• No results found

De ontknoping

In document Indië verloren, rampspoed geboren? (pagina 68-76)

Hoofdstuk 4 Linggadjati

4.5 De ontknoping

Het zou nog tot eind maart duren voor er een uitweg kwam uit de impasse waarin het akkoord van Linggadjati zich bevond. Nieuwe onderhandelingen in Batavia zouden de twee

onderhandelende partijen uiteindelijk overeenstemming brengen. In deze laatste

onderhandelingsperiode was het weer Het Parool die de meeste aandacht had voor zowel de onderhandelingen als voor het decor waar deze onderhandelingen zich tegen afspeelden (zie diagram 36). Wat vooral opvalt is dat zodra het akkoord van Linggadjati ondertekend was, de

Diagram 36

Waar het de algemene berichten betreft, plaatste Het Parool – met als uitzondering de periode tijdens de onderhandelingen in maart – het hoogste percentage neutrale berichten. Tijdens de onderhandelingen zelf schreef de krant opmerkelijk vaker negatief over de Nederlandse positie. Diagram 37 en 38 tonen dat wat de specifieke berichtgeving over Linggadjati betrof,

de Volkskrant juist neutraler was. Het Parool was werderom vooral negatief naar Nederland

en slechts in een enkel geval negatief over Indonesië. Bij de Volkskrant was het juist omgekeerd.

Diagram 38

Na een periode waarin gesprekken tussen Nederland en de Republikeinen weinig uitkomst hadden geboden en zelfs even waren stilgelegd, pakten beide onderhandelingsdelegaties in maart 1947 de gesprekken weer actief op. De ruimte die de CG nog overhad om te

onderhandelen met de Republikeinse afgevaardigden was nihil. Schermerhorn zou zich zelfs afvragen of de regering überhaupt wel door wilde met het akkoord van Linggadjati of dat ze gewoon van de CG afwilde. De uitkomst was volgens hem hetzelfde: het wantrouwen van de Republikeinen werd steeds groter en het gevaar dat de Nederlandse militairen hun

zelfbeheersing zouden verliezen steeds dreigender. Minister Jonkman van Overzeese

Gebiedsdelen bood uitkomst. Hij was inmiddels steeds meer afstand gaan nemen van de motie Romme/Van der Goes van Naters150 - net zoals dat bij de PvdA het geval was.151 Jonkman stelde in de Kamer en ook in radiotoespraken meermaals dat er geen sprake was van twee Lingadjatti’s152 en dat de Indonesische Republiek de Nederlandse interpretatie van

‘Linggadjati’ niet hoefde over te nemen, maar dat zij ook haar eigen invulling aan het akkoord mocht geven. Deze suggestie, afkomstig van Van Poll, vond ook bijval van minister-president Sjahrir.

Op 10 maart 1947 gaf de Nederlandse ministerraad haar akkoord aan deze invulling. ‘Nederland zou moeten streven naar zoveel mogelijk overeenstemming over de interpretatie van het akkoord maar zou subsidiair ook kunnen tekenen, wanneer deze overeenstemming niet kon worden bereikt en het zijn interpretatie eenzijdig zou formuleren ter kennisgeving

150

Daalder, Vier jaar nachtmerrie, 90-93.

151

Bosmans, ‘De orkestratie van het KVP-beleid inzake de Indonesische kwestie’, 98.

152

aan de Republikeinse delegatie.’153 Dat besluit werd op 11 maart voorgelegd aan de

fractievoorzitters van de KVP en PvdA, respectievelijk Romme en Van der Goes van Naters. De laatste kon zich vinden in het besluit, maar Romme vond dat de regering dit voorstel alleen kon doorvoeren na goedkeuring van het parlement. Zijn bezwaar was dat de Republiek erkend werd door Nederland, maar dat zij zich omgekeerd niet verbond aan een soevereine Unie en de Kroon. Hij zinspeelde zelfs op een kabinetscrisis.154 Dit zou een steeds

terugkerend beeld worden: de PvdA die vooruit wilde en Romme die aan de rem hing.155

Diagram 39

Rond dezelfde tijd nam Het Parool, hand in hand met de PvdA, afstand van de motie

Romme/Van der Goes. In een betoog op pagina 1 schreef fractievoorzitter Van der Goes van Naters (PvdA) dat het op die motie niet vast moet lopen. ‘Het aanvaarden van Linggadjati (...) door het KNIP (...) heeft een toestand doen ontstaan waarin op Nederland de

verantwoordelijkheid rust voor het nog altijd niet tot stand gekomen zijn van de overeenkomst. Immers: de Indonesiërs zijn bereid te teekenen wat afgesproken is. De

Nederlanders niet.’156 Het Parool voelde zich schijnbaar op zijn gemak met de overeenkomst en de rol van de PvdA daarin. In de krant was geen vastberaden lijn waar te nemen. De krant was nu eens negatief naar Nederland, dan weer negatief naar Indonesië. De krant klom op dit punt dan ook niet op de barricaden, wat opmerkelijk is, want dat het zó lang had geduurd voor er werd ondertekend, moet de krant een doorn in het oog geweest zijn.

153

Bank, De katholieken en de Indonesische revolutie, 275.

154

Ibidem.

155

Bosmans, ‘De orkestratie van het KVP-beleid inzake de Indonesische kwestie’, 95-109.

