• No results found

KONINKLIJKE KENTALIS ZWOLLE, DE TAALTREIN STAGEVERSLAG

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "KONINKLIJKE KENTALIS ZWOLLE, DE TAALTREIN STAGEVERSLAG"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Naam: Rima Gebara

Studentnummer: S2740249 Stageplek: De Taaltrein, Zwolle Stagebegeleider: Anthea Mulder Stagedocent: Dörte de Kok

Stageperiode: feb. 2020-mei. 2020 Master Neurolinguïstiek

KONINKLIJKE KENTALIS ZWOLLE, DE TAALTREIN

STAGEVERSLAG

(2)

Inhoudsopgave

BESCHRIJVINGVANDESTAGEPLEK...1

ALGEMEEN...1

HISTORIE...1

MISSIE...1

KERNWAARDEN...2

VROEGBEHANDELING...2

SAMENVATTINGVANDESTAGE...2

BESCHRIJVINGVANDESTAGE...3

EVALUATIE...4

MATEWAARINDELEERDOELENZIJNBEREIKT/ GEMISTEKANSEN...4

VERWORVENLEERUITKOMSTEN...5

REFLECTIEOPWATIKHEBBETEKENDVOORDESTAGEGEVER...5

VOORUITBLIKOPDELOOPBAAN...5

LITERATUUR...7

Beschrijving van de stageplek Algemeen

Koninklijke Kentalis is een landelijke organisatie en ondersteunt mensen met een

Taalontwikkelingsstoornis (TOS) en mensen die slechthorend, doof of doofblind zijn of een

communicatief meervoudige beperking hebben. De organisatie biedt diagnostiek, onderzoek, zorg, speciaal onderwijs en ambulante begeleiding en werkbegeleiding op regulieren scholen. Kentalis heeft audiologische centra, zorglocaties en scholen door heel Nederland. Dit zorgt ervoor dat leerlingen en cliënten zorg dichtbij huis kunnen krijgen. Familie of professionals uit de omgeving van de leerling of cliënt worden indien mogelijk betrokken. Binnen de organisatie werken ongeveer 4500 zorg en onderwijs medewerkers. Het uitgangspunt van de professionals is dat de leerlingen en cliënten met zelfvertrouwen mee kunnen doen in de samenleving. De medewerkers krijgen geregeld interne opleidingen, zoals een cursus Nederlandse Gebarentaal, om zich te blijven ontwikkelen.

Een belangrijk onderdeel van Kentalis is de samenwerking met andere professionals zoals logopedisten, leerkrachten, pedagogisch medewerkers en behandelaren. Door de samenwerking kunnen ze de leerlingen en cliënten nog beter helpen. Daarnaast wordt de kennis gedeeld door het geven van cursussen, consultatie, advies en voorlichting.

Om de kwaliteit van het onderwijs te blijven waarborgen en te blijven verbeteren wordt er ook wetenschappelijk onderzoek uitgevoerd. De onderzoekers werken samen met universiteiten, onderwijs-, zorg- en koepelorganisaties (Kentalis. z.j.-a).

Historie

Kentalis begon in 1790 met 14 leerlingen. Henri Daniel Guyot, een Waalse predikant, besloot in Groningen les te gaan geven aan dove kinderen. In 1808 was het aantal leerlingen flink gegroeid waardoor hij op zoek moest naar een groter gebouw. Dankzij de steun van de stad Groningen werd de school in de stad gevestigd. Hier werd een internaat voor jongens en meisjes gebouwd.

In 2009 gingen drie organisaties samen: Koninklijke Effatha, Guyot Groep (KEGG) en Via taal en Sint Marie en ontstond de Koninklijke Kentalis. Deze nieuwe naam ‘Koninklijke Kentalis’ staat voor 'kennis' en 'taal' (Kentalis, z-j-b).

(3)

Missie

Kentalis heeft als missie de leerlingen en cliënten op hun eigen wijze hun leven te laten inrichten en deel te laten nemen in de maatschappij. Dit doet Kentalis door communicatiemogelijkheden toegankelijk te maken en te laten passen bij de talenten van de leerling of cliënt (Kentalis, 2015).

