• No results found

Deze week : 65 ste jaargang nummer 26 woensdag 30 juni ,85 euro

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Deze week : 65 ste jaargang nummer 26 woensdag 30 juni ,85 euro"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Weekblad P608721 Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X

Het bordeel van CD(&V)

Er zijn van die korte, vlijmscherpe zinnetjes die gewild of ongewild de geschiedenis ingaan. Weet u nog hoe ‘Bandiet, schoft, sluipmoordenaar van de partij’ in de politieke annalen is terechtgekomen? De Volksunie stond op springen na het Lambermontak- koord en Hugo Schiltz siste na een partijraad Geert Bourgeois in het voorbijgaan een aantal giftige woorden toe. Hij had niet gemerkt dat er een journalist vlakbij stond, en zo haalde zijn uithaal rechtstreeks de voorpagina’s. Bourgeois had overigens uit pure consternatie niet onmiddellijk een antwoord klaar. Eigenlijk zou men die uitspraak uit 2001 opnieuw kunnen bovenhalen en nu met recht en reden toepassen op de hoofd- verantwoordelijke voor de electorale ondergang van CD(&V). En dat is uiteraard niet Marianne Thyssen, die twee jaar geleden door Leterme en de partijtop het voorzitter- schap opgedrongen kreeg, zo niet werd haar mandaat als Europees Parlementslid in vraag gesteld. En Thyssen heeft ook niet gesolliciteerd naar de rol van boegbeeld bij de voorbije verkiezingen. Leterme voelde de bui hangen en was te laf om op de Senaats- lijst te gaan staan: liever zichzelf onmisbaar proberen te maken vanuit West-Vlaanderen en tussendoor toch nog laten verstaan dat hij voor het premierschap beschikbaar bleef.

En ook na de zware nederlaag van CD(&V) heeft hij niet helemaal ontwapend: in een dubbelzinnige verklaring zei hij vorige week dat hij mee de verantwoordelijkheid opnam voor het resultaat, maar dat over zijn verdere rol ‘binnenskamers zou worden gespro- ken en niet op straat en niet in de media’. Versta: ik wil nog altijd minister worden en daarover zal beslist worden in beperkte kring. Het Nieuwsblad contacteerde 143 van de 150 CD(&V)-burgemeesters. Hun mening over Leterme is verdeeld, maar niet van dien aard dat hij verdere aanspraken wel kan vergeten. Het merendeel van de onder- vraagden kijkt de kat uit de boom.

Is de afstraffing van CD(&V) dan nog niet zwaar genoeg geweest? Na drie jaar van gebroken beloften, woordbreuk en kiezersbedrog, na drie jaar van stilstand in alle belang- rijke dossiers luidt het ‘dat men Leterme toch niet zomaar bij het groot vuil kan zetten’

(Etienne Schouppe, De Zevende Dag). Nochtans kunnen we moeiteloos en minutieus reconstrueren hoe de geitenboer zichzelf van Vlaamse protagonist tot Belgische knecht- federalist heeft gedegradeerd en hoe dat ook de ondertoon is geworden van de kiescam- pagne van CD(&V). Overigens gaat Marianne Thyssen daarbij niet vrijuit, want ze verkoos met het campagneteam de nadruk te leggen op een New Deal voor België, tegenover de confederale opstelling van de N-VA. Niet voor niets werd ze in een tv-reportage door heel wat Belgofonen als “une bonne Belge” gecatalogeerd. Maar vorige week stapte ze dus op, omdat ze het meer dan beu was door Leterme in de kou te worden gezet - én door Kris Peeters, want volgens ingewijden leidde de rivaliteit tussen de geitenboer en de minister-president ertoe dat Thyssen als partijvoorzitster geregeld voor voldongen feiten werd gesteld op Vlaams en federaal niveau. Trop is teveel, en teveel is trop, zelfs voor iemand met een maximale dosis partijloyauteit.

Intussen doet CD(&V) verwoede pogingen om de rangen te sluiten, wordt tot ver- velens toe de boodschap de media ingestuurd dat er van verdeeldheid geen sprake is en dat de tegenstellingen tussen de verschillende rangen en standen schromelijk wor- den overdreven. Uit de uitspraak van interim-voorzitter Wouter Beke in De Zevende dag ‘dat CD&V klaar is om met De Wever te overleggen’ kan men afleiden dat Peeters en Leterme met elkaar hebben gepraat en dat er een soort van wapenstilstand wordt nagestreefd. Maar hoever reikt die? Peeters van zijn kant heeft al enkele keren publiek verwezen naar de zogeheten Octopusnota die tot stand kwam toen Verhofstadt begin 2008 de regering-Leterme I aan het klaarstomen was. De Octopusnota pleit voor extra bevoegdheden voor Vlaanderen, werd een jaar later aan het Vlaamse regeerakkoord van de nieuwe Vlaamse regering met N-VA en sp.a gehecht, maar gaat duidelijk minder ver dan het federale kiesprogramma van de N-VA bij de voorbije verkiezingen.

En dan is het nog altijd de vraag in hoeverre de ACW-maffia geen roet in het eten gaat strooien. We bedoelen dan op de eerste plaats de koepel van het ACW (Jan Ren- ders, 19 juli 2008: ‘Het kartel schaadt de ziel van CD&V’), en de vakbond van monseig- neur Lucas Sindicatus Cortebeeck, die onlangs bij Rerum Novarum nog een stemad- vies gaf tegen de N-VA. Nu hebben die fameuze 1,7 miljoen leden van het ACV zeker niet allemaal dat negatieve advies gevolgd, maar het ACW blijft toch een niet te onder- schatten machtsfactor, gezien haar vertrouwensrelatie met heel wat CD(&V)-mandata- rissen, die belangrijke logistieke steun krijgen als ze de programmatorische lijn van het ACW volgen. Steven Vanackere, Inge Vervotte, Yves Leterme, alle drie “ministerabel”, behoren tot die categorie. Servais Verherstraeten, die de officiële analyse van de ver- kiezingsnederlaag moet redigeren, behoort tot die categorie. Hilde Crevits, wier naam meer en meer begint te circuleren als mogelijke opvolgster van Thyssen, behoort tot die categorie. Ongetwijfeld is die ACW-aanhang geen volstrekt homogeen blok, maar wie anderzijds beweert dat er binnen CD(&V) weer eenheid is over de te volgen rich- ting, doet de waarheid zwaar geweld aan. (Of is een platte opportunist, zoals Rik Torfs, de gebuisde kandidaat-rector van de Leuvense universiteit.) Het is dus een grote vraag wat de “nieuwe koers” van CD(&V) precies gaat zijn, maar over één ding lijkt er bij de tsjeven wél eensgezindheid te bestaan: zo snel mogelijk De Wever een pad in de korf zetten en hem de vernedering van 13 juni betaald zetten. Erop

gokkend dat de N-VA haar staat van genade snel kan of zal ver- liezen. Binnenkort weten we meer.a

De Wever in de sjieke salons

De Wever is dus informateur en ontvangt al wie iets te zeggen heeft in dit land in de poepsjieke ambtswoning van de Kamervoor- zitter. In Berchem bewoont hij een beschei- den rijtjeshuis, maar in de Wetstraat zakt hij tot z’n neus in de dikke tapijten. Tja, de kiezer heeft hem daar gepiloteerd. Had hij de verkiezingen maar niet zo ongegeneerd zwaar moeten winnen.

Maar hoe doe je dat, informateur spe- len? Zijn voorgangers konden vooraf even op bezoek bij ervaringsdeskundigen uit de eigen partij. Maar De Wever moet het allemaal zelf uitzoeken. Bestaat er zo’n geel boek

‘Informateur spelen voor dummies’? De uit- baatster van zijn geliefkoosde frituur zal hem weinig nuttige tips hebben kunnen geven.

Stel je alleen al het bezoek bij de koning voor. Dasloos zowaar, zodat Albert II voor het eerst in z’n leven een mannelijk decolleté mocht aanschouwen. “Goedendag Bart, zijt kij nu echt zoon omfloerste separatist?” De Wever kijkt rond of er geen mandje met snic- kers staat, want zijn suikerspiegel staat alar- merend laag. Geen snoep te bespeuren en dat noteerde De Wever meteen in z’n nota- boekje. Dus ook geen versnaperingen in dat optrekje van de Kamervoorzitter waar hij de dagen daarna al dat schoon volk ontvangt.

“Ja, sire, echt warm lopen doe ik niet voor uw kostwinning.” De koning kijkt wat hulpe- loos naar zijn kabinetschef en kucht even. “’t Is niet voor teen of tander, Bart, maar ik moet u tok vragen of ge mijn koninkrijk zout wil- len redden met den Elio.” De Wevers hoofd

zakt diep tussen zijn schouders. Hoe moet hij dat gaan uitleggen aan zijn moeder? Hij is aan een cervela toe, maar Paola is nogal onhandig met de friteuse.

“Ik zal eens horen wat de anderen ervan denken”, maakt De Wever een einde aan het ongemakkelijke gesprek. Aan de voor- deur vraagt Albert nog: “Verkopen ze geen plastrons in SKM?”

