• No results found

De onderhandelingen in januari

In document Indië verloren, rampspoed geboren? (pagina 60-68)

Hoofdstuk 4 Linggadjati

4.4 De onderhandelingen in januari

Toen de CG terugkwam in Indonesië, bleek dat de motie Romme/Van der Goes het zeer moeilijk maakte om het akkoord rond te maken. De Republiek weigerde in te stemmen met een eenzijdig door Nederland ingekleurde versie van de overeenkomst en wilde alleen akkoord gaan met de versie van ‘Linggadjati’ waar zij haar paraaf onder had gezet. Voordat dit nieuws echter bekend werd, zou de aandacht van de kranten eerst worden getrokken naar de situatie op Medan. Na een toespraak op de radio van de Republikeinse opperbevelhebber

138

Daalder, Vier jaar nachtmerrie.

139

Bank, Katholieken en de Indonesische revolutie, 224.

140

Zie voor de volledige tekst van de motie Romme/Van der Goes van Naters bijlage IV.

141

Daalder, Vier jaar nachtmerrie, 75-76.

142

Soedirman die in zowel Het Parool als in de Volkskrant ‘ophitsend’143 werd genoemd, was de situatie langs de demarcatielijnen op zijn zachtst gezegd onrustig. De Nederlandse troepen stelden dat extremisten hun gebied in trokken en voor ellende zorgden, de Republikeinse troepen beweerden het omgekeerde. Met nog een nieuwe reeks onderhandelingen voor de boeg en in Nederland een ambigue sfeer over het te sluiten akkoord, waren dat allerminst gunstige ontwikkelingen.

Diagram 26 De Volkskrant plaatste in deze periode veel berichten, maar Het Parool was – zoals meestal

het geval was – koploper wat betreft het aantal berichten dat er over de situatie in Indonesië werd geplaatst (zie diagram 26)een behoorlijk percentage berichten dat negatief jegens de Indonesische Republikeinen was, tonen diagram 27 en 28. Vooral waar het specifiek de berichtgeving over Linggadjati betrof, verschilden de twee kranten van elkaar als dag en nacht. Het Parool was meestal minder neutraal dan de Volkskrant, maar waar ze gekleurd was, was dat vooral negatief naar Nederland was en niet naar Indonesië. Hetzelfde was – zij het in mindere mate – zichtbaar bij de algemene berichtgeving, destijds. De voormalige verzetskrant was meer negatief naar Nederland dan de Volkskrant en minder negatief naar Indonesië dan haar katholieke concurrent.

143

Diagram 27

Diagram 28

Rond de hervatting van de onderhandelingen met de Republikeinse delegatie, klom Het

Parool op de barricaden. Op 27 januari 1947 schreef de krant een opiniestuk waarin werd

uitgelegd waarom het Het Parool niet verstandig leek de heer Lovink als

luitenant-gouverneur-generaal voor Indonesië te benoemen, twee dagen later volgde het bericht dat de Tweede Kamerfractie van de PvdA ook niet op een dergelijke benoeming zat te wachten. Noch de eventuele benoeming van Lovink ter vervanging van Van Mook, noch het standpunt van de KVP inzake die benoeming was in de Volkskrant ter sprake gekomen.

Dat de Republikeinen hadden besloten Linggadjati niet te willen ondertekenen, zorgde ervoor dat de kranten op het scherpst van de snede hun kleur weergaven (zie ook diagram 29).

Het eenzijdig ‘aankleden’ van het akkoord door de motie Romme/Van der Goes én de door de Commissie Generaal bijgeleverde interpretaties van de artikelen in de overeenkomst, werd door de Republikeinen niet als bindend beschouwd. De Volkskrant leek op haar tenen getrapt over die afwijzing. In Indonesië gaf Romme een interview, waarin hij getergd vaststelde dat de Indonesiërs ook wel iets eerder met dit nieuws hadden kunnen komen. ‘Ten eerste komt deze verklaring van Soekarno rijkelijk laat, namelijk ruim zeven weken nadat de

regeringsverklaring is afgelegd en ten tweede is er geen voorbeeld aan te wijzen, dat Nederland van de overeenkomst is afgeweken.’ 144

Diagram 29

De schertsende houding van Romme was opmerkelijk, omdat op 8 februari de Volkskrant berichtte dat de Nederlandse delegatie de ontwerp-overeenkomst óók niet wilde ondertekenen, zij het met de motivatie dat zij eerst het bevel ‘staakt het vuren’ in de binnenlanden wilden horen.145 Het Parool was op het punt van de weigerende Republiek veel minder fel. Rommes mening werd ook in die krant afgedrukt, maar minder prominent en ook de keerzijde van de medaille werd erbij belicht. Het KNIP (het republikeinse parlement) vergaderde pas veel later over de in Cheribon gesloten ontwerpovereenkomst, dan het Nederlandse parlement deed. Bovendien leek Het Parool ook wel iets voor het argument van de Republikeinen te voelen: dat het voor hen onmogelijk was een overeenkomst te tekenen waaraan achteraf nog

voorwaarden waren verbonden.

144

De Volkskrant, 10 februari 1947, 1.

145

Opmerkelijk aan deze periode was, dat in tegenstelling tot eerder periodes Het Parool het Indonesische nieuws veel minder prominent bracht dan eerder het geval was. Waar de krant eerder veel meer berichten op pagina 1 had staan dan de Volkskrant is dat voorafgaand aan de onderhandelingen de meeste berichten op 1 had staan en voor de overige periodes ontliepen de kranten elkaar veel minder dan voorheen het geval was (zie diagram 31). Ook werd er weinig aandacht geschonken aan het algemene nieuws, maar waar dat gebeurde, zwabberden beide kranten behoorlijk. Nu eens waren ze positief naar de Nederlanders dan weer negatief. Beide kranten ontliepen elkaar weinig in hun oordeel over het nieuws, toont diagram 30.

