• No results found

Schets 2. Mogelijke ontwikkelingen bij het voorgestelde minimaal natuurontwikkelingsscenario 22

II. 5.2.5.2 Slibsedimentatie en erosie

II.6 B IOTIEK

II.6.1 Vegetatie

II.6.1.3 Waterpartijen en waterlopen

Binnen het studiegebied komen vijvers (incl. oude turfputten), waterlopen en bijzonder vegetatierijke sloten en meanders (tussen Lokeren en Daknam) voor.

Afhankelijk van het type waterloop (verval, grootte, oeverstructuur, bedding), komen andere soorten voor.

De Moervaart tussen Lokeren en de monding van de Fondatiegracht, waar de rivier nog in het oorspronkelijk alluvium stroomt, heeft in de traagstromende delen en langsheen de oevers met een natuurlijke structuur goed ontwikkelde moerasvegetaties waar Riet en/of Rietgras aspectbepalend zijn. Typsiche begeleidende soorten zijn Grote egelskop, Kalmoes, lisdodde en Gele lis (Foto 19). Op plaatsen die onderhevig zijn aan golfslag komen vrijwel geen watervegetaties tot ontwikkeling (Bervoets et al. 1996) (Foto 20).

De Moervaart stroomafwaarts de monding van de Fondatiegracht tot aan het kanaal Gent-Terneuzen wordt gekenmerkt door semi-stagnant water, vermits het water zich periodiek verplaatst, afhankelijk van de aanvoer, het openen van sluizen en pompgemalen. Naar de oevers toe, waar de golfslag beperkt is kunnen zich soorten ontwikkelen als Kalmoes, Gele lis, Grote egelskop en Waterzuring (Bervoets et al. 1996).

Het merendeel van de waterlopen in de Moervaartdepressie behoren tot de categorie van de zoete, stilstaande of periodiek stromende wateren. In helder water komen zowel wortelende als vrij zwevende en drijvende waterplanten voor. De biomassa is vaak veel hoger dan in stromende wateren (Bervoets et al. 1996).

Verschillende plantengemeenschappen komen in de Moervaartvallei voor (Durinck 2001): • De klasse van de Kranswieren omvat een reeks van soorten die zeer gevoelig zijn voor fosfaataanrijking. Ze komen dus voor in niet of weinig vervuilde grachten en vrijwel steeds als eerste kolonisatoren in pas gegraven of geruimde grachten of sloten. Verder

komen ze meestal voor op kalkhoudende zand-, klei- of veenbodems met een constante kweltoevoer. Goede ontwikkelde vegetaties komen voor in de Daknamse Meersen.

• De Eendekroosklasse komt voor in stilstaande tot zeer zwak stromende, neutrale tot basische wateren. Dergelijke vegetaties komen voor in de Daknamse Meersen.

• De Fonteinkruidklasse is eveneens een pioniergemeenschap die potentieel in alle open wateren kan voorkomen. Als begeleidende soorten komen ook Gedoornd hoornblad, Puntkroos, Bultkroos, Veelwortelig kroos, Gele plomp, Grote egelskop, Grote waterweegbree, Klein kroos, Mannagras, Holpijp, Pijlkruid, Liesgras en Kranswieren voor (De Wielewaal 1990). Binnen deze klasse kan ook een kwelgebonden variant met Waterviolier en Kransvederkruid onderscheiden worden (Foto 21).

In de Daknamse Meersen werd in 1988 op klaine schaal (10a) een nieuwe turfput uitgegeraven. Onder een alluviale kleilaag komt hier veen met moeraskalk voor. Afgraving tot in deze door kwel beïnvloede laag (ca. 1,5 m) leverde spectaculaire resultaten op. Waterviolier, Puntkroos, Groot blaasjeskruid, Gewoon sterrenkroos en Gewoon kranswier zijn zeer talrijk. Daarnaast komen ook nog vele oeversoorten voor zoals Poelruit, Grote egelskop, Holpijp, Pijptorkruid, Watermunt, Bruin cypergras, Waterpunge, Lidrus, Scherpe zegge, Grote wederik, Riet… (Van Uytvanck & Decleer 2004).

Onderstaande tabel geeft een overzicht van de verschillende vegetatietypes en de samenstellende soorten die in de Moervaartvallei voorkomen. Niet enkel de kenmerkende soorten van de gemeenschappen (in het vet aangeduid), maar ook de soorten met een breder ecologisch amplitudo en de soorten die in gradiëntsituaties voorkomen werden in de tabel opgenomen. Volgende tabel geeft een overzicht van de verschillende vegetatietypen die in de belangrijkste lokaties voor watervegetaties voorkomen: de Lokerse Moervaartmeersen, de Daknamse Meersen en de Buylaers.