De Wever trekt de schouders op en ver- dwijnt richting Wetstraat. De bodes kun- nen hun ogen niet geloven als hij aan de bel trekt. “Leveranciers langs de achterdeur”, klinkt het bemeten. Maar De Wever duwt de diender ruw opzij en beklimt hijgend de immense trap. Een beter geïnformeerde col- lega van de portier wijst hem op het wijnrek, waar Dewael enkele uitgelezen flessen wijn liet staan. De Wever lust wel van dat druiven- sap en besluit er elke dag één ongezien mee te nemen naar huis. Dan gaat De Wever aan het eikenhouten bureau zitten en werpt zijn overjas op de gobelin in de hoek. Hij neemt een wit blad en noteert de namen van al wie zijn bloed kan drinken. Daarmee is het lijstje van al wie in dit land aan de touwtjes trekt zeker compleet en weet hij wie hij een faire part moet laten bezorgen. De rest leest u bin- nen enkele maanden in een boekje van de binnenlandredactie van De Standaard. Want dat De Wevers bezoekers te rechter tijd uit de biecht zullen klappen, is de enige zeker- heid die we vandaag hebben.

EEnmanscollEctiEf

DEn BlootEn KoonincK

Deze week :

• Beestenboelfestivals 2

• Sombere tijden voor multikullers 3

• Jan Degadt over Brussel 5

• Wordt Maingain gedumpt? 7

• Een welgekomen afleider 8

• Leve de Italiaanse cinema 10

Plankzeil als de bliksem naar de vernieuwde webstek

www.pallieterke.info

65

ste

jaargang • nummer 26 • woensdag 30 juni 2010 1,85 euro

(2)

De dingen dezer dagen 2

30 juni 2010

Beestenboelfestivals

Overigens is Sneijder niet de enige top- voetballer die uitkomt voor zowel zijn over- tuiging als zijn manier van leven. De Bra- zilaanse superster Ricardo Izecson dos Santos Leite, beter bekend als Kakà, had er als diepgelovige jongeman geen moeite mee de wereld te laten weten dat hij met zijn vriendin geen seks wou voor hij er mee gehuwd was.

En dat hij eraan denkt na zijn carrière dominee te worden. Eén en ander is een gevolg van het feit dat hij als peuter in een zwembad viel en ei zo na voor het leven ver- lamd raakte. Hij herstelde, gelukkig voor hem, volledig.

De lessen die Kakà hieruit trok, en resul- teerden in het levenspad dat hij bij voorkleur bewandelt, leverde hem vanuit de hoek van de “breed denkenden” de te verwachten spotternijen op. Zoals tijdens het lopende WK nog uit de mond van VRT-verslagge- ver Eddy Demarez die met enige scham- perheid in de stem blijkbaar meer aandacht

de stampede van de progressieve kudde en niet naliet zijn/haar bedenkingen daarover openbaar te maken. Voor moraalpredikers van het genre azijnfles Camps vertoont ook vandaag iedereen die enig begrip toont - laat staan er een vorm van sympathie voor toont - voor een conservatief gerichte par- tij als Vlaams Belang, ronduit alarmerende vormen van ranzigheid. Toch durf ik ervan uit gaan dat het ranzige profiel van de fes- tivalgangers, zoals geschetst in de enquête van Studio Brussel, eerder toepasselijk is op aanhangers van andere partijen die naam en faam genieten op grond van een jaren- lang verdedigd en gepropageerd progressief gedachtegoed.

“Sfeer”

Want wat blijkt? Festivalgangers debute- ren meestal op hun zestiende. De gemid- delde “ganger” (m/v) is wel al een stuk ouder, tussen de 19 en 24. En navenant ook meer ervaren. Hijsen en zuipen om het favoriete Als het niet waar is, is het alvast goed gevonden. Tijdens een WK voetbal kan op de goedgelovige meute dan wel containers vol voorspelbaar leesafval worden losgelaten, het lijkt weinig waarschijnlijk dat Wesley Sneijder, sterkhouder van Oranje, een loopje neemt met de waarheid als hij er spontaan voor uitkomt dat hij voor elke wedstrijd een minirozenkrans bij elkaar bidt. Hij moet beseffen dat hij met die “bekentenis” wel solliciteert naar een ereplaats op het progressieve podium, voorbehouden aan achterlijke oerconservatieven. Dat belet niet dat dit soort “outing” het bewijs levert dat het met “de jeugd van tegenwoordig” nog niet helemaal en overal kommer en kwel is.

had voor de bijnamen “ideale schoonzoon”

en “dominee” van Kakà dan wel voor diens geniale voetbalkwaliteiten. Demarez heeft dan al wel ietwat grijzende slapen, als ver- moedelijke nazaat van de “vrijheid blijheid”- predikanten uit de jaren zestig schijnt ook hij soms misprijzend neer te kijken op mensen die er een andere levensvisie op na wensen te houden dan wat vandaag, als gevolg van de “ene ware”, te bekijken is op de puinho- pen van mei ‘68.

Het moet zijn dat dit schouwspel gelukkig steeds minder bijval geniet en allesbehalve appetijtelijk wordt bevonden. Ook in krin- gen die het gedurende decennia mee gepro- pageerd en ondersteund hebben. Ook daar zijn geleidelijk aan andere signalen op te van- gen dan “weg met alle grenzen en taboes”.

Wat me tot de kern van de zaak brengt, met name de resultaten van een grootscheepse enquête van Studio Brussel, nochtans een radiozender die ook niet bepaald altijd op de eerste rij staat inzake zin voor moraal.

Ranzigheid

De enquête onderzocht het profiel van de tienduizenden bezoekers van de onvervalste beestenboel die vandaag schuilgaat achter de veel, om niet te zeggen alles verhullende dek- naam “festivals”. De resultaten zijn verbluf- fend, om het niet over hoogst choquerend te hebben. Het pleit voor een aantal kranten dat ze niet te beroerd waren er de broodno- dige commentaar aan te wijden. Ook al blijft het waarheid dat diezelfde kranten de bees- tenboel waarvan sprake, (te) lang onder de mat hebben geveegd vanuit het veel te goed- kope standpunt “dat het allemaal niet zo erg was als het leek”.

Om er in dat verband de zelfverklaarde kwaliteitskrant De Standaard uit te pik- ken, die vulde zijn achterflap met een niet mis te verstane bijdrage onder de veelzeg- gende titel “Wanneer ranzigheid een ritu- eel wordt”. Vooral dat begrip “ranzigheid”

viel me op. Niet in de laatste plaats omdat het gebruik en vooral misbruik daarvan lang tijd uitsluitend ten deel viel aan al wie bin- nen het politieke spectrum niet meeliep in

maal van frieten, pizza of pita door te spoe- len én leute in de keet te brengen, is veruit de populairste vorm van vertier. Een wiet meepikken is uiteraard helemaal “in”. Van de tien lolbroeken zijn er op zijn minst twee die geen goed gevoel overhouden aan het elke dag aantrekken van een propere onder- broek. Dus doen ze het niet. Zowat de helft van de meute acht het dan weer niet nodig een douche te nemen. Veertien procent van de feestvierders wast zich de ganse duur van het “festival” zelfs helemaal niet.

Het beeld van volle “vrijheid, blijheid” zou niet compleet zijn, mocht het toverwoord

“seks” niet nadrukkelijk in de “running” zijn.

De helft van de tijdelijke weidebewoners had daar al eens seks. Op het gras zelf, of in de auto, of op de parking, of in de douche, of op het toilet, of onder het podium. Soms ook eens in een tentje. Stinken met en onder elkaar, het is blijkbaar weer eens wat anders.

Het godganse aldus geschetste gedoe wordt door de festivalgangers bij voorkeur “sfeer”

genoemd en op zijn minst even belangrijk ingeschat als de muziek, of wat daar in nogal wat gevallen voor doorgaat, aldus ruim tach- tig procent van de ondervraagden.

Wie zijn ze en wat drijft ze, vroeg De Stan- daard zich af? Mij lijkt het antwoord vrij sim- pel. Toen het “verboden te verbieden” tot eerste levensregel werd uitgeroepen door een club “wereldhervormers” die niet ver- der zagen dan hun neus lang was - en dan nog -, konden zelfs zij niet vermoeden dat ze de hoeksteen hadden gelegd van een samenle- ving waarin hun volgelingen en nazaten “ver- dwazing” tot een credo zouden verheffen.

Vandaag wordt daar de tol voor betaald.

Het is goed dat dit (eindelijk) opgemerkt wordt. Het is minder goed dat er nog altijd mensen zijn, zoals ene professor Vanbese- lare van het centrum voor sociale en cultu- rele psychologie aan de KU Leuven, die het licht van de zon ontkennen en vinden “dat het allemaal nog meevalt”. Tot messentrek- kerij deel gaat uitmaken van “de sfeer”, mis- schien?

D.Mol

En hoe zou het met de Vlaamse socialisten zijn?

Maar daarmee bleef de sp.a in die eer- ste weken na de verkiezingen wel groten- deels buiten beeld. De Vlaamse socialisten konden minder dan 15% van de kiezers ver- leiden, zowat 10% minder dan onder Steve Stevaert in 2003. Een bijkomend verlies van 1,5% en een zetel, nadat diezelfde partij in 2007 dé verliezer van de verkiezingen was geworden (toen min 8,5% en 9 zetels kwijt).

