• No results found

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK NAAR DE KWALITEITSVERBETERING. Kindcentrum De Paperclip

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK NAAR DE KWALITEITSVERBETERING. Kindcentrum De Paperclip"

Copied!
14
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK NAAR DE KWALITEITSVERBETERING

Kindcentrum De Paperclip

Plaats : Zwolle

BRIN nummer : 26BD|C2

Onderzoeksnummer : 282222 Datum onderzoek : 2 juni 2015

(2)
(3)

VASTSTELLING RAPPORT . . . 5

1 INLEIDING . . . 6

2 BEVINDINGEN . . . 8

3 TOEZICHTARRANGEMENT . . . 14

INHOUDSOPGAVE

(4)
(5)

Dit rapport bevat de resultaten van een onderzoek naar de kwaliteitsverbetering dat de inspectie uitvoerde op 2 juni 2015.

Het rapport is vastgesteld door dr. A. Jonk, hoofdinspecteur primair onderwijs en expertisecentra, te Utrecht op 7 juli 2015.

VASTSTELLING RAPPORT

(6)

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 2 juni 2015 een onderzoek naar de kwaliteitsverbetering uitgevoerd op Kindcentrum De Paperclip. Daarbij is gekeken naar de kwaliteit van het onderwijs en naar naleving van wet- en regelgeving. De aanleiding voor dit onderzoek was het volgende.

Tijdens het kwaliteitsonderzoek dat is uitgevoerd op 18 november 2013 stelde de inspectie tekortkomingen vast in het onderwijsleerproces en de naleving van wettelijke vereisten op Kindcentrum De Paperclip. Deze zijn beschreven in het inspectierapport dat is vastgesteld op 16 februari 2014. De kwaliteit van het onderwijs is toen als zeer zwak beoordeeld en de inspectie heeft haar toezicht geïntensiveerd. Om na te gaan in hoeverre de eerder vastgestelde

tekortkomingen zijn opgeheven en de kwaliteit van het onderwijs weer voldoende is, heeft de inspectie nu een afsluitend onderzoek naar de kwaliteitsverbetering uitgevoerd.

Conform de uitgangspunten van het programmatisch handhaven onderzoekt de inspectie tevens standaard of wordt voldaan aan bepaalde wettelijke

voorschriften.

Toezichthistorie

Kindcentrum De Paperclip is, onder verantwoording van twee schoolbesturen (Catent en Vivente), in het schooljaar 2009/2010 gestart onder de naam Veerezon. Ondanks een redelijk aantal aanmeldingen op de school (ongeveer 180 in de eerste vier jaren) is het leerlingaantal niet groter geweest dan ongeveer 75, mede door veel leerlingen die tijdelijk in de gemeente Zwolle waren gehuisvest. Eind 2012 heeft Catent besloten (vanwege tegenvallende leerlingaantallen) zich uit de samenwerking terug te

trekken. Vivente heeft vervolgens besloten een doorstart te maken. Op 1 november 2013 heeft de school behalve een nieuwe naam, Kindcentrum De Paperclip, ook gekozen voor een andere onderwijskundige koers. Nagenoeg het gehele team is nieuw, inclusief de directeur en de intern begeleider.

Het kwaliteitsonderzoek van november 2013 vond plaats op een moment dat de school de situatie helder had, maar nog niet de activiteiten in gang had kunnen zetten om de gewenste veranderingen door te voeren. De school kon zich vinden in de conclusies van de inspectie, die wezen op tekorten in het aanbod, het didactisch handelen, de afstemming, de zorg en begeleiding, de kwaliteitszorg en de voorwaarden van kwaliteitszorg.

INLEIDING

1

(7)

Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten:

• Een controle van de aanwezigheid van de schoolgids en het schoolplan.

• Een toets op de aanwezigheid van informatie over enkele wettelijke verplichte onderdelen in de schoolgids en het schoolplan.

• Een controle op de onderwijstijd die de school heeft gepland.

• Onderzoek en analyse van jaardocumenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn.

• Analyse van documenten die betrekking hebben op zelfevaluatie- activiteiten van de school en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd, te weten het schoolontwikkelplan 2014-2015 en het plan van uitvoering voor de periode november 2013-april 2015.

• Schoolbezoek, waarbij in alle vier de groepen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen Nederlandse taal en rekenen en wiskunde.

• Gesprekken met de directie en de intern begeleider over de kwaliteit van de indicatoren.

• Een gesprek met de leraren.

• Een eindgesprek met de directie en een vertegenwoordiging van het bestuur, na afloop van het schoolbezoek.

