• No results found

Artikel 3.4.4. Projectzone 4 (SP4)

In document Stedenbouwkundige voorschriften (pagina 54-58)

2.3. Artikel 3.4. Zone voor wonen – strategisch woonproject

2.3.4. Artikel 3.4.4. Projectzone 4 (SP4)

§1. Bestemmingsvoorschriften

De volgende bestemmingen zijn in deze zone toegelaten:

• Openbaar nut – bibliotheek, maar beperkt tot het huidige bouwvolume van de biliotheek;

• Openbaar nut – museale/archeologische functie, gecombineerd met horeca-functie;

• Openbaar plein gecombineerd met archeologische zone.

§2. Bebouwings- en inrichtingsvoorschriften

Bestaande bibliotheekgebouw:

Het bestaande bibliotheekgebouw mag onderhouden worden en intern verbouwd en gerenoveerd. Interne aanpassingen ten gevolge van sectorale wetgeving (bibliotheekbeheer, veiligheid, toegankelijkheid) zijn eveneens mogelijk.

Hierbij mag het bestaande volume nooit uitgebreid worden, noch kan de grondoppervlakte van het gebouw toenemen (de footprint van het gebouw).

Nieuwbouw:

Binnen deze zone mag slechts op twee plekken een nieuwbouw opgericht worden. Deze plekken zijn enkel met zekerheid af te bakenen na raadpleging van de in het verleden al uitgevoerde of nog uit te voeren archeologische onderzoeken.

Toelichting, ruimtelijke principes Essentiële aspecten

Juridische voorschriften

Omgaan met de bibliotheek:

Het bestaande bibliotheekgebouw is “het verkeerde gebouw op de verkeerde plaats”: de inplanting is totaal niet conform de eigen aard van de plek waar het ingeplant werd, en de vormgeving is karakterloos en niet aangepast aan de waarde van de plek waar het staat. De impact van dit gebouw is zonder meer negatief. Verdere uitbreiding is dan ook niet gewenst, om bijkomende onaangepaste bouwwerken op die plek te kunnen vermijden. Een uitbreiding van de bibliotheek kan niet anders dan van de bestaande bebouwing uitgaan, en deze bebouwing is nu net het grootste probleem, door haar onaangepast karakter.

Sala:

Informatie in een echt gebouw, open naar de omgeving

Motte

Baken en uitkijk

De Sala

Na de afbakening van de vroegere sala van de burcht kan een nieuwbouw worden opgericht. De bestemmingen zijn hoger vermeld. Het gebouw moet zo ingeplant en opgevat worden dat een uitkijk over de westelijke rand van de Burchtheuvel mogelijk is.

Volgende randvoorwaarden zijn geldig:

Inplanting:

Het nieuwe volume moet geheel binnen de afbakening van de vroegere sala ingeplant worden. 100% van het grondvalk van de afgebakende sala kan bebouwd worden. Open, overdekte ruimtes (terrassen, patio’s, …) zijn eveneens toegelaten.

Volume:

Er kan een bruto-bouwvolume van 1.000m3 opgericht worden. Kelders zijn hier altijd verboden.

Hoogte:

De hoogte van het gebouw is beperkt tot een maximale kroonlijsthoogte van 6,00m. De dakvorm is vrij, en indien er geen plat dak gebruikt wordt, is de totale bouwhoogte beperkt tot 9,00m

Materialen:

De materiaalkeuze is vrij.

De Motte

Deze heuvel moet zijn huidige configuratie, helling en hoogteverschil met de rest van de zone behouden.

Voor de nieuwe constructie zijn de volgende randvoorwaarden van toepassing:

Toelichting, ruimtelijke principes Essentiële aspecten

Juridische voorschriften

Vrijhouden burchtlocatie:

Aangezien er geen sporen van de burcht meer in de ondergronden aanwezig zijn, maar door vroegere opmetingen de plaats van de grote “sala” nog kan teruggevonden worden, kan de plek van deze “sala” als uitgangspunt dienen.

Deze wordt in het projectgebied als middelpunt van een aangepaste

herinrichting voorzien. De vroegere motte wordt gesuggereerd door de struiken op de helling van de burchtheuvel daar kort te houden, zodat een nieuwe stenen borstwering op die plaats beter tot haar recht komt.

Historisch geankerde invulling:

Het RUP moet de bouw en inrichting van “museale plek”, al dan niet in een gebouw, mogelijk maken. De grafelijke geschiedenis kan men enkel hier duiden. Een ruimte kan voorzien worden voor een eenvoudig, beeldbepalend en functioneel gebouw, eventueel op de oude Sala. De locatie van de vroegere Motte kan dienst doen als plek om een uitkijktoren of “kijk-gebouw” in te planten. De Sala en de Motte worden zo “geactualiseerd”: er zijn geen sporen meer van terug te vinden, en reconstructie zou een foute stap zijn, maar beide belangrijke elementen van de geschiedenis worden op hedendaagse en eenvoudige wijze terug zichtbaar gemaakt.

Wat vooral belangrijk is op deze historische plek, is dat men, nieuwbouw of niet, een coherente en uniforme “taal” gebruikt bij de heraanleg, herinrichting of nieuwe bebouwing van deze plek: daartoe is het noodzakelijk om vooraf een totaalvisie en een inrichtingsstudie uit te voeren, waarin niet alleen

stedenbouwkundige principes worden opgenomen en uitgewerkt, maar waarin ook een bepaalde materialen- en vormentaal geduid wordt.

