• No results found

Vergelijking empirisch onderzoek en erkende interventies

In document Delinquente meisjes (pagina 158-163)

8 Risicodomeinen van delinquente meisjes met verschillende typen afdoeningen

8.6 Vergelijking empirisch onderzoek en erkende interventies

In voorgaande paragrafen zijn de risicofactoren van meisjes in kaart gebracht met verschillende soorten afdoeningen. Dit zijn meisjes die een straf opge-legd hebben gekregen en mogelijk ook in aanmerking komen voor een gedragsinterventie. In hoofdstuk 4 hebben we in kaart gebracht in hoeverre in Nederland bestaande interventies aansluiten bij risicofactoren van meisjes die uit literatuuronderzoek naar voren zijn gekomen. In deze paragraaf kijken we in hoeverre de bestaande interventies aansluiten bij de gevonden risico-factoren van de verschillende groepen meisjes uit het empirisch onderzoek (zie ook tabel 8.11 en 8.12).

Uit dit en het vorige hoofdstuk bleek dat een aantal risicodomeinen zeer vaak aanwezig is bij alle delinquente meisjes (ongeacht de afdoening): gezinsken-merken, leeftijdgenoten en school. Gezinskengezinsken-merken, het gaat hier vooral om aspecten als echtscheiding, werkloosheid en criminaliteit van gezinsle-den, zijn statisch van aard en zullen dus niet of nauwelijks terug te vinden zijn in de interventies. Interventies richten zich vooral op dynamische, veran-derbare factoren. Aan problemen op school en met leeftijdgenoten wordt echter wel vaak aandacht besteed binnen interventies. FFT, MST, NPT, MTFC, DGT en WorkWise richten zich zelfs op beide domeinen tijdens de interventie. Daarnaast geven Brains4Use, NPT-LVB, SoVa en Tools4U aan-158 Delinquente meisjes

dacht aan de omgang met delinquente vrienden. Veel veroordeelde meisjes hebben ook persoonlijkheidsproblemen. Dit is een domein waar vrijwel alle interventies op inspelen, met uitzondering van FFT en MTFC en de meer specifiekere interventies Girls’ Talk en STEPS. Tot slot bleek bijna de helft van de veroordeelde meisjes te kampen met gedragsproblemen, een riskante leef-stijl en traumatische gebeurtenissen. Gedragsproblemen is een domein waar vrij veel interventies aandacht aan besteden: AR, AR ambulant, FFT, Leren van Delict, MST, MTFC, DGT en SoVa. Ook riskante leefstijl is een domein waar veel interventies zich op richten (Brains4Use, MST, MTFC, DGT, NPT, NPT-LVB, SoVa), maar er is slechts één door justitie erkende interventie die zich richt op het verwerken van traumatische gebeurtenissen (MST). Buiten het justitiële kader besteden DGT en STEPS aandacht aan het verwerken van traumatische gebeurtenissen, waarbij het bij STEPS specifiek seksueel geweld betreft. Opvallend is dat dynamische gezinsfactoren als de relatie met ouders en de opvoedingssituatie relatief minder lijken voor te komen bij veroor-deelde meisjes, terwijl vrijwel alle interventies hier aandacht aan besteden. De relatief lage prevalentie van gezinsproblemen (t.o.v. van bijvoorbeeld zelf-rapportage) wordt veroorzaakt door de beperkte informatie die beschikbaar is in de strafdossiers. Er is wel informatie terug te vinden over bijvoorbeeld alcohol- en drugsgebruik van de ouders maar niets of weinig over de relatie tussen ouders en kinderen en de manier van opvoeden door ouders. Wel zou je kunnen afleiden uit de hoge scores op gezinskenmerken (echtscheiding, werkloosheid, criminaliteit) dat er waarschijnlijk ook sprake is van proble-men in de relatie en opvoeding.

Als we kijken naar de meisjes met verschillende typen afdoeningen, blijken meisjes met een taakstraf vooral gekenmerkt te worden door een risicovolle gezinssituatie (echtscheiding, werkloosheid, criminaliteit), een riskante leef-stijl en problemen op het gebied van leeftijdgenoten en school. Daarnaast lij-ken ook persoonlijkheidsproblemen, mentale gezondheidsproblemen, gedragsproblemen en traumatische gebeurtenissen belangrijke risicofacto-ren voor taakgestrafte meisjes. MST en DGT lijken de interventies die zich richten op alle belangrijke risicodomeinen van taakgestrafte meisjes. Ook NPT werkt aan veel van deze risicodomeinen met als uitzondering gedrags-problemen. MST, DGT en NPT zijn overigens de enige interventies die zich richten op mentale gezondheidsproblematiek. DGT is echter een interventie die vooral intramuraal wordt ingezet en daardoor niet van toepassing op meisjes met een taakstraf.

