ONDERZOEK BIJ Cbs De Wegwijzer
Plaats: Zuidbroek BRIN-nummer: 05VK Onderzoeksnummer:
Onderzoek uitgevoerd op: 7 april 2009 Conceptrapport verzonden op: 17 april 2009 Rapport vastgesteld te Groningen op: 3 juni 2009
Reproductie van het rapport zonder toestemming van de inspectie of de school/instelling
vindt niet plaats anders dan in zijn volledige vorm.
h e t O N D E R W I J S
1. INLEIDING
De Inspectie van het Onderwijs heeft op 7 april 2 0 0 9 een onderzoek uitgevoerd op christelijke basisschool De Wegwijzer om na te gaan of de tekortkomingen in de kwaliteit van het onderwijs zijn opgeheven.
Aanleiding
De aanleiding voor dit onderzoek is de volgende. De inspectie heeft voor basisschool De Wegwijzer naar aanleiding van een kwaliteitsonderzoek op 19 februari 2 0 0 8 (zie vastgesteld rapport van bevindingen 2 april 2008) een aantal tekortkomingen vastgesteld. Over de op onderdelen tekortschietende onderwijskwaliteit zijn met het bevoegd gezag
prestatieafspraken gemaakt.
Op 29 januari 2 0 0 9 heeft de inspectie de uitkomsten van de risicoanalyse met het bevoegd gezag besproken en de voortgang van het verbetertaject. Naar aanleiding van dit gesprek is afgesproken om in april 2009 een kwaliteitsonderzoek uit te voeren gericht op in hoeverre de tekortkomingen zijn opgeheven en vast te stellen of de school voldoet aan de vereiste basiskwaliteit.
Onderzoeksopzet
Bij dit onderzoek zijn enkele kwaliteitsaspecten en de daarmee samenhangende onvoldoende norm- en kernindicatoren van de basisset betrokken zoals: opbrengsten (13.1 en 13.2), kwaliteitszorg (1.2 en 1.4), aanbod (3.5), tijd (4.5), didactisch handelen (6.2, 6.5, 7.1 en 7.2) en zorg en begeleiding ( 1 0 . 1 , 11.3 en 11.4).
Deze rapportage is gebaseerd op de volgende onderdelen:
- Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn.
- Analyse van rapportages van de school.
- Onderzoek op locatie, waarbij
schooldocumenten zijn bestudeerd;
de onderwijspraktijk, op één kleutergroep na, in alle groepen is geobserveerd;
een gesprek met de (waarnemend) directeur c.q.zorgcoördinator is gehouden.
De bevindingen van het kwaliteitsonderzoek zijn besproken met de directie en het bevoegd gezag.
Toezichtkader
De inspectie heeft zich bij haar onderzoek gebaseerd op het toezichtkader 2 0 0 5 .
Daarnaast is gebruik gemaakt van aanvullende normeringen die opgenomen zijn in de notitie Analyse en waarderingen van opbrengsten, maart 2 0 0 9 . In het jaarwerkplan 2 0 0 9
verantwoordt de inspectie welke wettelijke aspecten zijn onderzocht.
Al deze documenten zijn te vinden op www.onderwijsinspectie.nl.
Opbouw rapport
In hoofdstuk 2 staan de bevindingen uit het onderzoek op het gebied van de
onderwijskwaliteit en de wettelijke voorschriften weergegeven. Dit wordt gevolgd door een beschouwing waarin tekortkomingen worden toegelicht en waar mogelijk de
schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Hoofdstuk 3 geeft het toezichtarrangement weer.
Pagina 2 van 8
h e t O N D E R W I J S
h e t O N D E R W I J S
2. BEVINDINGEN cbs De Wegwijzer
2.1 Kwaliteits- en nalevingsprofielIn onderstaande tabel vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader primair onderwijs/voortgezet onderwijs. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De inspectie heeft daarnaast onderzocht of wordt voldaan aan de naleving van enkele wettelijke voorschriften.
