• No results found

I. Verkiezing van Inlanders in den Minahassa-raad

m^wmÊmmÊm—mmBoum

N.- I. Verkiezing van Inlanders in den Minahassa-raad

voor zoover zij niet met Europeanen zijn gelijkgesteld, en voorts over het laatstverloopen dienstjaar:

a. zijn aangeslagen in eene Landsbelasting naar het inko-men of het bedrijf over een inkoinko-men van ƒ 300.— of meer, en het te dier zake verschuldigde binnen den daarvoor ge-stelden termijn hebben voldaan, dan wel

b. over zoodanig inkomen zouden zijn aangeslagen, indien zij niet voor een deel of voor het geheel van hun inkomen vrijstelling genoten.

2. Tot de inheemsche bevolking der Minahassa worden gerekend te behooren de zoogenaamde „Inlandsche burgers".

5. 1. Voor de in deze ordonnantie bedoelde verkiezing wordt de Minahassa verdeeld in kiesdistricten. De grenzen van deze kiesdistricten vallen samen met die van de districten, waarin bij het besluit in Staatsblad 1903 No. 249, gewijzigd bij dat in Staatsblad 1908 No. 305, de Minahassa administra-tief verdeeld is.

2. In elk kiesdistrict wordt het aantal leden gekozen, aan-gegeven op de volgende lijst:

Maoembi 2 Menado • 3

enz.

H O O F D S T U K II.

Van de kiezerslijst.

6. 1. In ieder kiesdistrict wordt jaarlijks op den lsten Maart door het districtshoofd eene lijst openbaar gemaakt, de inwo-ners aanwijzende die tot het kiezen van de tot de Inlanders behoorende leden van den raad bevoegd zijn.

2. Vorm en inrichting dezer lijst worden vastgesteld bij besluit van het Hoofd van gewestelijk bestuur.

8. De openbaarmaking van de voorloopige kiezerslijsten heeft plaats duor haar voor ieder ter inzage neer te leggen op het kantoor van het districtshoofd van den lsten tot en met den 21sten Maart zoomede door bekendmaking op de bij besluit van het Hoofd van gewestelijk bestuur aan te geven wijze van uittreksels uit die lijsten in de negorijen en wijken.

9. 1. Gedurende het in het vorig artikel bedoeld tijdvak is ieder bevoegd bij het districtshoofd verbetering van de voorloopige kiezerslijst te vragen. Het districtshoofd beslist op zoodanig verzoek zoo spoedig mogelijk en geeft van de door hem noodig geoordeelde verbeteringen aanstonds kennis aan het Hoofd van gewestelijk bestuur en aan het negorij-hoofd of den wijkmeester.

2. Van de beslissingen van het districtshoofd staat gedu-rende een maand beroep open bij het Hoofd van gewestelijk

— 151 —

Verkiezing van Inlanders in den Minahassa=raad. N.-I.

bestuur, dat zoo spoedig mogelijk beslist en van zijne beslis-sing kennis geeft aan het districtshoofd, hetwelk daarvan op zijn beurt mededeeling doet aan het negorijhoofd of den wijkmeester.

3. Van alle verbeteringen van de voorloopige kiezerslijst wordt onverwijld op deze lijst aanteekening gehouden.

10. Op den lsten Mei worden de kiezerslijsten, overeen-komstig de voorloopige kiezerslijsten zooals die zijn verbeterd, van kracht. Zij blijven van kracht van den lsten Mei tot en met den 30sten April van het volgend jaar.

HOOFDSTUK III.

Van de verkiezing.

11. 1. De tijd der periodieke verkiezing van de tot de Inlanders behoorende leden van Minahassa-raad is de derde Dinsdag der maand Juli.

2. De verkiezing ter vervulling van plaatsen die tusschen-tijds openvallen geschiedt binnen vier maanden daarna. De dag der verkiezing wordt bepaald door s' raads voorzitter en

minstens 14 dagen te voren op de door den raad aan te geven wijze in het kiesdistrict bekend gemaakt.

a. Van de candidaatstelling.

