• No results found

Conclusie

In document Een Lokaal Sociaal Contract (pagina 90-104)

Hoofdstuk 6: het Slot

6.1 Conclusie

De scriptie heeft een hoofdvraag die letterlijk gaat over de potentie van de sociale hypotheek als

nieuwe vorm van coproductie bij het verhogen van de throughput-legitimiteit van de gemeente Enschede. Deze conclusie biedt een antwoord op de hoofdvraag gesteld in de inleiding. Na een

korte samenvatting van de voorgaande deelvragen volgt een algeheel overkoepelende conclusie.

Korte samenvatting

De aanleiding voor het ontwikkelen van de sociale hypotheek was de verstoorde relatie tussen de gemeente Enschede en de Dolphianen. Uiteindelijke was de sociale hypotheek voor de gemeente Enschede een poging om de kwaliteit van de interactie met de mensen uit Dolphia te verbeteren en daarmee de eigen legitimiteit te verhogen.

Een nieuw lokaal sociaal contract met de inwoners was letterlijk het vervolg. Middels de door de voltallige bewonerscommissie Dolphia getekende hypothecaire overeenkomst werd de sociale hypotheek werkelijkheid. Dit zeer lokale contract had een sociaal doel: een kwalitatief verbeterde relatie tussen Dolphia en de gemeente Enschede om zo gezamenlijk te komen tot een verhoogd welzijn in de buurt. Voor de beide partijen betekende dit doel in de kern door samen te besturen een betere toekomst voor de kinderen woonachtig in Dolphia te creëren. Door samen te besturen (coproductie) gedeelde belangen bereiken (legitimiteit voor de gemeente Enschede).

De sociale hypotheek is een op papier door beide partijen (middels een hypothecaire overeenkomst) ontwikkeld instrument. Door beide partijen worden in deze overeenkomst gedeelde belangen uitgesproken en de uitvoering daarvan is kort samengevat als volgt: de gemeente verstrekt een hypotheek aan de stichting bewonerscommissie Dolphia met als verwachte terugbetaling drie vormen: door een combinatie van financiën (een deel van de hypotheek betalen de Dolphianen daadwerkelijk in euro’s terug), actief burgerschap én het realiseren van een aantal vooraf afgesproken maatschappelijke effecten.

Om antwoord te bieden op de vraag of de sociale hypotheek als nieuwe vorm van coproductie inderdaad zorgt voor een verhoogde legitimiteit bestaat het theoretisch kader uit een

theoretisch model opgetuigd aan het CMO-model van Pawson en Tilley (2004). Dit met literatuur over coproductie en legitimiteit volgepakte theoretische model heeft als doel de black box te openen tussen interventie en beoogd effect. Activeert de sociale hypotheek de normatieve mechanismen voor throughput-legitimiteit van Schmidt (2013)? Zijn de theoretische contextfactoren van Ostrom (1990; 1996) en Fledderus (2015) aanwezig?

In deze scriptie is het CMO-model getoetst in de werkelijkheid door een iteratief proces tussen deductief en inductief kwalitatief casusonderzoek. De onderzoeker analyseerde beide partijen, zowel de gemeente als de Dolphianen. De eerste partij door middel van semigestructureerde interviews. Een deductief proces, met operationalisering naar aanleiding van het ingevulde CMO-model. De tweede partij, de Dolphianen, gaven hun antwoorden naar aanleiding van de belangrijkste onderwerpen gehaald uit een eerste analyse van de semigestructureerde interviews. Deze interviews hadden net als de participerende observatie een inductief karakter. Aan de hand van een codeboek (zie bijlage) analyseerde de onderzoeker de verslagen van alle interviews, participerende observaties en beleidsdocumenten.

Algehele conclusie analyse

De sociale hypotheek als nieuwe vorm van coproductie bij het verhogen van de throughput- legitmiteit van de gemeente Enschede heeft wel degelijk potentie, maar die potentie kan zowel nog groter worden als imploderen. De kwaliteit van interactie tussen de gemeente Enschede en de Dolphianen is verhoogd. Verscheidene mechanismen hebben ervoor gezorgd dat de throughput- legitmiteit van de gemeente Enschede is verhoogd. Door samen te besturen met de burgers uit Dolphia en het veelal correct en samen organiseren van randvoorwaarden heeft de gemeente succesvol coproductie gerealiseerd. De kwetsbaarheid van de burgers uit Dolphia zorgt voor obstakels, maar die zijn tot op heden het hoofd geboden of herkent als potentiele boosdoeners voor het breken van de mechanismen.

