• No results found

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK NAAR DE KWALITEITSVERBETERING. Basisschool St.Bernardus

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK NAAR DE KWALITEITSVERBETERING. Basisschool St.Bernardus"

Copied!
13
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK NAAR DE KWALITEITSVERBETERING

Basisschool St.Bernardus

Plaats : Keijenborg

BRIN nummer : 03TA|C1

Onderzoeksnummer : 150699 Datum onderzoek : 14 maart 2013

(2)
(3)

1 INLEIDING . . . 5 2 BEVINDINGEN . . . 7 3 TOEZICHTARRANGEMENT . . . 13

INHOUDSOPGAVE

(4)
(5)

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 14 maart 2013 een onderzoek naar de kwaliteitsverbetering uitgevoerd op Basisschool Sint Bernardus te

Keijenborg. Daarbij is gekeken naar de kwaliteit van het onderwijs en naar naleving van wet- en regelgeving. De aanleiding voor dit onderzoek was het volgende.

Tijdens het kwaliteitsonderzoek dat is uitgevoerd op 4 november 2011 stelde de inspectie tekortkomingen vast in de opbrengsten en het

onderwijsleerproces op de Sint Bernardusschool. Deze zijn beschreven in het inspectierapport dat is vastgesteld op 9 januari 2012. De kwaliteit van het onderwijs is toen als zwak beoordeeld en de inspectie heeft haar toezicht geïntensiveerd. Om na te gaan of de eerder vastgestelde tekortkomingen zijn opgeheven en de kwaliteit van het onderwijs weer voldoende is, heeft de inspectie nu een afsluitend onderzoek naar de kwaliteitsverbetering uitgevoerd.

Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten:

• een controle van de aanwezigheid van de schoolgids, het schoolplan en het zorgplan bij de inspectie;

• een toets op de aanwezigheid van informatie over enkele wettelijke verplichte onderdelen in de schoolgids, het schoolplan en het zorgplan;

• een controle op de onderwijstijd die de school heeft gepland;

• onderzoek en analyse van jaardocumenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn;

• analyse van documenten die betrekking hebben op zelfevaluatie- activiteiten van de school en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd, te weten een schoolzelfevaluatie op basis van de resultaten uit het LVS, het

schoolveiligheidsplan, evaluatie ouderenquete, jaarverslag 2011-2012, het schoolresultatenplan 2012-2013 en het schoolondernemingsplan

2011-2016. Tevens is gebruik gemaakt van de schoolvragenlijsten;

• schoolbezoek, waarbij in een aantal groepen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen Nederlandse taal en rekenen en wiskunde. Deze lesbezoeken vonden plaats in de groepen 1-2, 3, 4, 6 en 8;

• gesprekken met de directie en de intern begeleider over de kwaliteit van de indicatoren;

INLEIDING 1

Onderzoeksopzet

(6)

• een eindgesprek met de directie en een vertegenwoordiging van het bestuur, na afloop van het schoolbezoek.

Tijdens het onderzoek beoordeelde de inspectie de volgende aspecten: de afstemming op de onderwijsbehoefte van de leerlingen, de zorg en begeleiding, de duidelijke uitleg, de actieve betrokkenheid en de taakgerichte werksfeer en de kwaliteitszorg.

Gegevens uit zelfevaluatiedocumenten zijn voor de inspectie aanleiding geweest om oordelen op de volgende kernindicatoren alleen te verifiëren: de eind- en de tussenopbrengsten, de leertijd en het het leerstofaanbod.

De inspectie heeft zich bij haar onderzoek onder andere gebaseerd op het Toezichtkader po/vo 2012 en de notitie Analyse en waarderingen van opbrengsten primair onderwijs. Beide documenten zijn te vinden op www.onderwijsinspectie.nl.

In hoofdstuk 2 staan de bevindingen uit het onderzoek naar de

onderwijskwaliteit en de wettelijke vereisten. Dit wordt gevolgd door een beschouwing waarin het oordeel van de inspectie wordt toegelicht en waar mogelijk de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Hoofdstuk 3 geeft het toezichtarrangement weer.