12. 1. Op den dag der verkiezing kunnen bij het districts-hoofd te zijnen kantore, of in de bij besluit van het Hoofd van gewestelijk bestuur aan te geven kiesdistricten ook bij de daarin mede te noemen onderdistrictshoofden in nader daarbij aan te wijzen lokalen, van des voormiddags 7 uur tot des namiddags 1 uur opgaven van candidaten worden ingeleverd.

2. Eene opgave mag niet meer namen van candidaten bevatten dan er plaatsen in het kiesdistrict te vervullen zijn.

3. De opgaven moeten vermelden de namen van den candidaat of de candidaten en de voorletters dan wel andere voor de persoonsaanduiding noodzakelijke toevoegsels, en onderteekend zijn, in districten waar het aantal kiezers vol-gens de kiezerslijst

a. minder dan honderd bedraagt, door 5 kiezers;

b. van honderd tot driehonderd bedraagt, door 10 kiezers;

c. meer dan driehonderd bedraagt, door 20 kiezers.

Naast de onderteekeningen moeten worden vermeld de namen van de onderteekenaars en hunne voorletters of andere voor de persoonsaanduiding noodzakelijke toevoegsels in dui-delijk leesbaar schrift, benevens het nummer waaronder deze namen op de kiezerslijst voorkomen.

4. Vorm en inrichting der opgaven worden vastgesteld bij besluit van het Hoofd van gewestelijk bestuur.

— 152 —

N.-I. Verkiezing van Inlanders in den Minahassa-raad.

6. De formulieren voor de opgave van candidaten zijn gedurende veertien dagen vóór en op den dag der verkiezing kosteloos verkrijgbaar ten kantore van de districts-, onder-districts- en negorijhoofden en wijkmeesters.

13. 1. De inlevering eener opgave geschiedt door één of meer der personen die haar hebben onderteekend. Aan één hunner wordt door het districts- of onderdistrictshoofd een bewijs van ontvangst ter hand gesteld.

2. Voldoet de opgave naar het oordeel van het districts-of onderdistrictshodistricts-ofd niet aan de gestelde eischen, dan doet' deze daarvan aan de(n) betrokkene(n) aanstonds mededeeling en stelt hem (hen) in de gelegenheid tot het aanbrengen van de noodige wijzigingen of aanvullingen.

3. Eene opgave kan alleen worden geweigerd wegens overtreding van het verbod in artikel 12, lid 2, dan wel wegens gemis van het vereischte aantal onderteekeningen van kiezers.

4. Dadelijk na de inlevering worden door het districts- of onderdistrictshoofd te waarmerken afschriften der opgaven vervaardigd en ter plaatse van inlevering voor ieder ter in-zage gelegd.

14. 1. Na afloop van den in artikel 12, eerste lid, voor het inleveren van opgaven vastgestelden tijd brengen de onderdistrictshoofden, wien krachtens dat artikel het ontvangen van opgaven is opgedragen, de bij hen ingeleverde opgaven onverwijld over naar het districtshoofd.

2. Zoodra alle in het kiesdistrict ingediende opgaven in handen van het districtshoofd zijn, worden door hem de namen der daarop voorkomende candidaten en hunne voorletters of andere voor de persoonsaanduiding noodzakelijke toevoegsels in alphabetische volgorde op eene lijst gebracht.

3. Vorm en inrichting dezer lijst worden vastgesteld door het Hoofd van gewestelijk bestuur.

4. Zijn er evenveel candidaten als plaatsen zijn te vervullen, of minder, op de lijst gebracht, dan zijn alle candidaten gekozen.

5. Zijn er meer candidaten op de lijst gebracht dan plaat-sen zijn te vervullen, doch komen een of meer candidaten op alle ingeleverde opgaven voor, dan zijn deze candidaten ge-kozen. Over de candidaten, die niet op alle opgaven voorkomen, geschiedt stemming.

