• No results found

Om een vergelijking te maken tussen de verschillende mediasoorten, de onderzoeksvraag te beantwoorden en de hypothesen te weerleggen of bevestigen, wordt er in dit onderzoek gebruik gemaakt van een statistische analyse. Om dit te doen wordt er gebruik gemaakt van een ANOVA variantieanalyse en een t-toets voor twee onafhankelijke steekproeven. In de volgende paragrafen worden deze analyses beschreven en de bevindingen gepresenteerd.

4.2.1 ANOVA variantieanalyse

De ANOVA test wordt gebruikt om de gemiddelden te vergelijken tussen de frames. Zo kan er worden geconstateerd of er verschillen zijn en welke belangrijkste verschillen er zijn. De ANOVA test wordt uitgevoerd met een Games-Howell correctie, aangezien er ongelijkheid is in de variantie. In de volgende paragrafen worden per frame de bevindingen door de ANOVA test besproken.

De variantieanalyse is gecalculeerd met betrekking tot het gebruik van het humanitaire frame door de vier mediabronnen. De analyse liet zien dat er een statistisch significant verschil bestaat, F(3,307) = 17.200, p = .000. Het humanitaire frame heeft ongeveer eenzelfde

zichtbaarheid bij De Telegraaf (M = .73, SD = .45) als bij BILD Zeitung (M = .78, SD = .42). Der Spiegel voert de boventoon (M = .88, SD = .33) in de zichtbaarheid van het frame. Vooral is het interessant om te zien dat er een statistisch significant verschil (p = .000) bestaat tussen Der Spiegel, De Telegraaf en BILD Zeitung met Elsevier (M = .29, SD = .46). Dit betekent dat in de artikelen van Elsevier het frame minder zichtbaar is, terwijl dit bij de andere media wel het geval is.

De analyse van het pseudovluchteling frame liet ook zien dat er een statistisch significant verschil bestaat, F(3,307) = 31.179, p = .000. Net als in het geval van het

humanitaire frame is hier een statistisch significant verschil tussen Elsevier (M = .76, SD = .43) en de andere drie (p = .000). Echter, in dit geval betekent het dat het juist bij Elsevier een grotere zichtbaarheid heeft dan bij De Telegraaf (M = .27, SD = .45), Der Spiegel (M = .32,

SD = .47), en BILD Zeitung (M = .11, SD = .31). Opvallend is dat de zichtbaarheid van het

frame bij BILD Zeitung erg laag is.

Het gebruik van het slachtoffer frame vertoont geen statistisch significant verschil (F(3,307) = 1.148, p = .330). Dit betekent dat er weinig verschil is met betrekking tot de zichtbaarheid van het betreffende frame door de verschillende mediabronnen. De verschillen van De Telegraaf (M = .88, SD = .33), Der Spiegel (M = .82, SD = .39), BILD Zeitung (M = .77, SD = .42) en Elsevier (M = .76, SD = .43), liggen dicht bij elkaar.

Bij de andere frames, indringer (F(3,307) = 29.947, p = .000), multicultureel (F(3,307) = 3.424, p = .018), islam-als-bedreiging (F(3,307) = 6.462, p = .000), en emancipatie frame (F(3,307) = 43.202, p = .000), laat de variantieanalyse zien dat er een statistisch significant verschil bestaat tussen de media in de zichtbaarheid van de

verschillende soorten frames. Bijna allemaal hebben ze een p-waarde van .000, behalve het multicultureel frame die een p-waarde heeft van .018.

Bij het indringer frame is er een statistisch significant verschil tussen BILD Zeitung (M = .18, SD = .39) en De Telegraaf (M = .45, SD = .50, p = .003) en Elsevier (M = .87, SD

= .34, p = .000). De zichtbaarheid van het indringer frame is bij BILD Zeitung erg laag, en

bij Elsevier erg hoog, in vergelijking met de andere media.

In het multicultureel frame is er een statistisch significant verschil tussen Der Spiegel (M = .56, SD = .50) en Elsevier (M = ..26, SD = .45, p = .022).

De variantieanalyse laat zien dat er een statistisch significant verschil (p = .014) is tussen BILD Zeitung (M = .08, SD = .28) en Elsevier (M = .34, SD = .48) met betrekking tot het islam-als-bedreiging frame. BILD Zeitung heeft een erg lage zichtbaarheid van dit frame, terwijl Elsevier hier de hoogste zichtbaarheid heeft.

Het laatste frame, het emancipatie frame, wordt verschillend gebruikt door de media. Hier is een statistisch significant verschil tussen Elsevier (M = .71, SD = .46 ) en BILD Zeitung (M = .05, SD = .23, p = .000), De Telegraaf (M = .34 , SD = .48, p = .002), en Der Spiegel (M = .14, SD = .35, p = .000). Terwijl er geen statistisch significant verschil bestaat tussen Der Spiegel en BILD Zeitung en De Telegraaf onderling.