Tijdens het onderzoek beoordeelde de inspectie indicatoren van de volgende aspecten: opbrengsten, leerstofaanbod, leertijd. didactisch handelen, afstemming, zorg en begeleiding, kwaliteitszorg en voorwaarden voor kwaliteitszorg.

De inspectie heeft zich bij haar onderzoek onder andere gebaseerd op het Toezichtkader po/vo 2012 en de notitie Analyse en waarderingen van opbrengsten primair onderwijs. Beide documenten zijn te vinden op www.onderwijsinspectie.nl.

In hoofdstuk 2 staan de bevindingen uit het onderzoek naar de

onderwijskwaliteit en de wettelijke vereisten. Dit wordt gevolgd door een beschouwing waarin het oordeel van de inspectie wordt toegelicht en waar mogelijk de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Hoofdstuk 3 geeft het toezichtarrangement weer.

Onderzoeksopzet

Toezichtkader

Opbouw rapport

(8)

In onderstaande tabellen vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit

onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid.

De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader primair onderwijs 2012. Indicatoren die bij een kwaliteitsonderzoek de doorslag geven of een school (zeer) zwak is, de zogeheten normindicatoren, zijn

gemarkeerd met een asterisk. Voor een overzicht van alle normindicatoren zie het Toezichtkader po/vo 2012 opwww.onderwijsinspectie.nl. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is.

Legenda:

1. slecht

2. onvoldoende 3. voldoende

4. goed

5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten)

Daarnaast heeft de inspectie enkele controles uitgevoerd op bepaalde standaard gecontroleerde wettelijke voorschriften. Of de school wel of niet voldoet aan deze wettelijke vereisten wordt tot uitdrukking gebracht met de score 'ja' of 'nee'.

BEVINDINGEN 2

Kwaliteits- en nalevingsprofiel 2.1

Opbrengsten 1 2 3 4 5

• 1.1* De resultaten van de leerlingen aan het eind van de

basisschool liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.

1.2* De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.

1.4 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden.

1.5 De sociale competenties van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht.

Leerstofaanbod 1 2 3 4

2.1* Bij de aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal en • rekenen en wiskunde betrekt de school alle kerndoelen als te bereiken doelstellingen.

(9)

Leerstofaanbod 1 2 3 4

• 2.2* De leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en

wiskunde worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8.

2.3 De leerinhouden in de verschillende leerjaren sluiten op elkaar aan.

2.4* De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerlinggewicht biedt bij Nederlandse taal leerinhouden aan die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand.

Tijd 1 2 3 4

3.1 De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande • onderwijstijd.

Didactisch handelen 1 2 3 4

• 5.1* De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof.

5.2* De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer.

5.3* De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten.

Afstemming 1 2 3 4

• 6.1 De leraren stemmen de aangeboden leerinhouden af op

verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.

6.2 De leraren stemmen de instructie af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.

6.3 De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.

6.4 De leraren stemmen de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.

Begeleiding 1 2 3 4

• 7.1* De school gebruikt een samenhangend systeem van

genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen.

7.2 De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen.

Zorg 1 2 3 4

• 8.1 De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig

hebben.

8.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen.

(10)

Algemeen beeld

Zorg 1 2 3 4

• 8.3* De school voert de zorg planmatig uit.

8.4 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg.

Kwaliteitszorg 1 2 3 4

• 9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar

leerlingenpopulatie.

9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen.

9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces.

9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten.

9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces.

9.6 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit.

Voorwaarden voor kwaliteitszorg 1 2 3 4

• 10.1 De schoolleiding stuurt de schoolontwikkeling inclusief de

kwaliteitszorg aan.

10.2 De schoolontwikkeling is verbonden met de visie op onderwijs, zoals geformuleerd in het schoolplan.

10.3 De schoolleiding zorgt voor een professionele schoolcultuur.

10.4 Bij de zorg voor kwaliteit zijn bestuur, directie, team en andere belanghebbenden betrokken.

Wet- en regelgeving Ja Nee

• NT1A De inspectie is in het bezit gesteld van de geldende schoolgids (art.

16, lid 2 en 3, WPO).

NT2A De inspectie is in het bezit gesteld van het geldende schoolplan (art. 16, lid 1 en 3, WPO).

NT3A De inspectie is in het bezit gesteld van het geldende zorgplan (art.

19, lid 3, WPO).