Archeologisch onderzoek wordt hier voorafgaandelijk aan elke herinrichtings-, afbraak- of bouwoperatie opgelegd, en de sporen kan men gebruiken als basisconcept voor het nieuwe gebouw.

Indien gewenst, kan op een “Gravenhuis” worden ingericht. Dit kleinschalig infocentrum is te vergelijken met het infopunt van de organisatie “Voeren 2000”, midden in ’s Gravenvoeren. Thematische informatie over het Land van Loon en de historiek van de Graven van Loon kan hier aan de bezoekers getoond worden.

Creatie van een polyvalente, doch historische en

De hoogte van de constructie of het gebouw is beperkt tot een maximale totale bouwhoogte van 10,00m.

Materialen:

De materiaalkeuze is vrij.

Aanvullende voorschriften

In deze projectzone is de bouw van een ondergrondse parking verboden.

De aanleg van parkeerplaatsen voor motorvoertuigen is niet toegelaten.

De vrijblijvende ruimte binnen deze zone wordt ingericht als een verblijfsruimte met respect voor de historische ondergrond. Bij de inrichting van deze ruimte zal de historische waarde ervan getoond worden door elementen van de toekomstige inrichting. Een minimale vereiste is dat de contouren van de burchtwal in de inrichting zichtbaar gemaakt worden. Een duidelijke ruimtelijke link met de burchtheuvel ten zuiden van de huidige bibliotheek moet eveneens in de inrichting voorzien worden.

Volgende werken, handelingen, voorzieningen en inrichtingen zijn daartoe vergunbaar:

 Het aanbrengen van kleinschalige infrastructuur voor het al dan niet toegankelijk maken van de zone voor educatief en recreatief medegebruik, waaronder het aanleggen, inrichten of uitrusten van paden voor niet-gemotoriseerd verkeer. Deze paden moeten in kleinschalige, waterdoorlatende verharding worden aangelegd. De genoemde werken, handelingen en wijzigingen zijn toegelaten voor

Toelichting, ruimtelijke principes Essentiële aspecten

Juridische voorschriften

Beëindiging Speelhof:

Door de plaatsing van een “poort” tussen Burcht en Speelhof kan de historische link zichtbaar gemaakt worden. Samen met een aantal ruimtelijke elementen in een bepaalde schikking kan het Speelhof zijn “vierde wand” krijgen en ruimtelijk van de Burchtheuvel worden gescheiden, met een mogelijke doorkijk naar de Burchtruimte (en het landschap verderop!) Dit verbetert de beleving van het Speelhof, maar maakt de Burchtheuvel ook tot een intiemere ruimte.

Bepaalde werken worden toegelaten, namelijk om een functionele en esthetische inrichting van de zone mogelijk te maken

Beplanting moet met streekeigen soorten gebeuren

Afsluitingen zijn enkel in bepaalde gevallen toegelaten – openbaar karakter van de ruimte beklemtonen

zover de ruimtelijke samenhang, de cultuurhistorische waarden en natuurwaarden in de zone bewaard blijven en de sociale functie niet geschaad wordt.

 Het herstellen of heraanleggen van bestaande wegenis en nutsleidingen. Bestaande wegenis en nutsleidingen kunnen verplaatst worden voor zover dit noodzakelijk is vanuit technisch oogpunt, voor de kwaliteit van het leefmilieu, de openbare veiligheid of de volksgezondheid.

 Het aanplanten van streekeigen hoogstambomen, struiken, heesters en hagen, en dit in functie van rustig recreatief medegebruik of het verhogen van de natuurwaarde binnen de zone.

 In deze zone is het niet toegelaten om afsluitingen op te richten, behalve uit historisch-archeologisch oogpunt (zoals het zichtbaar maken van de burchtwal), of uit veiligheidsoogpunt.

§3. Voorschriften inzake beheer

De voorschriften worden beschouwd als maxima bij de beoordeling van vergunningsaanvragen. De noodzakelijke woonkwaliteit, de aansluitingsaspecten van verschillende volumes, de ondersteuning van het straatbeeld, enz. kunnen ertoe leiden dat deze maxima niet gerealiseerd kunnen worden. Het maximum gabariet wordt dan ook niet beschouwd als een recht, maar wel als een absolute bovengrens voor de gewenste zone-ontwikkeling. Bij de beoordeling van een aanvraag voor deze projectzone zullen de ruimtelijke kwaliteit, de inpassing in de erfgoed- en landschappelijke omgeving, en de draagkracht van de omgeving de belangrijkste beoordelingscriteria zijn.

Toelichting, ruimtelijke principes Essentiële aspecten Juridische voorschriften

De bestemming van deze tuinzones is in de eerste plaats een groene buitenruimte bij de erbij horende woningen.

Eventueel zijn bijgebouwen in functie van de voorliggende bouwzones toegelaten, en ook beperkte uitbreidingen van deze bouwzones.

In de tuinstrook mogen enkel gebouwen opgetrokken worden met plat dak. Bestaande volumes mogen onderhouden, verbouwd, gerenoveerd en herbestemd worden volgens de zone waarin het perceel gelegen is.

Het volledig volbouwen van de tuinstrook is niet toegelaten.

Hoofdbestemming is tuin bij wooneenheden, eventueel voorzien van bijgebouwen

Beperkte uitbreiding van hoofdbestemming aangrenzende zone toegelaten

Bouwvolume wordt strikt vastgelegd, binnen bepaalde oppervlakte- en hoogtebeperkingen

In document Stedenbouwkundige voorschriften (pagina 54-58)