Daarmee zit de sp.a op een lager niveau dan ooit. Vergeten we niet dat ze die magere uitslag behaalde na een periode van oppo- sitie en een zware crisis van het internatio- nale kapitalisme.

Voorzitter Caroline Gennez komt als lijsttrekker in Antwerpen amper boven de 40.000 stemmen uit, een pak minder dan Gerolf Annemans (ruim 56.000), Jan Jam- bon (61.000) of Inge Vervotte (bijna 79.000).

Een blamage. Dat haar intieme vijand Frank Vandenbroucke op de Senaatslijst niet eens veel minder stemmen haalt als lijstduwer dan kopman Vande Lanotte, kan ook niet beschouwd worden als een compliment aan haar adres. Als haar partij in de regering komt, is dat uitsluitend te danken aan het ijzersterke resultaat van de PS van Di Rupo.

De macht van de Vlaamse socialisten wordt nog altijd bepaald in Wallonië. Het is haast zeker dat Gennez dan minister wordt, zodat ze op iets galantere manier dan Thyssen het voorzitterschap kan afsmijten.

Hij was kwaad en blind

Enkele oude socialistische krokodillen lie- ten hun licht schijnen op de toestand van hun partij. Louis Tobback en Freddy Wil- lockx werden geïnterviewd door De Mor- gen, dezelfde Willockx en Norbert de Batse- lier kwamen hun verhaal brengen op Kanaal Z.Tobback haalt vooral zwaar uit naar CD(&V). Zijn oude afkeer voor de chris- tendemocratie komt nog eens in volle kracht naar boven. Maar voor zijn eigen partij knijpt hij zijn zo al kleine oogjes nog wat verder dicht. “En uiteindelijk zijn we er redelijk ongeschonden uitgekomen”, vindt hij. Ja, dan hebben wij toch andere verkiezingen gevolgd. “Wat men ook over haar (Gen- nez) moge zeggen - en iedereen heeft zijn tekortkomingen - ze heeft haar uiterste best gedaan en veel geïncasseerd. Wie in de voor- bije jaren ook sp.a-voorzitter was geweest, hij of zij zou ook klappen hebben gekregen.”

Dat is wat ook van Thyssen wordt gezegd.

Maar die krijgt van Tobback, terecht overi- gens, wel een kleedje gepast.

Willockx durft wel in eigen boezem kijken.

“In het begin van de jaren negentig hebben we een deel van ons trouwste kiezerspubliek verloren. Ik doe aan zelfkritiek: ik heb geen of onvoldoende pogingen gedaan om onze kiezers die naar het VB waren overgelopen, terug te halen. Ik was te kwaad op hen. En ik heb tegelijk een aantal maatschappelijke onderstromen onderschat. Wie mij wees

op samenlevingsproblemen met vluchtelin- gen of allochtonen, beschouwde ik te snel als een racist. Louis was de eerste die zag dat een correctie zich opdrong. Als minis- ter van Binnenlandse Zaken heeft hij geko- zen voor een flinker beleid inzake veiligheid en migratie. Ik behoorde helaas niet tot de strekking van Louis. Ik behoorde tot dege- nen die wel eens de kop in het zand hebben gestoken voor de reële problemen.”

Ranzige Belgische politiek

Op Kanaal Z legt De Batselier ook de vin- ger op de Vlaamse wonde. “We zijn te lang een niet-Vlaamse partij geweest. We werden ingehaald op problemen die de mensen her- kenden. De Vlaamse werkloosheid is niet te vertalen in nationale statistieken. En dat heb- ben ze in onze omgeving te lang en te dik- wijls gedaan.”

Willockx zegt in die uitzending ronduit dat er sedert 2004 niets is gebeurd aan de financiering van de sociale zekerheid, noemt Daerden een “groteske parodie”. Vergeten we niet dat de sp.a mee regeerde van 2004 tot 2007 en dat Daerden ook een socia- list is.

Willockx geeft ook wat inzicht in de manier waarop hier aan politiek wordt gedaan. Hij is stomverbaasd dat Electrabel zoveel impact op de politiek heeft en zegt zonder blikken of blozen dat Electrabel gif- ten deed aan partijen, personeel in de partij- hoofdkwartieren op de loonlijst had staan en gemeentemandatarissen - “ik wik m’n woor- den” - omkocht.

Tobback blijkt daar echter best wel wat heimwee naar te hebben: “We beleefden toen het einde van een manier van politiek bedrijven. Van de methode om het land te leiden die toegepast werd door Paul Vanden Boeynants, Willy De Clercq, Wilfried Mar- tens, Willy Claes, ikzelf en alle anderen uit die tijd. Goed, er zaten ranzige kanten aan.

Het was de tijd van de commissie-Dekens, een orgaan onder controle van de rege- ring dat zonder schroom de juiste politieke benoemingen regelde. Van de bedrijfsleiders, die recepties van alle partijen afschuimden met een envelop. Maar in het licht wat we vandaag meemaken, vraag ik me toch af of alles van die oude methode wel zo slecht was. Het was de republiek van de copains van die tijd. Alle partijen hadden contac- ten met vakbonden en het bedrijfsleven. Ze wisten allemaal tot waar ze konden gaan om niet te ver te gaan. Ze vochten, maar ze ver- stonden elkaar. Terwijl ze nu ook vechten maar elkaar niet meer verstaan. Toen was men tenminste in staat elkaar te begrijpen en tot oplossingen te komen, ‘op zijn Bel- gisch’. Nu doet men het ‘op zijn vrouwtjes’

en het lukt niet meer.” Dus toch maar liever verder “op zijn Belgisch” als het van Tobback afhangt. Tja...

J.K.

Marianne Thyssen gooide de handdoek in de ring en werd in sommige media prompt heilig verklaard. Charmant, moedig, misbruikt, een dame. Kan allemaal best zijn, maar dat was mijn grootmoeder ook (op dat misbruikt na, voor zover ik weet). Maar ze zou niet gedeugd hebben als kandidaat-premier. Marianne Thys- sen dus ook niet. Ze kon de klap niet vermijden, omdat Leterme er een zootje van gemaakt had. Ook weer juist, maar een topkandidaat zou er nu juist wel in geslaagd zijn de kansen te keren. Thyssen zocht haar heil in een belgicistisch ver- haal en het is haar niet bekomen. Terug naar het veilige getijdenloze dok dat het Europees Parlement is. Daar worden geen stormen opgetekend en daar past Thyssen dan ook. Niet op volle zee.

Gerecht neemt alles mee

(3)

3

De dingen dezer dagen

30 juni 2010

Aan Louis Michel Geef acht!

Geldenaken/Jodoigne

Brief aan ...

Gij Tamboermajoor,

We weten al veel langer dan vandaag dat gij een belachelijke blaaskaak zijt en nu de machtsstrijd over het leiderschap en de toekomst van de Waalse en de Bruxelloise liberalen een nieuwe fase heeft bereikt, voelt gij u blijkbaar opnieuw geroepen tot de ene pathetische uitroep na de andere.

“Nationalisme is oorlog!”, zo debiteerde gij vorige week aan een gretige Franstalige pers. Uiteraard moet gij u zelve terug een beetje in de belangstelling werken, nadat ge als voormalige mandaathouder op Bui- tenlandse Zaken vooral bekend stond als minister van Hoeren en Boeren, en van het verbieden van skivakanties in Oosten- rijk. Als Europees Commissaris voor Ont- wikkelingssamenwerking hebt ge daarna al evenmin hoge ogen gegooid. Alleen bij de tsunami in Azië eind 2004 kwam uw hoofd heel even boven de golven uit. Maar nu ge samen met zoonlief Sjarel de poten onder de stoel van Didier Reynders voor eens en voorgoed probeert weg te zagen, moet ge dringend een tandje bij steken. En wat is daarbij nuttiger dan de Nieuw-Vlaamse overwinnaars van de verkiezingen te heke- len als vijanden bij uitstek, zeker nu Reyn- ders heeft aangekondigd dat hij alsnog de onderhandelingen met die kerels over de vorming van een nieuwe coalitie in eigen handen houden wil.

Welaan dan, wij nemen namens het oor- logszuchtige nationalisme met veel plezier de handschoen op. En we tonen daar- bij zonder de minste schroom ons ware gelaat: dat van genocidaire nordisten die een complete terreur lanceren in het land van Maas en Waal. Wie wind zaait zoals gij, zal storm oosten. Bereidt u voor, want wij komen binnen de kortste keren om uw vel: de Geldenaakse Metten anno 2010!

De plannen liggen klaar, onze medewer- kers leggen de laatste hand aan de schrik- barende uitwerking ervan.

