Vraag nr. 255 van 17 juli 2003
van mevrouw SONJA BECQ Toegankelijkheid – Steunpunten
Inzake toegankelijkheid werden door deze rege-ring initiatieven ondernomen, enerzijds voor een Vlaams steunpunt en anderzijds voor verschillende provinciale steunpunten.
Op dit ogenblik zouden die verschillende steun-punten operationeel moeten zijn.
Graag kreeg ik een stand van zaken met betrek-king tot de werbetrek-king van deze steunpunten.
1. Waar zijn zij gevestigd ?
2. Door hoeveel personen worden zij uitgebouwd ? 3. Rond elk steunpunt wordt een platform
uitge-bouwd.
Wat is de taak van dit platform ?
Wie maakt daar deel van uit en hoe worden de opdrachten geconcretiseerd ?
4. Werden door het Vlaamse en door de verschil-lende provinciale steunpunten/platforms reeds adviezen geformuleerd ?
Op wiens vraag gebeurde dit ? Rond welke do-meinen ? Waarop hadden deze betrekking ?
Antwoord
1. Het Vlaams Steunpunt Toegankelijkheid maakt deel uit van de cel Gelijke Kansen in V l a a n d e-ren die is gehuisvest in het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Boudewijnlaan 30, 1 0 0 0 Brussel.
De Provinciale Steunpunten To e g a n k e l i j k h e i d maken deel uit van de vijf provinciebesturen en zijn op volgende adressen gevestigd :
Provincie Antwerpen Boomgaardestraat 22 bus 101 2600 Antwerpen Provincie Vlaams-Brabant Provincieplein 1 3010 Leuven Provincie West-Vlaanderen Provinciehuis Boeverbos Koning Leopold III-laan 41 9200 Brugge (St.-Andries) Provincie Limburg Universiteitslaan 1 3500 Hasselt Provincie Oost-Vlaanderen Gouvernementstraat 1 9000 Gent
2. De opdrachten van het Vlaams Steunpunt To e-gankelijkheid worden waargenomen door een medewerker die fulltime is tewerkgesteld bij Gelijke Kansen in Vlaanderen.
Voor de uitbouw van de Provinciale Steunpun-ten Toegankelijkheid werd telkens 1 FTE vrijge-steld (FTE : fulltime equivalent – red.).
3. Een basisopdracht van de Provinciale Steun-punten Toegankelijkheid is de coördinatie van de sterk verdeelde en versnipperde werking in het middenveld. Deze opdracht wordt onder meer concreet gemaakt via de oprichting van provinciale gebruikersplatforms waarin de ver-schillende gebruikersverenigingen (of afdelin-gen ervan) die de verschillende types van handi-cap en beperkte mobiliteit vertegenwoordigen en die binnen de provincie actief zijn, z i t t i n g kunnen hebben, samen met minstens één tech-nisch adviesbureau.
De idee is enerzijds om gebruikers via die weg meer inspraak te geven in het beleid dat met be-trekking tot de toegankelijkheidsproblematiek op de verschillende beleidsniveaus wordt ge-voerd en anderzijds om de dialoog met de ad-viesbureaus te openen. Het zijn de bureaus die de uiteindelijke technische adviezen formule-r e n , maaformule-r de opname van een bformule-rede waaieformule-r aan ervaringsdeskundigheid in hun volledig wer-kingsproces is onontbeerlijk.
De platforms werden dit jaar actief. Over de wijze waarop de werking vorm wordt gegeven en over de thema’s waarrond wordt gewerkt, hebben de provinciebesturen eigen beslissings-r e c h t . Deze vabeslissings-riëbeslissings-ren al naabeslissings-r gelang het land-schap en de wijze van werking vóór de installa-tie van de steunpunten.
acties die de platforms concreet ondernamen, i n detail worden neergeschreven. De verslagen voor de periode oktober 2002 – oktober 2003, de periode tijdens welke de platforms op kruis-snelheid kwamen, zijn vanaf 15 november eerst-komende ter beschikking van het V l a a m s Steunpunt Toegankelijkheid.
4. De organisatie en coördinatie van het midden-veld had, als gevolg van de vele disputen die hier reeds jarenlang leefden, heel wat voeten in de aarde maar was – gezien de complexiteit van de toegankelijkheidsproblematiek waarin archi-t e c archi-t u r a l e, archi-technische experarchi-tise hand in hand gaat met een brede waaier aan ervaringsdes-kundigheid – een absolute voorwaarde voor het Vlaams Steunpunt Toegankelijkheid om zijn ad-viserende rol op Vlaams niveau naar behoren te kunnen waarmaken.
Toch kon het Vlaams Steunpunt in 2003 reeds van wal steken met een zeer omstandig advies ten aanzien van de Vlaamse minister van Ruim-telijke Ordening en dit ter actualisering van de sterk verouderde wetgeving op de toegankelijk-heid van publieke gebouwen. Hiermee werd ge-volg gegeven aan het knelpunt dat onder meer door de Provinciale Steunpunten To e g a n k e l i j k-heid als absoluut prioritair werd opgegeven. Een juridische basis, die sectoroverschrijdend is, vormt bovendien de motor voor de verdere ho-rizontale werking van het Vlaams Steunpunt. Ook het feit dat het advies terzake wordt gedra-gen door het middenveld (adviesbureaus en ge-bruikersorganisaties) is een hele stap vooruit. Er werd eensgezindheid verkregen over een aantal basisnormen waarop het Vlaams Steun-punt Toegankelijkheid zich nu kan baseren om zijn adviserende taak naar de verschillende Vlaamse bevoegdheidsdomeinen verder vorm te geven.
Inmiddels gaf het Vlaams Steunpunt To e g a n k e-lijkheid zijn horizontale opdracht ook reeds vorm door actief deel te nemen aan overleg dat stilaan ad hoc binnen verschillende departe-menten en afdelingen van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap rond toegankelijkheid op gang komt (bv. departement Leefmilieu en Infrastructuur (LIN) – afdelingen Bos en G r o e n , Wegen en Ve r k e e r, De Lijn, d e p a r t e-ment We l z i j n , Volksgezondheid en Cultuur (WVC) – afdeling Cultuur, departement A l g e-mene Zaken en Financiën (AZF) – Emancipa-t i e z a k e n , Vlaamse BouwmeesEmancipa-ter). Ook werden een aantal subsidieprojecten opgezet die de
ho-rizontale acties naar volgend jaar zullen voeden (projecten rond onder meer toegankelijkheid van muziekfestivals, toegankelijkheid van web-s i t e web-s, opname van Univerweb-sal Deweb-sign-principeweb-s in ontwerpopleiding).