• No results found

Vraag nr. 184 van 25 februari 1998 van de heer JOHAN MALCORPS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 184 van 25 februari 1998 van de heer JOHAN MALCORPS"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 184 van 25 februari 1998

van de heer JOHAN MALCORPS

Fabelta Ninove – Koolstofdisulfide- en waterstof-sulfidemetingen

Het bedrijf Fabelta Ninove kreeg in zijn milieuver-gunning van 7 mei 1993 enkele bijzondere voor-waarden opgelegd. Zo moest er een saneringsbege-leidingscommissie worden opgericht.

Tegen 1 januari 1998 moesten voor koolstofdisulfi-de en waterstofsulfikoolstofdisulfi-de emissiegrenswaarkoolstofdisulfi-den van respectievelijk 100 en 150 mg/Nm3worden nage-leefd (wat in feite een afwijking ten aanzien van Vlarem II van twee jaar betekent, dit ten gunste van het bedrijf).

Vanaf 1 januari 1998 mogen de immissieconcentra-ties van CS2en H2S in de lucht in de omgeving van de inrichting nergens hoger liggen dan respectieve-lijk 600 µg/m3en 150 µg/m3(µg : microgram). 1. Op welke data is de

saneringsbegeleidingscom-missie samengekomen ?

2. Wat zijn de belangrijkste resultaten van de metingen van CS2 en H2S door de immissie-meetpost ?

3. Heeft het bedrijf zesmaandelijks een voort-gangsrapport opgesteld inzake de sanering van de luchtverontreiniging ? Hoeveel rapporten zijn er al opgesteld ?

4. Hoever staat het met de opgelegde sanering van de emissie van CS2, en H2S ? Worden de normen nageleefd ?

5. Werden er nog emissiemetingen van CS2en H2S uitgevoerd ? Wat zijn daarvan de resultaten ? 6. Heeft de minister specifieke maatregelen

geno-men teneinde de sanering van de luchtveront-reiniging van CS2en H2S te bespoedigen ? 7. In welke mate heeft het bedrijf bijlage 4.4. van

Vlarem II nageleefd (met name de te volgen meetfrequentie :driemaandelijkse metingen van CS2en maandelijkse metingen van H2S) ? 8. Werd het bedrijf al geverbaliseerd wegens niet

naleven van de emissievoorwaarden inzake CS2 en H2S en/of de bepalingen inzake meetfre-quentie in bijlage 4.4.3 van Vlarem II ? Waarom eventueel niet ?

Antwoord

1. De saneringsbegeleidingscommissie is samenge-komen op 23 februari 1994, 25 januari 1995, 13 december 1995, 3 juni 1996, 25 juni 1997.

2. De resultaten van de CS2- en H2S-metingen van de immissiemeetpost worden gegeven in onder-staande tabel.

H2S CS2

Gemeten Norm Geurdrempel Gemeten Norm Geurdrempel

µg/m3 µg/m3 µg/m3 µg/m3 µg/m3 µg/m3

1996 0,56 150 26 19,5 600 300

1997 0,52 150 26 18,7 600 300

(2)

Uit deze tabel blijkt :

– voor CS2 ligt de gemeten immissiewaarde dertig maal lager dan de vooropgestelde norm ;

– voor H2S ligt de gemeten immissiewaarde ongeveer een factor 300 lager dan de voor-opgestelde norm ;

– de gemeten waarden voor CS2en H2S liggen ruim beneden de geurdrempel.

3. Tot op heden heeft Fabelta Ninove NV vijfmaal een voortgangsrapport opgesteld met betrek-king tot de uitvoering en de opvolging van de opgelegde saneringsmaatregelen, namelijk op 9 december 1993, 2 september 1994, 23 oktober 1995, 11 juni 1996 en 13 februari 1997.

4 en 5. Fabelta Ninove NV heeft een saneringsplan (december 1993) laten opstellen voor de emis-sies van CS2en H2S.

De CS2- en de H2S-emissie uit de schouw van 11 meter hoogte werd stopgezet op het einde van 1 9 9 3 . De emissiestroom van CS2en H2S werd verlegd naar de centrale schoorsteen van 69 meter hoogte.

In het kader van de prioriteit van de interne hygiëne (werkplaatsatmosfeer) zijn zoveel mogelijk bronnen van CS2 g e l o k a l i s e e r d , a f g e-kapseld en in onderdruk gebracht.