156

Tussen de Volkskrant en de KVP was tezelfdertijd meer afstand waar te nemen, dan bij hun socialistische concurrenten. Romme had zijn bedenkingen bij het ondertekenen van het akkoord op deze manier, maar de Volkskrant was positief toen bekend werd dat de delegaties overeenstemming hadden bereikt. Het bericht dat er ondertekend ging worden was vrolijk en ook de reportage van de ondertekening zelf ging gepaard met feestelijke waarnemingen. ‘Batavia viert feest’157, luidde de kop van het artikel. ‘Vele vlaggen waren uitgestoken, rood-wit-blauwe zowel als rood-witte, en in sommige gevallen beide. De plechtigheid der

ondertekening was tegen het invallen der duisternis afgelopen en spoedig daarna knalde in verscheidene buurten het vuurwerk en werden op tal van pleinen en in verschillende parken slamatans (feestmaaltijden) gehouden met 25.000 deelnemers.’158 Ook Het Parool was

tevreden met de overeenkomst en schrijft over een ‘feestelijke stemming’159 in Indonesië. Die opluchting was nauwelijks terug te zien in het grotere beeld van de algemene berichtgeving van beide kranten. Daar waar ze in de specifieke berichtgeving zich wellicht gedeisd hielden, lieten ze hun ware mening zien in de algemene berichten. Het Parool – niet blij met de enorme lading die Nederland aan Linggadjati had gegeven, -was erg negatief over Nederland, terwijl de Volkskrant – niet blij met het feit dat de Indonesiërs niet gehouden waren aan de motie Romme – juist erg negatief naar de Nederlanders was.

Diagram 40

Op 25 maart 1947 startte (en opmerkelijk genoeg eindigde ook) het Tweede Kamerdebat over de ondertekening van het akkoord terwijl in Batavia tezelfdertijd ook daadwerkelijk werd 157 De Volkskrant, 26-3-1947, 1. 158 De Volkskrant, 26-3-1947, 1. 159 Het Parool, 25-3-1947, 1.

getekend. 160 Het Parool wijdde de opening aan de ondertekening. Ook na de

onderhandelingen had deze krant de berichten over Indonesië op de voorpagina staan (ziediagram 41). De Volkskrant opende niet met de ondertekening, maar met het debat, de ondertekening stond ernaast op pagina 1. Bij Het Parool verhuisde het debat naar pagina 3. ‘Een einde... en een begin!’, was de kop van het commentaar dat de krant plaatste. De opening met het nieuws van de ondertekening was neutraler: ‘Linggadjati in Batavia geteekend. Dr. Van Mook: “Tijd van vriendschap en samenwerking aangebroken”161 Bij de Volkskrant volstond een ‘Zeven handtekeningen garanderen accoord-Linggadjati’162.

Diagram 41

In het debat over de daadwerkelijke ondertekening van Linggadjati, was de PvdA vol lof over het werk van de Commissie Generaal.163 Dat nieuws haalde noch op de 25e, noch op de 26e de voorpagina van Het Parool. Wat wel de voorpagina haalde, was de rede van Romme, die zich minder toeschietelijk op zou stellen dan de PvdA.164 Het feit dat de Republikeinen hadden ingestemd met het ‘onduidelijke’ Linggadjati in plaats van met het ‘aangeklede’165, was hem een doorn in het oog. Ook de Volkskrant plaatste de rede van Romme voorop. In zestien alinea’s werd er van zijn rede verslag gedaan. De PvdA kreeg er slechts een, waarbij de uitgebreide loftrompet die door deze partij werd gestoken, slechts mondjesmaat werd

verwoord. Zonder veel moeite, maar met een paar kleine kanttekeningen gingen beide partijen

160

Daalder, Vier jaar nachtmerrie, 95.

161

Het Parool, 25-3-1947, 1

162

De Volkskrant, 26-3-1947, 1.

163

Stempels, De parlementaire geschiedenis van het Indonesische vraagstuk, 90-91.

164

Stempels, De parlementaire geschiedenis van het Indonesische vraagstuk , 91.

165

wederom mee met de regering, zij het dat de KVP dat met minder overtuiging deed dan de PvdA.166

Bij beide kranten werd er in de specifieke berichtgeving alleen gefocust op de rol van Nederland in de onderhandelingen en de ondertekening. Dat er ook nog Republikeinen aanwezig waren bij het tot stand komen van een akkoord, werd bijkans vergeten. Dat is terug te zien in de kleur van de berichtgeving. Beide kranten waren niet negatief of positief jegens Indonesië, de houding werd alleen bepaald ten opzichte van Nederland, toont diagram 42. In een commentaar van M. van Blankenstein in Het Parool haalt hij hard uit naar de houding van Nederland en de naïviteit die hij het land verwijt: “Zeker, een keuterboer op de heide heeft zich lang kunnen verbeelden dat de buitenwereld hem niet aanging. De groote malaise vóór den oorlog en de oorlog zelf hebben hem moeten leeren, hoezeer hij had misgetast. Als hij ten minste voor leering vatbaar is!”167

Diagram 42

De algemene berichtgeving toonde in deze periode een ander beeld. Daar was, zij het zelden, wel commentaar op Indonesië te lezen. Dat negatieve lag vooral in economische ongemakken die Nederland ondervond door de dekolonisatie van Indonesië. Opmerkelijk genoeg

(Indonesië kon namelijk vaak geen kwaad doen bij Het Parool) was de krant wat

economische aangelegenheden betrof, niet mals naar de Republikeinen. Ook de medewerking van de Indonesiërs met de wederopbouw van het land viel de krant enorm tegen (zie diagram

166

Stempels, De parlementaire geschiedenis van het Indonesische vraagstuk , 91.

167

43). Hetzelfde sentiment was overigens waar te nemen bij de Volkskrant maar niet zo uitgebreid als in haar socialistische concurrent.

Hoofdstuk 5 Ronde Tafelconferentie

In document Indië verloren, rampspoed geboren? (pagina 68-76)