• No results found

4. STRESS IN DE OPVOEDING – OPVOEDINGSPROBLEMEN

5.2.4. Pedagogische vorming/materiaal

Materiaal ter ondersteuning van de opvoeding—zoals boeken, brochures, tijdschriften, artikels of TV programma’s—worden door sommige ouders als ondersteunend ervaren en door anderen als extra druk in de opvoeding. Ouders vinden in dit materiaal tips om met hun kinderen om te gaan. Maar, net zoals sommige ouders zien dat de media hun kinderen onder druk zetten, vinden ze ook dat boeken, TV en andere media hen extra druk bezorgen: je moet het goed doen, er is een soort normatief beeld van hoe je een kind moet opvoeden en als je als ouder niet aan dat beeld voldoet, dan heb je gefaald.

Dit sluit aan bij wat we al een paar keer aangehaald hebben, met name dat opvoeding vaak gezien wordt als éénrichtingsverkeer van ouders naar kinderen. Als je een dergelijke redenering aanhoudt—als je dit doet dan bekom je dat bij je kinderen—dan krijg je van de weeromstuit dat ouders bij wie het niet lukt zich schuldig gaan voelen. Ik doe wat er in de boekjes staat, het lukt niet, dus ik ben geen goede ouder, is dan de redenering. Het gaat vaak om onbedoelde effecten van goed bedoelde opvoedingsboodschappen. Om dit te vermijden is het belangrijk dat in pedagogisch materiaal dat ondersteunend wil zijn voor ouders aandacht besteed wordt aan de complexe beïnvloedingsprocessen die plaatsvinden in gezinnen. Samen leven in gezinnen is complexer dan enkel de invloed van ouders op kinderen. Kinderen zijn geen passieve ontvangers van de invloed van hun ouders. Aandacht voor de rol van kinderen is daarom heel belangrijk.

Dezelfde dialectiek geldt voor het aanbod van De Gezinsbond: Brieven aan Jonge Ouders, BOTsing, De Bond, .. worden door vele ouders positief onthaald, terwijl andere ouders zich niet herkennen in wat er aangebracht wordt. Hier is het belangrijk stil te staan bij het feit dat een boodschap altijd boodschapwaarde heeft voor alle mensen die de boodschap lezen. Vele boodschappen kunnen onbedoelde effecten hebben. Sommige ouders herkennen zich in een boodschap, terwijl andere ouders zich niet aangesproken voelen. Het is dan ook belangrijk bewust te zijn van de mogelijke effecten die een boodschap kan hebben op verschillende ouders.

Pedagogisch materiaal zoals programma’s op TV of boeken als steun:

- Ik heb een boek gelezen van, hoe noemt hij, van Mars en Venus. Ik vind die super. Dat is echt mijn bijbel. Ik doe dat wel niet allemaal letterlijk, dat gaat niet.

Maar ik ben daar wel mee begonnen vanaf nul jaar en dat maakt ook wel een verschil denk ik. Hij begint met van alles te smijten, dan pak ik hem gewoon op, dan zet ik hem in dat park, in negeer hem straal voor een minuut of twee. En dat is echt zoals het beschreven staat.

- Ik heb een cursus getuigschrift voor pedagogische bekwaamheid gedaan. En er was daar een vak in, opvoedkunde en ik vond dat heel interessant. Eigenlijk vind ik dat iedereen zou dat moeten krijgen. Iedereen die ouder wordt, wat ze daar geven, zou dat moeten krijgen

- Wij lezen ook wel nog eens af en toe een boek over opvoeding. Soms vind ik dat wel nuttig. Daar staan enkele tips in voor kleuters die wel handig kunnen zijn - Wij kijken af en toe opvoedingsprogramma’s. Ik weet dat er hier niet veel

mensen TV kijken, maar wij doen dat wél. Huisje Weltevree of zo. Dat zijn dan wel allemaal zware gevallen, maar ge leert daar wel uit

Pedagogisch materiaal zoals programma’s op TV of boeken als last:

- Wat ik moeilijk vind is doen wat er in de boekjes staat. Ge kijkt naar supernanny, ge kijkt naar dit en dat en ge leest die boeken… maar als ge der dan zelf voorstaat en uwen kleinen zich op de grond gooit en niet wil gaan slapen? Goh, ja. Dan sta je daar toch

- Ik vind ook wel daar al die programma’s en al die boeken en zo… de druk om van die perfecte kinderen af te leveren wordt wel groot. En als het niet goed gaat, is het wel de mama die het niet goed doet. Ge hebt daar heel veel aan, maar doordat dat voor iedereen zo toegankelijk is en door de maatschappij

- Ik mis ook wel een beetje vertrouwen van mensen rondom mij. Ge doet het sowieso wel goed, vertrouw een beetje op uw instinct als moeder,dat mis ik zo.

Positief over aanbod van De Gezinsbond:

- Maar als er voordrachten waren, georganiseerd door de Gezinsbond, dan ging ik daar naar toe.

- Ge kunt daar ook iets van leren.

- Ook het tijdschrift, brieven voor aan ouders: ik vind dat heel goed, ik lees dat van de eerste letter tot de laatste

- In brieven aan jonge ouders, daar staan veel realistische dingen in, praktische ervaring en zo

- En dat dagboek in de bond, ik vind dat goed

- Het is een tijdje geleden, toen ik met een baby zat, had ik heel veel nut aan de boekjes van de Gezinsbond die zeiden wat ge allemaal mag verwachten aan die leeftijd aan zoveel maanden aan zoveel maanden.

- Ik vind wel hun blaadje zeer goed. Ook in het algemeen hun verenigingsleven, ik heb daar veld door leren kennen. Ik vind het wel een brede kijk op het maatschappelijke en een niet opgedrongen wijze

- Het krantje. Ik lees dat soms.

- Ik bekijk dat

- Ik heb de discussie over echtscheiding de laatste maanden in den bond zo’n beetje gevolgd. Met de opmerkingen van die professor en de lezersbrieven vind ik altijd zo boeiend

- BOTsing, ik geef dat aan mijn kinderen - Ja, mijn kinderen lezen dat

- Dat ligt bij ons op het toilet

Opmerkingen over aanbod van De Gezinsbond:

- Inhoudelijk vind ik die brieven aan jonge ouders okay, maar qua lay-out mag het wel verjongen

- BOTsing vind ik wel een druk blaadje. Ik moet altijd zoeken naar de structuur - Ja, de lay-out is een beetje hip en ik ben daar ook niet goed in. Ik vind het een

beetje overdreven. Moet ge daar dan in mee gaan?

- De bond vind ik te weinig kritisch ook, naar de standaard. En moet ge daar in mee gaan? Ik heb een artikel gelezen rond kinderen met ADHD. En die medicatie, dat moest zeker met tussenkomst van het ziekenfonds, terwijl heel wat kinderen het krijgen die het niet echt nodig hebben, want het past in het kader van kinderen moeten kunnen presteren en moeten in het schema van de ouders passen.

En dat is zo één voorbeeld van wat ik vond dat ze veel te weinig kritisch zijn

- Het dagboek, ik ben altijd op zoek naar een stuk herkenbaarheid. Maar dat gaat over mensen die naar Zuid-Amerika en op cursus naar hier. En ik denk dan ik ben ook wel eens blij als ik weg kan, maar ik zit wel 51 weken op een jaar tussen de was en de plas en kinderen die het soms wel eens uithangen. Ik herken mezelf daar heel weinig in

- Ik zit niet in een alledaagse relatie en als ik al eens iets lees over een geweldig leeftijdsverschil, dan gaat het meestal over carrière mensen die een jonge vrouw hebben die op rozen zit. Ik moet echt wel gaan werken en ik doe ook mijn strijk zelf. Die dingen. En die realistische verhalen, positieve, want daar zitten ook moeilijkheden.

- En over het hele cultuurverschil, daar heb ik nog nooit iets van terug gevonden