• No results found

61 P: Vanaf het begin eigenlijk.

O: Ja.

P: Ja, als je het echt precies wil weten, zou ik het echt moeten uitzoeken, als ik het mag gokken.. zijn het er denk ik, zijn het er gemiddeld zo’n vijf per jaar en dat sinds 2012.

O: Dat is voor ons al wel voldoende, dat is genoeg inzicht. P: Ja. Dus dan weet je het wel, hè.

O: En hoeveel overige cliënten begeleidt u dan die niet vitaliteitscoaching volgen? P: Gemiddeld iets van 30 in het jaar.

O: Oké, dat zijn er wel aardig wat. Kunt u iets vertellen over uw coachtraject? Wat u met de cliënten doet?

P: Ja, dat is heel verschillend. Ik kan eigenlijk niet een algemeen verhaal vertellen. Het gaat over Werk fit, hè? Het gaat niet over Naar werk.

O: Nee.

P: Met name bij Werk fit is het heel erg afhankelijk waar iemand behoefte aan heeft, dus op het moment dat het een soort, ja, een makkelijke Werk fit, daar hebben we er niet heel veel van, gelukkig, een standaard Werk fit, bestaat eigenlijk uit een persoonlijkheidstest en een beroepskeuzetest. Meestal iets van vijf gesprekken die dan de persoonlijkheidstest en beroepskeuzetest verder uitdiepen en vervolgens maken we dan de stap richting arbeidsmarkt. Dus vanuit die beroepskeuzetest halen we heel concreet de zoekrichting vanuit de persoonlijkheidstest meer de werkomgeving waar iemand gezond en duurzaam weer terecht kan. En op basis daarvan gaan we dan bepalen van hoe gaan we de arbeidsmarkt benaderen. En dat kan dan zijn, afhankelijk waar iemand dan aan toe is, met hele kleine stapjes, vrijwilligerswerk en dat kan je dan ook weer in grotere en kleinere stappen doen, met een stageplek, werkervaring plek of een proefplaatsing. En dat is eigenlijk ook een beetje de volgorde van het wordt steeds serieuzer. Een proefplaatsing heeft als doel om uiteindelijk ook betaald werk ook te krijgen, dus op het moment dat iemand dat kan gaan doen, is die eigenlijk ook al klaar om betaald aan het werk te gaan.

O: Oké.

P: Dus dat is het heel globaal en ja, hoe lang dat duurt en wat er precies in die stappen gebeurt, dat is heel erg van persoon tot persoon verschillend.

O: Oké. Nee, dat begrijp ik. Maar op zich wel een goede beschrijving. Oké. Kunt u iets zeggen over het gevoel dat u had bij een cliënt die vitaliteitscoaching onderging?

P: Bij de intake bedoel je of terwijl die met de vitaliteitscoaching bezig was? O: Doe maar eerst bij het begin en daarna tijdens het coachtraject.

P: Oké. Bij het begin, de intake, ik doe eigenlijk alle intakes. Dus ik zie eigenlijk alle cliënten als eerste om dan ook te kijken van wat is er nodig. Als vitaliteitscoaching aan de orde is, merk je eigenlijk al bij de intake dat iemand heel moeilijk zijn dag structuur kan vinden. Of dat er iets zit rondom voeding, ik heb ook wel eens mensen heel duidelijk met overgewicht. Daar zit dan ook al een aanknopingspunt om het over vitaliteitscoaching te hebben of mensen die aangeven dat ze moeilijk de deur uitkomen, maar dat wel weer graag zouden willen, maar zichzelf daar moeilijk toe kunnen zetten. En wat ik dan ook altijd aangeef van het grootste verschil tussen re-integratie coaching en vitaliteitscoaching is dat de vitaliteitscoach bij jou thuis komt en de re-integratie coaching vindt op kantoor plaats. Op moment dat iemand ook nog echt in de thuissituatie stappen moet zetten, om gewoon zijn leven gewoon goed geregeld te kunnen krijgen, zeg maar en dat draait vaak om gezond eten en om bewegen, dan wordt vitaliteitscoaching ingezet en dan krijg je dat bij een intake al heel snel omhoog (T1).

