• No results found

Randvoorwaarden succesvol management Ostrom (1990)

In document Een Lokaal Sociaal Contract (pagina 83-86)

Hoofdstuk 5: Analyse en resultaten

5.4 De contextfactoren

5.4.1 Randvoorwaarden succesvol management Ostrom (1990)

Tabel 21: randvoorwaarden Ostrom Randvoorwaarde Score (Ja/Nee) – invloed op mechanisme

Helderheid over de middelen Ja/Nee – negatieve invloed op

verantwoordelijkheid

Rekening houden met lokale context Ja/Nee – negatieve invloed op verantwoordelijkheid

Collectief overlegorgaan Ja – positieve invloed op transparantie en openheid

Toezicht transparant en duidelijk Ja – positieve invloed op transparantie Straf en overtreding in elkaars verlengde Nee – positieve invloed op transparantie en

openheid

Bij conflict doorgaan Ja – positieve invloed op doeltreffendheid,

verantwoordelijkheid, transparantie, inclusiviteit en openheid.

Zelforganisatie Ja – positieve invloed op

verantwoordelijkheid, openheid en inclusie

Lokaal georganiseerd Ja – positieve invloed op doeltreffendheid,

verantwoordelijkheid, inclusie en openheid.

Helderheid over de middelen

In de relatie tussen gemeente en Dolphianen is nog niet volledige helderheid over de middelen, omdat het niet duidelijk is dat ze allebei een gelijkmatig beroep kunnen doen op elkaar zoals bij coproductie de bedoeling is. Alle bestuursleden zeggen precies te begrijpen wat te verwachten van de gemeente, maar doen vervolgens nog te vaak of alles zelf, of ze geven het volledig over aan de professional. De erfenis van de verzorgingsstaat zorgt ervoor dat welzijnswerkers, buurtbewoners maar ook ambtenaren coproductie vaak maar moeilijk begrijpen. Het samendoen is vaak ingewikkeld. De welzijnswerkers en de ambtenaren willen de problemen nog graag overnemen en de Dolphianen willen hun problemen stiekem graag overgeven: gaan jullie het maar doen.

Respondent 6 zegt daarover: “De neiging is nog steeds om het op te pakken, en dan fluit ik ook iemand terug: nee dat is niet de bedoeling. Alleen ja, je zoekt wel een soort middenweg: iemand die nog niet kan lopen, en die laat je los die valt. Dat is ook rot.” Hij voegt daarbij een oordeel over de Dolphianen en hun houding in de samenwerking: “het is heel lastig om de werkwijze die er de afgelopen jaren is gehanteerd, de omgangsvorm die zij hebben en de manier waarop zij reageren om die te doorbreken. En dat heeft er alles mee te maken. En daarmee stagneert af en toe de ontwikkeling.” Dit heeft een negatieve invloed op het mechanisme verantwoordelijkheid, want de Dolphianen die een bijdrage zouden moeten leveren doen dat veelal symbolisch. In de praktijk doen de professionals alsnog veel.

Lokale context

Er is te weinig rekening gehouden met de lokale context in Dolphia. Het lijkt er op dat de bewoners qua bekwaamheid als bestuurders met de sociale hypotheek zijn overschat. Tijdens meerdere participerende observaties bij het buurthuis valt gelijk de constante stress op, zelfs als ze kinderfeestjes houden (zonder maatschappelijk effect). Er is een constant gebrek aan overzicht. Respondent 6: “ze hebben niet door welke verantwoordelijkheden ze moeten pakken, ze zijn ook niet gewend om verantwoordelijkheid te pakken.” De respondent voegt het volgende daar aan toe: “we moeten ons ervan bewust zijn, dat als ik wat tegen jou zeg, wordt het morgen gerealiseerd. Maar bij deze mensen geldt dat als je het vandaag zegt, het morgen nog een keer moet zeggen en volgende week weer.” Dit heeft een negatieve invloed op het mechanisme verantwoordelijkheid, want het vergroot het afbreukrisico van het bestuur.

Collectief overlegorgaan

Vanaf het begin en nog steeds zijn alle stakeholders aanwezig. Moeilijker tot onmogelijk is het om te bepalen of allen hun belangen gelijkmatig kunnen verdelen. Respondent 6 over het collectief dat zich regelmatig bezighoudt met het buurthuis in Dolphia: “de corporatie, uiteraard gemeente, logisch, politie, euhm, welzijnswerkers zaten erbij, sociaal wijkteam erbij. In die zin, ja. Ging vooral over mensen die al in de wijk actief waren en dat was ook een goede zet. Mensen kennen al deze mensen. Je moet je voorstellen als je daar nieuw binnenkomt heb je niet gelijk het contact wat je wilt, je moet geaccepteerd worden, en als je geaccepteerd wordt kun je verder. De mensen die aan tafel zaten die hadden ze al geaccepteerd dus het nieuwe idee van de sociale hypotheek: welke nieuwe rol kunnen de oude mensen daarbij spelen.” Dit heeft een positieve invloed op de mechanismen transparantie en openheid, omdat alle stakeholders in ieder geval de mogelijkheid hebben om hun perspectief te laten klinken.