NT4A Er is voldoende onderwijstijd geprogrammeerd om te kunnen voldoen aan de daarvoor gestelde minima (art. 8, lid 7 onder b, WPO).

NT4B Er is maximaal zevenmaal een onvolledige schoolweek

geprogrammeerd voor de groepen 3 t/m 8 (artikel 8, lid 7 onder b, WPO).

Beschouwing 2.2

(11)

De school heeft zich in het geïntensiveerde traject positief ontwikkeld op alle noodzakelijke onderdelen. Hierdoor krijgt de school weer het basisarrangement en wordt het geïntensiveerde toezicht beëindigd.

De eigen analyses van de school en de conclusies van de inspectie zijn

uitgangspunt geweest voor het verbetertraject, waaraan het bevoegd gezag en de PO-raad ook een positieve bijdrage hebben geleverd. Het didactisch handelen en de zorg en begeleiding hebben gerichte aandacht gehad, gerelateerd aan de gekozen onderwijskundige koers. Bovendien is het leerstofaanbod versterkt en vindt de kwaliteitszorg nu plaats als cyclisch proces, waarbij het hele team betrokken is. De eindresultaten zijn nog niet te beoordelen, maar de tussentijdse resultaten laten zien dat de ontwikkelingen een positief effect hebben.

Hieronder volgt een toelichting op het oordeel.

Toelichting Opbrengsten

De resultaten aan het einde van de schoolperiode zijn nog niet te beoordelen doordat veel leerlingen korte tijd op de school hebben doorgebracht en/ of niet het eindniveau van groep 8 kunnen behalen.

De tussentijdse resultaten zijn van voldoende niveau. Vanwege de beperkte leerlingaantallen per groep, waarbij de recent ingestroomde leerlingen uit de groepsgemiddelden zijn weggelaten, zijn de toetsen voor technisch lezen in groep 3, 4 en 5, rekenen-wiskunde in groep 4, 5, 6 en 7 en begrijpend lezen in groep 5, 6 en 7 beoordeeld. Van deze tien toetsen voldoet de score op zes toetsen aan de inspectienorm. Dit geldt niet voor technisch lezen in groep 3, begrijpend lezen in groep 5 en 7 en rekenen-wiskunde in groep 7. Over de gehele lijn is een stijgende lijn zichtbaar.

Voor leerlingen die maximaal het eindniveau van groep 7 voor taal en/ of rekenen-wiskunde kunnen behalen heeft de school een onderbouwd, realistisch eindperspectief vastgesteld. Het aanbod voor deze leerlingen is hierop

gebaseerd en de ontwikkeling van de betreffende leerlingen wordt gevolgd aan de hand van vastgestelde tussendoelen. Op basis van deze

ontwikkelingsperspectieven concludeert de inspectie dat de betreffende leerlingen zich naar hun mogelijkheden ontwikkelen.

De school volgt de sociaal-emotionele ontwikkeling van haar leerlingen met een genormeerd instrument. Vanwege de korte tijd dat dit instrument structureel gebruikt wordt kan de inspectie geen uitspraak doen over de sociale

competenties van de leerlingen aan het einde van de schoolperiode.

Leerstofaanbod en leertijd

(12)

Het leerstofaanbod is dekkend voor de kerndoelen, wordt aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van groep 8 en vertoont een doorgaande lijn. Sinds het kwaliteitsonderzoek van november 2013 is het aanbod voor de Nederlandse taal aangepakt en is het aanbod in de onderbouw uitgewerkt aan de hand van de door SLO opgestelde leerlijnen en tussendoelen.

Didactisch handelen, afstemming en zorg en begeleiding

De school heeft veel gerichte aandacht besteed aan de didactische vaardigheden van de leraren. Er is in de groepen geobserveerd door de directeur, de intern begeleider en door leraren onderling. Daarnaast is gesproken over het onderwijskundig concept in relatie tot het didactisch handelen en zijn diverse scholingen gevolgd, zowel individueel als groepsgewijs.

In de lessen is gezien dat de leraren duidelijk uitleggen en geschikte,

activerende werkvormen hanteren. De leerlingen zijn actief betrokken en zijn voldoende taakgericht. Dit is een voorwaarde voor het werken met leerplannen, die voor alle leerlingen aanwezig zijn voor elk vak.

De leraren hebben de kenmerken van alle leerlingen in beeld gebracht en op basis hiervan ingedeeld in instructieniveaus per vakgebied. Deze indeling is in de groepen terug te zien in de zin dat de betere leerlingen kortere instructie krijgen en de leerlingen die meer uitleg nodig hebben verlengde instructie. Ook in de leerstof is deze indeling terug te zien: de leerlingen werken op het niveau dat bij hun ontwikkeling past.