Toezichtkader

Opbouw rapport

(7)

In onderstaande tabellen vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit

onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid.

De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader primair onderwijs 2012. Indicatoren die bij een kwaliteitsonderzoek de doorslag geven of een school (zeer) zwak is, de zogeheten normindicatoren, zijn

gemarkeerd met een asterisk. Voor een overzicht van alle normindicatoren zie het Toezichtkader po/vo 2012 opwww.onderwijsinspectie.nl. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is.

Legenda:

1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende

4. goed

5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten)

BEVINDINGEN 2

Kwaliteits- en nalevingsprofiel 2.1

Opbrengsten 1 2 3 4 5

• 1.1* De resultaten van de leerlingen aan het eind van de

basisschool liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.

1.2* De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.

1.3 De leerlingen doorlopen in beginsel de school binnen de verwachte periode van acht jaar.

1.4 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden.

1.5 De sociale competenties van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht.

Leerstofaanbod 1 2 3 4

2.1* Bij de aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal en • rekenen en wiskunde betrekt de school alle kerndoelen als te bereiken doelstellingen.

(8)

Leerstofaanbod 1 2 3 4

• 2.2* De leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en

wiskunde worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8.

2.3 De leerinhouden in de verschillende leerjaren sluiten op elkaar aan.

2.4* De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerlinggewicht biedt bij Nederlandse taal leerinhouden aan die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand.

Tijd 1 2 3 4

3.1 De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande • onderwijstijd.

Didactisch handelen 1 2 3 4

• 5.1* De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof.

5.2* De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer.

5.3* De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten.

Afstemming 1 2 3 4

• 6.1 De leraren stemmen de aangeboden leerinhouden af op

verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.

6.2 De leraren stemmen de instructie af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.

6.3 De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.

6.4 De leraren stemmen de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.

Begeleiding 1 2 3 4

7.1* De school gebruikt een samenhangend systeem van • genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen.

Zorg 1 2 3 4

• 8.1 De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig

hebben.

8.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen.

8.3* De school voert de zorg planmatig uit.

(9)

Algemeen beeld

In het onderzoek naar kwaliteitsverbetering op de Sint Bernardusschool stond de vraag centraal of de doelen van het verbetertraject zijn bereikt en de kwaliteit van het onderwijs weer op een aanvaardbaar niveau is gebracht.

De inspectie stelt vast dat, onder leiding van de nieuwe directeur sinds mei 2010 en de nieuwe intern begeleider sinds augustus 2012, hard gewerkt is aan

Zorg 1 2 3 4

• 8.4 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg.

Kwaliteitszorg 1 2 3 4

• 9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar

leerlingenpopulatie.

9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen.

9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten.

9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces.

9.7 De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving.

Wet- en regelgeving Ja Nee

• NT1A De inspectie is in het bezit gesteld van de geldende schoolgids (art.

16, lid 2 en 3, WPO).

NT1B In de schoolgids is informatie opgenomen over standaard gecontroleerde onderdelen (art. 13 WPO).

NT2A De inspectie is in het bezit gesteld van het geldende schoolplan (art. 16, lid 1 en 3, WPO).

NT2B In het schoolplan is informatie opgenomen over een of meer standaard gecontroleerde onderdelen (art. 12 WPO).

NT3A De inspectie is in het bezit gesteld van het geldende zorgplan (art.

19, lid 3, WPO).

NT3B In het zorgplan is informatie opgenomen over een of meer standaard gecontroleerde onderdelen (art. 19, lid 2, WPO).

NT4A Er is voldoende onderwijstijd geprogrammeerd om te kunnen voldoen aan de daarvoor gestelde minima (art. 8, lid 7 onder b, WPO).

NT4B Er is maximaal zevenmaal een onvolledige schoolweek

geprogrammeerd voor de groepen 3 t/m 8 (artikel 8, lid 7 onder b, WPO).