Kritiek is er ook, gericht op resultaten die de throughput-legitimiteit bedreigen. Zo is het instrument te ingewikkeld en dat zorgt voor een matige score op transparantie, de bestuursleden vinden de door de gemeente bedachte sociale hypotheek lastig. Het bestuur is geen afspiegeling van de buurt en dat zorgt ervoor dat de algehele inclusie te wensen over laat. De gemeente houdt te weinig rekening met de lokale omstandigheden in de wijk Dolphia: de hoge verantwoordelijkheid die het bestuur van Dolphia geniet zorgt voor meer throughput-legitimiteit, maar getuigd van overschatting van de bekwaamheid van de bestuursleden. Het afbreukrisico van het bestuur in Dolphia is groot. Mocht het bestuur imploderen, dan is dat in de som der delen verlies, ook zeker op het gebied van throughput-legitimiteit. De gemeente Enschede is dan terug bij af. Omdat de

gemeente Enschede dit weet bestaat er een gevaar van escalation of commitment. Velen binnen de gemeente zijn mening dat het project in Dolphia moet slagen. Dit zorgt ervoor dat de neiging bestaat bij professionals om problemen over te nemen, in plaats van de verantwoordelijkheid voor het besturen van het buurthuis bij het bestuur zelf te laten.

Niet per se kritiek, maar een constatering, is die overgang die de gemeente Enschede graag ziet gebeuren van zorgen naar faciliteren, ook in het kader van de transformatie Sociaal Domein. De sociale hypotheek is bedoeld als instrument om eigenaarschap over te hevelen. De Dolphianen moeten (naar landelijk beleid) weer probleemeigenaren worden. In de praktijk blijken er twee kampen te zijn: de zorgende en de facilitators. De zorgende omschreven door een respondent (4) als ‘de oude stempel’ zijn de sociaal-culturele mengers en overnemers van problemen. De facilitators zijn de zakelijke lieden die op afstand eigenaarschap propageren. Beide zijn uitersten om een punt te maken, maar de overgang is wel degelijk een problematiek die het initiatief van de sociale hypotheek bloot legt. Juist de vergaande overheveling van verantwoordelijkheid lijkt een schisma te ontluiken. De zorgende pleiten voor meer diepgaande ondersteuning, wat vrijblijvendheid bij de burger in de kaart speelt. De facilitators willen op afstand de zakelijkheid van de sociale hypotheek benadrukken, wat het afbreukrisico vergroot. Een lastige kwestie, maar het is concluderend wel duidelijk dat de gemeente te veel zorgt terwijl ze de overgang naar faciliteren moeten maken. Deze overgang vereist paradoxaal een grote mate van zorg. Een belangrijk punt daarbij is dat de

throughput-legitimiteit niet stijgt door het zo veel mogelijk overhevelen van verantwoordelijkheid,

maar juist door de kwaliteit van de interactie tussen gemeente en Dolphianen zo hoog mogelijk te krijgen en daarvoor zijn alle mechanismen nodig.

6.2 Discussie

De discussie heeft als nut de interpretatie van de resultaten van een laatste kritische overpeinzing te voorzien. Enerzijds zijn dat kanttekeningen, anderzijds zijn dat beperkingen van het onderzoek.

Kanttekeningen interpretatie

Een eerste kanttekening voor dit onderzoek is dat de kern van het beleid van de sociale hypotheek het vergroten van het welzijn in Dolphia is. De sociale hypotheek is een interventie om het welzijn van de buurt Dolphia te verhogen. Het welzijn van een buurt is van verschrikkelijk veel factoren afhankelijk en daarmee is bij voorbaat dus niet te stellen of de sociale hypotheek in potentie een succesvolle interventie is, ook niet als nieuwe vorm van coproductie. Het welzijn van een buurt is grotendeels conjunctuur gevoelig en kent veel andere macrofactoren. Wat wel onderzocht kan

worden is of de sociale hypotheek bijdraagt aan de verbetering van de kwaliteit van de relatie tussen beide partijen.

