• No results found

179 De Bijloke, Programma 2007-2008, 6

In document Klassiek over de grens (pagina 52-56)

179 De Bijloke, Programma 2007-2008, 6.

180 De Bijloke, Programma 2008-2009 en Bijlage 2 voor een overzicht van de totale programmering van De Bijloke in seizoen 2008-2009.

2007-2008 2008-2009

De Oosterpoort De Bijloke De Oosterpoort De Bijloke

authentiek/ koren

(18) musica antiqua 1 en 2 (14) authentiek/ koren (15) musica antiqua 1 en 2 (12)

vocaal solo (4) voix gras (6) vocaal solo (6) voix gras (6)

kamermuziek (20) Het Debuut (4) piano (9)

kamermuziek (7)

solo 1 en 2 (8) kamermuziek (16) kamermuziek/ zondagmiddag (6) Het Debuut (4) piano (5) Koffie Klassiek (8) kwartet (5) solo 1 en 2 (12) NNO (24)

orkesten (4) symfonisch 1,2,3 (15) NNO (20) orkesten (7) symfonisch 1,2,3 (15) muziektheater (1) Bijloke/ Vooruit (4) jazz (4) Bijloke/ Vooruit (4) jazz (4) Bijloke/Handelsbeurs (4) bridge (6)

East of Eden (7) East of Eden (7)

overig (12) overig (5) overig (5) overig (7)

jeugd (9) jong (5) jeugd (7) jong (7)

festivals (4) festivals (4) festivals (3) festivals (6)

te gast (10) te gast (10)

totaal: 118 89 113 85

Tabel 4: overzicht van de programmering van De Oosterpoort en De Bijloke, seizoen 2007-2008 en 2008-2009.

Wanneer de subgenres en reeksen met elkaar vergeleken worden, valt op dat beide podia ongeveer evenveel aandacht aan oude- en koormuziek besteden.182 Ook de vocale (solo)muziek is bij de twee podia bijna gelijk. Het valt op dat De Oosterpoort in verhouding meer kamermuziek heeft geprogrammeerd dan De Bijloke. Daar is het aantal kamermuziekconcerten nagenoeg gelijk aan het aantal symfonische concerten,

terwijl bij De Oosterpoort het grootste deel van de programmering uit kamermuziek bestaat.

Een ander opvallend verschil is het aandeel van symfonische muziek. Bij De Oosterpoort bestaat bijna een kwart van de programmering uit concerten van het NNO en andere orkesten. En hoewel De Bijloke wel drie reeksen met symfonische muziek heeft, nemen deze samen maar een zesde deel van de programmering in. Anders dan bij De Oosterpoort en het NNO gaat De Bijloke actief in overleg met „haar‟ symfonieorkesten over het samenstellen van de programmering. Dat doet het podium ook met de andere vaste artistieke partners; de special guests en ensembles als Collegium Vocale Gent. Daarin volgt De Bijloke de singuliere contextlogica,

evenals in het selecteren van musici en ensembles die eventueel met elkaar samen zouden kunnen werken (Jonathan De Ceuster en Fretwork). Het samenbrengen van die musici en ensembles is dan weer een voorbeeld van de collectieve inhoudslogica. In het samenstellen van de totale programmering volgen beide podia de collectieve inhoudslogica. De Oosterpoort zoekt naar balans en bekijkt per subgenre hoeveel ruimte hiervoor is. De Bijloke streeft naar evenwicht in de programmering. De Oosterpoort programmeert daarnaast voor sommige doelgroepen heel bewust, zoals voor de leden van de Business Club en van Club Klassiek. Dit is dan een voorbeeld van de collectieve contextlogica.

De Oosterpoort werkt samen met Groningse musici, ensembles en culturele

instellingen, die in de (gast)programmering worden opgenomen of partner zijn in het organiseren van een festival. Hiermee volgt De Oosterpoort de collectieve

contextlogica, net als De Bijloke die haar samenwerkingsverbanden initieert en uitdraagt. Bij de organisatie van thematische festivals, zoals OnWings!, maar ook Frisse Wind, de Wereld van de Piano en het Philip Glass festival, laveert De

Oosterpoort tussen de collectieve inhoudslogica en de collectieve contextlogica. Dit bij De Bijloke ook het geval, als het gaat om het gezamenlijk programmeren met andere podia, zoals met Vooruit.

