• No results found

Annotation: Kantonrechter Amsterdam 1998-11-03

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Annotation: Kantonrechter Amsterdam 1998-11-03"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

'i: '~~~< ·f0~f rubriek

GUUS HEERMA VAN VOSS

Wijziging in

roulatiesysteem

Het besluit om de dienstcoordinatoren vast te stellen uit een

vaste, beperkte groep van de inaanmerking komende

perso-neelsleden, is naar zijn strekking een instemmingsplichtig

besluit.

(Kantongerecht Amsterdam 3 november 1998, art.

27 en

32

WOR)

I

n de locatie P.I. Havenstraat van de Penitentaire Inrichtingen De Stadspoort te Amsterdam werken de dienstcoordinatoren (dieo's) in een teammet een vastesa-menstelling. Uit een enquete bleekdat 48 van de 79 me-dewerkers daaraan de voorkeur gaven, terwijl25 van henvoel-den voor een roulatiesysteem. Hierop besloot de directie op 18 november 1997 het systeem te handhaven.

De or riep de nietigheid van dit besluit in met als argument dat dit de instemming van de or behoefde. Dedirectievan De Stadspoort betwistte dit. De or beargumenteerde dat het be-sluit kenmerken had van zowel aanstellings- als bevorde-ringsbeleid. Het vervuld hebben van de rol vandicozou van belang zijnvoor de bevordering. Bovendien zou een afspraak zijn gemaakt dat de or een extra bevoegdheid had gekregen op grond vanartikel 32 WOR. De directie steldedat de func-tie geen leidinggevende elementen kent, doch slechtscoordi-nerende, terwijl de functie ook in dezelfde salarisschaal valt als die van de overige collega's.

De kantonrechter achtte het voor de beoordeling minder van belangonder welkonderdeelvan artikel 27 WORde regeling valt, doch meer of de strekkingvan dit artikel meebrengt dat een regeling als de onderhavige daaronder valt. Deze strek-king brengt mee, dat een besluit van algemene strekstrek-kingdat de positievan een categoriewerknemers in de ondememing regelt in relatie tot andere categorieen, in beginsel onder de instemmingsplichtige besluitenvalt. Het enkelefeit dat beide categorieen in dezelfde salarisschaal vallen, doet daaraan on-voldoende af. De strekking van het besluit is immers om de taak van dieo exclusief toe te wijzenaan een deeI van de col-lega's. Het besluit schept daardoor nieuwe verhoudingen tus-sen de collega's en met name tustus-sen functies en dient derhal-ve als een regeling op het gebied van het aanstellings-, ont-slag- of bevorderingsbeleid te worden beschouwd.

De or heeft zieh dus terecht op de nietigheid van het besluit

beroepen, waarbij de kantonrechteraantekent dat nog niet is gezegd, dat de weigering van de or om in te stemmen niet on-redelijk is. Daaraan voorafgaand dient echter nader overleg tussen partijen plaats te vinden. De ondememer wordt ver-oordeeld zieh te onthouden van uitvoering van het besluit.

Commentaar

Opvallend is deglobale toetsing diede kantonrechter toepast. Hij beoordeelt vooral of het besluit naarde strekking van ar-tikel27instemmingsplichtig is. Dit is dus een niet erg forme-Ie wijze van interpreteren, dierecht doetaande bedoeling van de wet, maar anderzijds wellicht iets afdoet aan het gesloten stelsel van artikel27, datimmers eenuitputtende opsomming van instemmingsplichtige besluiten geeft. Ik acht dit een toe te juichen ontwikkeling.

Detweede opmerking is datook dezeuitspraak weer eenson-derstreept wat wel vaker in deze rubriek is gesignaleerd: van veelbesluiten in een onderneming weeteen ondernemer niet eens dat deze (wellicht) instemmingsplichtig zijn. fen actie-ve or kan deze besluiten zelf als instemmingsplichtig onder-kennen en op die manieren invloed proberen uit te oefenen. Of het verstandig is voor eenorom zichte verzetten tegen een besluit waar de meerderheid van het personeel achter staat, is natuurlijk de vraag. De or moet zich goed afvragen of het belang van de minderheid zwaar genoeg weegt. Anderzijds is erook belang bijom een bestaand instemmingsrecht te hand-haven, omdatimmers ook in het overleg daarover wellicht een voor aile partijen apnvaardbare oplossing is te vinden. Deuit-spraak van de kantonrechter bevordert zulk overleg.

Deze rubriek signaleert en behandelt de be-langrijkste jurisprudentie op or-gebied. De ru-briek wordt beurtelings geschreven doormr drs Cees van Leeuwen, advocaat en specialist me-dezeggenschap bij Derks. Star Busmann. Hanotiau te Utrecht en prof.mr Guus Heerma van Voss, hoogleraar sociaal recht aan deRijksuniversiteit Leiden.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Ook voor analoge toepassing van die artikelen bestaat volgens de rechtbank geen ruimte, nu deze slechts zien op de ver- plichting tot betaling van kosten die de ge- daagde voor

De OR wordt niet ontvangen in zijn vordering en moer ook de eigen proceskosren beralen, omdar anders OR' en de ondernemer node- loos voor de rechter zouden kun- nen dagen waar daar

De or yond het niet nodig om naar de rechter te gaan om het instem- mingsrecht af re dwingen, maar de werknemer kon zich wel ver- zetten regen de korting op de bonus die zonder

In dar geval kunnen ze niet tussen- tijds worden opgezegd door een van de partijen, tenzij dar uitdruk- kelijk is afgesproken.. Wel kunnen de partijen gezamenlijk de over-

De or, FNV Bondgenoten enacht werknemers, allen tevens lid van deor, vorder- den hierop in een spoedprocedure tegen Vos Logistics datdeeindejaarsuitkering aan hetge- hele personeel

Ten aanzien van het verband met het or-lidmaatschap con- cludeerde de rechter dat niet duidelijk is ge- worden doorwelk optreden indeze functie Perla zich zohet ongenoegen

Volgens het sociaal plan komt ieder die twee maanden geen facturabele werkzaamheden heeft verricht, in aanmerking voor ontslag.. De werkgever moet zich wel eerst inspannen om

BBA stelde dat de or behoorde in te stemmen als de voorgenomen werktijdenregelingen binnen de wettelijke kaders waren toege- staan, De kantonrechter oordeel- de echter dat BBA