• No results found

De organisatie van een nieuwe behandelingsgroep .1 Achtergrond

Willem de Haas, Klaartje van Hest

2.2 De organisatie van een nieuwe behandelingsgroep .1 Achtergrond

Goede matching van het aanbod bij de hulpvraag levert de best werkzame groepen op. Het organiseren van een groepsbehandeling kan gestuurd worden door de vraag of de

kenmerkende problematiek van de doelgroep (vraaggericht) of door het beschikbare aanbod (aanbodgericht). Bij aanbodgerichte zorg zijn de contra-indicaties strikter, bij vraaggerichte zorg zijn deze relatiever. Beide wijzen van organiseren hebben voor- en nadelen. Jongerius (1993) stelt dat het beter is te bedenken welke groep bij een specifieke cliënt past in plaats

van welke cliënt bij een bepaalde groep past, zoals in het verleden gebruikelijk was. Dit vraaggerichte organisatiekundige principe sluit ook goed aan bij het doelgroepgerichte denken en organiseren van de huidige gezondheidszorg (Van Andel, 2008; Sebregts 2007).

Gezien deze ontwikkeling heeft het vraaggerichte uitgangspunt de voorkeur. Echter, deze sluit nog niet altijd aan bij de praktijk van alledag, waar cliënten om pragmatische redenen (bijvoorbeeld beschikbaarheid van het personeel, of wetenschappelijk onderzoek) gezocht worden bij het bestaande aanbod aan groepsbehandeling.

Een ander belangrijk aspect van de organisatie van een groep is de concreetheid ervan. In de organisatiekunde spreekt men bij het organiseren van een kleine groep of een team van het design, waarmee de logische opbouw ervan wordt bedoeld (Bellerby, 2017). De

organisatiekunde en de groepsdynamica leren ons om zo logisch en concreet mogelijk te werk te gaan: helder de doelgroep in kaart brengen en vervolgens zo concreet mogelijk het aanbod beschrijven en organiseren (Kor, et al., 2008; Hart, 2017; Schwaninger, 2007;

Bellerby, 2017). De groepsdynamica helpt ons bij de praktische stappen van het organiseren van een groep. Dankzij de groepsdynamica (Bales, 1950; Remmerswaal, 2006; De Haas, 2008) weten we dat aan een groep een taak- en procesaspect is te onderscheiden. De taak staat voor de doelgerichte organisatie van de groep, het proces vertegenwoordigt de dynamische structuren die voortkomen uit de spontane interacties tussen de

persoonlijkheden. Dit fundamentele onderscheid tussen taak en proces helpt ons bij het formuleren van de stappen voor het organiseren van een (nieuwe) groep.

Hieronder werken we die stapsgewijze organisatie in de praktijk verder uit.

2.2.2 De praktijk

De effectiviteit van een groepsbehandeling staat of valt bij een duidelijke organisatie en voorbereiding (Van der Stel, 2002; De Haas, 2017; AGPA, 2007; Scott Rutan, 2014;

Burlingame et al., 2013). Daar is een aantal redenen voor. Ten eerste een algemene reden:

een groep is een veel complexer behandelinstrument vergeleken met de individuele behandelsituatie. Zes tot twaalf deelnemers, één of twee behandelaren, een wirwar van onderlinge interacties en spontane processen maken een groepsbehandeling op het eerste gezicht vaak onoverzichtelijk. Een duidelijke organisatie heft dat nadeel op. Ten tweede: hoe duidelijker de groep is georganiseerd hoe makkelijker en vaak effectiever een cliënt van de groep kan profiteren. Meedoen aan een groep is voor de meeste cliënten spannend, en een duidelijk doel en inzichtelijke werkwijze maken de groep toegankelijker en veiliger voor een cliënt. Om een groep succesvol te organiseren is het dus raadzaam om zo concreet mogelijk te zijn.

Een nieuwe behandelingsgroep organiseren doe je door concrete vormgeving in twee fasen:

eerst op papier, daarna bij de voorlichting als de groep start. Hieronder beschrijven we hoe die twee fasen in de praktijk worden uitgevoerd.

2.2.2.1 Fase 1: De organisatie van een nieuwe groep op papier

De Haas (2008) beschrijft een zesstappenplan voor de organisatie van een behandelgroep.