Legenda:
1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed
5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten)
Resultaten
1 2 3 4 5
12.1 De resultaten van de leerlingen aan het eind van de schoolperiode liggen
ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de • leerlingenpopulatie mag worden verwacht.
Ontwikkeling «an leerlingen - * , < ; ,
(i ^ r ""'i--*^ i -^.-t- '
s_ , - ^ ^ i „ *_
:" - - - ZZ '" l i a - t s . * - . „ ' •• Z "'o,, ~ ''Z- ~ "•—,«""_ ,,% ^ = z ) 3 ^ 4 - - i5
'A fir sf. SL*. ^WdHAiÈ rf ^ F W V » rV j ' « X ^ rf rf*. fl. rf» Ailr" VL ^W rV ^ HTs ^
13 1 De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en
wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond * van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht
13.2 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun #
mogelijkheden.
Kwaliteitszorg
1.2 De school evalueert jaarlijks systematisch de kwaliteit van haar opbrengsten.
1.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten.
Leerstof aanbod
3.5 De leerinhouden in de verschillende leerjaren sluiten op elkaar aan.
4.5 De school stemt de hoeveelheid tijd voor leren en onderwijzen bij Nederlandse taal _ en rekenen en wiskunde af op de onderwijsbehoeften van leerlingen.
Diiliidi i h h.indtlen
1 ** 3
6.2 De leraren zorgen voor een goede structuur in de onderwijsactiviteiten. • 6.5 De leraren geven expliciet onderwijs in strategieën voor denken en leren. •
Afstemming
7 1 De leraren volgen de vorderingen van de leerlingen systematisch • 7 2 De leraren analyseren de vorderingen van de leerlingen om vast te stellen wat de
aanpassingen van het aanbod en/of het onderwijsleerproces moeten zijn voor de • groep
3 4
Pagina 4 van 8
h e t O N D E R W I J S
Afstemming Begeleiding
1 10.1 De school gebruikt een samenhangend systeem van instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen.
Zorg
1
1 1 1 rW» f f h n n l w n a r t H » -mm r i l o i i r r m t i r i u i t i i • %s i-'V/ o i / i its v i v v u i i. u u t , u i y f^iui n • I U U L J U U .
11.4 De school gaat de effecten van de zorg na.
hetONDERWIJS
2.2 Beschouwing
Algemeen beeld
De inspectie concludeert dat de kwaliteit van het onderwijs op basisschool De Wegwijzer over het geheel genomen van een voldoende niveau is. De school heeft intensief gewerkt aan het traject van kwaliteitsverbetering en op schoolniveau zijn elementen van goed onderwijs duidelijk herkenbaar. De eerder geconstateerde tekortkomingen zijn opgeheven.
Er is sprake van een samenwerkend en coöperatief team. Bovendien beschikt het team over een goede dosis verandercapaciteit, die een basis biedt voor de verdere ontwikkeling van de school.
Toelichting
Resultaten
De inspectie beoordeelt de opbrengsten aan het einde van het basisonderwijs als voldoende.
Dit baseert zij op een analyse van de resultaten van de eindtoets basisonderwijs over de afgelopen drie jaren. Alleen de resultaten van 2 0 0 9 zijn voldoende, dit naar aanleiding van een herberekening voor één leerling met een leerlinggebonden budget.
De resultaten gedurende de schoolperiode zijn ook als voldoende beoordeeld. Dit oordeel is gebaseerd op een analyse van de resultaten voor technisch lezen in de groepen 3 en 4 , begrijpend lezen in groep 6 en rekenen en wiskunde in de groepen 4 en 6.
De indicator die betrekking heeft op de ontwikkeling van leerlingen met specifieke
onderwijsbehoeften is niet beoordeeld. Tijdens het onderzoek waren er meerdere leerlingen met een eigen leerlijn en enkele leerlingen beschikten over leerlinggebonden financiering.
Voor deze leerlingen heeft de school recentelijk een realistisch ontwikkelingsperspectief opgesteld. Gezien de prille ontwikkeling op dit gebied, is het voor de inspectie niet mogelijk om voor deze leerlingen vast te stellen of zij zich volgens verwachting ontwikkelen.