Een andere kanttekening bij de resultaten is dat throughput-legitimiteit volgens Schmidt (2013) niet alsmaar kan stijgen. Door het woord ‘verhoogde’ suggereert het onderzoek dat de mechanismen kunnen leiden tot steeds meer legitimiteit. Schmidt (2013) geeft duidelijk aan dat alleen als de mechanismen wegvallen de througput-legitimiteit daalt, maar dat throughput- legitimiteit niet verder kan stijgen of dalen dan er simpel weg zijn. Throughput-legitimiteit daalt bij het slecht besturen met burgers, maar stijgt niet alsmaar door een steeds betere interactie met de burger te besturen. Legitimiteit heb je als systeem, of het daalt door de ondergrens bij slecht bestuur.

Beperkingen van het onderzoek

Een beperking van dit onderzoek is dat de relatie tussen de gemeente Enschede en de Dolphianen bestaat binnen een bepaalde context. Dit onderzoek gebruikt verschillende contextfactoren, maar contextfactoren zijn er oneindig veel, context is oneindig groot en van verschillende mate van invloed. Het CMO-model pretendeert realistisch te evalueren, het feit wil echter dat het model slechts een stap in de goede richting is, zo ook in dit onderzoek.

Een tweede beperking is de lastige, maar leuke vorm van interviewen van de Dolphianen. In het begin werd bij de Dolphianen deductief te komen tot input. Uiteindelijk zijn slechts belangrijke onderwerpen besproken. Deze belangrijke onderwerpen kwamen voort uit een eerste analyse van de deductieve semigestructureerde interviews met medewerkers van de gemeente Enschede. De situatie dwong ertoe inductief en zonder opnames interviews te voeren met de Dolphianen. Iets wat alsnog rijke informatie opleverde, en de Dolphianen hebben constant hun volledige medewerking gegeven. De beperking zit hem in het gebrek aan planning en een eerste globale schifting in door de onderzoeker aangewezen belangrijke onderwerpen.

Conclusie extern doel

Geëxtrapoleerd naar het grotere geheel lijkt het volgende waar te zijn: als burgerorganisaties veel verantwoordelijkheid krijgen door middel van de sociale hypotheek stijgt de throughput-legitimiteit naar gewenst niveau, maar zij moeten wel de draagkracht bezitten en juiste ondersteuning verkrijgen om deze verantwoordelijkheid te kunnen dragen. Een twijgje bestaande uit burgers net ontsproten uit de stam van de veilige verzorgingsstaat kan niet direct maatschappelijke taken overnemen, zeker niet als deze extra kwetsbaar is. Het is echter wel buigzaam, kan leren en met stabiele ondersteuning uitgroeien tot een betrouwbare tak van dienstverlening.

Nawoord

Het doel van deze scriptie voor mijzelf als auteur is enthousiasmeren. Ik heb met erg veel plezier gewerkt aan dit onderzoek. De potentie van de sociale hypotheek is net zo groot als diens bij elkaar opgetelde valkuilen. De Dolphianen zijn vallen en opstaan echter wel gewend, dus die tien jaar van aflossen door maatschappelijke activiteiten en effecten komt vast goed.

Bibliografie

Algemeen Dagblad, R. (2016, oktober 3). Komst omstreden azc Enschede afgeblazen. Opgehaald van Algemeen Dagblad: https://www.ad.nl/buitenland/komst-omstreden-azc-enschede- afgeblazen~af222fa0/

Architectuurgids. (2019, april 8). Dolphia. Opgehaald van www.architectuurgidsenschede.nl: http://www.architectuurgidsenschede.nl/objects/object00000065/

Bleijenbergh, I. (2015). Kwalitatief Onderzoek in Organisaties. Den Haag: Boom Lemma uitgevers. Bourdieu, P. (1984). Distinction: A Social Critique of the Judgement of Taste. Cambridge: Harvard

University Press.

Bovens, M. (2006). De diplomademocratie: over de spanning tussen meritocratie en democratie. B en

M : tijdschrift voor beleid, politiek en maatschappij, volume 33, issue 4, 205-218.