Beschouwing 2.2

(10)

verbeteringen in het proces van onderwijs en leren. De resultaten van deze inspanningen zijn ondermeer zichtbaar in voldoende eindopbrengsten in 2012 en 2013. De tussentijdse opbrengsten laten een stijgende lijn zien, maar zijn nog niet van een voldoende niveau. De meeste indicatoren in het

onderwijsleerproces zijn nu als voldoende beoordeeld.

De inspectie van het onderwijs komt tot de conclusie dat de inspanningen van de school tot een positief resultaat hebben geleid. Het traject van geïntensiveerd toezicht wordt beëindigd, omdat de kwalificatie ‘zwakke school’ niet langer van toepassing is.

Hieronder volgt een toelichting op de oordelen.

Toelichting

Opbrengsten

De school verantwoordt haar eindopbrengsten met een landelijk genormeerde eindtoets. In de afgelopen drie schooljaren liggen de eindresultaten één keer onder de ondergrens(2011), één keer boven de ondergrens (2012) en één keer boven de bovengrens die de inspectie hiervoor hanteert (2013). De inspectie beoordeelt de eindopbrengsten dan ook als voldoende. Het oordeel van de tussentijdse opbrengsten is nog onvoldoende. Bij dit oordeel betrekt de inspectie de resultaten van vijf meest recent afgenomen toetsen: technisch lezen in de groepen 3 en 4, rekenen-wiskunde in de groepen 4 en 6 en begrijpend lezen in groep 6. De resultaten van de toetsen technisch lezen in de groepen 3 en 4 en rekenen-wiskunde in de groep 6 liggen onder de ondergrenzen van de inspectie, maar laten wel een stijgende lijn zien. De resultaten van de toetsen rekenen- wiskunde in groep 4 en begrijpend lezen in groep 6 liggen boven de

ondergrenzen.

De school gebruikt een instrument om de resultaten van het onderwijs in de sociale competenties vast te stellen. Omdat dit geen genormeerd instrument is kan de inspectie geen oordeel geven over indicator 1.5.

Leerstofaanbod en onderwijstijd

Het leerstofaanbod voldoet aan de kerndoelen en wordt aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van groep 8. Ook sluiten de leerinhouden in de verschillende groepen in voldoende mate op elkaar aan.

Tevens heeft de school een aanbod dat gericht is op de ontwikkeling van sociale competenties. De onderwijstijd wordt in voldoende mate efficiënt benut.

Schoolklimaat, didactisch handelen en afstemming

In de groepen is sprake van een voldoende pedagogisch klimaat, ondersteund door afspraken die door de hele school heen gelden. Ieder schooljaar start met

(11)

de focus op de regels en afspraken die er binnen de groepen en de school zijn en worden alle regels weer opgefrist en geactualiseerd. Er is sprake van een gestructureerde werksfeer. Ook de uitleg van de leraren kent een duidelijke structuur en is ondersteunend voor de leerlingen. De actieve betrokkenheid van de leerlingen is als onvoldoende beoordeeld omdat tijdens de meeste

lesbezoeken is gezien dat er sprake is van een vrij lange uitleg, waarin weinig variaties in didactische werkvormen zijn. De actieve betrokkenheid van de leerlingen krijgt hierdoor onvoldoende aandacht.

De leraren hanteren een zelfde instructiemodel en stemmen af op verschillen tussen leerlingen. Dit geldt voor de instructie, het leerstofaanbod, de

onderwijstijd en de verwerking.

Zorg en begeleiding

Uit de groepsregistratie van de leraren blijkt dat er (fouten)analyses van de toetsresultaten worden gemaakt. Het gebruik van de specifieke gegevens, waarop de school de aard van de zorg kan bepalen is van een voldoende niveau.

De opgaande lijn van kwaliteitsverbetering is zeker zichtbaar binnen het aspect zorg en begeleiding. De leraren beschrijven de afstemming op de

onderwijsbehoefte van hun leerlingen in groepsplannen. De specifieke zorg wordt beschreven in, naast het groepsplan, individuele zorgplannen of ontwikkelingsperspectieven. Zowel in de groepsplannen als in de individuele plannen staan voornamelijk kwantitatieve gegevens van de toetsresultaten. De kwalitatieve onderwijsbehoeften voor de zorgleerlingen zijn te weinig in kaart gebracht en daardoor nog te weinig leidend voor de inhoudelijke doelen.

