstuk 5 van de Mededingingswet geregelde concentratietoezicht. Hij heeft geen reden om aan te nemen dat als gevolg van die concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of wordt versterkt die tot gevolg heeft dat een daadwerkelijke mededinging op de Nederlandse markt of een deel daarvan op significante wijze wordt belemmerd.

44. Gelet op het bovenstaande deelt de directeur-generaal van de

Nederlandse mededingingsautoriteit mede dat voor het tot stand brengen van de concentratie waarop de melding betrekking heeft geen vergunning is vereist.

Datum: 24-08-1999

w.g. A.W. Kist

Directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit

Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit een gemotiveerd beroepschrift indienen bij de arrondissementsrechtbank te Rotterdam, sector bestuursrecht, Postbus 50951, 3007 BM, Rotterdam.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Nadat de Zilvervloot is binnengelopen en de staat zijn aandelen in uitvoerders als KPN, Schiphol en de NS verkocht heeft en de lagere overheden hun aandelen in distributiebedrijven

Hij koopt goederen in grote hoeveel- heden (lage prijs) in en verkoopt deze weer in kleine hoeveelheden (hoge prijs)3. Het verschil tussen de aankoop- en verkoopprijs noemt

Producten die bij ons niet voorkomen of kunnen worden vervaar- digd, voeren we uit andere landen in.. We noemen

De Autoriteit Consument en Markt besluit op grond van artikel 15, eerste lid, van de E-wet de ontheffing die zij heeft verleend op 3 mei 2018 aan Akzo Nobel Industrial Chemicals

geuit aan een migranteninformatiepunt dat zich inzet voor (de belangen van) arbeidsmigranten, waar migranten zich toe kunnen wenden voor informatie en dat als vraagbaken voor

Op bovenvermelde datum heeft de Autoriteit Consument en Markt (hierna: “ACM”) een melding ontvangen van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 34 van de

9 Volgens artikel 12h tweede lid van de Instellingswet kan ACM besluiten tot het bindend verklaren van een gedane toezegging indien ACM dat doelmatiger acht dan het opleggen van

Hierbij merken Gillian en Greene (1981, 5) echter op dat het platteland pas vrij laat bij het Romeinse markt systeem betrokken wordt, maar dat de lokale bevolking door de