Hoofdstuk 4. Focus binnen de programmering

4.1 Inleiding

Om helder te krijgen waar de zwaartepunten liggen binnen de programmering van De Oosterpoort en De Bijloke, is bekeken hoe de programma‟s door de podia worden omschreven en welke selectielogica‟s achter de keuze van deze programma‟s kunnen schuilgaan. Hierbij zijn alle programmaonderdelen uit de seizoensbrochures van 2007-2008 en 2008-2009 tegen het licht gehouden. In hoofdstuk 3 werd al een overzicht gegeven van de verschillende subgenres waarin de programmering van beide podia onderverdeeld kon worden. Binnen alle subgenres zijn voorbeelden te vinden van programma‟s waarop één of meerdere selectielogica‟s van toepassing zijn. Uit de omschrijving van ensembles, musici, repertoire en componisten blijkt vaak waarom deze keuze is gemaakt en welke aspecten daarbij belangrijk waren, zoals de presentatie van onbekend werk of de reputatie van een bepaald ensemble of orkest. Dit hoofdstuk beperkt zicht tot de subgenres kamermuziek, koren en oude muziek, en orkesten. Subgenres als festivals, jeugd/jong, te gast en Bijloke/ Vooruit zijn eerder uitzondering dan regel en vormen slechts een klein deel van de

programmering. Daarom worden deze subgenres verder buiten beschouwing gelaten. Voor reeksen als jazz en East of Eden geldt hetzelfde, omdat hierin andere

muziekgenres dan klassieke muziek aan bod komen. Per subgenre worden De Oosterpoort en De Bijloke steeds na elkaar besproken. In de conclusie worden beide podia met elkaar vergeleken.

4.2 De Oosterpoort: wie zijn de musici?

Uit een nadere beschouwing van de programmering van De Oosterpoort blijkt dat het podium zich (bewust of onbewust) vooral profileert met de status, reputatie van musici, ensembles en orkesten en de daarbij behorende verwachtingen. Dat begint al bij het NNO, het orkest waarvoor het podium gebouwd is. Nog steeds neemt het NNO een aanzienlijk deel van de programmering voor haar rekening. Het orkest wordt ieder seizoen geprogrammeerd en daarin zal naar verwachting geen

verandering komen.183 In het geval van het NNO vallen een aantal dingen op. Ten eerste heeft de gemeente Groningen eerder bepaald dat het NNO belangrijk genoeg was om een podium voor te bouwen (singuliere contextlogica). Ten tweede heeft het

183 In seizoen 2009-2010 is het NNO 22 keer geprogrammeerd door De Oosterpoort. De Oosterpoort & de Stadsschouwburg, 2009-2010.

orkest altijd een centrale positie binnen de programmering van De Oosterpoort weten te behouden, ook toen het podium een breder programma ging samenstellen. Bovendien houdt Yvonne van den Berg bij het programmeren van het klassieke aanbod rekening met de symfonische programma‟s van het NNO (collectieve inhoudslogica).

4.3 De Bijloke: wat is het repertoire?

Het lijkt alsof De Bijloke in het algemeen meer aandacht besteedt aan de inhoud van de programmering dan De Oosterpoort. De Bijloke gaat bijvoorbeeld in overleg met een musicus of ensemble over de samenstelling van een programma, waarbij het podium haar wensen kenbaar maakt. Voorbeelden hiervan zijn de

samenwerkingsverbanden met vaste partners en special guests, waaronder Ronald Brautigam, Jean-Guihen Queyras, deFilharmonie en Collegium Vocale Gent.184 Dat De Bijloke uitgesproken ideeën heeft over de samenstelling van de programmering, blijkt behalve uit de indeling van alle concerten in reeksen, vooral uit de drang om bepaalde projecten per se te willen uitvoeren. Yves Rosseel zegt hierover: “Een special guest moet niet gewoon zijn eitje komen leggen, maar veeleer op het eitje van De Bijloke komen zitten om het uit te broeden. (…) Bepaalde projecten moéten we gewoon doen.” 185 Hierbij doelt Yves Rosseel ook op het initiëren van projecten om jonge musici en componisten te promoten. Zo introduceerde De Bijloke in seizoen 2008-2009 het begrip „featuring‟, dat de paraplu vormt waaronder jonge, getalenteerde musici en componisten samenwerken met gevestigde internationale musici, die te gast zijn in De Bijloke.186 Yves Rosseel en De Bijloke leggen hun eigen voorkeuren neer bij musici (singuliere inhoudslogica), zij selecteren jonge talenten op basis van hun interpretatie van muziekstukken (singuliere contextlogica) en ze koppelen jonge talenten aan gerenommeerde musici, waarmee een confrontatie en samenwerking tussen verschillende musici ontstaat (collectieve inhoudslogica).

4.4 Kamermuziek

Onder kamermuziek wordt muziek voor een instrumentaal ensemble van twee tot tien à twaalf enkelvoudig (solistisch) bezette partijen verstaan, bedoeld om in een kleine ruimte te worden uitgevoerd. Dat kan in een huiselijke omgeving zijn of openbaar tijdens een intiem concert met een kleine groep luisteraars. Ten tijde van

In document Klassiek over de grens (pagina 52-56)