Brandsen, T., & Honingh, M. (2016). Distinguishing Different Types of Coproduction: A Conceptual Analysis Based on the Classical Definitons. Public Administration Review, 427-435.

Brandsen, T., & Pestoff, V. (2006). Co-production, the third sector and the delivery of public services: An introduction. Public Management Review, 8(4), 493-501.

De Vries, T. (2019, Mei 13). Persoonlijke communicatie. (R. Vulink, Interviewer) Eekelder, F. (2017). Ontwerp Plan "De Droom van Dolphia". Enschede: Eurus Advies. Enschede, G. (2017, januari 1). Nieuw Enschedees Welzijn. Opgehaald van enschede.nl:

https://www.enschede.nl/zorg-en-welzijn/sociaal-domein-053/nieuw-enschedees-welzijn Enschede, T. (2016, juli 1). Stadsdeelagenda Oost. Opgehaald van enschede.nl:

https://www.enschede.nl/sites/default/files/stadsdeelagenda-oost.pdf

Fledderus, J. (2015). Bereikt coproductie kwetbare burgers? Een analyse van belemmeringen voor kwetsbare burgers in drie fasen. Bestuurskunde Vrije Artikelen, 60-69.

Flyvbjerg, B. (2006). Five misunderstandings about case-study research. Qualitative Inquiry 12(2), 219- 245.

Hatenboer, J. (2019, April 16). Oriënterend gesprek. (R. Vulink, Interviewer)

Hobolt, S. (2015). The brexit vote: A divided nation, a divided continent. Journal of European Public

Policy, 23(9), 1259-1277.

Howlett, M., Kekez, A., & Poocharoen, O. O. (2017). Understanding co-production as a policy tool: Integrating new public governance and comparative policy theory. Comparative Policy Analysis:

Research and Practice, 487-501.

International, T. (2019, Januari 19). Corropuction Perceptions Index 2018. Opgehaald van Transparancy International: the global coalition against corruption: https://www.transparency.org/cpi2018 Klijn, E., & Koppenjan, J. (2004). Managing uncertainties in networks: a network approach to problem

solving and decision making. Londen: Routledge.

Kluijtmans, N. (2010). Gemeenten verspillen miljoenen met vastgoed. Tijdschrift Faciltair management

Kratochwil, F. (2006). On Legitimacy. International Relations Vol 20(3), 302-308.

Mees, H. L., Driessen, P. P., & Runhaar, H. A. (2014). Legitimate adaptive flood risk governance beyond the dikes: the cases of Hamburg, Helsinki and Rotterdam. Regional Environmental Change,

14(2), 671-682.

Movisie. (2015, december 8). De voordelen van de participatiesamenleving. Opgehaald van movisie.nl: https://www.movisie.nl/artikel/voordelen-participatiesamenleving

Mulder, F. (2019). Persoonlijke communicatie. (R. Vulink, Interviewer)

Osborne, S. P. (2006). The New Public Governance? Public Management Review, 377-387. Ostrom, E. (1996). Crossing The Great Divide: Coproduction, Synergy and Development. World

Development, 1073-1086.

Ostrom, E., Gardner, R., & Walker, J. M. (1990). The Nature of Common-Pool Resources. Rationality and

Society, 335-358.

Pawson, R., & Tilley, N. (2004). Realist Evaluation. British Cabinet Office Londen, 1-36.

Pestoff, V. (2006). Citizens and co-production of welfare services. Public Management Review 8 (4), 503-519.

Putters, K. (2018). Een lokaal sociaal contract: voorwaarden voor een inclusieve samenwerking.

Sociaal en Cultureel Planbureau, 1-59.

Scharpf, F. (1999). Governing in europe effective and democratic? Oxford: Oxford University Press. Schmidt, V. A. (2013). Democracy and Legitimacy in the European Union Revisited: Input, Output and

"Throughput". Political Studies: Vol 61, 2-22.

Schmidt, V., & Wood, M. (2019). Conceptualising Throughput Legitimacy: Procedural Mechanisms of Accountability, Transparency, Inclusiveness and Openness in EU Governance. Public

Administration, 1-25.

Sociaal Domein, T. (2015). Meerjarenvisie 2016-2019. Utrecht: Rijksoverheid.