De leraren volgen de ontwikkeling van hun leerlingen met geschikte instrumenten en procedures en stellen hiervoor prognoses per leerling per vakgebied op. De resultaten worden structureel geanalyseerd de leraren maken naar aanleiding hiervan beredeneerde keuzes in het aanbod en/ of de instructie.

Voor leerlingen die tijdelijk extra zorg nodig hebben stellen de leraren handelingsplannen op, die worden uitgevoerd door de leraar, de intern

begeleider, de leerkrachtondersteuner en de native speaker die als leraar Engels lesgeeft. De analyses in de handelingsplannen zijn van voldoende niveau, de begeleiding is verwerkt in de weekplanning van de leraren en de begeleiding wordt consequent geëvalueerd.

Voorwaarden voor kwaliteitszorg en kwaliteitszorg

Het team heeft na de vastgestelde visie en daarbij horende onderwijskundige koers taken verdeeld, waardoor iedereen actief bij de ontwikkeling van de school betrokken is. Dit geheel wordt aangestuurd door de directeur, die gesteund wordt door het bestuur en externe hulp inschakelt waar ze dat nodig vindt.

De kwaliteitszorg vindt plaats volgens een cyclisch proces. Het inzicht in de kenmerken van de leerlingenpopulatie heeft geleid tot een aantal gerichte keuzes, waarbij de plaatsing van een aantal leerlingen naar het speciaal

(13)

onderwijs en het opstellen van ontwikkelingsperspectieven voor de leerlingen voor wie dat nodig was belangrijke keuzes betrof.

De resultaten worden nu structureel geanalyseerd, waarbij de vergelijking met de opgestelde prognoses, de vergelijking van de groepsscores met de bestuurs- en eigen normen een rol spelen. Het onderwijsleerproces wordt systematisch geëvalueerd, waarbij ook de ouders en de leerlingen betrokken worden. Ouders worden ook tweemaal per jaar bevraagd tijdens zogenaamde brainstormsessies, die ook input leveren voor de verdere schoolontwikkeling.

Op basis van de informatie die de school op deze manier binnen krijgt, kiest de school haar verbeterprioriteiten en werkt ze deze jaarlijks uit in plannen.

Afspraken en procedures worden vastgelegd in documenten, die regelmatig besproken worden. Ook gaan de directeur, de intern begeleider en de leraren onderling in de groepen na in hoeverre de afspraken en procedures

daadwerkelijk worden gevolgd.

De school legt in voldoende mate verantwoording af aan de ouders en het bevoegd gezag over ingezette ontwikkelingen, de voortgang daarvan en over behaalde resultaten.

(14)

Kwaliteit

De Inspectie van het Onderwijs kent aan Kindcentrum De Paperclip het basisarrangement toe. De kwaliteit van het onderwijs is weer voldoende. Dit betekent dat de school niet langer onder intensief toezicht valt.

Naleving

De inspectie concludeert tevens dat er geen tekortkomingen zijn in de naleving van de wettelijke voorschriften die zijn gecontroleerd.

TOEZICHTARRANGEMENT

3

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Om na te gaan of de eerder vastgestelde tekortkomingen zijn opgeheven en de kwaliteit van het onderwijs weer voldoende is, heeft de inspectie nu een afsluitend onderzoek naar

1.2* De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van

Hierdoor is de uitvoering van de planmatige zorg nog niet voldoende, omdat niet voor alle leerlingen die daadwerkelijk zorg nodig hebben deze hulp ook

De school realiseert zich dat het begrijpend lezen in de school meer aandacht nodig heeft en zet zich in om achterstanden op dit terrein weg te werken..

De inspectie stelde naar aanleiding van dit onderzoek vast (rapport vastgesteld op 6 januari 2015) dat de opbrengsten weliswaar voldoende waren, maar dat de onderwijskwaliteit op

Leraren geven aan meer kennis te hebben van leerlijnen en beter in staat te zijn het onderwijs af te stemmen op wat de leerlingen nodig hebben.. Er heerst een professionele

Om na te gaan of de eerder vastgestelde tekortkomingen zijn opgeheven en de kwaliteit van het onderwijs weer voldoende is, hebben wij nu een afsluitend onderzoek naar

In een periode van twee jaar heeft de school zich dusdanig verbeterd dat op grond van de resultaten van dit onderzoek naar kwaliteitsverbetering de inspectie alle