Vraag nr. 253 van 15 april 1998
van de heer JOHAN MALCORPS
Luchtvervuiling vanuit Duinkerke – Metingen Uit het antwoord van de minister op mijn monde-linge vraag in de Commissie voor Leefmilieu en Natuurbehoud van 12 februari 1998 over de dioxi-nemeting in Vlaanderen blijkt dat de afdeling Milieu-inspectie van de administratie Milieu-, N a t u u r- , Land- en Waterbeheer (Aminal) zeer uit-gebreide meetcampagnes uitvoert van onder meer de dioxine-emissies afkomstig van ferro- en non-f e r r o b e d r i j v e n , dat binnen de administratie een werkgroep deze problematiek nauwgezet volgt, maar dat de onduidelijke Europese normeringen daarbij een probleem vormen (Handelingen nr. 2 9 van 3 maart 1998, b l z . 44 – red.) . Het is mij noch-tans niet bekend of de meetcampagnes van de afdeling Milieu-inspectie, zoals opgenomen in actie 30 van het MINA-plan 2 (Plan voor Preventie en Sanering inzake Milieu en Natuur) ook de grens-overschrijdende pollutie bemonsteren afkomstig van het Franse Duinkerke. De gemeentelijke milieuraad van De Panne vroeg onlangs aan de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) om een meetpunt te plaatsen, maar ontving daarop geen antwoord.
Toch merken de inwoners van de Westkust reeds tientallen jaren donkere grensoverschrijdende rookpluimen van de Franse metaalverwerkende industrie op, die met de overheersende windrich-ting over de Westhoek of over zee drijven. P r e c i e s in dit gebied bevinden zich de grensoverschrijden-de beschermgrensoverschrijden-de gebiegrensoverschrijden-den van ongrensoverschrijden-der meer grensoverschrijden-de We s t-h o e k d u i n e n , die binnen de Interreg-programma's een bijzondere bescherming genieten. Zij maken immers deel uit van het binnen het kader van Natura 2000 in uitvoering zijnde integraal kustzo-n e b e h e e r, ekustzo-n grekustzo-nzekustzo-n aakustzo-n het marikustzo-ne Ramsar-gebied van de Vlaamse Banken. Deze streek biedt dan ook een bijzonder hoge meerwaarde aan het toerisme aan de We s t k u s t , en dient met de grootste zorg te worden omkaderd.
Uit verscheidene VMM-publicaties over de lucht-metingen 1995-1996 de voorbije maanden gepubli-c e e r d , blijkt nogepubli-chtans dat de zwaveldioxinedeposi-tie in dit gebied waarden kent van 1800-2400 equi-valent/hectare (eq/ha) per jaar, vergelijkbaar met de sterk geïndustrialiseerde provincies in V l a a n d e-r e n . Andee-rzijds blijken uit de gegevens van het achtergrondstation NO 29 in Houtem (Ve u r n e ) van het Telemetrisch Meetnet Vlaanderen dat de gehaltes zwaveldioxide (SO2) en stikstofoxiden
(NOx ) de voorbije tien jaar een stabiele tot sterk stijgende tendens vertonen. Ook worden er bijzon-der hoge ozonwaarden (O3) gemeten, vaak boven
de 200 microgram/kubieke meter (µg/m3) per uur,
wat tot de hoogste waarden in Vlaanderen mag worden gerekend. Over dioxines zijn geen cijfers gepubliceerd.
De zo geroemde Westhoek verliest daardoor een stuk van zijn aantrekkelijkheid als grootste gezon-de open ruimte in V l a a n d e r e n . Uit het vijftiengezon-de VMM-jaarrapport 1995 over de evaluatie van de gehalten zware metalen in zwevende stof in V l a a n-deren blijkt ook dat geen enkel meetpunt aan de Westkust is opgenomen.
1. Is de minister het ermee eens dat er zich een duidelijke noodzaak tot bemonstering voordoet tegenover de Duinkerkse industrie ? We l k e beleidsopties heeft de minister terzake reeds genomen ? Welke resultaten werden reeds bereikt ?