Kernwaarden

Kentalis hanteert drie kernwaarden. Met deze kernwaarden wil Kentalis de best aantoonbaar mogelijke zorg bieden, dicht bij huis. De eerste kernwaarde is ‘toegewijd’ en staat voor mensgericht en betrokken zijn en hart, oog, en oor hebben voor een ander.

De tweede kernwaarde is ‘in dialoog’. Hiermee wordt het in goed contact staan met de cliënten en leerlingen bedoeld, maar ook de collega’s onderling en in de samenwerking met partners. De derde kernwaarde is ‘vakkundig’: de medewerkers weten waar het over gaat en zijn goed in wat ze doen, de professionals van Kentalis zijn expert op hun eigen gebied. Daarnaast worden kennis en inzichten uitgewisseld met de samenwerkingspartners (Kentalis, 2015).

Vroegbehandeling

Kentalis biedt ook zorg aan peuters en kleuters (2 t/m 4 jaar) met een vermoedelijke TOS. Deze kinderen kunnen naar de vroeg behandeling, ook wel de ‘taaltrein’ genoemd. Er wordt hier gewerkt aan de taal- en spraakontwikkeling van het kind. Daarnaast krijgen ouders veel informatie over wat een TOS is en hoe ze hun kind kunnen aanmoedigen om meer te spreken

(Kentalis, z.j.-c)

.

De vroegbehandeling kan bestaan uit vier verschillende onderdelen:

- Logopedie (een-op-een)

Bij de logopedist krijgen de kinderen individuele behandelingen. Ouders worden vaak uitgenodigd om mee te kijken om zo de inhoud van de behandeling ook thuis aan te laten sluiten. Daarnaast worden de taal- en spraakproblemen op vaste momenten gemeten om de ontwikkeling te monitoren en het effect van de behandelingen te meten (Kentalis, z.j.-c).

- Groepsbehandeling

Twee of drie ochtenden in de week komt het kind naar een behandelgroep. Hier krijgen de kinderen veel taal aangeboden tijdens het spelen waardoor nieuwe woorden, gebaren en vaardigheden worden geleerd. De groepen bestaan uit zeven tot acht kinderen die allemaal een vermoedelijke TOS hebben. De groepsbehandelingen worden gegeven door een pedagogisch behandelaar en logopedist (Kentalis. z.j.-c).

- Coaching van medewerkers kinderdagverblijf/peuterspeelzaal

Indien het kind naar een kinderdagverblijf of peuterspeelzaal gaat kan de pedagogisch behandelaar van Kentalis de medewerkers van het kinderdagverblijf of de peuterspeelzaal van het kind coachen. Er wordt dan uitleg gegeven over TOS en hoe hier rekening mee gehouden kan worden (Kentalis, z.j.-c).

- Cursussen en bijeenkomsten voor ouders

Ouders worden actief betrokken in de groepsbehandelingen. Bijvoorbeeld in de cursus

‘Praten doe je met z’n tweeën’ wordt er aan ouders geleerd hoe de taalontwikkeling van het kind gestimuleerd kan worden en hoe er thuis geoefend kan worden. Daarnaast zijn er ouderbijeenkomsten om ervaringen uit te wisselen met andere ouders (Kentalis, z.j.-c).

Samenvatting van de stage

De rol van de klinisch linguïst binnen Kentalis is voornamelijk het uitvoeren van verdiepende

diagnostiek. Het hoofddoel van mijn stage was om de aanvragen van de logopedisten van de Taaltrein te behandelen maar tijdens de stage kwamen er ook aanvragen van de cluster-2 school van Kentalis

‘de Enkschool’ die in hetzelfde gebouw gevestigd is. Dit maakte de stage erg afwisselend. Daarnaast werkt mijn stagebegeleider ook voor het audiologisch centrum van Kentalis, dat in hetzelfde gebouw gevestigd is. Hierdoor kon ik meedenken over de onderzoeken van complexere casussen, zoals oudere