Tabel 14. Niet-limitatieve lijst van de verschillende vegetatietypes en de samenstellende soorten die in de Moervaartvallei voorkomen

Kranswierenklasse Eendekroosklasse Fonteinkruidenklasse

Brede waterpest Drijvend fonteinkruid Kranswieren Stomp fonteinkruid Tenger fonteinkruid Grote kroosvaren Klein kroos Puntkroos Veelwortelig kroos Watervorkje Wortelloos kroos Aarvederkruid Brede waterpest Drijvend fonteinkruid Gekroesd fonteinkruid Grof hoornblad Haarfonteinkruid Holpijp Kikkerbeet Klein fonteinkruid Kransvederkruid Plat fonteinkruid Puntig fonteinkruid Schedefonteinkruid Smalle waterpest Spits fonteinkruid Stijve waterranonkel Stomp fonteinkruid Tenger fonteinkruid Witte waterlelie Waterviolier

Tabel 15. Overzicht van vegetatietypen die in de Lokerse Moervaartmeersen, de Daknamse Meersen en de Buylaers voorkomen

Kranswierenklasse Eendenkroosklasse Fonteinkruidenklasse

Lokerse

Moervaartmeersen

x x

Daknamse Meersen x x x

Buylaers x Heel wat randsloten bezitten tevens kleine rietkragen. Van de talrijke turfputten in dit gebied is bij sommigen een mooie verlandingszone bewaard met een kraag van Riet en Grote lisdodde, Smeerwortel en Moerasspirea (Foto 22).

Grotere waterpartijen langs de liniewegel herbergen soorten als Gele plomp.

De plassen en sloten tussen het “Oud kasteel van Eksaarde”, het natuurreservaat “de Linie” tot aan het Molsbroek horen botanisch gezien bij de meest waardevolle waterpartijen in de Moervaartvallei. Er komen diverse soorten waterranonkel, zeggen, Lidsteng, Waterviolier, Gele lis en Gele waterkers voor (Anonymus 2002b) (Foto 23).

De sloten in de Fondatie van Boudelo worden voornamelijk gekenmerkt door de aanwezigheid van Rietgras, Grote lisdodde en Grote egelskop. Sporadisch komen er goed ontwikkelde vegetaties voor met als vermeldenswaardige soorten Grote waterweegbree, Moerasvergeet-mij-nietje, Witte en Gele waterkers, Pinksterbloem, Donkergroene basterdwederik en Gevleugeld hertshooi (Verstraeten & Verbelen 2000; vzw Durme 2000) (Foto 24).

Onderstaande tabel geeft een overzicht van de rodelijstsoorten die in de sloten en langs slootkanten voorkomen (Biesbroeck et al. 2001; Florabank (toelating 2001-wvl-35); Durinck 2001; Natuurpunt vzw 2004a).

Tabel 16. Overzicht van de rodelijstsoorten die in de sloten en langs slootkanten voorkomen Nederlandse naam Status Toponiem

Bruin cypergras bedreigd Daknamse Meersen

Bultkroos vrij zeldzaam Daknamse Meersen

Donkergroene basterdwederik

zeldzaam Fondatie van Boudelo

Drijvend fonteinkruid achteruitgaand Daknamse Meersen, Fondatie van Boudelo

Glanzig fonteinkruid bedreigd Daknamse Meersen Groot blaasjekruid zeer zeldzaam Daknamse Meersen

Grote watereppe kwetsbaar Daknamse Meersen, Lokerse

Moervaartmeersen

Kikkerbeet kwetsbaar Buylaers

Kransvederkruid zeer zeldzaam Daknamse Meersen

Lidsteng zeer zeldzaam Omgeving van de Linie, Oud kasteel van Eksaarde

Mattenbies kwetsbaar Turfmeersen

Plat fonteinkruid bedreigd Moervaartmeersen Puntig fonteinkruid met uitsterven

bedreigd

Moervaartmeersen Spits fonteinkruid bedreigd Moervaartmeersen

Nederlandse naam Status Toponiem

Stijve waterranonkel zeldzaam Moervaartmeersen, Daknamse Meersen

Stomp fonteinkruid zeer zeldzaam Moervaartmeersen Tenger fonteinkruid vrij zeldzaam Moervaartmeersen Waterdrieblad vrij zeldzaam Daknamse Meersen

Waterpunge vrij zeldzaam Daknamse Meersen, Turfmeersen, Fondatie van Boudelo

Witte waterkers achteruitgaand Daknamse Meersen, Buylaers, Lokerse Moervaartmeersen, Fondatie van Boudelo, Moervaartmeersen Wortelloos kroos bedreigd Daknamse Meersen