• No results found

6. Omgevingsaspecten en Effecten

6.4 Bodemkwaliteit

6.4.1 Algemeen, en wet- en regelgeving

Ten aanzien van een omgevingsvergunning ex artikel 2.12, lid 1, sub a, onder 3° Wabo juncto artikel 5.20 van het Besluit omgevingsrecht (Bor) moet onderzoek worden verricht naar de bodemkwaliteit binnen het projectgebied. De reden hiervoor is dat het project op een vanuit milieuoogpunt zorgvuldige manier dient te worden uitgevoerd. Ook is hierbij van belang om aan te tonen dat het project uitvoerbaar is voor wat betreft eventuele kosten in verband met de bodemkwaliteit, zoals voorgeschreven in het Besluit ruimtelijke ordening (Bro). De Wet bodembescherming biedt het kader voor de benodigde kwaliteit en het gebruik van grond en bodem.

Bodemonderzoeken kunnen in verschillende gradaties plaatsvinden. Naast de uitvoering van een historisch onderzoek, kan het noodzakelijk zijn een verkennend, of – indien de onderzoeksresultaten daartoe aanleiding geven – aanvullend bodemonderzoek te laten verrichten in het kader van de voorbereiding van een project. Zo nodig moet er een saneringsplan worden opgesteld.

Informatie over de bodemkwaliteit kan tevens worden gehaald uit bodemkwaliteitskaarten. Een bodemkwaliteitskaart wordt vastgesteld op grond van het Besluit bodemkwaliteit (Bbk). Bij de bodemkwaliteitskaart staan verplichtingen inzake het gebruiken en verplaatsen van grond.

In het kader van de herontwikkeling van de locatie Westerdreef 9 is er in 2016 een verkennend bodemonderzoek verricht door Antea, en zijn er in 2018 en 2019 een verkennend bodemonderzoek asbest en twee nadere bodemonderzoeken verricht door Buro Boot. Het onderzoeksrapport (d.d. 1 juli 2016) van Antea is opgenomen als bijlage 4 van deze ruimtelijke onderbouwing, en de

onderzoeksrapporten van Buro Boot zijn opgenomen als bijlagen 5, 6 en 7 van deze ruimtelijke onderbouwing.

Tevens is een saneringsplan opgesteld door het bureau Groundwater Technology. Het saneringsplan dient voor de sanering van de bodemverontreiniging op de aangrenzende locatie Staringstraat 54-56

(Autobedrijf Marcel van Dijk), inclusief de sanering van de perceelsoverschrijdende verontreiniging op onder andere het perceel Westerdreef 9. Dit saneringsplan (d.d. 29 mei 2019) is opgenomen als bijlage 8 van deze ruimtelijke onderbouwing.

In het najaar van 2019 is er nog een verkennend bodemonderzoek inzake PFAS verricht door Buro Boot.

Het PFAS-onderzoeksrapport (d.d. 10 februari 2020) van Buro Boot is opgenomen als bijlage 9 van deze ruimtelijke onderbouwing.

6.4.2 Verricht verkennend bodemonderzoek 2016

Het doel van het verkennend bodemonderzoek is de bodemkwaliteit vast te leggen om in het kader van de voorgenomen herontwikkeling van het bedrijfsperceel Westerdreef 9 de gebruiksmogelijkheden van het terrein te bepalen. In het uitgevoerde bodemonderzoek is overeenkomstig de NEN 5740 de

milieuhygiënische bodemkwaliteit ter plaatse van de onderzoekslocatie vastgesteld. De conclusies van het onderzoek zijn als volgt.

Vooronderzoek

Uit de beschikbare informatie blijkt dat voor de onderhavige locatie Westerdreef 9 sprake is van een verdachte locatie. De locatie is al lange tijd in gebruik als bedrijfslocatie, waarbij sprake van de opslag van milieugevaarlijke stoffen. Bij voorgaand bodemonderzoek zijn diverse verontreinigingen aangetroffen.