Diagram 30

In Nederland bleek ondertussen dat er binnen de KVP verschillend werd gedacht over de ontwerp-overeenkomst en de invulling daarvan. Partijvoorzitter Andriessen had in een

radiorede verklaard dat ‘nog al te veel uit het oog wordt verloren, dat er tussen de 17 artikelen van het oorspronkelijke Linggadjati en het werkelijke Linggadjati een zeer groot verschil bestaat.’146 De partij voerde een publieke discussie over het bestaan van één of twee

Linggadjati’s. Wanneer partijvoorzitter en fractievoorzitter niet met hun neuzen dezelfde kant op staan, is dat meestal een heel slecht teken: de motie Romme was een splijtzwam binnen de KVP. Die sentimenten waren terug te zien in de kleur van de berichtgeving over de

onderhandelingen in januari (zie diagram 32). De Volkskrant was óf neutraal, óf negatief naar Indonesië. Kortom, de krant wilde er niet aan dat de schuld van de mislukte onderhandelingen wellicht ook aan de Nederlandse (of zo men wil – de katholieke) houding te wijten was. Bij

Het Parool lag dat anders. Die krant was overwegend minder neutraal in zijn berichtgeving en

in een vijfde van de gevallen negatief naar Nederland, of over het algemeen negatief (ook een vijfde van de gevallen). De mislukking van de onderhandelingen zat de krant klaarblijkelijk niet lekker.

Diagram 32

Romme zou een aantal dagen na bekendwording van de weigering van de Republiek om te tekenen, nogmaals ontkennen dat er twee Linggadjati’s waren, ditmaal in antwoord op de partij-prominent Welter, die buitenparlementair driftig oppositie voerde tegen het akkoord. Opmerkelijk was hierbij dat Romme wederom sprak over het ‘werkelijke Linggadjati’147

146

De Volkskrant, 8 februari 1947, 1.

147

hetgeen suggereerde dat er ook een onwerkelijk Linggadjati bestond. Het gebruik van het woord ‘werkelijke’148 in een onderkop eerder die week, suggereerde dat de Volkskrant er net zo over dacht.

Diagram 33

Rond die tijd bevond Romme zich, samen met parlementair redacteur Wim Snitker, in Indonesië. Volgens Bank reisde Romme daar met het doel te onderzoeken of hij Van Mook als landvoogd zou kunnen vervangen. Snitker, die volgens Broersma als persoonlijk secretaris van Romme meeging schreef toen in lijn met de politiek van Romme een aantal reportages die bepaald niet positief over Indonesië waren (zie ook diagram 33) en waarin hij zich in bepaalde gevallen zelf behoorlijk denigrerend uitliet over de inwoners van het land. ‘In de nabije verte dreunen de kanonnen, hetgeen beduidt, dat onze jongens zich moeten verdedigen, omdat zijn uit hinderlagen met geroofd wapentuig worden bestookt door moordenaars en mannen, die, bezeten van willekeur en sadisme, een wereldvrede in gevaar brengen en het welzijn van tachtig miljoen mensen saboteren.149

148

De Volkskrant, 10 februari 1947, 1.

149

Diagram 34 De Volkskrant breidde wat betreft de algemene berichtgeving over Indonesië flink uit in de

door haar gebruikte genres (diagram 34). Wat de specifieke berichtgeving betreft was dat minder (zie diagram 35). De katholieke krant plaatste geen commentaar over de kwestie met de Republikeinse regering, die weigerde het akkoord te ondertekenen als er achteraf extra voorwaarden aan werden gesteld. Wellicht ontbraken die commentaren omdat Romme in het buitenland zat, maar misschien ook omdat de krant het beter vond even geen aandacht aan de penibele situatie te besteden. De motie Romme was tenslotte een splijtzwam gebleken. Wat de onderhandelingen zelf betrof was het voor de KVP dus wellicht beter om even onder de radar te blijven en oppositie te voeren via de algemene berichtgeving.

Parlementair redacteur Snitker vergezelde Romme op zijn reis en zijn artikelen werden wel gepubliceerd, dus er was contact tussen de redactie en Romme en Snitker. Voor het negeren van de situatie waarin het akkoord van Linggadjati zich bevond, viel iets te zeggen. Hoewel

de Volkskrant tot aan de werkelijke ondertekening van Linggadjati achter de motie van

Romme/Van der Goes van Naters bleef staan, was het wel feit dat deze motie de gerezen problemen veroorzaakt had en dat was niet positief voor de KVP, die in beide kranten veel meer als initiator van de motie werd gezien dan medeondertekenaar Van der Goes en dus de PvdA. In een klimaat waarin de meningen in de publieke opinie zo lijnrecht tegenover elkaar stonden (denk bijvoorbeeld aan het in de kranten gevoerde dispuut dat hoogleraren met elkaar hadden over het al dan niet gunstig zijn van Linggadjati, een maand eerder), was het niet positief voor de KVP dat zij zo’n prominente speler in het spel was en daarbij de ambigue rol had van een partij die een overeenstemming wilde bereiken, maar daarbij nauwelijks

concessies wilde doen.

In document Indië verloren, rampspoed geboren? (pagina 60-68)