Ziehier een voorlopige schets van Ope- ratie Flitskrieg. Op dit eigenste ogenblik is John Bull uit het perfide Albion al door- gedrongen binnen uw stadmuren om de zwakke plekken in kaart te brengen. Onze hoofdredacteur heeft zijn adressenboekje uit zijn koloniale periode bovengehaald en ronselt driftig huurlingen bij het lom- penproletariaat. Den Blooten Koninck, berucht woord- en moordkunstenaar, zal aan het hoofd van deze benden de poor- ten rammen. Jan Neckers zorgt voor de historische verantwoording. Onder lei- ding van Antwerpse Pagadder zijn onze fregatten onderweg naar de scheepslift van Strépy: verdragend geschut zal gena-

deloos de torens van Geldenaken bom- barderen. Van uw 600 Franchimontezen maken we één bal gehakt, terwijl de Keur- vorstelijke Filharmonie ‘t Fanfarke pos- tuum de Triomfmars uit Aïda tussen de rokende puinen doet schetteren. En Angé- lique Vanderstraeten stookt intussen in de economische rubriek de financiële mark- ten op om de rente op Belgische staatsobli- gaties onder vuur te nemen: dat is wat de Amerikanen zo fijnzinnig collateral damage noemen: onvermijdelijke schade die aan de rand van het etappegebied wordt aan- gericht.

Reken niet op de minste vergevingsge- zindheid! Niets of niemand wordt ont- zien, goudvis noch kanariepiet. Om over de inboorlingen van Jodoigne maar te zwij- gen. Op hen passen wij een tweede totaal geschifte uitspraak van vorige week toe uit uw mond: namelijk dat Leopold Twee in Kongo “een visionaire held” is geweest.

Derhalve wordt de rechterhand van al uw mannelijke onderdanen afgehakt en vrou- wen en kinderen worden weggevoerd in uitzichtloze slavernij. De chicotte van nijl- paardleer zal eens te meer de ruggen gese- len en zwepen. Wie de daden van een ont- spoorde monarch tot norm verheft, moet daar maar de gevolgen van dragen. Over uw persoonlijke lot zijn we het nog niet helemaal eens: onthoofden, spietsen, bra- den of levend hart en lever uit het lijf ruk- ken. Een aardigheidje dat de Simba-rebel- len in uw geliefde kolonie in de jaren 60 met groot jolijt op hun slachtoffers heb- ben toegepast. En dat bij de herdenking van de Dipenda dan ook niet in onze eigen contreien mag ontbreken. Maar wellicht wordt het een combinatie van meerdere torturen tegelijk.

Intussen oefenen onze troepen druk een aangepast strijdlied in. Wij menen trou- wens dat gij de ondertoon wel zult her- kennen:

Oui, ça ira, ça ira, ça ira, Pendez-les aux hautes lanternes!

Oui, ça ira, ça ira, ça ira,

Tous les franskiljons on les pendra!

Lezers die zich bij onze gelederen wil- len voegen, melden zich best zo snel moge- lijk bij de redactie. De stormloop wordt ingezet op 21 juli, terwijl het Armee Bels Leger in de straten van Brussel de clown uithangt. Maar in Geldenaken zal er die dag alvast één nar minder te bespeuren zijn.

Nogmaals het islamdebat

Het zijn sombere tijden voor de pleitbezorgers van de multicultuur. Zopas heeft de Maastrichtse onderwijskundeprofessor Jaap Dronkers aangetoond dat etnisch gemengde scholen voor alle betrokkenen tot slechter onderwijs leiden.

Moslimscholen hebben een lager niveau dan redelijk homogene inheemse scho- len, maar zelfs zij zijn beter dan de echt gemengde scholen. Diversiteit is beslist geen verrijking. Etnisch aparte scholen, waar het VB twintig jaar geleden voor pleitte, zouden volgens hem een verbetering zijn.

Dronkers is nog zeer voorzichtig in zijn verklaring van de feiten. Zo waagt hij zich niet aan een raciale uitleg zoals de jongste jaren uitgewerkt door evolutionairpsycho- logen. Dat Chinezen het beter doen dan Europeanen, en die weer beter dan Arabie- ren, zou volgens hen aan de IQ-gemiddelden liggen: boven 105 voor Oost-Aziaten, rond 100 voor Europeanen, minder dan 95 voor Turken, minder dan 90 voor Maghrebijnen.

Uit Dronkers’ gegevens blijkt trouwens dat andere factoren dat eenvoudige plaatje door- kruisen. Eerder onderzoek in het Verenigd Koninkrijk en de dagelijkse ervaring in India hadden al uitgewezen dat hindoes en mos- lims, raciaal identiek, maar cultureel zeer verschillend, ook erg verschillen in school- prestaties. De hindoecultuur motiveert meer tot kennisverwerving en onderwerping aan de schooldiscipline dan de islam.

Motivatie maakt een wereld van verschil.

Nog in het VK is gebleken dat bij meisjes uit Afrika, zogezegd met een lager IQ begif- tigd, maar meestal overtuigde christenen, het beter doen dan hun ongemotiveerde inheemse medeleerlingen. Bij deze “white trash” is het de genotcultuur die hen onge- interesseerd maakt en te blasé voor studie.

Bij de Pakistani’s heeft de islam datzelfde effect. De scholen weerspiegelen daarmee de grotemensenwereld, waar de moslimlan- den opvallen door intellectuele dorheid en geringe creativiteit. Schade aan het onder- wijs is natuurlijk niet het meest gehoorde bezwaar dat tegen de islam geopperd wordt.

Het bevestigt wel het beeld van een islam die tegen integratie in de moderne samen- leving militeert.

Aan die verdenking jegens de islam heeft de Vrijzinnige Dienst van de Universiteit Ant- werpen op 23 juni een debat gewijd. Tegen- over elkaar stonden Wim van Rooy, erva- ren beleidsman in de onderwijswereld, en Tom Naegels, schrijvercolumnist. Van Rooy behoort tot de alarmistische school, Nae- gels ziet het allemaal zo’n vaart niet lopen.

Voor hem zijn de moslims in zijn Antwerpen gewoon brave sloebers die niets te maken hebben met de vervolging van niet-moslims in Egypte, Irak of Bangladesj. Je moet men- sen in hun context zien, en de context van de Vlaamse samenleving is van die aard dat hier wel geen djihaad zal ontbranden. .

Vooral geen geopolitieke verbanden zien in de plaatselijke faits divers, zo pleitte de Antwerpse schrijver. Hier treedt hij toch even de culturele elite bij die anders haar banbliksems op de “bekrompen” en “xeno- fobe” volksmens laat regenen, maar zelf onze horizon zo klein mogelijk wil houden.

Toen het VB op het platteland stembuswinst boekte, commentarieerde men dat dit toch absurd was, aangezien er in Zoersel of Waas- munster nauwelijks vreemdelingen wonen.

Zij impliceerden dat die dorpers nooit ver- der kijken dan hun kerktoren en niets geven om de bredere maatschappelijke trends.

Tom Naegels wil ons datzelfde doen gelo- ven over de moslims. De geafficheerde soli- dariteit van Marokkaanse jongeren met Gaza zou slechts een uiting zijn van identiteitsaf-

firmatie, of wat jongeren nu eenmaal doen.

Immers, “Borgerhout is Pakistan niet.”

Veel van die VB-stemmers in Zoersel waren inwijkelingen die in Antwerpen gezien hadden wat er in een diverse samenleving fout kan gaan. Zij brachten hun “percep- tie” mee. Wel, ook de moslims hebben hun wereldbeeld van elders meegebracht. Zelfs de hier geboren jongeren staan voortdu- rend bloot aan invloeden uit het thuisland, ondermeer via importpartners. Natúúrlijk moet men de ontwikkelingen in de Vlaamse moslimmilieus in geopolitieke termen begrij- pen, zijzelf doen dat alleszins. In de o zo geruststellende “Vlaamse context”, waar de overheid het islamonderwijs en de zelfor- ganisatie langs religieuze lijnen bevordert, komen alle specifieke ervaringen van Tsjet- sjenen of Palestijnen of Vlaams-Marokkaanse

“’racismeslachtoffers” samen in de molen van de politieke islam. Van Rooy citeerde de promoslim onderzoeker John Esposito dat 7% van de moslims wereldwijd zich tot een militante islam bekent en terreuracties goedkeurt. Dat zijn zo’n 91 miljoen mensen, zelfs als “kleine” minderheid nog altijd een serieus aantal. Bovendien toont de geschie- denis van burgeroorlogen en revoluties aan dat een kleine, maar gemotiveerde minder- heid de weifelende meerderheid voor haar kar kan spannen. Hoeveel ruggengraat heeft de “gematigde moslim”? Er is nader onder- zoek nodig van wat de werkelijk opiniebewe- gingen onder moslims eigenlijk zijn. Van Rooy wees erop dat geen enkele van de gesub- sidieerde Deense moslimverenigingen de uitingsvrijheid van de Mohammed-cartoo- nisten wilde eerbiedigen, Naegels counterde dat de belangrijkste Vlaamse moslimvereni- gingen na het UA-incident wél het spreek- recht van Benno Barnard verdedigd hebben.

Was dit laatste louter bedrieglijke tactiek, of dringt de geest van de Europese vrijheden stilaan toch door in het moslimmilieu? Voor beide is wat te zeggen. Vooral zou de alar- mistische school wat oplossingen moeten gaan formuleren. Van Rooy laat zich daartoe niet uitdagen door de beleidsvoerders die de huidige islamproblematiek hebben laten verrotten, maar onder andere moeten we wel degelijk de eindoplossing van het islam- vraagstuk in Europa uitstippelen. Het cen- trale bestanddeel daarvan is dit.