Toezicht transparant en duidelijk

Er zijn meerdere manieren waarop de gemeente de activiteiten van het bestuur kunnen monitoren. Er is een wijkregisseur met contact en, mits gevraagd, advies. Een adviesbureau bewonersbedrijven ziet er op toe dat elk kwartaal de financiën bekeken worden op correctheid. Elk jaar worden de vrijwilligersuren nagekeken. Het toezicht op de vrijwilligersuren zijn een doorn in het oog voor de gemeente. Zij zien graag dat de bewoners dit zelf digitaliseren, nu doet een administratief medewerker van de gemeente dat. Ondanks wederom obstakels op het gebied van sturen/faciliteren, is het goed georganiseerd, aldus de respondenten. Deze georganiseerde vorm van monitoring en controle heeft een positieve invloed op het mechanisme transparantie.

Straf en overtreding in elkaars verlengde

De verhouding straf en overtreding ligt niet in elkaars verlengde. De gemeente heeft veel macht wat deze randvoorwaarde betreft, maar de bestuursleden in Dolphia lijken dit niet te beseffen. De gemeente heeft het instrument “vrachtwagen” achter de hand en dreigt daar mee, sinds respondent 5 het plan heeft bedacht: “ik heb ook altijd gezegd: jongens, als je niet betaald gaat de bulldozer ervoor, dat is ook wat ze snappen.” Deze straf is enkel bedoeld om de motivatie hoog te houden. Respondent 4 beaamt dit en zegt dat de gemeente echt niet gaat stoppen met het experiment halverwege. Het geld is al uitgegeven. De bestuursleden lijken zich niet te beseffen dat de gemeente het instrument “vrachtwagen” alleen maar gebruikt om de betrokkenheid hoog te houden. Respondent 3: “Aan de andere kant, […] ik geloof niet dat een wethouder zo maar gaat zeggen: vrachtwagen er naar toe en weg ermee. En als zoiets gebeurt en die donkere wolken hangen erboven, en zo van jongens, die vrachtwagen komt, is er ook zo een nieuwe energiegolf die zegt: oké jongens dan gaan we nog even weer flink tegenaan met elkaar.” Dit heeft een negatieve invloed op het mechanisme transparantie, omdat de gemeente geen open kaart speelt over de leegheid van hun dreigement.

Bij conflict doorgaan

De gemeente geeft aan dat er wel heel wat moet gebeuren, willen zij het buurthuis gaan sluiten. De bestuursleden zijn zo trots op hun buurthuis dat zij het niet gaan sluiten. Onderling hebben ze afspraken gemaakt over grenzen die liggen bij illegale activiteiten. Dus bij conflict blijft het doorgaan, bij een hennepkwekerij moet de gemeente het buurthuis sluiten. Het feit dat het buurthuis open blijft en de activiteiten continueren bij conflict tussen gemeente en bewoners zorgt voor een positieve invloed op alle mechanismen.

Zelforganisatie

De bestuursleden mogen zich zonder inmenging van externe factoren organiseren. Dat is voor de Dolphianen belangrijk voor het bewaren van de eigen autoriteit. Dit moet wel in de geest zijn van de sociale hypotheek. Dat wil zeggen dat de gemeente een motorclub niet ziet zitten, maar een kookclub wel. Een motorclub kan echter poeslief zijn, en een kookclub een front voor maffiapraktijken. Dit blijft vanuit het perspectief van de gemeente lastig te bepalen. Gemeenteambtenaar respondent 3 reageert in principe positief op het idee van zelforganisatie: “Volgens mij als zij een dartvereniging beginnen, dat zou ik [dat] toejuichen […], kunnen ze huur betalen aan de exploitatie stichting.” Dit antwoord maakt ook duidelijk dat er nog weinig nagedacht is door de gemeente over subgroepen met verschillende interesses die zichzelf organiseren in het buurthuis. Verschillende activiteiten vanuit verschillende interesses zorgen ervoor dat zelforganisatie een positieve invloed heeft op het mechanisme inclusie. Het fenomeen zal ook het afbreukrisico verkleinen, door extra exploitatiemogelijkheden door en rondom het verenigingsgebeuren.

Lokaal georganiseerd

De sociale hypotheek is zeer lokaal georganiseerd, dat wil zeggen: het voltallige bestuur komt uit het kleine Dolphia. Er zijn echter verscheidene respondenten die pleiten voor een raad van advies bestaande uit mensen niet afkomstig uit de wijk – een objectieve groep met bestuurservaring. Doordat het voltallige bestuur met de voeten in de klei zit, zorgt dit voor een positieve invloed op de mechanismen doeltreffendheid, verantwoordelijkheid, inclusie en openheid.

In document Een Lokaal Sociaal Contract (pagina 83-86)