(4)

kinderen met taalproblemen en meertalige kinderen met taalproblemen. Tijdens mijn stage heb ik geleerd om de diagnostische instrumenten FAN en TARSP uit te voeren. Dit door de spontane spraak van kinderen te transcriberen en de analyses uit te voeren. Naar aanleiding van de testresultaten heb ik geleerd om deze onderzoeksgegevens op te schrijven in een onderzoeksverslag. Vervolgens heb ik geleerd om behandeldoelen op te stellen. Daarnaast heb ik de Renfrew, Frogstory en CIO leren interpreteren en scoren en heb ik de T-TOS leren afnemen, scoren en interpreteren. Bovendien heb ik twee ochtenden meegekeken op de taaltrein om de organisatie en om de rol van de andere

professionals beter te leren kennen. Daarnaast heb ik geleerd om een onderzoeksopzet te schrijven door de casussen vanuit de Enkschool en het audiologisch centrum.

Beschrijving van de stage

Opdracht, werkzaamheden, resultaten en output

De aanvragen van de logopedisten van de taaltrein of de cluster-2 school waren veelal gericht op de fonologische en spraak-motorische ontwikkeling en de taalontwikkeling, maar er waren ook vragen over bijvoorbeeld de auditieve verwerking. De aanvragen bestonden meestal uit een hulpvraag en een filmpje van de spontane spraak van het kind. Ik kreeg dan de opdracht om de spontane spraak te transcriberen. Afhankelijk van de hulpvraag werd het soort analyse gekozen. Bij hulpvragen over de fonologische ontwikkeling luisterde en keek ik naar wat het kind precies zei en welke klanken er gemaakt werden. Ik transcribeerde eerst de spraak en daarna bekeken mijn stagebegeleider en ik samen het transcript. Door de corona-crisis was het halverwege de stage niet meer mogelijk om er samen naar te kijken, omdat we allebei vanuit huis werkten. Om deze reden transcribeerde ik eerst het filmpje en als ik vragen had over een bepaalde klank zette ik het in het document. Daarna stuurde ik het op en keek mijn stagebegeleider ernaar en belden we om het te bespreken.

Als de hulpvraag gericht was op de fonologische ontwikkeling deden we een Fonologische Analyse van Nederlands (FAN). Met deze analyse werden de initiale en finale consonanten en clusters geanalyseerd. Daarnaast werden de fonologische processen in kaart gebracht. Deze analyse heb ik tijdens de stage veel uitgevoerd. Dit deden we vaak in dezelfde volgorde als het transcriberen. Ik deed eerst de analyse, daarna stuurde ik het op en keek mijn stagebegeleider ernaar. Daarna belden we om het te bespreken. Naarmate de stage vorderde kon ik steeds zelfstandiger werken en had ik steeds minder vragen.

Indien de hulpvraag was gericht op de taalontwikkeling voerden we een STAP of TARSP- analyse uit. Dan begon ik ook met het transcriberen van de video van het kind. Vanwege de corona- crisis kwamen er wat minder aanvragen binnen. Daarnaast waren de meeste aanvragen op fonologie gericht. Ik heb daarom naast het uitvoeren van een TARSP-analyse bij een echte casus, ook de zinnen die de kinderen van de taaltrein leren geanalyseerd met TARSP. Daarnaast heb ik geoefend met oude casussen. Ik kreeg een oud filmpje en een niet volledige correcte TARSP-analyse. De filmpjes heb ik bekeken en de TARSP-analyse heb ik verbeterd. Vervolgens heb ik de TARSP profielkaart ingevuld. In het begin vond ik het lastig om de analyse uit te voeren, maar doordat ik het per zin met mijn stagebegeleider besprak begreep ik het steeds beter. Hierdoor kon ik aan het eind van de stage een TARSP-analyse maken en de TARSP profielkaart invullen en hoefde ik steeds minder te bespreken met mijn stagebegeleider.

Na het uitvoeren van de analyses schreven we een onderzoeksverslag en een behandelplan.

Hierdoor heb ik geleerd om de bevindingen uit een onderzoek op te schrijven in een

onderzoeksverslag. Daarnaast heb ik geleerd om vanuit de onderzoeken een behandelplan op te stellen.