Taylor, M., & Sondergaard, T. (2017). Unraveling the Mysteries of Case Study Research. Cheltenham: Edward Elgar Publishing Limited.

Tubantia. (2015, februari 17). Huiskamer van de buurt in De Kei van Dolphia. Opgehaald van tubantia.nl: https://www.tubantia.nl/enschede/huiskamer-van-de-buurt-in-de-kei-van- dolphia~aceef410/

Uyterlinde, M., & Van der Velden, J. (2017). Kwetsbare wijken in beeld. Den Haag: Platform31. Veerman, G., & Klein Haarhuis, C. (2009). Negen aanwijzingen voor wetsevaluatief onderzoek.

RegelMaat 24(4), 215-230.

Volbers, A. (2017). De Droom van Dolphia: Dynamische Ontwikkel Strategie. Enschede: Gemeente Enschede.

Volbers, A. (2019, Mei 15). Gesprek met Kwartiermaker over bewoners Dolphia. (R. Vulink, Interviewer)

Wimmel, A. (2009). Theorizing the Democratic Legitimacy of European Governance: a Labyrinth with No Exit? Journal of European Integration, 181-199.

Documenten voor de documentenanalyse

Eekelder, F. (2017). Ontwerp Plan "De Droom van Dolphia". Enschede: Eurus Advies.

Putters, K. (2018). Een lokaal sociaal contract: voorwaarden voor een inclusieve samenwerking.

Sociaal en Cultureel Planbureau, 1-59.

Uyterlinde, M., & Van der Velden, J. (2017). Kwetsbare wijken in beeld. Den Haag: Platform31. Volbers, A. (2017). De Droom van Dolphia: Dynamische Ontwikkel Strategie. Enschede: Gemeente

Enschede.

Vries, Tjalling e.a. (2017). Hypothecaire overeenkomst gemeente Enschede – buurtbewoners

Bijlage 1:

Hartenkreet […] Bewonerscommissie: Ik heb twee jongens, één van 26 en één van 16.

Toen mijn oudste zoon bij me kwam en zei: “je wordt oma”, zullen jullie nu wel denken dat ik erg blij zou zijn.

Ik zal jullie vertellen dat ik 9 maanden in angst heb geleefd of mijn kleinkind gezond ter wereld zou komen. Ik dank God dat mijn kleindochter gezond was en ik hoop nooit die angst weer te voelen. Maar die angst zit er weer en nu niet over mijn kleindochter maar over de kinderen van Dolphia. De kinderen komen met vragen “komen die kinderen (vluchtelingenkinderen) ook hier in het clubhuis?”

De kinderen zijn bang en dat doet mij veel verdriet en geeft mij angst wat er bij ons allemaal gaat gebeuren ( komst AZC).

Kunnen wij het als bewonerscommissie nog wel goed doen, want we moeten niet vergeten dat we zelf ook Dolphianen zijn.

Mijn vraag aan de gemeente en aan Jeroen is: “wat kunnen jullie op dit moment voor ons betekenen?

Bijlage 2:

Interviewprotocol

Introductie

Ik ben Ramon Vulink, Masterstudent Beleidsadvisering aan de Radboud Universiteit Nijmegen. In het kader van mijn Masterscriptie doe ik onderzoek naar coproductie binnen het sociale domein, en specifieker naar de sociale hypotheek in de buurt Dolphia.

Het huidige politieke en overheidslandschap schetst een beeld van een noodgedwongen, terugtrekkende overheid waardoor de maatschappij meer het heft in eigen moet nemen. Vandaar dat coproductie vaak wordt gezien als oplossing.

Coproductie gaat over burgers actief en direct betrekken bij publieke dienstverlening.

Throughputlegitimiteit gaat in die context over de kwaliteit van die interactie.

Mocht u een vraag niet duidelijk vinden of niet willen beantwoorden, kunt u dat melden. De informatie uit uw interview zal verwerkt worden in de analyse van de coproductieve relatie tussen de gemeente en de bewonerscommissie Dolphia.

Procedurele vragen:

 Resultaten geanonimiseerd?

 Interviewverslag en eventueel commentaar.  Opname en transcript.

Het inhoudelijke deel van het interview:

Vragenlijst

 Kunt u zichzelf introduceren?