Kwaliteitszorg
De school heeft inzicht in de kenmerken en de onderwijsbehoeften van haar
leerlingenpopulatie. Zij trekt hieruit consequenties voor de inrichting van het onderwijs.
De school kent een opbrengstgerichte cultuur. Dat blijkt onder meer uit overzichten en analyses van leerresultaten op leerling- en groepsniveau. Eveneens zijn evaluatieve gegevens van de opbrengsten op schoolniveau beschikbaar, als ook trendanalyses. Wel merkt de inspectie op dat voor dit onderdeel de informatie globaal van aard is. Gezien de kenmerken van de leerlingenpopulatie vraagt voornoemde om een verdieping.
Gezien de recent opgebouwde onderwijskwaliteit en de kwaliteitsverschillen tussen leraren vraagt borging in expliciete zin om aandacht en een schoolspecifieke uitwerking.
Leerlingenzorg
De leerlingenzorg is planmatig van opzet. De school beschikt over een uitgewerkt zorgbeleid en er is sprake van een compleet en evenwichtig toetsinstrumentarium voor het signaleren en analyseren van leerlingen die extra hulp en ondersteuning nodig hebben. Uit de dossiers blijkt dat zorgbesprekingen (op leerling- en groepsniveau) leiden t o t een bepaling van de aard van de benodigde zorg. De school hanteert in dit kader ook criteria om zorgleerlingen
vroegtijdig te detecteren. Op een nauwkeurige wijze wordt bepaald welke planmatige ondersteuning moet plaatsvinden. Er worden vervolgactiviteiten vastgesteld en deze zijn gericht op het wegnemen van geconstateerde belemmeringen. Plandocumenten zijn in
Pagina 6 van 8
I N S P E C T I E
v a nh e t O N D E R W I J S
voldoende mate sturend voor het handelen. Ook worden de effecten van de zorg bepaald.
Dit leidt tot een onderbouwde afronding van de extra hulp en zonodig worden vervolgplannen opgesteld.
Onderwijsleerproces
Er wordt onderwijs geboden dat dekkend is voor de kerndoelen. In de kleuterbouw is een beredeneerd aanbod met doelen, leerlijnen, activiteiten en een observatie-/volgsysteem. In de groepen 3 tot en met 8 is de doorgaande lijn qua structuur en opbouw van de leerstof tot en met het niveau van groep 8 inzichtelijk gemaakt. De school besteedt ruim 50% van de wekelijkse onderwijstijd aan de basisvaardigheden en zet extra tijd in voor leerlingen die meer zorg nodig hebben. De uitleg van de meeste leraren is duidelijk. In het merendeel van de lessen is een goede lesopbouw waargenomen, waarin het activeren van voorkennis, het bepalen van het doel van de les en de afsluiting herkenbare onderdelen zijn. Gezien
verschillen per leraar, vraagt dit onderdeel blijvende aandacht. De inspectie heeft in het merendeel van de geobserveerde lessen voldoende waargenomen dat leraren onderwijs in denk- en leerstrategieën opnemen in het onderwijsleerproces. Wel blijkt dat verschillende leraren vooral gesloten vragen stellen en ook dat er tussen leerlingen weinig interactie is.
Alle leraren registreren de vorderingen van leerlingen op basis van de methodegebonden
toetsen. De geregistreerde gegevens hebben een informatieve waarde en zijn richtinggevend
voor het handelen van de leraar. Niet alle leraren benutten het maken van foutenanalyses
voor het vervolghandelen.
h e t O N D E R W I J S
3. TOEZICHTARRANGEMENT
De Inspectie van het Onderwijs kent aan De Wegwijzer het basisarrangement toe.
Dit betekent dat de inspectie op dit moment geen reden heeft om het toezicht te intensiveren. Het basistoezicht bestaat uit een jaarlijkse risicoanalyse en, eventueel, een onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag of een themaonderzoek of een vierjaarlijks bezoek.
Pagina 8 van 8