Naast spraak en taalgerichte aanvragen zijn er ook aanvragen geweest over de auditieve vaardigheden van een leerling van de Enkschool. Voor deze casus heb ik een onderzoeksopzet gemaakt. Daarna heb ik deze onderzoeksopzet besproken met mijn stagebegeleider. Hierdoor heb ik geleerd wat belangrijk is om te onderzoeken bij zo een casus. Bij deze casus gingen wij een gedeelte van de t-TOS afnemen en observeren in de klas en bij de Intensieve Groepsbehandeling. Ik heb

(5)

hiervoor een observatielijst gemaakt en geleerd wat belangrijke punten zijn om te observeren voor de auditieve verwerking zoals aandacht voor de leerkracht. In de klas hebben we samen

geobserveerd en daarna opvallendheden besproken. Daarna heb ik een gedeelte van de t-TOS afgenomen. Ik heb hierdoor geleerd hoe de T-TOS werkt en hoe ik die zelfstandig afneem.

Naast de taaltrein en de cluster-2 school is mijn stagebegeleider ook werkzaam op het audiologisch centrum van Kentalis als klinisch linguïst. De aanvragen die hier binnen kwamen waren voornamelijk meertaligheidsonderzoeken bij oudere kinderen en complexere casussen van eentalige kinderen. Ik kreeg de gegevens van het kind uit anamnesegesprekken, eerdere logopedische

onderzoeken en het psychologisch onderzoek. Op basis van deze informatie mocht ik een onderzoeksvoorstel maken. Hierin zette ik welke testen belangrijk zijn en wat deze testen precies onderzoeken. Door dit te bespreken heb ik veel geleerd over welke testen er allemaal zijn, voor welke doelgroep ze bedoeld zijn en wat ze onderzoeken.

Tijdens veel onderzoeken op het audiologisch centrum werden het Renfrew busverhaal, de Renfrew woordvinding en actieve woordenschat en de Frogstory afgenomen bij de leerling. Ik heb de filmpjes kunnen bekijken waarbij deze testen werden afgenomen en kreeg vaak de opdracht de spontane taal en de verhaaltesten uit te schrijven. Hierdoor heb ik geleerd hoe de testen worden afgenomen en hoe ze gescoord worden.

Vanwege de corona-crisis heb ik geen Communicatief Intentie Onderzoek (CIO) kunnen zien of afnemen voor een actuele hulpvraag. Mijn stagebegeleider had nog wel filmpjes van oude

onderzoeken. Hierdoor heb ik toch kunnen zien hoe de afname van dit onderzoek in zijn werk gaat en hoe je een scoreformulier invult.

Evaluatie

Mate waarin de leerdoelen zijn bereikt/ gemiste kansen

Voor de stage heb ik leerdoelen opgesteld. Ik heb de leerdoelen ingedeeld in inhoudelijke doelen en doelen over de communicatiestijl.

Met mijn eerste twee inhoudelijke doelen wilde ik bereiken dat ik vaardig ben in het

analyseren en interpreteren van de FAN en TARSP-Analyse. Daarnaast wilde ik graag vaardig worden in het afnemen en interpreteren van de diagnostische instrumenten Renfrew, Frogstory, t-TOS en CIO.

Ik heb veel kunnen oefenen met de FAN-analyse en de TARSP-analyse om te leren spraak en taal te analyseren en interpreteren. Daarnaast heb ik geleerd de Renfrew, Frogstory, t-TOS en CIO te interpreteren door opnames van de testafname te bekijken en de scoreformulieren in te vullen.

Nadat ik een test had uitgewerkt besprak ik het steeds met mijn stagebegeleider. In het begin vond ik het bijvoorbeeld lastig om tijdens het transcriberen van de spontane taal van een kind te horen wat het kind precies zei. Door adviezen van mijn stagebegeleider, zoals goed naar de bewegingen van de mond kijken om te zien of er bijvoorbeeld een /n/ of /m/ gezegd wordt en door veel te oefenen kon ik steeds zelfstandiger transcriberen en analyses maken. De t-TOS heb ik gedeeltelijk afgenomen, mijn stagebegeleider vond dat ik goed contact maakte met het kind en dat de instructie helder was. De overige testen heb ik niet kunnen afnemen, ook omdat ik een groot deel van mijn stage vanuit huis heb gewerkt door de corona-crisis.