De evolutie van de interne concentratie aan CS2 is aan de hand van de volgende meetwaarden aan te tonen : in 1988 werd een (gewogen) gemiddelde CS2-concentratie van 56,2 mg/m3 gemeten, bij een meting in november 1996 werd 24,8 mg/m3 genoteerd en metingen uitgevoerd in de loop van 1997 wijzen op een gemiddelde concentratie van 15 mg/m3. De afgezogen lucht wordt naar de schouw (69 meter) van de spinne-rij geëvacueerd.

De recentste meetgegevens inzake H2S- en CS2 -emissie zijn : Emissie (mg/m3) H2S CS2 A B A B 1996 54,5 43,8 329,0 282,5 1997 47,1 47,1 465,8 310,0 Gemiddeld 50 350

De spinnerijen A en B emitteren via één emis-siepunt,namelijk de centrale schoorsteen van 69 meter.

6. In de milieuvergunning waarvan sprake, v e r-leend bij ministerieel besluit van 7 mei 1993, werd gesteld dat volgende inspanningen dien-den te wordien-den geleverd :

– stopzetting van de CS2- en H2S-emissie langs de 11 meter hoge schoorsteen vóór 1 januari 1994 (gerealiseerd) ;

– beperking van de totale emissie van H2S en C S2 zodat de immissieconcentraties in de omgevingslucht rond het bedrijf niet hoger liggen dan 150 µg H2S / m3en 600 µg CS2/ m3, vóór 1 januari 1998 (gerealiseerd) ;

– beperking van de geleide emissie van H2S en C S2 tot 5 mg/m3, respectievelijk 100 mg/m3, vóór 1 januari 1998 (de op heden gereali-seerde beperking tot 50 mg H2S / m3 en 350 mg CS2/ m3 leidt ertoe dat de immissievoor-waarden ruim worden gerespecteerd en dat geen geurhinder optreedt) ;

– plaatsing van een immissiemeetpunt waar de H2S- en CS2-concentraties ten minste een-maal per maand worden gemeten door een erkend deskundige of door de exploitant met apparatuur goedgekeurd door een erkend deskundige (gerealiseerd) ;

(3)

saneringmaatre-gelen inzake luchtverontreiniging (gereali-seerd) ;

– samenstelling van een saneringsbegeleidings-commissie met vertegenwoordigers van de Vlaamse Milieumaatschappij, de administra-tie Milieu-, N a t u u r- , Land- en Wa t e r b e h e e r ( A m i n a l ) , afdeling Milieu-inspectie, h e t stadsbestuur van Ninove, de vakbondsorga-n i s a t i e s, de milieubewegivakbondsorga-ng De Wi e l e w a a l Ninove en de vertegenwoordiger van de exploitant (gerealiseerd).

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

op die plaatsen waar geen geluidwerende maat- regelen (kunnen) worden genomen of als alter- natief voor dure geluidwerende

Kan de minister daarom voor de verschillende installaties voor ziekenhuisvuilverbranding de meetwaarden van de campagne in 1995 (voor alle parameters, dus niet alleen

1 en 2.De controle door het Vlaams Gewest van de technische plannen van de NV Aquafin gebeurt door de Vlaamse Milieumaatschappij en de administratie Milieu-, Natuur-, Land- en

Artikel 16, § 5 van het decreet van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het beheer van afvalstoffen luidt als volgt : " Wanneer een gemeen- te de haar door

Huisvuilverbrandingsinstallaties – Dioxine-uitstoot Op de hoorzitting in de Commissie voor Leefmi- lieu en Natuurbehoud met de commissie-Baeyens verklaarde de vertegenwoordiger

Als antwoord op zijn vraag wil ik de V l a a m s e volksvertegenwoordiger eraan herinneren dat in het Verdrag voor de Verruiming van de We s t e r- schelde werd bepaald

van 1 februari 1993 heeft de Openbare A f v a l- stoffenmaatschappij voor het Vlaams Gewest (OVAM) de bevoegdheid voor het verlenen van in- en uitvoervergunningen

3.4 of 3.6.3 zijn aangeduid, alsmede ingeval de milieuvergun- ningsaanvraag betrekking heeft op de directe of indirecte lozing in grondwater van gevaarlijke stof- fen als bedoeld