• No results found

Van turkologie naar Turkish studies

In 1997 werd de Leidse hoogleraar Turkse taal en cultuur Bar-bara Flemming opgevolgd door Erik-Jan Zürcher (1953). Uit een artikel in NRC Handelsblad dat de dag na zijn oratie werd ge-publiceerd, is duidelijk op te maken dat er met de komst van Zürcher in Leiden een nieuwe wind ging waaien: ‘Zodra er iets is met Turkije moet men ons weten te vinden.’45In zijn inaugu-rale rede ging Zürcher ook in op de ontwikkelingen binnen zijn vakgebied: ‘Is er vooruitgang in de turkologie?’ Die vraag stelde Zürcher zich tijdens zijn oratie Opkomst en ondergang van het

‘moderne’ Turkije, gisteren in het Groot Auditorium. Een geval

van vadermoord: de titel verwijst naar het uit 1961 daterende standaardwerk van de Britse turkoloog, arabist en islamoloog Bernard Lewis: The Emergence of Modern Turkey. Zürcher noemt dat boek “een imposante krachttoer” en “een elegant ex-posé met een heldere lijn”, maar constateert dat “geschiedenis van de ideeën en instituties, van de elite en de centrale staat plaats heeft gemaakt voor een veel bredere benadering waarin mentaliteitsgeschiedenis, sociale geschiedenis, demografie en economie een rol speelden”.’46 Deze woorden illustreren de nieuwe koers van de Nederlandse turkologie, die zich sinds die tijd steeds meer ontwikkeld heeft tot een dynamisch, multi- en interdisciplinair vakgebied met oog voor hedendaagse ontwik-kelingen in historisch perspectief. Dit moderne, brede vakgebied wordt tegenwoordig Turkish Studies genoemd. Zürcher is de au-teur van het standaardwerk op het gebied van de moderne ge-schiedenis van Turkije. Turkey: A Modern History is sinds de eerste uitgave in 1993 vele malen herdrukt en inmiddels in acht verschillende talen – waaronder Nederlands en Turks – ver-schenen. De grote internationale reputatie van Zürcher op het bied van Turkish Studies, in het bijzonder van de Turkse ge-schiedenis, heeft ervoor gezorgd dat ook buitenlandse studenten

Novelprijswinnar Orhan Pamuk geflankeerd door de Nederlandse vertaalsters Margreet Dorleijn en Hanneke van der Heijden. Een compilatie van hun vertalingen van Turkse literatuur.

45. D. van Delft, ‘Er zit een gat in de Turkse geschiedenis’, NRC

Handelsblad, 28 februari 1998.

http://www.agindepers.nl/ genocide/NRC-28-2-1998.html 46. Van Delft, Gat in de Turkse

geschiedenis. http://www.aginde

pers.nl/genocide/NRC-28-2-1998.html

– waaronder Turken uit Turkije – in toenemende mate Turkish Studies in Leiden we-ten te vinden. Deze studenwe-ten komen zowel voor het Engelstalige Master programma als voor promotie-onderzoek.

De nieuwe wind in Leiden heeft ervoor gezorgd dat de Nederlandse turkologie an-dere – minder positieve – ontwikkelingen binnen de Nederlandse universitaire wereld heeft overleefd. Al vanaf de jaren 1980 was er de voordurende dreiging van bezuinigin-gen en universitaire reorganisaties die als een Zwaard van Damocles boven het vakge-bied hingen. Aan het einde van de 20eeeuw begon de ontmanteling. Aanvankelijk werd de kaasschaafmethode gehanteerd en verdwenen veel onderwijsvoorzieningen op het ge-bied van het taalonderwijs Turks, bijvoorbeeld in Amsterdam, Nijmegen en Tilburg. De (taalkundige) bestudering van de Centraal-Azia tische Turkse talen bleef tot het begin van de 21eeeuw in zowel Utrecht als Leiden bestaan. Deze traditie was in de tweede helft van de 19eeeuw in Europa ontstaan en bestond sinds de Tweede Wereldoorlog ook in Ne-derland. Op dit moment worden er geen Centraal-Aziatische Turkse talen meer gedo-ceerd; aan de universiteit in Leiden worden echter wel cursussen op het gebied van de geschiedenis en cultuur van Centraal-Azië verzorgd. De traditie van de osmanistiek maakt nog steeds deel uit van de Nederlandse Turkse studiën, maar is minder dominant dan vroeger het geval was. Er is ook sprake van verbreding van het gezichtsveld. Naast de filologie spelen ook sociaal-wetenschappelijke benaderingen een steeds belangrijker rol. Ook in Utrecht begon aan het einde van de 20eeeuw de positie van het Turks – on-danks groeiende belangstelling van studenten – te wankelen. Dat proces begon al in 1984 toen Henry Hofman met emeritaat ging en het bijzonder hoogleraarschap Turkse en Al-taïsche taal- en letterkunde opgeheven werd.47Daarvoor in de plaats kwam er in 1988 een overkoepelende leerstoel Islam-talen en islamitische culturen. Frederick de Jong (1944), sinds 1984 buitengewoon hoogleraar Arabisch en de Arabische cultuur in Utrecht, vervulde deze functie tot zijn emeritaat in 2009.48In 2006 werd in Utrecht de kaasschaaf vervangen door de botte bijl en viel het doek voor de turkologie. Turks en Per-zisch werden als hoofdrichting opgeheven en de opleiding Arabische, Nieuw-PerPer-zische en Turkse talen en culturen werd omgevormd tot de studierichting Arabische taal en cul-tuur met een focus op de studie van de islam. Deze opleiding maakt binnen de Faculteit Geesteswetenschappen deel uit van het departement Religiewetenschap en Theologie. De studierichting biedt nog wel taalverwervingscursussen Turks aan. Eind januari 2012 maakte de Universiteit Utrecht echter bekend ook deze BA opleiding te gaan opheffen. Anno 2012 is de cirkel rond. De Universiteit Leiden was de eerste academische instelling die ongeveer 400 jaar geleden met onderwijs op het gebied van het Turks be-gon en is op dit moment ook de enige universiteit in Nederland met een volwaardig pro-gramma Turkse Taal en Cultuur. Dat propro-gramma is in 2010 – samen met Arabisch en Perzisch – onderdeel geworden van de nieuwe Area Studies studierichting Midden-Oos-tenstudies, die de studierichting Arabische, Nieuw-Perzische en Turkse talen en cultu-ren vervangt. Inhoudelijk is er echter in die 400 jaar veel veranderd. Turkish Studies is een internationaal georiënteerd, dynamisch en breed vakgebied dat veel aandacht schenkt aan het moderne Turkije, zonder de historische dimensie uit het oog te verlie-zen. De opkomst van de Republiek Turkije als economic powerhouse en regionale po-litieke grootmacht op de grens van Europa en het Midden-Oosten maakt Turkish

Stu-dies relevanter dan ooit tevoren, ook voor Nederland…

Het Istanbul van de 21eeeuw: wolkenkrabbers, moderne transportsystemen, shopping malls en gated communities

47. Voor een vergelijking tussen de programma’s van de verschillende universiteiten en de problemen die ontstonden als gevolg van bezuini-gingen en reorganisaties in deze periode zie F. de Jong, ‘Middle Eas-tern Studies in the Netherlands’, in Middle East Studies

Associa-tion Bulletin, 20/2 (December

1986), 171-186, 177-182. 48. Catalogus Professorum Acade-miae Rheno-Traiectinae: http:// profs.library.uu.nl/index.php/pro-frec/getprofdata/1024/21/72/0.