Daarmee is de handelingsplanning in orthodidactische zin te weinig sturend.

Indicator 8.2 wordt daarom als onvoldoende beoordeeld.

De school voert de zorg consequent volgens plan uit. Ook de evaluatie vindt tijdig plaats. Bij de uitvoering van individuele zorgplannen werkt het team groepsdoorbrekend met een parallelrooster in het eerste half uur van de dag.

Kwaliteitszorg

De school heeft op het gebied van de kwaliteitszorg grote vooruitgang geboekt ten opzichte van het onderzoek in november 2011. Daarbij valt op dat alle teamleden intensief betrokken zijn bij het proces van schoolverbetering. Dit wordt ondersteund door concrete verbeterplannen en activiteiten om verbeteringen te evalueren en bij te stellen.

De school heeft voldoende zicht op de onderwijsbehoeften van de

leerlingenpopulatie en verbindt hieraan consequenties voor het onderwijsaanbod en de schooleigen doelen. Deze doelen worden sinds kort stelselmatig

geëvalueerd op drie niveaus: leerling-, groeps- en schoolniveau. Er vinden daarnaast periodieke evaluaties van het onderwijsleerproces plaats waarvan de

(12)

uitkomsten worden verwerkt in het jaarplan en onderliggende projectplannen.

De verbeteractiviteiten vinden aantoonbaar plaats en leiden tot een inzichtelijk systeem van borgingsdocumenten waarin de verworvenheden worden

vastgelegd. Daarnaast wordt door middel van klassenbezoeken getoetst of de afspraken ook in de praktijk zichtbaar blijven. Als blijkt dat een verbeteractiviteit niet tot het gestelde doel leidt, neigt het team door te gaan op de ingeslagen weg. Hierin kan nog een kwaliteitsslag gemaakt worden door een verdiepende analyse te maken.

Ook de verantwoording aan ouders is van voldoende niveau. De school benut een aantal kanalen om de ouders te voorzien van informatie over de kwaliteit van het onderwijs.

(13)

Kwaliteit

De Inspectie van het Onderwijs kent aan Basisschool St. Bernardus het basisarrangement toe. De kwaliteit van het onderwijs is weer voldoende. Dit betekent dat de school niet langer onder intensief toezicht valt.

Naleving

De inspectie concludeert tevens dat er geen tekortkomingen zijn in de naleving van de wettelijke voorschriften die zijn gecontroleerd.

TOEZICHTARRANGEMENT

3

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

1.2* De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van

De school realiseert zich dat het begrijpend lezen in de school meer aandacht nodig heeft en zet zich in om achterstanden op dit terrein weg te werken..

De inspectie stelde naar aanleiding van dit onderzoek vast (rapport vastgesteld op 6 januari 2015) dat de opbrengsten weliswaar voldoende waren, maar dat de onderwijskwaliteit op

Leraren geven aan meer kennis te hebben van leerlijnen en beter in staat te zijn het onderwijs af te stemmen op wat de leerlingen nodig hebben.. Er heerst een professionele

Om na te gaan of de eerder vastgestelde tekortkomingen zijn opgeheven en de kwaliteit van het onderwijs weer voldoende is, hebben wij nu een afsluitend onderzoek naar

Om na te gaan of de eerder vastgestelde tekortkomingen zijn opgeheven en de kwaliteit van het onderwijs weer voldoende is, heeft de inspectie nu een afsluitend onderzoek naar

De inspectie heeft op 30 september 2008 een onderzoek uitgevoerd op de christelijke basisschool Maxima te leeuwarden om na te gaan of er sprake is van tekortkomingen in de

Bij dit OKV heeft de inspectie onderzoek gedaan naar de verbetering van de kwaliteit van het onderwijs op de school door na te gaan welke concrete acties de school heeft ondernomen