Annotation: Kantonrechter Heerlen 2005-01-17
Heerma van Voss, G.J.J.
Citation
Heerma van Voss, G. J. J. (2005). Annotation: Kantonrechter Heerlen 2005-01-17. Or
Informatie, 7, 47-47. Retrieved from https://hdl.handle.net/1887/14613
Version:
Not Applicable (or Unknown)
License:
Leiden University Non-exclusive license
Downloaded from:
https://hdl.handle.net/1887/14613
fasseren bedrijfscommissie
[~~
lony E-Solutions Europe (SESE) lesloot zijn Contact Center
!,~uropein Heerlen per 1april
~OOSte sluiten. DeORwerd om l[Advies gevraagd en die liet zich I~aarbijadviseren op kosten van
I~e ondernerner. Daarna gingen
i?ESE en FNV Bondgenoten bnderhandelen over een sociaal flan. DeORheeft over her sociaal )plan een neutraal advies uitge-ipracht en ingestemd met de 'JtTIplementatie.
~nverband met de mogelijke toe-ipasselijkheid van de CAO voor de
~lektrotechnischedetailhandel iVroeg deORvervolgens aan de Hirectie om nadere informatie [bver de jaarrekening en andere lfinanciele gegevens. Tevens ver-:1'tocht deORde directie om in te
sraan voor de kosten van een padere juridische advisering. Hij paseerde deze activiteiten op de
Guus Heerma van Voss is hoogleraar sociaal rechtaan de Universiteit Leiden
taak van deORvolgens arrikel 28 WORom toe re zien op de nale-ving van de regelingen voor arbeidsvoorwaarden in de onder-neming.
Nadat deORher verzoek enkele malen had herhaald, liet de direc-tie op 17 januari 2005 weten dar het niet zou worden ingewilligd. Op dezelfde dag wendde deOR zich tot de kantonrechter mer her verzoek om SESE op te dragen de informarie re versrrekken. Warbetrefthet verweer van SESE dat deORniet onrvankelijk was in zijn vordering, omdat niet eerst de bedrijfscommissie was bena-derd voor bemiddeling en advies, beriep deORzich op her speed-eisende karakter van de zaak, gezien de sluiting van her bedrijf per1april 2005.
De kantonrechter yond de argu-mentatie van deORom de voor-procedure via de bedrijfscommis-sie niet te volgen, nier overruigend. De wergever heeft nier voor niets een voorprocedure ingevoegd. De ORhad zich al in een eerder stadi-um tot de bedrijfscommissie kun-nen wenden met het verzoek om de nodige spoed re betrachren. De voor de bedrijfscommissie gelden-de maximale termijn van twee maanden belet niet een eerder uit
re brengen advies. Door dit nala-ten, kan deORzich geen recht-streekse toegang tot de kanton-rechrer verschaffen. Het verzoek van deORkan daarom nier ont-vankelijk worden verklaard.
Commentaar
Met deze uitspraak wordt weer eens de vinger gelegd op een zwakke plek in de bemiddelings-fase bij de bedrijfscomrnissie, te weren de tijdrovendheid daarvan, In beginsel dient de procedure tot rwee maanden beperkr te blijven, maar dit dreigt al gauw uir te lopeno Vlak voor een bedrijfsslui-ting kan men dan zeker in proble-men koproble-men. Sommige rechters hebben in her verleden wel moge-lijk geacht dat in her kader van een verzoek om een voorlopige voor-ziening bij de kantonrechter de gang langs de bedrijfscommissie kan worden overgeslagen. Hetzelfde gebeurt soms in een kortgedingprocedure bij de voor-zieningenrechter.
In dit geval speelde daar boven-dien nog mee dar de ondernemer, door langdurig geen antwoord te geven op informarieverzoeken van deORaan het tijdrekken was. De kanronrechter neemt nu een nogal formeel standpunt in door te eisen dar deOReersr naar de bedrijfscommissie had moeten gaan. Daarmee dwingt zij deORin
feite om direct de zaak op scherp te stellen. Het zoe ken naar een minnelijke oplossing wordt nier gehonoreerd. Bovendien spreekr er enige naiviteit uit de verwach-ring van de kantonrechter dar de bedrijfscommissie binnen de maximale termijn tot een oordeel zou kunnen komen.
De les die hieruit valt te trekken is: sommige kantonrechters stel-len zich zo formeel op, dat je in een zaak waarin de tijd belangrijk kan worden reeds in een vroeg stadium de bedrijfscommissie moet inschakelen. Of daar de goede verhoudingen mee gediend zijn, is naruurlijk de vraag. Een andere vraag die bij deze zaak kan worden gesteld is overigens waarom deORzich zo afhankelijk heeft gemaakt van de informatie en de financiering van de onder-nemer en waarom niet de vak-bond in dit geval is ingeschakeld om over de CAO te procederen. Het in de Tweede Kamer mom en-reel behandelde voorstel voor de Wet medezeggenschap werkne-mel'S (WMW) zal niet veel veran-deren, behalve dar het de bestaan-de srructuur van bestaan-de wet omver gooit. Maar op dit punt leverr her voorsrel wel een verbetering op. De bedrijfscommissies worden immers uit de wet verwijderd. Voor deORvan Sony E-Solutions Europe komt die wet net te laat.