Er is geen enkele reden waarom mensen vandaag moeten blijven steken in het illusoire geloof dat de stem die Mohammed hoorde, van goddelijke oorsprong was. De koran was slechts het product van zijn eigen zieke geest.

Het is te gek voor woorden dat hedendaagse mensen zich bij levensbeslissingen, en ook in hun houding tegenover andersdenkenden, door zijn woorden laten leiden. De inspanning van overheid en cultuurelite moeten erop gericht zijn, hen uit die onzin te bevrijden.

Koenraad elst

Echo’s uit de Koepelzaal

Elektrisch

Net als je denkt dat je in de Vlaamsche Parochieraad alles al beleefd hebt, gooien ze alweer een onderwerp op tafel dat de grenzen weer helemaal verlegt: elektrische wagens! Daar zijn we dus ook al bevoegd voor. Wat zitten die flaminganten dan nog te zaniken over residuaire bevoegdheden en fiscale responsabiliteit als we over onze eigen elektrische wagens decreten mogen maken en andere judasserijen? Vijftien (15) rijden er nu ‘al’ over onze slecht onderhou- den en lintbebouwde wegen van het ene boerengat naar de andere negorij. Het was de snuggerste van alle blauwe ex-excellen- ties, La Ceysens, die meende La Lieten (die haar opvolgster is inzake Innovatie) de bel te moeten aanbinden. Kijk, zolang ze zich met dat soort onnozelheden bezighouden, doen ze geen andere stommiteiten. Maar over die elektrische autootjes zouden we toch eens willen weten waar die elektriciteit vandaan moet gaan komen waarop die dan zo milieu- vriendelijk (misschien) zullen gaan rijden?

Mag Elektrabel die weer leveren, zodat de

kassa in Parijs nog vrolijker kan rinkelen? En hoe wordt die geproduceerd?

Jongeren

Wie elke dag (min of meer) de actualiteit wat volgt, zoals die door onze onvolpre- zen staatszender wordt verslagen en - nog veel liever en nog veel meer! - zelf wordt gemaakt, kan minstens de helft van de ‘actu- ele vragen’ voorspellen in onze parlementen.

Zowel het Groentje! Elisabeth Meuleman uit Oudenaarde als Kris van Dijck (N-VA) wilden dus Pascal Smet, die naar het heet

‘bevoegd’ zou zijn voor Onderwijs, onder- vragen over het stijgend aantal jongeren (codetaal? Ja, ongetwijfeld...) dat het middel- baar onderwijs verlaat zonder diploma. Het probleem is absoluut niet nieuw: er bestaat daarover reeds acht jaar een zogenaamd Pact van Vilvoorde - wat een fantastische naam!

Waar blijven ze het halen? - dat stelt dat het percentage vroege schoolverlaters zonder diploma moest worden gehalveerd. We zit- ten nu - zoals Boudewijn Bouckaert (LDD) het fijntjes opmerkte - met een stijging van plus twee! Goed bezig, jongens... Maar wat wil je, vroeg Gerda van Steenberge (VB) zich af, als er nog altijd geen studie is verricht om de oorzaken van die toename te onderzoe-

ken. Zou dat misschien zijn omdat een aantal conclusies door sommige instanties en even- goed door sommige doelgroepen niet hele- maal fijn gaan gevonden worden?

Comfortabel

We hebben allemaal gezien hoe de minis- ter-president zich liet ontvangen door infor- mateur Bart de Wever en vooral hoe leuk hij het vond nadien in ‘Terzake’ de grote fla- mingant uit te hangen: van een comfortabele positie gesproken! Zowel binnen de CD&V als binnen de N-VA zullen ze daar wel het hunne van denken - en dus probeerde Joris van Hauthem (VB), bijgestaan door Sven- neke de Open Blauwe Gatz en Lode Vereeck (LDD) het vuurtje nog wat aan te stoken, doch tevergeefs. Peeters zelf, N-VA-frac- tieleider Van Dijck en Ludwig Caluwé lieten geen krimp en jongleerden wat met grote woorden en stoere standpunten: de gekende truken van de politieke foor...

Vacature

En dan was er natuurlijk de aanslepende kwestie - haast een soap! - van de nieuwe gedelegeerd bestuurder voor de VRT! Jurgen Verstrepen (LDD) lees verder blz. 14

(4)

De dingen dezer dagen 4

30 juni 2010

Oorlog und kein Ende

Daar is allereerst Herman Vandormaels

“Verborgen oorlogsjaren” (Lannoo). De vroegere conservator van Gaasbeek die ik nog als producer Schooluitzendingen gekend heb, heeft zo’n zestig Joodse mensen geïnter- viewd over hun kinderjaren tijdens de oor- log en het zijn meestal beklijvende verhalen.

Meestal, dus niet altijd. Sommige geïnter- viewden zijn juist voor de oorlog geboren en hebben dus niet al te scherpe herinnerin- gen aan hun onderduikervaringen. Anderen vertellen schrijnende dingen, hebben haast hun hele familie verloren, maar brengen toch een hoopvolle boodschap, want meestal zijn ze terechtgekomen bij brave mensen die zelf heel wat risico’s namen en zich het voed- sel uit de mond spaarden om hun Joodje of Jodinnetje te redden zoals het ontroerende verhaal van Regina en Anna en Charel uit Hemiksem. Opvallend in veel verhalen: de Joden of hun onderduikgezinnen nemen de gruwelijkste risico’s om familie te bezoeken, om eens een verzetje te hebben. Je krijgt plots meer begrip voor de latere SP-voor- zitter Fred Erdman die, gescheiden van zijn ouders en zusje, twee jaar op een apparte- mentje bij een stadsbediende verblijft en die altijd pantoffeltjes moet dragen zodat men hem niet hoort. Hij krijgt bij de bevrijding geen schoen meer aan zijn voeten, maar hij heeft als tienjarige de hele grote Vlaamse literatuur gelezen.

Dat is de sterkste kant van het boek; het herinnert ons er aan dat veel vooroorlogse Joodse Antwerpenaars en Gentenaars ook Vlamingen waren, dikwijls beter geïnte- greerd dan de huidige Antwerpse Joden. Ze konden dus gemakkelijk een Vlaamse naam aannemen en onderduiken. Veel van de kin- deren hebben razzia’s meegemaakt of zijn met hun ouders gevlucht naar het zuiden van Frankrijk of Zwitserland. Ze leerden zowel de schofterigheid, de geldzucht als de edel- moedigheid van de mensen kennen. Soms

geloof je bijna niet wat er staat. Neem het verhaal van de Nederlands-Antwerpse fami- lie Salomon. Ze bereiken Zwitserland waar het Nederlandse gezantschap de uitgaven tot de laatste knoop die de familie kost, noteert.

De rekening volgt na de oorlog als de familie weer in Antwerpen woont. Een medewer- ker van het Nederlandse consulaat-generaal is verontwaardigd omdat dochter Catherine op haar vijftiende nog naar school gaat in plaats van mee te gaan werken om de Neder- landse staat te vergoeden. Op 30 mei 1956 betaalt vader voor de laatste keer.

Kortom, niet een boek dat je in één keer maar in kleine dosissen uitleest. Er staan hier en daar wat kleine foutjes in. Hitler was geen bondskanselier, maar rijkskanse- lier. Een “Hansen-paspoort” bestond niet.

Vluchtelingen hadden een Nansen-paspoort (geïntroduceerd door de bekende poolreizi- ger Fridtjof Nansen) en Horst Wessel heeft wel de tekst, maar niet de melodie van de bekende SA-hymne geschreven.

Himmler

Bijna duizend pagina’s heeft Peter Lon- gerich nodig om ”Heinrich Himmler, Hit- lers belangrijkste handlanger” (uitgeverij De Bezige Bij) te beschrijven. Deze biografie kreeg een zeer goede pers en toch denk ik dat ze gerust wat minder dik mocht zijn, want er blijft ons geen organisatorische vernieu- wing, geen naam, geen kantoor bespaard. En het doet nogal raar aan dat in zo’n turf die grotendeels ook de geschiedenis van de SS behandelt, geen tabel staat met al die ver- warrende SS-graden.

Feitelijk is het eerste deel van de biografie het meest interessante. Dan heeft Longerich nog de beschikking over brieven en dagboek- fragmenten zodat Himmler een zeker profiel krijgt. Deze zoon uit een streng katholieke Beierse familie is doodongelukkig dat hij te jong is om nog de Eerste Wereldoorlog mee

te maken. Hij is niet dom. Later wordt met hem gelachen omdat hij een kippenfokkerij bezat, maar hij had wel een studie landbouw- kunde achter de rug. Als lid van de militie van Ernst Röhm, de latere SA-leider die in 1934 vermoord wordt door Himmlers SS, leert hij Hitler kennen en is hij aanwezig bij diens mislukte Münchenputsch in 1923. De kleur- loze Himmler blijft ook in de magere jaren Hitler trouw en in 1929 wordt hij “Reichs- SS-Führer” zoals zijn titel toen luidde; een bijbaantje naast dat van propagandaleider vooraleer Goebbels die taak overnam. Daar- mee was hij volgens eigen zeggen ook de baas over zo’n 270 mannen die zwoeren Hit- ler te beschermen.