De ANOVA variantieanalyse laat zien dat er verschillen te zien zijn tussen de zichtbaarheid van de media frames in de onderzochte media. De belangrijkste verschillen zitten vooral in de zichtbaarheid van het pseudovluchteling frame, waar Elsevier hoog en BILD Zeitung erg laag op scoort. De analyse laat duidelijk zien dat er vooral statistische significante verschillen zijn tussen Elsevier en de drie andere media, met nadruk op BILD Zeitung. Terwijl er bij het slachtoffer frame weinig tot geen verschil te zien is.

4.2.2 T-Toets

Om de analyse nog wat kracht bij te zetten, en een wat dieper inzicht in de verschillen te krijgen, wordt er ook gebruik gemaakt van een t-toets voor twee onafhankelijke

steekproeven.

Een vergelijking tussen de Duitse krant BILD Zeitung met de Nederlandse krant De Telegraaf laat zien dat er inderdaad een verschil is tussen het gebruik van negatieve en positieve frames. De grootste verschillen zitten bij de negatieve frames. De zichtbaarheid van de negatieve frames zijn bij BILD Zeitung lager dan bij De Telegraaf. Een voorbeeld hiervan is het indringer frame die een hoge zichtbaarheid heeft bij De Telegraaf (M = .45, SD = .50) dan bij BILD Zeitung (M = .18, SD = .39). Dit betekent dat er gemiddeld een grotere kans is dat De Telegraaf een hogere zichtbaarheid heeft van het indringer frame dan BILD Zeitung

t(77.873) = 3.6, p = .000.

Een ander voorbeeld hiervan is het emancipatie frame. Bij De Telegraaf (M = .50, SD

= .81) is dit frame aanzienlijk meer zichtbaar dan bij BILD Zeitung (M = .07, SD = .32), wat

betekent dat er een statistisch significant verschil is tussen de waardes van de twee kranten

Het is van belang om op te merken dat er weinig verschil bestaat tussen de

zichtbaarheid van het humanitaire en slachtoffer frame bij BILD Zeitung en De Telegraaf. Daarbij is het vooral opmerkelijk dat er een hogere zichtbaarheid van het slachtoffer frame is bij De Telegraaf (M = .88, SD = .33) dan bij BILD Zeitung (M = .77, SD = 42).

Een vergelijking tussen Der Spiegel en Elsevier laat echter grotere verschillen zien. De enige frames die niet zoveel verschillen van elkaar zijn het pseudovluchteling en slachtoffer frame. De grote verschillen zijn vooral te zien bij het humanitaire, indringer en emancipatie frame. Het humanitaire frame toont een hogere zichtbaarheid bij Der Spiegel (M

= .88, SD = .33), terwijl bij de Elsevier (M = .29, SD = .46) een lagere zichtbaarheid

vertoont t(63.988) = -6.7, p = .000. De negatievere frames, zoals het indringer en emancipatie frame, zijn meer zichtbaar bij de Elsevier (indringer: M = .87, SD = .34, emancipatie: M = .71, SD = .46) in tegenstelling tot Der Spiegel: het indringer frame (M = .30, SD = .46) en het emancipatie frame (M = .14, SD = .35).

Wanneer een t-toets de Duitse media onderling vergelijkt, kan er worden opgemerkt dat er alleen bij het pseudovluchteling frame een statistisch significant verschil te zien is

t(62.305) = -2.9, p = .004, en dat het multicultureel frame ook laat zien dat er een statistisch

significant verschil te ontdekken valt t(215) = -2.5, p = .014. Het pseudovluchteling frame laat een hogere zichtbaarheid zien bij Der Spiegel (M = .32, SD = .47), en het multicultureel frame ook (M = .56, SD = .50).

De Nederlandse media onderling laat een statistisch significant verschil zien bij het indringer frame t(91.990) = -4.8, p = .000, het humanitaire frame t(92) = 4.7, p = .000, het pseudovluchteling frame t(92) = -5.4, p = .000, en het emancipatie frame t(92) = -3.8, p = .000. Elsevier laat een hogere zichtbaarheid zien bij het indringer (M = .87, SD = .34) frame, pseudovluchteling frame (M = .76, SD = .43), en het emancipatie frame (M = .71, SD = 46). Daarnaast laat De Telegraaf bij het humanitaire frame een hogere zichtbaarheid zien (M = .73, SD = .47).

De t-toets laat een vergelijking zien tussen de informatiearme en informatierijke Nederlandse en Duitse media. Het kan worden opgemerkt dat de Duitse informatierijke en informatiearme media een hogere zichtbaarheid hebben van de positievere frames, terwijl de Nederlandse informatierijke en informatiearme media een hogere zichtbaarheid vertonen van de negatieve frames. Alleen ook hier vertoont het slachtoffer frame weinig tot geen verschil.

Wanneer er wordt gekeken naar het verschil tussen Duitse media onderling, is er een statistisch significant verschil bij het pseudovluchteling en multicultureel frame. Bij de

Nederlandse media is er een significant verschil bij het indringer, humanitair, pseudovluchteling en emancipatie frame.