 Welke rol heeft/had u bij de sociale hypotheekverlening?

 Wat wilde u in de eerste plaats bereiken met de sociale hypotheekverlening (outcome)?

Mechanismen

1. In welke mate is de toegang en invloed van burgers van Dolphia bij de gemeenteraad/wethouders veranderd door de sociale hypotheek?

2. Hoe goed is het reactievermogen van de gemeente Enschede op de inputeisen van de burgers over de vorming van de sociale hypotheek?

3. Hoeveel verantwoordelijk draagt de gemeente voor de output van de sociale hypotheek? 4. Hoe is de toegang tot informatie voor de burgers uit Dolphia over het

5. Hoe wordt gezorgd dat er een grote mate van inclusie wordt verzekerd?

a. Met andere woorden: worden alle bewoners afgezien van achtergrond bereikt? 6. Hoe wordt er gezorgd dat de kloof tussen wat de gemeente wil en wat de bewoners zelf

willen beslecht?

a. Met andere woorden: hoe wordt ervoor gezorgd dat zoveel mogelijk bewoners mee doen aan de sociale hypotheek?

Samenvatten

Randvoorwaarden Ostrom.

7. Is er helderheid over het aantal en wie coproduceren met de gemeente Enschede? 8. Op welke manier wordt er rekening gehouden met de context – de lokale omgeving?

a. Welke maatregelen hebben jullie daarbij gedaan? 9. Was er vanaf het begin een collectief overlegorgaan?

a. Op welke manier is deze vorm gegeven en komen alle partijen gelijk aan bod? 10. Welke vorm van toezicht is er, en is deze transparant en duidelijk?

11. Ligt de verhouding straf en overtreding in elkaars verlengde?

12. Als er conflicten zijn, blijft het buurthuis dan haar functie vervullen?

13. Hoe kan de bewonerscommissie zichzelf organiseren zonder inmenging van externe actoren zoals de gemeente?

14. Als het deel is van een groter systeem, moet elk facet lokaal geregeld worden. a. Is dat zo?

Samenvatten

Fledderus’ belemmeringen coproductie bij kwetsbare burgers

15. Op welke wijze is er sprake van zelfselectie door een gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel bij kwetsbare burgers.

16. Op welke wijze is er sprake van organisatieselectie door organisatorische onzekerheid en daarmee terughoudendheid door het te moeten samenwerken met kwetsbare burgers?

17. Wordt de betrokkenheid van de kwetsbare burgers bij de sociale hypotheek behouden? a. Op welke manie wel of niet?

18. Wordt het actieve burgerschap van kwetsbare burgers voorzien van stabiele ondersteuning? a. Op welke manier wel of niet?

Bijlage 3:

Codeboek

1: Algemeen

A: Nummer

Elk interview, participerende observatie en document krijgt een nummer.

B: Organisatie

Er zijn in dit verscheidene mogelijkheden.

Code Label

1 Gemeente Enschede

2 Bewonerscommissie Dolphia

3 Bewoner buurt Dolphia

4 Adviesbureau bewonersbedrijven

2: Mechanismen

C: Doeltreffendheid

Code Score Operationalisering

1 Hoog grote invloed op en veel

toegang tot grote delen van het politieke proces

2 Gemiddeld beperkte invloed op en

toegang tot slechts bepaalde delen van het politieke proces

3 Laag geen echte invloed op of

toegang tot het politieke proces

D: Verantwoordelijkheid

Code Score Operationalisering

1 Hoog grote invloed op en veel

toegang tot grote delen van de publieke dienstverlening

2 Gemiddeld beperkte invloed op en

toegang tot slechts bepaalde delen van de publieke dienstverlening

3 Laag geen echte invloed op of

toegang tot de publieke dienstverlening

E: Transparantie

Code Score Operationalisering

1 Hoog grote toegang tot veel

informatie over grote delen van het beleidsproces

2 Gemiddeld beperkte toegang tot slechts

bepaalde informatie en delen van het beleidsproces

3 Laag geen echte toegang tot

informatie over het beleidsproces

F: Inclusiviteit

Code Score Operationalisering

1 Hoog open uitwisseling van

argumentatie, discussie wordt gestimuleerd.

In document Een Lokaal Sociaal Contract (pagina 90-104)