62

P: Ja, zeker, want meestal is het zo, niet altijd, maar in de meeste gevallen wel dat Gregie dan eerst met de cliënt aan de slag gaat en zij rapporteert dan en dan zie ik in de rapportages welke stappen er gemaakt zijn en Gregie zegt dan op gegeven moment van nou we hebben het nu over

vrijwilligerswerk, cliënt is nu toe aan een stap richting de arbeidsmarkt en dan, dan steekt de re- integratie coach in. En soms gaat dan ook nog een tijdje samen op en soms is het ook dan dat Gregie het afsluit en doet ze alleen nog nazorg in de zin van dat ze nog een aantal keer telefonisch contact heeft of nog een keer een afspraak maakt, maar met een langere tijd ertussen en dan neemt de re- integratie coach het over. En dan merk je inderdaad, dan merk ik altijd dat er wel belangrijke stappen gezet zijn in die periode en dat zit vooral toch in structuur (T3).

O: En dat draagt bij aan het Werkfittraject? Het weer teruggaan naar werk zeg maar. P: Ja. Ja.

O: En heeft u dan wel eens een ander gevoel bij cliënten die geen vitaliteitscoaching hebben gehad? P: Nee, want het is eigenlijk altijd zo, stel dat het tijdens de intake niet omhoog komt en het komt toch gaandeweg het traject, blijkt toch van hé, we proberen stappen te zetten, maar het loopt toch telkens vast dat iemand niet uit zijn bed kan komen bijvoorbeeld of dat iemand zelfs op de afspraken hier niet komt. Dan wordt alsnog die vitaliteitscoaching ingezet. En Gregie is gewoon, omdat die, ja Gregie, gewoon de vitaliteitscoach, omdat zij thuiskomt, zit ze veel dichter op iemand en ja dat is ook veel confronterender, maar dat werkt wel heel goed (T3).

O: Ja, dat hebben we ook al wel een beetje gehoord van de cliënten, dat zij dat confronterend, maar wel heel fijn vinden dat dat thuis gebeurt.

P: Ja, ja precies ja.

O: Oké. Dan de volgende vraag. Hoeveel inspraak geeft u uw cliënten in uw coachtraject?

P: Heel veel. Eigenlijk is het hun coachtraject, dus zij bepalen eigenlijk hoe het coachtraject eruit moet zien. Natuurlijk wel met in het oog, waar werken we naartoe, dat is ook een soort commitment wat we aan het begin maken, hè. Dat we het erover eens zijn van nou wat is ons doel. Heel globaal is dat natuurlijk Werk fit worden en naarmate het traject dan vordert vul je steeds verder samen in van hoe bereik je dat dan. En als binnen die doelstellingen een cliënt aangeeft van, nou bij wijze van spreken, ik wil graag een keer meelopen met een schildersbedrijf, terwijl ik zoiets heb van nou ja weet niet of dat nou zo geschikt is en of je dat wel fysiek aankunt, maar dan heb ik nog steeds zoiets van nou ja ga dat maar doen, want ja dat kan ik wel zeggen, maar je kunt het beter zelf ondervinden. Dus in principe hebben ze veel te zeggen over hun eigen traject. Heel veel.

O: Oké. En merkt u dat de cliënten daar goed op reageren? P: Ja. Ja, absoluut.

O: U zei net al dat Gregie eigenlijk altijd bij de mensen thuiskomt, hoe ziet de fysieke omgeving er in uw coachtraject uit?

P: Kantooromgeving. Ja jullie zijn hier geweest, hè. Het is een huiselijke kantooromgeving, omdat het vrij klein is. Het gebouw is niet klein, maar het is niet met heel veel mensen en heel veel.. het is rustig, er is hier vaak een hond, het is wandelen in het bos, er is hier een bos, het is, ja. Mensen ervaren het, als mensen hier voor het eerst komen, staan ze hier voor de villa en hebben ze zoiets van ‘oh, komen we nou terecht?’, maar als ze dan eenmaal binnen zijn, dan voelen ze gewoon de huiselijkheid en dat wordt wel als heel prettig ervaren.