Mijn derde doel was om een passend onderzoeksverslag te maken naar aanleiding van de afgenomen onderzoeken en mijn zesde doel was om een behandelplan op te stellen. Aan beide doelen heb ik tijdens de stage gewerkt. De eerste keer vond ik dit erg lastig. De feedback die ik vooral kreeg was om uitgebreider de onderzoeksgegevens te verwoorden, zodat niet alleen de testgegevens erin staan maar ook de belangrijke observaties kunnen worden meegenomen. Naarmate de stage vorderde heb ik hier meer aan kunnen werken en dit gaat nu steeds beter. Daarnaast heb ik veel informatie en artikelen gekregen over fonologische therapieën. Ik heb van deze informatie een samenvatting gemaakt. Hierdoor heb ik veel geleerd over de behandelopzet en is het ook makkelijker geworden om een behandelplan te schrijven.

(6)

Mijn vierde doel hield in dat ik had meegekeken met een aantal andere disciplines om een beeld te krijgen van hetgeen de kinderen tijdens deze therapieën oefenen. Dit heb ik gedaan door twee ochtenden mee te kijken op de taaltrein en zo de logopedist en de pedagogisch behandelaar in actie te zien. Dit gaf mij veel inzicht in hoe ze de taal spelenderwijs aanbieden en op welke manier de groepsbehandelingen zijn opgebouwd. Hiervoor heb ik ook veel op het Intranet van Kentalis gelezen over de thema’s en Jules voor TOS*.

Het doel dat gericht was op mijn communicatiestijl was gericht op het adequaat en met zelfvertrouwen bespreken van een behandelplan met ouders en/of collega’s. Dit doel heb ik helaas niet volledig kunnen oefenen. Door de corona-crisis heb ik geen oudergesprekken kunnen meemaken en dus ook niet het behandelplan kunnen bespreken. Mijn stagebegeleider gaf mij de feedback dat het contact tussen mij en haar en andere collega’s als prettig wordt ervaren en dat ik zelfverzekerd overkom. Ik weet van mezelf dat dit in contact met ouders soms anders kan zijn, vooral als de onderzoeksresultaten die besproken moeten worden niet positief zijn. Daarom neem ik dit doel mee om in de toekomst verder aan te werken.

Verworven leeruitkomsten

Door tijdens mijn stage aan mijn doelen te werken heb ik de leeruitkomst om verbinding te leggen tussen theorie/analyse en empirisme (diagnose en behandeling) op het gebied van de

neurolinguïstiek verworven en heb ik gewerkt aan het kunnen weergeven van de meest recente ontwikkelingen binnen de spraak- en taalontwikkeling van kinderen. Ik heb dit geleerd door bij verschillende cliënten onderzoeksopzetten, onderzoeksverslagen en behandelplannen te maken en door recente artikelen te lezen en samen te vatten over fonologische therapieën en meertaligheid en TOS. Door deze artikelen te lezen en recente onderzoeken te zoeken heb ik ook geleerd om nieuwe kennis in het sub domein TOS van de neurolinguïstiek te verwerven en geschikte academische bronnen te vinden.

Daarnaast heb ik geleerd om de gebruikelijke onderzoeksmethodes en -technieken op het gebied van de neurolinguïstiek toe te passen door het afnemen van de t-TOS en het analyseren en interpreteren van de Renfrew, Frogstory, t-TOS en CIO, FAN en TARSP.

Door een onderzoeksopzet te maken heb ik ook geleerd om informatie van verschillende bronnen en sub disciplines te combineren en relevante problemen en vragen op het gebied van de

neurolinguïstiek eruit te destilleren. Daardoor heb ik geleerd sociale kwesties/problemen te

identificeren, vooral in relatie met taalonderwijs en gezondheidszorg (logopedie) en er hypotheses en onderzoeksopzetten uit te genereren.