Het blijft natuurlijk fascinerend om te lezen hoe deze man de SS uitbouwt tot de staat in de staat, tot het economische impe- rium, tot de enorme vecht- en moordma- chine die ze later wordt. Geen detail vindt Himmler onbelangrijk: “Iedere SS-officier moet voldoende schoen- en kledingborstels meenemen.” Een SS’er heeft geen privéle- ven en de baas moeit zich zelfs nog in de oorlog met ieder huwelijk, met ieder pri- véverzoek.

Zijn echte loopbaan begint na de machts- overname met een aanstelling tot hoofd- commissaris van politie van München. Hitler maakt hem in 1935 baas van de hele Duitse politie. Vanaf dat moment verdwijnt de per- soon Himmler in het boek, want er zijn haast geen brieven of persoonlijke beschouwingen van hem meer bekend. De oorlog maakt hem nog belangrijker en hier volg ik de centrale stelling van de auteur niet. Himmler was inderdaad geen bureaumoordenaar, want hij reisde kriskras in zijn speciale trein door Europa om zijn manschappen tot de groot- ste wreedheid aan te zetten. Maar volgens Longerich zou het regime zonder Himmler veel minder wreed geweest zijn. Ik denk eer- der dat Himmler zoveel macht kreeg omdat hij zo ongenadig was, want Hitler zelf koos altijd voor de radicaalste oplossing en hij zou iemand opzijgeschoven hebben die ook maar een greintje barmhartigheid toonde.

De zelfmoord van Himmler bij zijn gevan- genneming heeft verhinderd dat wij de exacte bevelen van Hitler in verband met de Endlösung kennen. Ook de auteur kan geen rokend pistool vinden al gebruikte de Führer geregeld het woord “vernietiging”.

Volgens Hitlers biograaf Ian Kershaw wist

Hitler waarschijnlijk niet eens waar de ver- nietigingskampen uiteindelijk gebouwd wer- den en wilde hij het ook niet weten. Maar echt onwetend was hij niet. Hij werd na de invasie van de Sovjet-Unie overstelpt met klachten van zijn ondergeschikten. Ze wisten geen weg in hun nieuwe domeinen met al die Joden. Maar die nota’s werden minder tal- rijk en hielden om begrijpelijke redenen op.

Himmlers beloning was o.a. nog een extra bevordering toen hij het ministerie van Bin- nenlandse Zaken erbij kreeg. Zijn neergang bleef de 20ste juli 1944 verrassend uit toen het duidelijk werd dat zijn hele politieappa- raat niet op de hoogte was van de aanslag.

Maar toen Himmler in januari 1945 leger- bevelhebber werd, was zijn reputatie op korte termijn kapot. Eind april 1945 pro- beerde hij nog op zijn eentje met de gealli- eerden een wapenstilstand te sluiten, waarop hij door Hitler uit alle partij- en staatsfunc- ties werd gestoten. De rest is bekend.

Communisten

Nog een interessant werk, is Anthony Reads “Wereldbrand- 1919 en de strijd tegen de bolsjewieken” (uitgeverij Balans). In de angst voor de communisten ligt één van de kiemen van het succes van de nazi’s. Ook Read kan de historische kwadratuur van de cirkel niet vinden. Ofwel schrijft de historicus alles op zoals het chronologisch gebeurd is, maar dan verzuipt hij de lezer in een wirwar van door elkaar lopende gebeurtenissen in Duitsland, Hongarije, Polen, de Sovjet-Unie, enz., ofwel beschrijft hij coherent pogingen van de bolsjweki om de macht te grijpen per land. Read kiest deze betere oplossing, maar natuurlijk krijg je door de dwarsverbanden en door de agitatie van Lenin en co zeven keer hetzelfde verhaal te lezen.

Read schuwt geen vergelijkingen en hij noemt het gajes van Lenin een bende schur- ken op het niveau van Al Quaida. Hij maakt korte metten met het sprookje dat de wes- terse geallieerden probeerden de staats- greep van oktober 1917 ongedaan te maken.

En hij beschrijft in detail hoe een Karl Lieb- knecht en iets minder Rosa Luxemburg, toch al tientallen jaren patroonheiligen van de sociaaldemocraten in West-Europa, over lijken gingen om er voor te zorgen dat een echte democratie in het naoorlogse Duits- land onmogelijk werd.

Jan neckers

Het blijft maar boeken over de oorlog regenen. Je zou denken dat met het ver- dwijnen van de generatie die de oorlog bewust heeft meegemaakt, er ook een einde zou komen aan de interesse, maar het is eerder het tegendeel. De gene- raties die het alleen kennen van horen zeggen, blijven gefascineerd, deels omdat ze zelf het geluk hadden om hun hele leven in vrede te leven. Ik kan hen moeilijk ongelijk geven, want ik heb zelf een verbazend aantal boeken op een paar maan- den tijd achter de rug.

Voorpost andermaal radicaal

Splits België! De Nederlanden één!

Vorige zaterdag, voor de dertigste keer al, werd Guldensporen herdacht (niét gevierd, want wat valt er voor de Vlamingen te vie- ren?) met Voorpost. Een herdenking zoals wij die graag hebben: geen wollig draaien rond de pot met hete brij, geen taal van “ik wil wel, maar ik kan niet”, geen tierlantijn- tjes voor de galerij, geen gebedel voor de lieve vrede. Om de hem aangeprate lieve vrede blijft de kleine sukkelaar van een Vla- ming naar Canossa gaan en toegeven aan die rover van een staat, droeg nieuwkomer Eva Bollansee (nog wat onwennig) Aleidis Die- rick voor, maar: “België, ‘t is genoeg geweest, Vlaanderen wordt STAAT!”

Het was opnieuw “te doen” in de Merk- semse zaal Den Bart en dat brengt ons met- een bij de daverende bollekenskermis van

“den Bart” op 13 juni, waar zowel door gast- spreker Roger Deridder van de VVB als door Voorpostbons Johan Vanslambrouck naar verwezen werd. Dat de voorzitter van VVB- Antwerpen door die harde jongens en tan- tes, die door een gewezen VVB-voorzitter ooit als “griezels” bij het afval van de Vlaamse beweging werden gezet, als spreker was uit- genodigd, mag als een gunstig teken voor de herwonnen eenheid van onze beweging wor- den beschouwd en zowel Voorpost als VVB mogen dat als een grote pluim op hun hoed steken! Nog geen onafhankelijkheidsrede, stak Deridder van wal, maar op 13 juni heeft Vlaanderen zijn afspraak met de geschiede- nis niét gemist, ondanks het gestook van ACW’er Renders. Bravo voor “den Bart”, die heeft gezorgd voor Vlaams zelfrespect en een einde maakt “aan een beklemmend min- derwaardigheidsgevoel”, maar dat de man die vroeger de “verstrikking” nog opvoerde als de grootste bedreiging voor Vlaanderen, nu meespeelt in de koninklijke poppenkast en voor rekening van diezelfde Di Rupo rijdt, doet spreker wel de wenkbrauwen fronsen:

“Na de Maddens-doctrine moest door het

succes van de partij ook het separatisme eraan geloven ten voordele van het confede- ralisme en de zelfverdamping van België in de Europese Unie.” Hangt het af van de N-VA, géén Forza Flandria. Daarbij drie tekens aan de wand: met de mond tegen het “cordon”, maar in Hoboken liever met stalinisten dan met VB, in Brussel liever met BUB dan met een mogelijke blokkeringsmeerderheid met een toen nog sterk Vlaams Belang, in Wet- teren N-VA’ers buitengezet omdat die een eenheidslijst met VB’ers hadden gevormd...

Desondanks beschouwt Deridder het suc- ces van de V-partijen als een onafhankelijk- heidsreferendum, al ziet hij nog maar een klein lichtje aan het einde van de tunnel, besluit hij “in de stijl van de man die het nu moet waarmaken” en niét in het Latijn: “Van een kleine vonk komt een groot vuur.” Ook voorzitter Vanslambrouck ontleedt de uit- slaande brand van 13 juni. Met zó’n uitslag kan het moeilijk blijven bij wat “borrelnoot- jes” en gepruts in de marge, stelt hij, maar onderschat die andere krachten in dit land niet: vakbonden, ziekenfondsen, patroon- sorganisaties, monarchie en andere Belgisch profiterende lobby’s die het status-quo in stand willen houden. Het imperialisme van 1830 is hier nooit weg. Volgens de voorzit- ter zal alles nog meer geblokkeerd geraken dan in 2007. Met evolutie komen we er niet en wie kiest voor revolutie, heeft maar één uitweg: EOV, eenzijdige onafhankelijkheids- verklaring (luid applaus). En daarna over de grenzen van de Belgische deelstaat op naar Nederlandse eenheid. En dat ons Afrikaner broedervolk daar ook bij hoort, werd krach- tig geïllustreerd door een nieuw lied van Bok van Blerk, de succeszanger van “De la Rey”:

Afrikanerhart. Intussen, en ook dàt is Bel- gisch, kijkt Voorpost van de daad tegen een boeteschuld aan van... 13.000 euro. Wie wil helpen, kan dat op rekening 979-2397632-88

(S.O.S. Boetefonds). HVO

Logejustitie

Vermoedens hadden we al, en toen we op onze beeldbuis de volgevreten logebroe- der Jos Colpin rond de Mechelse kathedraal zweterig zagen ronddraaien, wisten we het zeker: hier is de Loge aan het werk. Net op de dag van de maandelijkse vergadering van de bisschoppen viel het gerecht binnen in het bisschoppelijk paleis. Wel vijftig poli- tiemensen met honden en braken graven open om er verborgen dossiers te vinden.

