• No results found

Kaarten met ligging in gebieden met beschermingsstatuut volgens nationale en internationale wetgevingen internationale wetgeving

In document BEHEERPLAN VOOR 7 ANB-GEBIEDEN (pagina 26-30)

1.4 Identificatie van het terrein

1.4.2 Kaarten met ligging in gebieden met beschermingsstatuut volgens nationale en internationale wetgevingen internationale wetgeving

1.4.2.1 Nationale wetgeving VEN, GEN, GENO

Kaart 11 toont de afbakening van het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN) en de Grote Eenheden Natuur (GEN).

Enkel in de Viconia-kleiputten is een deel van het gebied aangeduid als Grote Eenheid Natuur in Ontwikkeling.

J Erfgoedwaarden

Kaart 12 toont de erfgoedwaarden.

Wegens het geologisch, geografisch en landschappelijk belang staat Lampernisse al in de

‘Inventaris van de landschappen’ van Kesteloot (1963) opgenomen. De komgronden staan beschreven als een bijzonder waardevol en onvervangbaar oudlandgebied.

Het rangschikkingsvoorstel voor de komgronden van Lampernisse dateert van 1992 (Strobbe 1992).

De Oudlandpolders van Lampernisse werden volgens het Ministerieel Besluit van 4 janu-ari 2001 voorlopig beschermd als landschap (Sauwens 2001). De voorlopige bescherming is opgenomen als bijlage 1. De bescherming wordt geargumenteerd op basis van histori-sche, natuurwetenschappelijke en esthetische waarde.

De historische waarde wordt geargumenteerd door de ontstaanswijze van het landschap en de grote dichtheid van sites van verdwenen bewoning. Het gebied wordt beschouwd als een bijzonder goede weergave van het middeleeuwse landschap, gekenmerkt door grote komgebieden met grillig perceleringspatroon en ontelbare grachten, versneden door de zandige geulafzettingen waarop zich de bewoning vestigde. In dit gebied is de 13de-15de -eeuwse kadastrale organisatie grotendeels bewaard gebleven, wat vrij uniek is.

Foto. Op verschillende plaatsen in de Komgronden van Lampernisse verwijzen verwilderde tuinplanten zoals Sneeuwklokje en narcissen naar verdwenen, voormalige bewoning. Op de foto:

Sneeuwklokjes in de sloot van perceel C40. Foto Arnout Zwaenepoel, maart 2017.

De natuurwetenschappelijke waarde wordt bepaald door de geologisch-bodemkundige gesteldheid en het biologisch belang. Geologisch-bodemkundig wordt verwezen naar de geulgronden langs de Grote IJzerbeek en de voormalige mariene activiteit van de paleo-vallei van de IJzer. Biologisch wordt verwezen naar de water- en moerasvegetaties, de waterfauna, broed- en standvogels, doortrekkende vogels en wintergasten.

Als esthetische waarde wordt de herkenbaarheid van de historiciteit aangehaald, de open-heid van het landschap, het microreliëf, het grillige percelerings- en afwateringspatroon, de pittoreske dorpskern van Lampernisse, alsook de verspreide landelijke bewoning.

Als voornaamste doelstellingen van de bescherming worden naar voor geschoven: het be-waren van de historische authenticiteit en gaafheid (natuurlijk graslandgebied, functioneel slotensysteem, ,natuurwaarden), het streven naar een meer natuurlijk waterregime, de bestendiging van graslandgebruik en herstel van kleine landschapselementen.

In de adviescommissie wees Marika Strobbe van Onroerend Erfgoed er op dat het traditi-onele gebruik van de komgronden van Lampernisse als graasgebied voor runderen best expliciet kan vermeld worden als erfgoedwaarde.

Het volledige Ministeriele Besluit is opgenomen als bijlage 1.

Op 30 januari 2002 werd het komgrondencomplex van Lampernisse definitief beschermd.

Binnen het beschermde landschap komen nog verschillende puntvormige elementen voor die beschermd zijn als bouwkundig erfgoed of wereldoorlog-erfgoed.

Als bouwkundig erfgoed in of nabij de ANB-percelen zijn onder meer aangeduid:

15842: Hoeve Kleine Fokkewerve

78320: Site van het Leenhof Ter Wissche

78328: Bakstenen boogbrug over de Grote IJzerbeek

Als wereldoorlog-erfgoed in of nabij de ANB-percelen zijn onder meer aangeduid:

259: Frans-Arabische bunker Grote Beverdijk

260: Belgische kazemat Oude Zeedijk (Oudekapelle – WO I)

265: Belgische commandopost Oude Zeedijk (Oudekapelle – WO I)

273: Naamsteen De Groigne Chirurgische Post 1916-1917 (Oudekapelle – WO I)

280: Belgische betonnen constructie Visserstraat (Lampernisse – WO I)

281: Belgische bunker Grote IJzerbeek (Alveringem – WO I)

78462: Betonnen constructie Grote Beverdijkstraat (Oudekapelle – WO I)

In het gebied Viconia-kleiputten is ID 78521 beschermd als bouwkundig erfgoed:

Spoorlijn van Briqueteries Mécaniques de Nieuport & Extension

In het gebied Cardinaelshoeve is de betonconstructie ’s heer Willems (Veurne – WO I) als wereldoorlog-erfgoed beschermd ende Hoevegebouwen Daringhof als bouwkun-dig relict. Het Daringhof is een oud toponiem voor de Cardinaelshoeve.

In de overige vier gebieden zijn geen beschermde elementen aanwezig.