Door al mijn doelen te combineren heb ik vaardigheden geleerd die mij ertoe in staat stellen om (tot op bepaalde hoogte) zelfstandig onderzoek bij kinderen met spraak- en taalproblemen uit te voeren.

Reflectie op wat ik heb betekend voor de stagegever

Tijdens mijn stage heb ik mijn stagebegeleider geholpen met het uitvoeren van de verdiepende diagnostiek, het transcriberen van de spontane spraak van kinderen, het opstellen van

onderzoeksopzetten, onderzoeksverslagen en behandelplannen. Dit hebben we in het begin veel samengedaan en naarmate de stage vorderde ben ik dit meer zelfstandig gaan doen. In de tijd dat ik hiermee bezig was, kon mijn stagebegeleider andere werkzaamheden uitvoeren. Daarnaast heb ik een overzicht gemaakt van de belangrijke informatie die er nu is over meertaligheid.

Vooruitblik op de loopbaan

Deze stage is een nuttige aanvulling geweest op mijn master. Ik ben mij nu meer bewust van de klinische kant van de linguïstiek en ik heb geleerd wat het verschil is tussen de werkzaamheden van een logopedist en klinisch linguïst.

Na mijn studie logopedie wist ik dat ik de organisatie Kentalis interessant vond, maar ik wist nog niet goed of ik me meer wilde gaan verdiepen in de diagnostiek of in de behandeling. Ik ben er nu achter gekomen dat ik de diagnostiek erg interessant vind en dat ik het leuk vind om te onderzoeken wat de

(7)

zwakke en sterke punten van een kind zijn. Ik vind het mooi dat er binnen Kentalis veel wordt samengewerkt tussen collega’s en tussen professional en ouder en dat je zo uit verschillende invalshoeken informatie krijgt en kan delen.

Als ik vooruitblik om mijn loopbaan zou ik graag binnen Kentalis of een soortgelijke organisatie in een audiologisch centrum willen werken als logopedist of klinisch linguïst. Daarnaast lijkt het mij ook interessant om op een cluster-2 school aan de slag te gaan.

(8)

Literatuur

Kentalis. (z.j.-a). Over Kentalis. Geraadpleegd van https://www.kentalis.nl/over-kentalis

Kentalis. (z-j-b). Historie. Geraadpleegd van https://www.kentalis.nl/over-kentalis/over- kentalis/historie

Kentalis. (z.j.-c). Vroegbehandeling voor peuters en kleuters met TOS. Geraadpleegd van https://www.kentalis.nl/vroegbehandeling-tos

Kentalis. (2015). Missie, Visie en strategie. Geraadpleegd van http://www.kentalis.nl/media/144/download

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

- Hoe gaan we om bij kinderen die geen achternaam krijgen (op basis van hun nationale recht hebben ze een naamsketen of de kinderen met een Nederlandse nationaliteit die

Zorg dat je met deze gevoelens ergens terecht kan zodat je in omgang met je kind je volledig kan richten op haar/zijn noden en gevoelens.. • Laat je kind moeilijke gevoelens

De resultaten zijn bij een volgende medewerkermonitor al zichtbaar: medewerkers weten dat de opvangteams en het protocol bestaan en kunnen worden ingezet.. Kijk voor meer

Op deze manier kon ik de informatie die ik had verzameld voor mijn scriptie, samen met de andere testonderdelen, samenvoegen in een verslag voor de behandelend logopedist..

Bijna geen van de kinderen is volledig doof en volledig blind, maar alle kinderen zijn dusdanig beperkt in deze twee zintuigen dat ze op andere scholen niet mee kunnen komen..

Als  medewerker  op  de  communicatieafdeling  van  de  gemeente  Zwolle  is  het  belangrijk  om   betrokken  te  zijn  bij  de  Zwolse  samenleving  en  begrip

We gaan je nu meer uitleggen over functionele blaasproblemen, dus problemen die te maken hebben met hoe je lichaam werkt want die problemen komen het meeste voor.. Door te

Wanneer uw kind ernstige symptomen van een RS-virus infectie vertoont, wordt hij/zij in het ziekenhuis opgenomen.. Hier bestaat de behandeling van de infectie met name uit