7. Van den uitslag der verkiezing doet het districtshoofd aanstonds in het openbaar mededeeling, terwijl van een en ander volgens een bij besluit van het Hoofd van gewestelijk bestuur vast te stellen model proces-verbaal wordt opgemaakt, dat voor ieder ter lezing wordt gelegd en waarvan aanstonds een afschrift wordt toegezonden aan gemeld bestuurshoofd.

— 153 —

Verkiezing van Inlanders in den Minahassa-raad. N.-I.

15. 1. Wanneer geen candidaten zijn gesteld of minder candidaten zijn gesteld dan er plaatsen te vervullen zijn, geschiedt binnen een maand op den door het Hoofd van gewestelijk bestuur te bepalen dag eene nieuwe verkiezing voor de nog onvervulde plaatsen.

2. Geschiedt bij deze tweede verkiezing hetzelfde, dan worden voor de te vervullen plaatsen de leden door den Gouverneur-Generaal benoemd.

b. Van de stemming.

16. 1. De dag der stemming wordt vastgesteld door het Hoofd van gewestelijk bestuur en op de door dit bestuurs-hoofd aan te geven wijze bekendgemaakt

2. Tenminste zeven dagen vóór den dag der stemming wordt door het districtshoofd aan elk der negorijhoofden en wijkmeesters ter bekendmaking aan de binnen hun ambts-gebied woonachtige kiezers, schriftelijke mededeeling gedaan van den dag der stemming zoomede van het aantal leden dat en van de namen der candidaten uit welke gekozen moet worden.

3. Vorm en inrichting van deze mededeeling zoomede de wijze van bekendmaking daarvan in de negorij of wijk worden vastgesteld bij besluit van het Hoofd van gewestelijk bestuur.

17. Een kiesdistrict kan bij besluit van het Hoofd van ge-westelijk bestuur in stemdistricten worden verdeeld. Daarbij wordt tevens het stemdistrict aangewezen, waarin het hoofd-stemkantoor zitting heeft.

18. Personen bij wie, en bestuurders van bijzondere onder-nemingen en instellingen, waarbij kiesgerechtigden in dienst-betrekking zijn, moeten zorgen dat deze, tijdens den voorde stemming bepaalden tijd, daartoe gelegenheid vinden.

19. 1. De stemming vangt aan des morgens 7 uur en duurt tot des namiddags 2 uur.

2. Zij geschiedt ten overstaan van een stemkantoor, be-staande uit drie leden, waarvan één voorzitter en twee plaats-vervangende leden, welke alle door het Hoofd van gewestelijk bestuur uit de binnen het ' kiesdistrict gevestigde kiezers worden aangewezen.

3. Gedurende de zitting zijn steeds de voorzitter en twee leden in het stemkantoor aanwezig. Bij ziekte of noodzakelijke verhindering van den voorzitter treden die leden naar volg-orde van benoeming als zoodanig op.

21. 1. Niemand wordt tot de stemming toegelaten dan nadat het stemkantoor zich door vergelijking met de kiezers-lijst heeft overtuigd dat de betrokkene kiezer is en nog geen stem heeft uitgebracht.

2. De stemming geschiedt mondeling door het noemen van

— 154

N.-I. Verkiezing van Inlanders in den Minahassa-raad.

den naam of de namen van den candidaat of de candidaten op wie(n) de kiezer zijn stem uitbrengt.

3. De Voorzitter van het stemkantoor stelt op de kiezers-lijst zijn paraaf vóór het volgnummer van den naam van den kiezer ten teeken dat deze aan de stemming heeft deelgenomen.

Door de andere twee leden wordt op de candidatenlijst aan-teekening gehouden van de door den kiezer uitgebrachte stem.

4 Wordt door een kiezer een naam opgegeven, die niet op de candidatenlijst voorkomt, dan doet de voorzitter van het stemkantoor hem daarvan onmiddellijk mededeeling en stelt hem in de gelegenheid daarvoor in de plaats een anderen naam te noemen.