O: Oké. Wat vindt u van de fysieke omgeving van vitaliteitscoaching? Wat vindt u ervan dat Gregie thuiskomt bij die mensen?

P: Ja, prima, prima. Dat is ook absoluut noodzakelijk, dat moet (T2).

O: Oké en merkt u dan ook verschil tussen de cliënten die dan thuis worden bezocht en die naar het kantoor moeten gaan? Of merkt u daar niet zoveel verschil tussen?

63

P: Nou ja, als iemand die vitaliteitscoaching nodig heeft en ze komen daarna hier, dan merk je wel gewoon dat het lijntje met Loopbaanlink, is dan wel heel stevig gelegd, dus dat komt wat dichterbij. En op het moment dat iemand geen vitaliteitscoaching heeft, maar puur re-integratie coaching, dan duurt het vaak wat langer voordat er een echte verbinding en vertrouwensband is (T2). Dat is een wat zakelijkere relatie die je dan hebt.

O: Oké. Even kijken, de volgende vraag. Merkt u iets of wat heeft u gemerkt van de verschillende onderdelen van vitaliteitscoaching bij de cliënten? En dat kan dan beweging of voeding of dag structuur… merkt u daar iets van?

P: Ja, wat mij opvalt is dat de meeste cliënten vooral het stukje planning, het maken van een planning voor je dag, of voor het sporten of voor het eten, beetje afhankelijk van wat nodig is, gewoon het planmatige werken wat Gregie ze aanleert, dat ze dat heel prettig vinden (T2).

O: Oké.

P: En dat ze dat ook elke keer weer terugpakken, want ik heb verschillende cliënten die dan een half jaar bij Gregie zijn geweest en dan nog een half jaar bij mij en die dan verlenging krijgen in hun traject dus dan bijna anderhalf jaar nog bij mij zijn, dan merk ik ook dat in die periode, als het dan even wat minder gaat, dan pakken ze dat stukje, wat Gregie ze dan geleerd heeft van nou wat doe je ook al weer als je het even kwijt bent, dat ze dat heel makkelijk terug kunnen pakken (T3).

O: Oké, dus voornamelijk de dag structuur. P: Ja.

O: Oké. En merkt u ook iets aan het zelfbeeld van de cliënten? Ziet u dat veranderen?

P: Ja, ja wel met ups en downs, hoor. Ik merk wel dat, ja met ups en downs, op het begin geeft dat vaak echt een boost en dan, maar ja gedurende de periode dat ze dan in een traject zitten, zie je dat soms wel weer wegzakken en dan moeten ze het weer terugpakken, maar dat hoort er ook bij. Dat mag je ook eigenlijk niet verwachten dat dat in een keer goed zou gaan (T1).

O: En merkt u dan ook verschil met cliënten die geen vitaliteitscoaching hebben gevolgd?

P: Ja, maar dan moet ik ze eigenlijk niet vergelijken met UWV cliënten, want op het moment dat zij vitaliteitscoaching nodig hebben, krijgen ze dat. Dan moet ik dat eigenlijk vergelijken met ander soort cliënten waarvoor er geen ruimte is voor vitaliteitscoaching en ja dan zie ik echt wel het verschil dat je die groep cliënten minder duurzaam een plekje op de arbeidsmarkt kunt geven. Het blijft toch

oppervlakkiger. En dat vind ik heel jammer, maar ja in sommige trajecten is het gewoon niet anders (T2).

O: Oké en dan heb ik hier ook nog een vraag, maar daar hebben we het eigenlijk best al wat over gehad, kunt u de verschillen opnoemen die u merkt tussen cliënten die wel vitaliteitscoaching hebben gevolgd en de cliënten die geen vitaliteitscoaching hebben gevolgd? Dat zei u net eigenlijk al, het zelfbeeld en de dag structuur. Hoort daar nog wat bij?