Voorwaardelijk gestrafte meisjes lijken erg op meisjes met een taakstraf, al worden voorwaardelijk gestrafte meisjes minder gekenmerkt door mentale gezondheidsproblemen, maar meer door het ervaren van traumatische gebeurtenissen in het verleden. MST en DGT zijn ook hier de interventies die op de meeste risicodomeinen van meisjes met een voorwaardelijke straf inspelen. Dit zijn dan ook de enige interventies die zich richten op het ver-werken van trauma’s. STEPS richt zich zoals eerder vermeld alleen op

trauma’s ontstaan door eenmalig seksueel geweld. NPT lijkt minder geschikt voor deze meisjes aangezien er geen aandacht wordt besteed aan gedrags-problemen en traumatische gebeurtenissen.

Meisjes die een vrijheidsstraf opgelegd krijgen hebben allereerst veel vaker problemen op de verschillende domeinen dan de vorige twee groepen meis-jes. Daarnaast worden zij eveneens getypeerd door een instabiele gezinssi-tuatie, gedragsproblemen en problemen op het gebied van leeftijdgenoten en school. Bovendien hebben zij relatief vaak traumatische gebeurtenissen mee-gemaakt, mentale gezondheidsproblemen, problematisch seksueel gedrag en komen ze uit een risicovolle opvoedingssituatie (geweld tussen ouders, alco-hol- en drugsgebruik). Een risicovolle opvoedingssituatie wordt door veel erkende interventies meegenomen: AR, AR ambulant, FFT, MST, MTFC, DGT, NPT-LVB, SoVa. Problematisch seksueel gedrag wordt echter alleen behandeld door WorkWise en DGT. Ook Girls’ Talk en STEPS besteden aan-dacht aan dit aspect, maar hebben weinig tot geen aanaan-dacht voor andere risi-cofactoren. Bij meisjes in detentie moet er echter wel rekening mee gehou-den worgehou-den dat niet alle interventies uitgevoerd kunnen worgehou-den. Zo zijn MST, MTFC, NPT interventies die ambulant worden uitgevoerd. Meer geschikt zijn interventies die zowel residentieel als ambulant ingezet kunnen worden, zodat de interventie kan starten als meisjes instromen in een JJI, maar door kunnen gaan wanneer zij vrijkomen (zoals FFT en WorkWise). PIJ-meisjes lijken problemen te hebben op elk domein. Kenmerken waarop deze meisjes zich het meest onderscheiden van de andere meisjes, zijn echter persoonlijkheidsproblemen, het ervaren van traumatische gebeurtenissen, een risicovolle opvoedingssituatie en problematisch seksueel gedrag, welke sterk overeenkomen met de onderscheidende kenmerken van vrijheidsge-strafte meisjes. Voor deze meisjes lijken intensieve interventies zoals DGT en WorkWise, die op verschillende domeinen interveniëren, van belang. 160 Delinquente meisjes

Tabel 8.11 Vergelijking van risicodomeinen uit het empirisch onderzoek met door justitie erkende interventies

Interventie Risicofactoren uit het

empirisch onderzoek AR AR ambu-lant Brains 4Use FFT Leren van delict MST MTFCa NPT NPT-LVB SoVa Tools 4U Work-Wise WSART Statisch Gezinskenmerken X Traumatische gebeurtenissen X Dynamisch Mentale gezondheid X X Persoonlijkheid X X X X X X X X X X X Gedragsproblemen X X X X X X Riskante leefstijl X X X X X X X Seksueel gedrag X Ouder-kindrelatie X X X X X X X X X X X Risicovolle opvoedings-situatie X X X X X X X X Leeftijdgenoten X X X X X X X X X School X X X X X

a Bron risicofactoren MTFC: episcenter.psu.edu (010)

Tabel 8.12 Vergelijking van risicodomeinen uit empirisch onderzoek met interventies specifiek voor meisjes

Interventie

Risicofactoren uit empirisch onderzoek DGT Girls’ Talk STEPS

Statisch Gezinskenmerken Traumatische gebeurtenissen X X Dynamisch Mentale gezondheid X Persoonlijkheid X Gedragsproblemen X Riskante leefstijl X Seksueel gedrag X X X Ouder-kindrelatie X Risicovolle opvoedingssituatie X Leeftijdgenoten X School X

Eindconclusies en

In document Delinquente meisjes (pagina 158-163)