Met name in het grondwater waarbij op diverse plaatsen een sterk verhoogde concentraties arseen zijn vastgesteld.

Nabij de noordwestelijke perceelgrens is bij voorgaand onderzoek (2003) een sterke verontreiniging met minerale olie aangetroffen in de grond en een lichte verontreiniging in het grondwater. De verontreiniging hangt naar verwachting samen het geval van ernstige bodemverontreiniging met minerale olie in de grond en de grondwater op het terrein van Staringsstraat 56. De omvang van deze sterke grond en/of

grondwaterverontreiniging met minerale olie op het terrein van Westerdreef 9 is bij voorgaand onderzoek niet in beeld gebracht. De verontreiniging met minerale olie wordt als aandachtpunt

meegenomen in het verkennend bodemonderzoek naar de algemene bodemkwaliteit van de onderhavige locatie.

Algehele terrein

De boven- en ondergrond met bijmengingen met bodemvreemd materiaal is ten hoogste licht

verontreinigd. Plaatselijk zijn licht verhoogde gehalten PAK, lood en/of minerale olie vastgesteld. In de zintuiglijk schone bodem zijn geen verontreinigingen vastgesteld.

In het grondwater zijn gedurende het onderzoek licht verhoogde concentraties zink, barium en molybdeen gemeten. Tevens zijn licht tot sterk verhoogde concentraties arseen aangetroffen. Deze verhoogde concentraties arseen kunnen gezien worden gezien als een van nature verhoogde

achtergrondconcentratie. De gemeente Haarlemmermeer is bekend met het voorkomen van verhoogde concentraties arseen binnen de gemeentegrenzen.

Olieverontreiniging nabij de noordwestelijke perceelgrens

De plaatselijk zintuiglijk verontreinigde ondergrond is licht tot ten hoogste matig verontreinigd met minerale olie. Er zijn geen sterke verontreinigingen met minerale olie aangetroffen.

In het grondwater uit peilbuis 02 is een licht verhoogde concentratie minerale olie vastgesteld. In het grondwater uit peilbuis 01 zijn geen verhoogde concentraties minerale olie of aromaten vastgesteld. De peilbuizen 01 en 02 staan nabij de perceelsgrens met het belendend perceel van Staringsstraat 56, waar sprake is van een geval van ernstige bodemverontreiniging met minerale olie in de grond en de

grondwater. De sterke grondverontreiniging met minerale olie die bij voorgaande bodemonderzoek (2003) is vastgesteld op het terrein van Westerdreef 9, is bij onderhavig bodemonderzoek niet

aangetoond. Op basis van de onderzoekresultaten zijn er geen aanwijzingen dat de verontreiniging op het belendende perceel heeft geleid tot een sterke grond en/of grondwater verontreiniging met minerale ter plaatse van de onderzoekslocatie. Het is echter zeer aannemelijk dat de aangetoonde lichte tot matige verontreinigingen afkomstig zijn van het belendende perceel en daarmee onderdeel uit maken van het geval van ernstige bodemverontreiniging. De eigenaar van het belendende perceel is verantwoordelijk voor het (gehele) geval van ernstige bodemverontreiniging en daarmee aansprakelijk voor eventuele financiële schade die als gevolg van de verontreinigingssituatie ontstaat.

Toetsing hypothese

De vooraf opgestelde hypothese ‘verdachte locatie’ wordt aanvaard; lokaal is sprake van een lichte tot matige verontreiniging in de grond en lichte verontreinigingen in het grondwater.

Voornoemde conclusies zijn gebaseerd op het vooronderzoek, de zintuiglijke waarnemingen en analyseresultaten van dit onderzoek.