5. De stem geldt slechts voor zooveel candidaten als er plaatsen zijn te vervullen.

c. Andere voorzieningen.

29. 1. De gekozene ontvangt van zijne verkiezing onver-wijld mededeeling van het Hoofd van gewestelijk bestuur en wordt daarbij herinnerd aan de in het derde lid van dit artikel gestelde termijnen.

2. Deze mededeeling strekt den gekozene tot geloofsbrief.

3. De gekozene geeft binnen drie dagen na het bekomen van deze mededeeling een bewijs van ontvangst daarvoor af en geeft, zoo hij in de Minahassa vertoeft, binnen vier weken en, zoo hij buiten dat gebiedsdeel vertoeft, binnen acht weken na de dagteekenjng der mededeeling aan het Hoofd van ge-westelijk bestuur kennis of hij de verkiezing aanneemt.

4. Hij wordt, laat hij dien termijn zonder kennisgeving voorbijgaan, geacht de verkiezing niet aan te nemen.

H O O F D S T U K IV.

Overgangsbepalingen.

H O O F D S T U K V.

Slotbepalingen.

37. Deze ordonnantie treedt in werking met ingang van 1 Maart 1919.

En opdat niemand enz.

Gedaan te Buitenzorg, den 8sten Februari 1919.

J. v. LIMBURG STIRUM.

De Algemeene Secretaris,

G. R. ERDBRINK.

(Uitgeg. 13 Februari 1919.)

• • M H

INLANDSCHE GEMEENTEN.

ORDONNANTIE van 3 Februari 1906, Ind. S. 83, houdende regelen omtrent het beheer en andere huishoudelijke be-langen der Inlandsche gemeenten in de Gouvernements-landen op Java en Madoera,

zooals die ordonnantie is gewijzigd bij ordonnanties van 19 November 1910, Ind. S. 591, 21 Februari 1913, Ind. S. 235 en 9 Mei 1919, Ind. S. 217.

In naam der Koningin!

De Gouverneur-Generaal enz.

Den Raad van Nederlandsch-Indië gehoord:

doet te weten:

Dat Hij, het noodig achtend regelen vast te stellen omtrent het beheer en andere huishoudelijke belangen der Inlandsche gemeenten in de Gouvernementslanden op Java en Madoera;

Lettende op de artikelen 20, 29, 31, 33 en 71 van het Reglement op het beleid der Regeering van Nederlandsch-Indië ;

Heeft goedgevonden en verstaan :

Eerstelijk: Vast te stellen de volgende regelen omtrent het beheer en andere huishoudelijke belangen der Inlandsche ge-meenten in de Gouvernementslanden op Java en Madoera.

EERSTE AFDEELING.

Van de organisatie en inkomsten van het „desa-" of , gemeentebestuur' '.

Art. 1. Het beheer over de Inlandsche gemeenten wordt uitgeoefend door een „desa-" of „gemeentehoofd", bijgestaan door enkele daartoe aangewezen personen, te zamen met even-bedoeld hoofd uitmakend het „desa-" of „gemeentebestuur".

2. 1. De regelen omtrent de verkiezing van desahoofden en de goedkeuring dier verkiezing door het Hoofd van ge-westelijk bestuur worden, met inachtneming van het bepaalde bij artikel 71 van het Reglement op het beleid der Regeering voor Nederlandsch-Indië, bij algemeene verordening'vastgesteld.

2. De verdere samenstelling van het desabestuur wordt bepaald door het Hoofd van gewestelijk bestuur.

3. De wijze van aanstelling en ontslag der leden van het desabestuur, buiten het desahoofd, blijft aan het plaatselijk gebruik overgelaten.

3. De inkomsten, door de gemeente aan het ambt van desahoofd en aan de overige bedieningen in het desabestuur verbonden, hetzij in den vorm van ambtelijk grondbezit, hetzij in dien van dienstverrichtingen als anderszins, worden, voor

1

— 156 —