Een stappenplan is niet meer en niet minder dan in logische volgorde de treden van de taakorganisatie van een groep zo duidelijk mogelijk beschrijven. Met deze zes stappen kan een design voor elke soort behandelingsgroep gemaakt worden (Bellerby, 2017). De eerste trede begint met het belangrijkste onderdeel, namelijk de beschrijving van de doelgroep waarvoor de groep wordt opgericht. Daarna volgen treden die allen zo concreet en consequent mogelijk moeten worden ingevuld. Zo ontstaat een samenhangende taakorganisatie van de groep waarvan de onderdelen elkaar in synergie opvolgen en versterken, waardoor de kans op succes wordt geoptimaliseerd.

1. De doelgroep

Bedenk voor welke doelgroep van cliënten de groep moet dienen, en beschrijf die doelgroep zo duidelijk mogelijk. Omschrijf de centrale klacht of hulpvraag die kenmerkend is voor deze doelgroep. Maak daarbij duidelijk waar de grenzen om de doelgroep liggen. Wat zijn de inclusiecriteria en exclusiecriteria.

2. Algemene groepsdoelen

Formuleer concrete, realistische, algemene doelen voor de behandeling van de groep. Als de groep succes heeft, wat hebben de (meeste) cliënten dan bereikt?

3. De groepsbehandelingsmethode en de werkwijze

Maak duidelijk welke behandelingsmethode (bijvoorbeeld Schemagerichte

groepstherapie) wordt gehanteerd om de groepsdoelen te bereiken. Wees helder over de werkwijze (bijv. gesloten groep van maximaal één jaar, met wekelijkse

bijeenkomsten van 1 ½ uur), en over wat van de behandelaren kan worden verwacht.

4. De taak van de deelnemers

Wees duidelijk wat van de deelnemers wordt verwacht bij de gekozen behandelings-methode.

5. Individuele doelen

Geef aan hoe de individuele doelen worden opgesteld.

6. Resultaat

Maak duidelijk hoe het resultaat van de groepsdoelen en de individuele doelen worden geëvalueerd. Noem de eventueel gebruikte meet- of evaluatie-instrumenten.

2.2.2.2 Fase 2: De start van een nieuwe behandelingsgroep

Een duidelijke organisatie van de behandelingsgroep op papier is een ideale uitgangspositie voor het tweede deel van de organisatie van de groep, namelijk de voorlichting over de werkwijze van de groep bij de start.

Naast individuele voorlichting tijdens de selectieprocedure (zie hoofdstuk 3) is voorlichting aan de hele groep zeker zo belangrijk. Bij een nieuwe groep is het aan te bevelen bij de start opnieuw de cliënten uit te leggen wat de centrale bedoeling van de groep is (Hart, 2012), wat de behandelaar hoopt met de groep te bereiken (het doel van de groep), welke behandelmethode wordt gebruikt, wat daarbij van de cliënt wordt verwacht (de taak), en wat belangrijke spelregels zijn, zoals bijvoorbeeld vertrouwelijkheid en aanwezigheid. Zoals de logische organisatie van de groep eerst op papier is gezet, wordt deze nu bij de start van de groep opnieuw overgebracht. Dit startritueel heeft een aantal belangrijke voordelen. In de eerste plaats verschaft het de nieuwe deelnemers de nodige duidelijkheid over wat van de deelnemers wordt verwacht, waardoor de angst voor de groep afneemt en de activiteit van de deelnemers sneller op gang komt. Ten tweede geeft de informatie over wat de groep kan bereiken hoop op verbetering, die de motivatie van de deelnemers kan stimuleren. Ten derde is deze concrete uitleg een mooie gelegenheid om het contract over de taak en spelregels met alle cliënten bij elkaar nog eens te bevestigen (Kauff, 2015; De Haas, 2008).

Tenslotte heeft dit alles bij de startende groep ook meteen een samenbindend effect wat goed is voor het op gang komen van de groepscohesie en therapeutische normen (De Haas 2008).

Bij de entree van een nieuw groepslid in een bestaande groep is het zeer nuttig deze uitleg over de resultaten van de groep en wat de deelnemers moeten doen (en niet doen) als rituele start te herhalen. Het geeft het nieuwe groepslid de noodzakelijke duidelijkheid en helpt hem om in de groep opgenomen te worden. In een ervaren groep kunnen de

deelnemers deze uitleg voor hun rekening nemen, eventueel aangevuld met informatie door de groepsbehandelaar.

Soms is het aan te bevelen en ook mogelijk om een groot deel van de voorbereiding te doen in een aantal groepsgesprekken voorafgaand aan de start (pré-therapie).

2.3 De organisatie van groepsbehandeling in een instelling