6.4.3 Verricht verkennend bodemonderzoek asbest 2018

Het verkennend bodemonderzoek asbest voor de locatie Westerdreef 9 is uitgevoerd met als aanleiding de verdachtheid van de bodem ten aanzien van asbest. Op het maaiveld van de onderhavige projectlocatie zijn geen asbesthoudende materialen van groter dan 20 mm gevonden, ook is er in de bodemlaag geen asbesthoudend materiaal gevonden. Uit het verrichte onderzoek volgt de conclusie dat de

onderzoekslocatie ofwel het projectgebied niet verdacht is met betrekking tot de aanwezigheid van asbest. 6

Kanttekeningen bij de conclusie zijn dat de projectlocatie voor meer dan 50% bebouwd is, waardoor niet de volledige bodem onderzocht kon worden, en dat er wel asbest (5 mg-kg ds) is gevonden in de

funderingslaag. De asbestconcentratie in de funderingslaag dient als indicatief te worden beschouwd omdat het onderzoek niet volledig conform NEN 5897 is uitgevoerd. Gezien de twee kanttekeningen wordt in het onderzoeksrapport aanbevolen om de funderingslaag nader te onderzoeken, en om ook het maaiveld nader te onderzoeken wanneer de bebouwing is verwijderd.

6.4.4 Verricht nader bodemonderzoek 2018/2019

Op basis van een verkennend bodemonderzoek voor het perceel Westerdreef 9 is geconstateerd dat ter hoogte van het perceel Staringstraat 54-56 (Autobedrijf Marcel van Dijk), welke grenst aan het perceel Westerdreef 9, een sterke verontreiniging met minerale olie in grond en grondwater aanwezig is. Daarom is nader bodemonderzoek uitgevoerd door Buro Boot, welke is uitgevoerd in twee fasen.

De bodemverontreiniging bevindt zich aan de noordwestzijde van het onderhavige projectgebied, ter plaatse van een deel van de beoogde nieuwe weg en parkeerplaatsen.

Fase 1

Het uitgevoerde 1e fase nader bodemonderzoek richt zich op de verontreiniging met minerale olie in grond en grondwater ter hoogte van de perceelgrens met perceel Staringstraat 54-56, en geeft de volgende conclusies.7

 Op het perceel Westerdreef 9 zijn ter hoogte van de perceelgrens met Staringstraat 54-56 sterk verhoogde concentraties minerale olie in (onder)grond en grondwater aangetoond.

 Vluchtige aromaten zijn in zowel grond als grondwater niet aangetroffen.

 De verontreiniging met minerale olie in grond en grondwater is zowel horizontaal als verticaal onvoldoende afgeperkt.

 De verontreinigingen in grond en grondwater vormen in milieuhygiënische zin een belemmering voor het toekomstig gebruik oftewel de gewenste functie wonen.

 Geadviseerd wordt om aanvullend nader onderzoek uit te voeren om de aard en omvang van de verontreiniging met minerale olie in beeld te krijgen.

 Op het perceel Westerdreef 9 is een voormalige watergang aanwezig waarin een gemeentelijk riool is aangelegd. Geadviseerd wordt om de invloed van de gedempte watergang in relatie tot de

verspreiding van de verontreiniging te onderzoeken.

Fase 2

Het uitgevoerde 2e fase nader bodemonderzoek richt zich op de in eerder onderzoek (fase 1) aangetoonde verontreiniging met minerale olie in grond en grondwater ter hoogte van de perceelgrens met perceel Staringstraat 54-56, en geeft de volgende conclusies.8

 De verontreiniging met minerale olie in zowel de ondergrond als het grondwater is ontstaan vanuit het perceel Staringstraat 48.

 Op het perceel Westerdreef 9 zijn ter hoogte van de perceelgrens met Staringstraat 54-56 sterk verhoogde concentraties minerale olie in (onder)grond en grondwater aangetoond.

 Vluchtige olie (C2-C5) is in zowel de vaste bodem als in het grondwater niet aangetroffen.

 De sterke verontreiniging (>interventiewaarde) met minerale olie is, zowel in de vaste bodem als in het grondwater, zowel horizontaal als verticaal ingeperkt.