P: Nou dat zelfbeeld is wel een hele belangrijke, want ik merk echt wel aan cliënten die

vitaliteitscoaching hebben gevolgd als ze hier komen dat ze echt hebben geleerd om in de spiegel te kijken en om heel eerlijk naar zichzelf te zijn.

O: Oké.

P: Dus dat is echt wel.. en dan pakken ze ook wel echt de tools die Gregie ze dan leert als het weer even wegzakt om weer even een stukje structuur of planning terug te pakken, maar de basis van een stukje steviger in de schoenen staan die is wel heel duidelijk gelegd.

O: Ja, oké. Oké, dat is dan duidelijk. Dan hebben we ook eigenlijk alle vragen van het onderzoek gehad.

64

O: Zijn er verder nog opmerkingen die u wilt plaatsen over vitaliteitscoaching?

P: Nou eens even denken. Nee, ik zou het niet willen missen. Ik vind het een hele belangrijke. Ja je weet het, we hebben natuurlijk ook de energetische coach, de budget coach en soms ben je wel een beetje aan het zoeken van wat hoort nou waarbij, maar meestal is vitaliteitscoaching wel heel helder waar dat zit en de duidelijkheid waarmee Gregie dat doet en dat zul je dan misschien ook wel van de cliënten gehoord hebben, is het heel confronterend en ik organiseer ook altijd eerst van, is er een klik? Als er een intake geweest is, hebben ze altijd eerst een intake bij Gregie ook om te kijken of de klik er is. Volgens mij heb ik nog nooit gehad van nou toch maar niet, maar wat ik wel eens terugkrijg gedurende een traject is dat cliënten zeggen van, phoe we worden wel stevig aangepakt. Gregie is wel gewoon heel duidelijk en dat is waardevol, want dat moet ook.

O: Oké. Dan hebben we het onderzoek gehad. Bedankt voor uw antwoorden daarvoor in ieder geval en dan wil ik u nog een fijne dag wensen.

P: Wat wordt er met de resultaten eigenlijk gedaan?

O: Wij maken resultaten uit de ervaringen en ons onderzoek is uiteindelijk bij Loopbaanlink te vinden. P: Oké, top, dan zie ik het wel tegen die tijd.

O: Harstikke bedankt en nog een fijne dag! P: Doei.

O: Doei. Professional 6 O: Hoi!

P: Hallo dames.

O: Mogen wij het gesprek opnemen? Dan typen we het gesprek uit en verwijderen we de audio weer. De gegevens zullen we anoniem verwerken.

P: Ja, hoor.

O: Ik zit in een rustige, afgesloten ruimte. Wilt u dat ook doen? P: Ja, ga ik doen. Wacht even, hoor.

O: Ja, goed, geen probleem. Ik zal trouwens alleen aan het woord zijn voor de betrouwbaarheid. P: Oké, ja begin maar.

O: Hoeveel cliënten heeft u begeleid die vitaliteitscoaching hebben gevolgd?

P: Oeh, dat moet ik even gaan kijken, ik pak even mijn computer erbij. Die had ik natuurlijk niet zo snel paraat hè. Even kijken, vierentwintig.

O: Oké, kunt u iets vertellen over het coachtraject.

P: Ja, toen ik in het begin ben gestart, deed ik voornamelijk vanuit de leefstijlcoaching. Omdat ik die toen had gevolgd via de HAN. Dus waar ik me toen voornamelijk mee bezig hield is voeding en bewegen. En eigenlijk gaande weg heb ik me gespecialiseerd op het metalen vlak waardoor ik ook stress, coaching en burnout coaching ben gaan combineren daarin. Dan heb je het over vitaliteit en je ziet ook eigenlijk. Dat is best wel een hot item, dat is aan het begin, ze hadden het alleen maar over leefstijl en dat is langzaam over gegaan in vitaliteit. Want we hebben gezien dat het mentale vlak, voornamelijk ook bij de UWV trajecten heel erg groot is, meer van vijftig procent. Dat kwam dan ook uit jullie gegevens. Ja dan zie je dat die combinatie met de psychische kant, in combinatie met dus structuur en voeding en bewegen dus belangrijk is. Ja.