Foto. Frans-Arabische bunker Grote Beverdijk. Foto Arnout Zwaenepoel, juni 2015.

J Relictenatlas traditionele landschappen Kaart 13 toont de Landschapsatlas

Volgens de atlas van de relicten van de traditionele landschappen in de provincie West-Vlaanderen behoort het studiegebied tot het traditioneel landschap Westelijk Oudland. De komgronden van Lampernisse maken deel uit van de relictzone poldergebied en grasland-complexen Eggewaartskapelle-Lampernisse. Het komgrondengebied van Lampernisse werd op 2 mei 2012 aangeduid als ankerplaats Poldergebied van Lampernisse en omge-ving (APW 009). De grote polderwaterlopen (Leerzevaart, Molenvaart, Grote IJzerbeek en Grote Beverdijkvaart) zijn aangeduid als lijnrelict.

Het Ministerieel besluit tot definitieve aanduiding van de ankerplaats is opgenomen als bijlage 3.

J Historisch Permanent Grasland (HPG)

De definitie van HPG wordt in de huidige wetgeving omschreven als ‘een halfnatuurlijke vegetatie bestaande uit grasland gekenmerkt door het langdurig grondgebruik als graas-weide, hooiland of wisselweide met ofwel cultuurhistorische waarde, ofwel een soortenrijke vegetatie van kruiden en grassoorten waarbij het milieu wordt gekenmerkt door aanwezig-heid van sloten, greppels, poelen, uitgesproken microreliëf, bronnen of kwelzones. Deze definitie wordt in het Natuurdecreet verduidelijkt door te verwijzen naar een aantal karte-ringseenheden van de BWK, waarvan de volgende belangrijk zijn binnen de landbouw-streek Polders:

Hpr: weilandcomplex met veel sloten en/of microreliëf

Hp* en hpr*: soortenrijk permanent cultuurgrasland met relicten van halfnatuurlijke graslanden (met weinig respectievelijk veel sloten en/of microreliëf)

Hp met fauna: soortenarm permanent cultuurgrasland met belang voor (avi-)fauna.

(De Saeger et al. 2013).

Op 27 november 2015 heeft de Vlaamse Regering de kaart van de historisch permanente graslanden (HPG) in de landbouwstreek de Polders definitief goedgekeurd (kaart 10a). Tot voor kort werd voor de ligging van de HPG verwezen naar de Biologische Waarderings-kaart (BWK) en bijhorende specifieke codes (zie Bijlage IV vegetatiebesluit). De BWK liet ruimte voor interpretatie toe. Met deze beslissing van de Vlaamse Regering wordt voor de landbouwstreek de Polders de ligging van de historisch permanente graslanden definitief en eenduidig vastgelegd.

Kaart 14 toont de historisch permanente graslanden (HPG) in het studiegebied.

Alleen in de komgronden van Lampernisse komt er HPG voor met strikte bescherming (omzettingsverbod) op tal van percelen.

In de andere gebieden komen geen strikt beschermde historisch permanente graslanden voor, maar eventueel wél percelen met het statuut Ecologisch Kwetsbaar Blijvend Gras-land (EKBG). De Ridder (2015) geeft meer details over die EKBG’s. in 2016 werden in de polders heel wat van dit type graslanden aangeduid. Het ging om:

HPG met verbod tot vegetatiewijziging buiten SBZ

HPG met natuurvergunningsplicht binnen en buiten SBZ

Nieuw afgebakende HPG in de polderstreek (ca 3000 ha)

In de Viconia-kleiputten komen noch HPG’s, noch EKBG’s voor. Cardinaelshoeve is bijna integraal ecologisch kwetsbaar blijvend grasland (EKBG). In de Rode Poort is alleen het centrale gedeelte als dusdanig aangeduid. Palinghoek en Paaiplaats Waesbrug zijn ook bijna integraal als ecologisch kwetsbaar blijvend grasland aangeduid. In de Paaiplaats Kalkoenhof komt er geen HPG of EKBG voor.

De belangrijkste gevolgen voor HPG en EKBG worden samengevat door De Ridder (2015):

HPG beschermd onder natuurwetgeving

Ofwel geen vegetatiewijziging toegelaten

Ofwel vergunningsplicht

Wijziging van de vegetatie door chemische behandeling niet toegelaten EKBG

Verbod op ploegen of omzetten naar ander grondgebruik dan grassen en kruidach-tige voedergewassen

Bij het hoofdstuk ‘bedreigingen’ gaan we dieper in op een aantal aspecten van deze

wetgeving. Met name het zogenaamde ‘doorzaaien’ is een blijvend belangrijk pro-bleem voor het behoud van de natuurwaarde van de HPG’s en EKBG’s.

Kaart 15 toont de percelen onder nulbemesting. Nulbemesting is enkel van toepassing op ANB-percelen.

1.4.2.2 Internationale wetgeving

De ANB-terreinen in de Westkustpolders vallen niet onder Europees Habitatgebied. Er komen geen Europese habitaten voor, maar wel een groot aantal percelen met Regionaal Belangrijk Biotopen, meer bepaald kamgraslanden en rietvegetaties, die allebei vooral als lineaire elementen aan de perceelsranden voorkomen.

De ANB-gebieden van de Westkustpolders vallen evenmin onder Vogelrichtlijngebied.

Het studiegebied is dus evenmin onderhevig aan de instandhoudingsdoelstellingen voor speciale beschermingszones (S-IHD).

In document BEHEERPLAN VOOR 7 ANB-GEBIEDEN (pagina 26-30)