6 De resultaten van het onderzoek zijn te vinden in het rapport ‘Verkennend bodemonderzoek [asbest] conform NEN 5707, Nieuw-Vennep – Westerdreef 9’ (d.d. 3 april 2018)(kenmerk P17-0716-067) van Buro Boot, in bijlage 5.

7 De resultaten van het onderzoek zijn te vinden in het rapport ‘Nader bodemonderzoek [1e fase] conform NTA 5755, Nieuw-Vennep – Westerdreef 9’ (d.d. 3 april 2018)(kenmerk P17-0716-068) van Buro Boot, in bijlage 6.

 De hoeveelheid sterk verontreinigde grond met een concentratie boven de interventiewaarde binnen het perceel Westerdreef 9 bedraagt circa 90 m³.

 De hoeveelheid verontreinigd bodemvolume grondwater met minerale olie boven de interventiewaarde binnen het perceel Westerdreef 9 bedraagt circa 440 m³.

 De aanwezigheid van de gedempte sloot is naar verwachting beperkt van invloed geweest op de verspreiding van de bodemverontreiniging met minerale olie.

 De contour van de sterke verontreiniging met minerale olie in zowel de vaste bodem als het grondwater komt vrijwel overeen met de contour van de bebouwing (Westerdreef 9).

 Geadviseerd wordt om de perceel overschrijdende minerale-olieverontreiniging gelijktijdig met de voor in 2019 verwachte uitvoering van de sanering aan de Staringstraat uit voeren. Hierbij dient met name rekening te worden gehouden met:

o De bebouwing van Westerdreef 9. Die zal naar waarschijnlijkheid nog niet gesloopt zijn ten tijde van de sanering. De olieverontreiniging (>interventiewaarde) in zowel de ondergrond als het grondwater loopt in ieder geval tot de gevel.

o De voorgenomen woningbouw op het perceel Westerdreef 9. Geadviseerd wordt om de saneringsdoelstelling hierop af te stellen.

In 2020 wordt naar verwachting aan de Staringstraat gesaneerd in opdracht van Autobedrijf Marcel van Dijk. In het kader van de sanering van de verontreinigde grond is een saneringsplan opgesteld. De verontreiniging bevindt zich hoofdzakelijk op het perceel Staringstraat 54-56.

6.4.5 Saneringsplan

In het kader van de sanering van de verontreinigde grond, op hoofdzakelijk het perceel Staringstraat 54-56, is een saneringsplan opgesteld. De sanering is nodig voor het herontwikkelen en gebruiken van het perceel Westerdreef 9 voor de voorgenomen functie wonen.

Op de locatie Staringstraat 54-56 in Nieuw-Vennep is een geval van ernstige bodemverontreiniging met minerale olie in de grond en grondwater vastgesteld. De huidige eigenaar van de locatie, Autobedrijf Marcel van Dijk, heeft een saneringsplan laten opstellen voor de uitvoering van de bodemsanering van de minerale olieverontreiniging. De verontreiniging bevindt zich aan de achterzijde (zuidoostzijde) van het pand op de locatie Staringstraat 54-56, en aan de noordwestzijde van het perceel Westerdreef 9.

De doelstelling van het saneringsplan is het vaststellen van de werkwijze met betrekking tot de vermindering/verwijdering van de verontreiniging. Daarnaast kan op basis van de informatie in het saneringsplan in combinatie met de bijlagen een beschikking ernst en spoedeisendheid en goedkeuring saneringsplan door het bevoegd gezag (de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied) worden afgegeven en kunnen de eventuele noodzakelijke vergunningen worden aangevraagd.

De bodemverontreiniging is weergegeven op afbeelding 6.4 weergegeven.