65

O: Oké, kunt u iets zeggen over het gevoel dat u had aan het begin van vitaliteitscoaching?

P: Ja, zeker bij mijn eerste. Want dat was helemaal spannend natuurlijk en ik was gewend vanuit de opleiding standaard cliënten te hebben die niet zo zware problematiek hadden. En de eerste cliënt die ik had, had een zeer zware problematiek. Die had een verslaving achter de rug. Wat al wel

gestabiliseerd was, had een scheiding achter de rug en had net een nieuwe woning en was eigenlijk weer starten om zijn leven weer op te pakken en toen kreeg zijn broer die kreeg kanker. Hij moest vanuit het UWV toch weer aan de slag. Dat was voor mij een hele heftige, dat ik dacht van oké. Die man had helemaal geen structuur, at heel slecht, dus wat dat betreft ben ik gewoon aan de slag gegaan met de handvaten die ik had vanuit de opleiding.

O: Oké. Kunt u ook iets zeggen over het gevoel dat u had bij de cliënten van vitaliteitscoaching? P: Ja wat ik je al eerder had aangegeven, elke cliënt is uniek, elke situatie is weer uniek. Ik kan daar wel een duidelijk twee splitsing in zetten tussen de WIA cliënten en de Wajong cliënten die ik heb gehad. De WIA cliënten zijn vaak mensen die vanuit een live event, die ze hebben meegemaakt, en te veel werkdruk maar ook een stukje persoonlijke zaken. Zoals iemand die bepaalde persoonlijke eigenschappen heeft die burn-out in de hand nemen. Is dat je ziet dat die combinatie bij WIA heel snel gemaakt wordt. En dat het heel mooi is, dat je deze mensen in een redelijk termijn, altijd weer op het punt krijgt van oké ik ben klaar om met een loopbaanadviseur aan de slag te gaan, waar mijn krachten zitten, waar ik goed in ben wat ik leuk vind. Om dat traject te starten. Bij Wajongers is dat echt wel een ander verschil. Die hebben al een afstand tot de arbeidsmarkt, maar worden wel verwacht dat ze iets van vrijwilligerswerk gaan doen, of zich in ieder geval, dat ze op die arbeidsmarkt iets gaan doen. En dat wordt die eisen niet heel sterk gesteld, maar wel dat ze aan het werk gaan. Maar voor hen is het best een klunst om dat al voor elkaar te krijgen. En je ziet bij deze Wajong mensen dat je heel veel bezig bent met structuur (T2). Eigenlijk meer met leefstijl, omdat dat stukje echt ook psyche en hoe zit je in elkaar en dat is voor hun vaak heel erg moeilijk. Omdat ze toch beperkingen hebben. Het vraag een andere manier van coaching. Zeg maar benadering.

O: Ja, oké. Veranderd uw gevoel bij een cliënt die vitaliteitscoaching ondergaat? Kan je dan Wajong en WIA weer van elkaar afsplitsen? Als dat makkelijker is.

P: Dat ligt per traject er aan, moet ik zeggen. Het is heel wisselend. O: Oké. Hoeveel inspraak geeft u uw cliënten in het coachtraject?

P: Eigenlijk alles, honderd procent. Zij, het eerste gesprek wat we hebben, als ik die vragenlijst nemen we door. En ik vraag wat zij van mij verwachten wat zij van het traject verwachten. Wat willen ze van mij? Vanuit coaching moet het vanuit hun zelf komen. Het enige wat ik doe is eigenlijk hele open vragen stellen vaak, en ik laat ze praten. En ik neem constant dingen in me op, zo’n coachtraject is heel inspannend. Ook voor de coach zelf, want je moet ontzettend goed luisteren. Want als je al iets hoort, van hè dit is een haakje om aan te hangen om iets mee te doen, dan pak ik dat terug. Dan vraag ik door door door door. Dus ja het moet gewoon honderd procent van die gene komen.