2. Overschrijden de door de VMM reeds gemeten waarden de Europese grens- en richtwaarden ? Zo ja, heeft de minister terzake reeds overleg gepleegd met zijn Franse ambtsgenoot ? Zo ja, wanneer en met welke resultaten of afspraken ? 3. Beschikt de minister eventueel over de
meet-waarden die de Fransen zelf in Duinkerke heb-ben bemonsterd ? Zo ja, sedert wanneer, o p welke terreinen en met welke waarden ?
4. Waarom wordt deze regio, gelet op de bekende m e e t g e g e v e n s, niet in Vlarem II als speciale beschermingszone aangewezen ? Wordt een eventuele aanwijzing vooralsnog als een beleidsoptie van de minister overwogen en waarom ?
5. Waar wordt er precies in voormeld achter-grondstation in Houtem gemeten ? Worden ook zware metalen en dioxines in het stof gemeten ? Zo ja, sedert wanneer ? Wat zijn de gemeten waarden ?
Antwoord
korte termijn bijkomende metingen in deze regio op te starten.
2. In het meetstation van Houtem worden de con-centraties van SO2, N OX en ozon gemeten. D e
grens- en richtwaarden van SO2en NOxwerden
niet overschreden. Wat ozon betreft,werden de volgende overschrijdingen van de drempelwaar-de genoteerd :
180 µg/m3:
– in 1995 40 overschrijdingen op 11 dagen, maximale uurconcentratie was 229 µg/m3;
– in 1996 19 overschrijdingen op 4 dagen, maximale uurconcentratie was 228 µg/m3;
– in 1997 4 overschrijdingen op 1 dag, maxima-le uurconcentratie was 217 µg/m3; 360 µg/m3per uur : – geen overschrijdingen in 1995, 1996 of 1997 ; 110 µg/m3over 8 uur : – in l995 : 60 overschrijdingen ; – in 1996 : 37 overschrijdingen ; – in 1997 : 19 overschrijdingen ; 65 µg/m3als daggemiddelde : – in 1995 : 76 overschrijdingen ; – in 1996 : 63 overschrijdingen ; – in 1997 : 63 overschrijdingen ;
Het voorkomen van verhoogde ozonconcentra-ten is een grootschalig fenomeen, dat zich over heel Vlaanderen en een groot deel van We s t -Europa voordoet. Er zijn overschrijdingen van de informatiedrempelwaarde van 180 µg/m3. Dit doet zich echter ook voor op de meeste andere stations in Vlaanderen en kan volgens de VMM niet worden beschouwd als een lokaal probleem dat overleg behoeft met Frankrijk. 3. De jaargemiddelde S02-concentratie is in de
omgeving van Calais gedaald van niveaus tussen 30 en 45 µg/m3in het begin van de jaren '80 tot
10 à 15 µg/m3 in 1993-1995. De jaargemiddelde
concentraties van zwevend stof van Calais variëren tussen de 25 en 35 µg/m3 in de jaren
1993-1995. In het begin van de jaren '80 bedroe-gen zij nog 50 µg/m3. De jaargemiddelde SO
2
-concentratie is in de omgeving van Duinkerke gedaald van niveaus tussen 40 en 55 µg/m3in het
begin van de jaren'80 tot ongeveer 15 µg/m3in
1995. De jaargemiddelde concentraties van
zwe-vend stof in de omgeving van Duinkerke varië-ren tussen de 30 en 35 µg/m3 in de jaren
1993-1995.In het begin van de jaren '80 bedroegen zij nog 50 a 65 µg/m3.
4. De meetgegevens van SO2 en NO2 in Houtem
liggen ruim beneden de richtwaarden en zijn vergelijkbaar met andere gebieden in Vlaande-ren. Bijgevolg is er geen reden om hier een spe-ciale beschermingszone van te maken.
5. Het meetstation in Houtem is gelegen in de Westmoerstraat aan de Ringslootbrug.
In Houtem wordt er SO2, s t i k s t o f m o n o x i d e
( N O ) , N Ox en 03 g e m e t e n . Er worden geen
zware metalen en dioxines gemeten. Alle resul-taten van SO2, NO, NOx en O3worden gepubli