Afbeelding 6.4 Bodemverontreiniging Staringstraat 54-56, en bij Westerdreef 9

Bodemverontreiniging en -sanering in relatie tot het onderhavige project

De bodemverontreiniging bevindt zich aan de noordwestzijde van het onderhavige projectgebied, ter plaatse van een deel van de beoogde nieuwe weg en parkeerplaatsen. Ter plaatse van de beoogde woningbouw is geen sprake van bodemverontreiniging. Door de sanering zal de bodemkwaliteit ter plaatse van de nieuwe weg en parkeerplaatsen voldoende worden voor de functie verkeer en parkeren.

Goedkeuring saneringsplan

Het saneringsplan is reeds ingediend bij de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied. De omgevingsdienst heeft een beschikking inzake het saneringsplan afgegeven. In de beschikking d.d. 13 augustus 2019 staat het volgende:

Conclusie

Uit de toetsing blijkt dat er sprake is van een geval van ernstige bodemverontreiniging. Er is echter geen sprake van spoedeisendheid om het geval te saneren.

Door het uitvoeren van het saneringsplan wordt voldaan aan de saneringsdoelstelling van artikel 38 Wbb, nader uitgewerkt in de Circulaire Bodemsanering 2013.

Besluit

Er is sprake van een geval van ernstige bodemverontreiniging, en niet van spoedeisendheid om het geval te saneren. De omgevingsdienst stemt in met het saneringsplan.

6.4.6 Verricht PFAS-bodemonderzoek

In het kader van de voorgenomen sanering en woningbouw is een verkennend bodemonderzoek ten aanzien van PFAS uitgevoerd door Buro Boot. Het uitgevoerde PFAS-bodemonderzoek geeft de volgende conclusies:

 In de verschillende bodemlagen op het onderzochte terrein zijn verschillende, licht verhoogde

concentraties PFAS aangetroffen. Er is geen onderscheid te maken tussen verschillende deellocaties of bodemlagen. In principe wordt de grond tot 1 meter minus maaiveld indicatief ingedeeld in klasse Landbouw/Natuur op basis van PFAS.

 De aangetoonde concentraties PFAS in de bodem vormen in milieuhygiënische zin geen belemmering voor het toekomstig gebruik (wonen/woningbouw) en geven geen noodzaak voor het uitvoeren van nader onderzoek en/of het treffen van sanerende maatregelen.

 Ten aanzien van grondverzet op en van de projectlocatie dient rekening te worden gehouden dat de vrijkomende grond op basis van PFOS en PFOA indicatief wordt ingedeeld in toepassingsklasse Landbouw/Natuur.

6.4.7 Conclusie

Er zijn voor de onderhavige projectlocatie Westerdreefkwartier (Westerdreef 9 Nieuw-Vennep) meerdere bodemonderzoeken uitgevoerd.

De bodemkwaliteit/-verontreiniging aan de noordwestzijde van het perceel Westerdreef 9 geeft, zonder sanering, een belemmering voor de ontwikkeling van het onderhavige project. De verontreiniging van de bodem, aan de noordwestzijde van het perceel, zal moeten worden gesaneerd alvorens het gehele perceel Westerdreef 9 geschikt is voor de beoogde nieuwe functies. Er is reeds een saneringsplan opgesteld en een beschikking inzake het saneringsplan afgegeven door de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied.

De bodemverontreiniging bevindt zich aan de noordwestzijde van het onderhavige projectgebied, hoofdzakelijk op een ander perceel, ter plaatse van een deel van de beoogde nieuwe weg en

parkeerplaatsen. Ter plaatse van de beoogde woningbouw is geen sprake van bodemverontreiniging.

Door de sanering zal de bodemkwaliteit ter plaatse van de nieuwe weg en parkeerplaatsen voldoende worden voor de functie verkeer en parkeren.

De concentraties PFAS zijn geen belemmering voor het onderhavige project.

Het aspect bodemkwaliteit vormt, met de uitvoering van de voorgenoemde sanering, geen belemmering voor het onderhavige project.