Het resultaat was uiteraard nul komma nul.

De bisschoppen werden negen uur lang vast- gehouden, moesten zelfs hun gsm’s afgeven en mochten dus met niemand communice- ren. Zij werden behandeld als criminelen, boeven en bandieten.

Luc van der Kelen, politiek commenta- tor van Het Laatste Nieuws en logebroe- der, liet twee keer zijn licht schijnen over de

zaak. Van der Kelen vindt heel de gerech- telijke actie ‘buiten alle proportie’. Een heel escadron agenten die binnenvallen in de woning van ex-kardinaal Danneels en daar alles buitensleuren wat niet te heet of te zwaar is, inval in de kathedraal van Meche- len, met inbegrip van grafschennis, gijzeling van de bisschoppen. En dat alles om klaar- heid te scheppen in “een oude zaak van kindermisbruik”.

Van der Kelen eindigt zijn bijtende com- mentaar in de krant van vrijdag 25 juni:

“Naar verluidt wilde het Brusselse gerecht een statement maken omdat de afspraken tussen de Commissie, de minister en Justi- tie ‘enkel gemaakt waren tussen katholie- ken’. Dat betekent dus dat sommigen bij het gerecht handelen vanuit politiek/filo- sofische oogmerken. Dat is zeer bedenke- lijk.”

(5)

5

De dingen dezer dagen

30 juni 2010

Jan Degadt (Vlaams Komitee Brussel) over onze hoofdstad

“Brusselse olievlek verdwijnt niet met onafhankelijk Vlaanderen”

Je kunt zeggen wat je wilt van de ondertussen legendarische ‘Los van Brussel’- speech van Frans Crols, de oud-directeur van Trends, op de IJzerwake, maar die toespraak heeft er wel voor gezorgd dat onze hoofdstad in Vlaamsgezinde krin- gen opnieuw het brandpunt van discussie werd. Er ging bijna geen week voorbije of in één of andere Vlaams-nationalistische publicatie werd de Crols-strategie (een betere term dan een doctrine, zoals Bart Maddens het liever heeft over de Maddens-strategie) verketterd of opgehemeld. De ene deed dat met wat meer argumenten dan de andere.

Een interessante Vlaamse stem in het Brussel-kapittel is in elk geval die van Jan Degadt (econoom aan de Hogeschool Universiteit Brussel en voorzitter van Vlaams Komitee Brussel), die er uiteraard een absolute voorstander van is Vlaan- deren en Brussel niet los te koppelen. Het is voor hem trouwens ook de naakte werkelijkheid. Wat er in de toekomst ook gebeurt, Brussel blijft middenin Vlaan- deren liggen en naar analogie met het adagium dat Brussel voor Vlaanderen het venster op de wereld is, is Brussel voor de wereld ook een venster op Vlaande- ren.

De problemen die eigen zijn aan Brussel, eindigen niet aan de grens van het gewest.

Nu niet, en ook in de toekomst niet als een Vlaanderen zonder Brussel onafhankelijk zou zijn. De criminaliteit zal niet aan de grens van het Brusselse gewest eindigen, net zoals de criminaliteit niet aan de grens met Noord- Frankrijk stopt. Idem voor de milieuproble- men, ook idem voor de olievlek van de ver- fransing. Die zal niet van de ene dag op de andere verdwenen zijn met een onafhan- kelijk Vlaanderen zonder Brussel. Degadt waarschuwt dan ook: een Wallo-Brux aan de zuidgrens van het huidige Vlaamse gewest betekent dat de Vlamingen gemarginaliseerd worden in de Brusselse instellingen en dat ze ook geen rol meer zullen spelen in de aanpak van een aantal belangrijke maatschappelijke dossiers zoals de samenlevingsproblemen met allochtonen, de immigratie of de pro- blemen op de arbeidsmarkt. Die uitdagingen worden de komende jaren alleen maar gro- ter, stelt Degadt. Immigratie is volgens hem één van die grote uitdagingen.

Onderwijs

“Nieuwkomers uit het buitenland komen aan in Brussel en velen onder hen zullen zich op termijn onvermijdelijk in de Rand vesti- gen,” voorspelt Degadt. “Projecties van het Planbureau voor de komende vijftig jaar gaan ervan uit dat België over een halve eeuw 12 miljoen inwoners zal tellen en dat Brus- sel wellicht 350.000 nieuwkomers zal tellen.

Dat is een toename van meer dan 30 procent die ook een effect zal hebben op de Rand.

Als inwoners het gewest verlaten, vestigt 80 procent zich in de Vlaamse Rand en 20 procent in de Waalse. Wij moeten een ant- woord kunnen vinden op die uitdaging.”

Volgens Degadt is het fout op voorhand een vijandige houding aan te nemen tegen- over deze nieuwe bewoners van Brussel en later eventueel van de Vlaamse Rand.

Steeds meer nieuwkomers kiezen voor het Nederlandstalige onderwijs in Brussel en volgens Degadt is het dus primordiaal om vanuit Vlaamse kant massaal in het Brusselse, Nederlandstalige onderwijs te investeren.

Dit betekent een uitbreiding van de capaci- teit, waarmee kan vermeden worden dat de nieuwkomers automatisch voor het Frans- talige onderwijs kiezen en negatief staan ten opzichte van de Nederlandse cultuur in Brus- sel en Vlaanderen.

Het Nederlandstalige onderwijs heeft in Brussel een marktaandeel van ongeveer 20 procent en dat zal nog toenemen. De bouw van nieuwe scholen is dan ook noodzakelijk.

Bovendien moet de Vlaamse gemeenschap in Brussel van nabij betrokken worden bij de inburgering van vreemdelingen die in Brus- sel aankomen.

Degadt waarschuwt: “In de huidige situ- atie zit Vlaanderen in Brussel nog mede aan het stuur van het inburgeringsbeleid. Ook wanneer er niet veel Vlamingen in Brussel meer zijn. Als de banden worden doorge- knipt, hebben we geen controle meer rond wat er inzake inburgering voor nieuwkomers wordt gedaan. Als die dan na verloop van tijd naar de rand verhuizen, hebben ze geen enkele voeling met de Nederlandse taal en cultuur en komen ze in een in hun ogen vij- andige omgeving terecht.”

Degadt denkt natuurlijk niet alleen aan laaggeschoolde immigranten. Integendeel zelfs. Hij voorspelt de toenemende nood aan hooggeschoolden van wie de Indische infor- maticus het typevoorbeeld is. Die mensen wil hij winnen voor de Vlaams-Nederlandse gemeenschap in Brussel. “Onderwijs, oplei-

ding, kinderopvang en preventieve gezond- heidszorg zijn Vlaamse gemeenschapsbe- voegdheden die we nu al ten volle in Brussel kunnen uitoefenen. Wij hebben nood aan een netwerk van zorgverstrekkers die die mensen aanspreken. Als zij gebruik maken van het Vlaamse netwerk in Brussel is dat een positieve zaak. Vele buitenlanders zijn Engelstalig of kennen Engels. Je moet ver- mijden dat die overschakelen naar het Frans wanneer ze naar hier komen. Ik vergelijk het met andere mensen van niet-Franstalige, bij- voorbeeld Spaanse, afkomst die er vandaag al zijn. Komen zij vanuit hun land van oor- sprong in een Vlaamse stad of gemeente, dan verloopt de integratie wat het taalge- bruik betreft meestal probleemloos. In de praktijk betekent dat vernederlandsing voor het openbaar leven, al dan niet met behoud van kennis van de eigen taal. Gaat het om een tweede of derde generatie die vanuit Brussel arriveert in dezelfde Vlaamse stad of gemeente, komt het Frans daar tussen en is het gevaar voor verfransing vandaag veel groter. Er zijn natuurlijk veel immigran- ten uit landen die een band hebben met de Franse cultuur zoals Kongo of Noord-Afrika, maar men mag in deze dagen het economi- sche prestige van het Nederlands in Brus- sel niet onderschatten. Dat is een feit en blijkt gewoon uit het hoge aantal Franstali- gen en anderstaligen dat zijn kinderen naar het Nederlandstalig onderwijs stuurt.”

Hefbomen

In plaats van Brussel te laten vallen, moe- ten de Vlamingen in hun hoofdstad op hun strepen staan, benadrukt Degadt. Dat bete- kent dat zij erop moeten toezien dat ze een gelijkwaardige politieke partner blijven.

Volgens Degadt moet Vlaanderen de troe- ven die het heeft, uitspelen, door controle te hebben op het beleid in Brussel. Hij ver- zet zich terloops ook tegen critici die menen dat de 50.000 Vlaamse stemmen in Brussel amper iets voorstellen. “In kieskantons als Lier of Diest zijn er ook 40.000 tot 50.000 stemmen. Laat men die zomaar vallen? Ove- rigens mag men de impact van Vlaamse kandi- daten of Vlaamse lijsten niet onderschatten.

Wat gebeurt er bij een Brusselse onafhanke- lijkheid? Dan verdwijnt de rol en de impact van de Vlaamse politici in Brussel. Je kunt je inderdaad vragen stellen bij de vele leden van het Brussels parlement, maar op regeringsni- veau worden de onderhandelingen in Brus- sel mede door Vlaamse partijen gevoerd. De mandatarissen zijn lid van een Vlaamse par- tij en moeten verantwoording afleggen aan hun partijtop. De huidige situatie is een hef- boom voor Vlaamse partijen in Brussel. Wat gebeurt er bij een onafhankelijke Brusselse staat? We komen dan in een situatie zoals we die kennen in vele Brusselse gemeenten. De Nederlandstalige politici zullen dan onder- dak moeten vinden bij Franstalige partijen als MR of cdH. Dit doet mij denken aan de Brusselse agglomeratieraad van begin jaren

‘70 toen onder impuls van het Rassemble- ment Bruxellois van Jean Van Ryn er Vlamin- gen op Franstalige lijsten moest opkomen er eigenlijk een hele reeks excuus- of FDF-Vla- mingen waren verkozen. Mensen die geen Vlaming waren, maar officieel wel het etiket hadden. Nu heeft men in Brussel de Vlaamse partijen nodig en is er meteen ook een poli- tieke band tussen de Brusselse Vlamingen en de rest van Vlaanderen.”

Dit verklaart volgens Degadt ook voor een deel waarom de Franstalige partijen in Brussel niet happig zijn nieuwe bevoegdhe- den over te hevelen van het gemeentelijke

naar het gewestelijke niveau. Op gemeente- lijk vlak in Brussel is de Vlaamse impact klei- ner dan op gewestelijk niveau. “Daar zit in zekere zin een compromis in met de Fransta- ligen: op gewestelijk niveau zijn de Vlamingen oververtegenwoordigd, op gemeentelijk vlak is dat het omgekeerde. In het Nederlands- talig-Franstalig compromis dat hier in Brus- sel is afgesloten, zien de Francofonen dat als argument om geen werk te maken van het samenvoegen van de 19 gemeenten die voor hen een belangrijke machtsbasis vormen. Je hoort een gelijkaardige argumentatie in de discussie over een mogelijke samenvoeging van de zes politiezones.”

Een voorbeeld van die zwakke politieke positie op gemeentelijk vlak blijkt uit de lijs- ten voor de gemeenteraadsverkiezingen waar een Steven Vanackere weliswaar op de cdH-lijst mocht staan, maar niet onder de noemer CD&V. Met een Brussels gewest waar Vlaanderen zijn handen van terugge- trokken heeft, wordt die marginale positie van de Vlamingen in Brussel ook op gewes- telijk niveau bestendigd. Dat Vlamingen zich zouden kunnen nestelen op lijsten van zuiver Brusselse partijen is, volgens Degadt, uto- pisch. De zuiver Brusselse lijsten en vereni- gingen hebben amper aanhang. “De enige zui- ver Brusselse partij is het FDF die er vooral is om de MR op stang te jagen. Het Brusselse separatisme leeft niet.”

PMM/Picard

In de discussies over de toekomst van Brussel gaat het niet alleen over de macht van het getal van de Vla- mingen op demografisch gebied, maar ook om hun economische invloed van Vlaanderen in Brussel. De stelling van de Brusselaars dat ze 20 procent van het bbp genereren, klopt wel, maar klinkt hol. Degadt: “Dat is ook de ver- dienste van de pendelaars waarvan twee derden uit het Vlaamse Gewest komen. Als men beslist om een deel van de belastingen op de werkplaats te heffen, dan moet de aanwending van het geld mede bepaald worden door de pendelaars en hun politieke vertegenwoordigers, in het bijzon- der het Vlaamse Parlement. Vlamin- gen moeten controle uitoefenen op de aanwending van het geld. Dat is het principe van no taxation without representation.”

Een vaak gehoorde Brusselse kri- tiek op het hinterland is dat de pen- delaars niet betalen voor de MIVB die hen elke dag voor een deel van het traject naar en van hun werk voert. Degadt: “Laat de Lijn dan maar participeren in de MIVB. Het zal voor extra investeringsimpul- sen zorgen.”

OrDe Van De Vlaamse leeuw De elfdaagse “Vlaanderen Feest” golft ook dit jaar weer over honderden plaatsen in Vlaanderen als aanloop naar de Vlaamse feestdag en met 11 juli zelf als orgelpunt.

De 11-daagse ankert op ettelijke honder- den plaatsen overal in Vlaanderen. Binnen die 11-daagse zorgt de Beweging Vlaande- ren-Europa vzw ook dit jaar weer voor een aantal blikvangers, met onder meer de toe- kenning van de Orde van de Vlaamse Leeuw op 9 juli in het VTI in Dendermonde (Emiel van Winckellaan 40).

De Orde van de Vlaamse Leeuw wordt elk jaar toegekend voor verdiensten in ver- band met een consequente en kordate hou- ding in de sociale en culturele ontvoogding van de Vlaamse Gemeenschap, prestaties die de integratie van de Nederlanden bevor- deren en/of acties en initiatieven met het oog op de uitstraling van de Nederlandse taal en cultuur.

Dit jaar komt Luc van den Brande, gewe- zen minister-president van Vlaanderen en momenteel voorzitter van de Raad van Bestuur van de VRT, daarvoor in aanmer- king. Er zijn toespraken van An de Moor, voorzitter van de Beweging Vlaanderen- Europa vzw en de 11-daagse Vlaanderen Feest!, prof. Matthias Storme, voorzitter van de Orde van de Vlaamse Leeuw, en de laureaat zelf.

Inschrijven kan via initiatieven.bve@sky- net.be door in de onderwerpregel te ver- melden “Dendermonde” en in het bericht te noteren “Dendermonde 2010” + voor- naam, naam en adres van de personen voor wie ingeschreven wordt.

GulDen spOren

Naast de Orde van de Vlaamse Leeuw

kent de Beweging Vlaanderen-Europa vzw ook Gulden Sporen toe. Het Gulden Spoor voor Culturele Uitstraling gaat naar prof.

dr. Stefaan Top, een internationale auto- riteit inzake volkskunde en volkscultuur.

Dat gebeurt op 10 juli in het stadhuis van Brugge.

Het Gulden Spoor voor Economische Uit- straling 2010 gaat naar Chris Maene, de Vlaamse pianobouwer met een wereldrepu- tatie. En dat gebeurt in het stadhuis van Roeselare.

An de Moor, voorzitter van de Beweging Vlaanderen-Europa vzw en de 11-daagse Vlaanderen Feest! spreekt telkens de lau- datio uit. In Brugge spreken verder Patrick Moenaert, burgemeester, Peter Peene, nati- onaal voorzitter van het Davidsfonds, en Pol van den Driessche, voorzitter van het 11 julicomité Brugge. In Roeselare spreken Kris Declercq, schepen, en Luc Martens, burge- meester van Roeselare. Minister-President Kris Peeters houdt er de gelegenheidstoe- spraak n.a.v. de Vlaamse feestdag.

De uitreikingen vinden respectievelijk plaats op 10 juli om 18 uur in het Stadhuis van Brugge en op 11 juli om 18 uur in het Stadhuis van Roeselare. Beide bijeenkom- sten zijn enkel toegankelijk op uitnodiging.

Info: 03-238 20 02 (secretariaat) en 0475 62 00 98 (An De Moor).

Mariannekwatrijntje

Afgegaan als belgofone première, viel Marianne pardoes op haar derrière.

Laat zij de tsjeven achter als verweesd,

haar zorg niet meer: Marianne europeest.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

En meer vrienden zal de man zich alvast niet gemaakt hebben door naast zijn eigen “grote vriend” de hoofdrol te spe­. len in mogelijk de wansmakelijkste soap tot dusver opgevoerd

leen van Lier niet de kans kreeg aan te sluiten bij het debat en daar zeer boos over werd Soms hebben we echt wel medelijden met al deze noeste zetelzitters - maar toch ook

lië op kosten van de Belze goegemeente. Ik neem ook aan dat Gij geen al te grote moeite moet doen om ‘s avonds een vis op uw bord te krijgen en dat Gij voor de rest ook meer dan

Eerste minister Azana zegt (of zou gezegd hebben, dat staat niet vast, maar iedereen in het land gelooft rotsvast dat het zijn uitspraak is) dat het leven van één republikein

balbond, die zich daar niet mee bezig konden houden omdat het toch maar duiveltjes zijn, werd er geen oplossing gevonden. Als dat verdraagzaamheid en respect is,

voor de eerste keer van zijn leven een hemd droeg op tv (misschien als excuus naar zijn moeder, het mens zal wel duizend keer gezegd hebben 'Patrickske, doe een hem- deke aan',

Aldus analyseert hij in De Morgen: ‘Het Vlaams-nationalisme blijft niet alleen in de poli ­ tiek, maar ook in de samenleving terrein winnen, met alle onnodige last als

Niet dat ze zich daar veel illusies over maken na die hele toestand met de genocidewet en de hoogstpersoonlijke poging tot sabotage van de oorlog in Irak door