• No results found

Vraag nr. 236 van 12 februari 1998 van de heer JOHAN SAUWENS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 236 van 12 februari 1998 van de heer JOHAN SAUWENS"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 236 van 12 februari 1998

van de heer JOHAN SAUWENS

Klooster koninklijk domein Opgrimbie – Bouw-vergunning

Het dossier Opgrimbie blijft de gemoederen b e r o e r e n . Terwijl de Raad van State zich nog steeds ten gronde moet uitspreken over de bouwvergun-ning voor het slotklooster, zijn het klooster en de veertien houten kluizen bijna klaar. In zijn advies stipt de auditeur van de Raad van State alvast drie ernstige feiten aan : de ligging van het domein Opgrimbie in een groengebied, het ontbreken van een milieueffectrapport voor het rooien van een bos van drie hectare en het feit dat de bisschop niet kan worden beschouwd als een publiekrechtelijk persoon.

In aanvulling op het advies van de auditeur van de Raad van State meen ik dat vier bijkomende wet-telijke voorschriften niet werden nageleefd bij de toekenning van de bouwvergunning voor een slot-klooster op het koninklijk domein Opgrimbie. Artikel 48 van de wet van 29 maart 1962 houdende organisatie van de ruimtelijke ordening en van de stedenbouw werd als eerste element van de in december 1994 afgeleverde bouwvergunning inge-r o e p e n , maainge-r niet coinge-ringe-rect uitgevoeinge-rd. Hoofdstuk II, artikel 5 van het decreet houdende bescherming van het archeologisch patrimonium (Belgisch Staatsblad 15 september 1993) stelt immers duide-lijk : " Voor vergunningen afgeleverd op grond van artikel 48 van de wet van 29 maart 1962 houdende organisatie van de ruimtelijke ordening en van de s t e d e b o u w, is de in hetzelfde artikel vermelde minister of zijn gevolmachtigde ertoe gehouden binnen dertig dagen na ontvangst van het dossier advies in te winnen bij de krachtens dit decreet aangewezen gemachtigde van de Vlaamse Execu-t i e v e. Deze brengExecu-t binnen derExecu-tig dagen na onExecu-t- ont-vangst van de adviesaanvraag een bindend advies uit". Dit advies werd niet ingewonnen (l).

Hoewel de betrokken zone wordt omschreven als een groengebied, wordt nergens in de bouwvergun-ning gemotiveerd en/of gewaarborgd dat deze groene hoofdbestemming niet in het gedrang komt ( 2 ) . De slechts elf regels tellende motivatie voor de bouwvergunning voldoet geenszins aan de noodza-kelijke motiveringsplicht. Een bebouwing van 1 ha 28 a 76 ca (een poortgebouw, een multifunctionele s c h u u r, een gasten- en familiehuis, een onthaal-klooster en een slotonthaal-klooster) zijn mijns inziens ruimtelijk onverantwoord op de helling van een

g r o e n g e b i e d . De bouwvergunning legt geen open-baar onderzoek (3) op. Er is geen advies van de administratie Milieu, N a t u u r- , Land- en Wa t e r b e-heer (Aminal), afdeling Natuur, over de al dan niet naleving van de vogelrichtlijnen (4) door de bouw van een klooster in een vogelrichtlijngebied. Teneinde (juridische) duidelijkheid te krijgen over het "koninklijke" bouwdossier Opgrimbie had ik de minister graag volgende vragen gesteld.

1. Is de bouwvergunning voor het klooster op het koninklijk domein van Opgrimbie vatbaar voor vernietiging, vermits geen advies werd ingewon-nen bij de krachtens het decreet houdende bescherming van het archeologisch patrimoni-um (Belgisch Staatsblad 15 september 1993) aangewezen gemachtigde van de Vlaamse Exe-cutieve (Hoofdstuk II, artikel 5) ? Zo ja, is er dan sprake van een onwettig afgeleverde en derhalve ongeldige bouwvergunning ?

2. Welke zijn de onmiddellijke juridische en ande-re gevolgen van het feit dat geen advies werd ingewonnen bij de krachtens het decreet hou-dende bescherming van het archeologisch patri-monium (Belgisch Staatsblad 15 september 1993) aangewezen gemachtigde van de Vlaamse Executieve (Hoofdstuk II, artikel 5) voor de reeds gebouwde delen ?

3. Welke zijn de juridische en andere gevolgen van het feit dat geen advies werd ingewonnen bij de krachtens het decreet houdende bescherming van het archeologisch patrimonium (Belgisch Staatsblad 15 september 1993) aangewezen gemachtigde van de Vlaamse Executieve (Hoofdstuk II, artikel 5) voor de lopende bouw-werken ?

4. Welke zijn de juridische en andere gevolgen van het feit dat geen advies werd ingewonnen bij de krachtens het decreet houdende bescherming van het archeologisch patrimonium (Belgisch Staatsblad 15 september 1993) aangewezen gemachtigde van de Vlaamse Executieve (Hoofdstuk II, artikel 5) voor de in de (nabije) toekomst geplande bouwwerken ?

5. Welke zijn de juridische en andere gevolgen van een vernietiging van de bouwvergunning door de Raad van State voor de reeds gebouwde delen op het koninklijke domein van Opgrim-bie ?

6. Welke sanctie zal de minister treffen indien de bouwvergunning voor het klooster op het

(2)

koninklijk domein van Opgrimbie wordt vernie-tigd door de Raad van State ? Is deze sanctie in overeenstemming met het beleid van de minis-ter ten opzichte van andere bouwovertredingen (bv. weekeindhuisjes) ?

7. Waarom werd in de bouwaanvraag geen moti-v a t i e, noch waarborg opgenomen moti-voor het behoud van de groene hoofdbestemming van de betrokken zone ? Acht de minister een bebou-wing van 1 ha 28 a 76 ca (een poortgebouw, een multifunctionele schuur, een gasten- en familie-h u i s, een ontfamilie-haalklooster en een slotklooster) ruimtelijk verantwoord op de helling van een groengebied ? Zo ja,hoe motiveert hij dit stand-punt ?

8. Waarom maakte de afgeleverde bouwvergun-ning geen melding van een openbaar onder-z o e k , aangeonder-zien winkels, w e r k p l a a t s e n , k a n t o-r e n , . . . met een oppeo-rvlakte van meeo-r dan 300 m2

wel zijn onderworpen aan een openbaar onder-zoek ? Hoe motiveert de minister dat voor een bebouwing van 1 ha 28 a 76 ca (een poortge-b o u w, een multifunctionele schuur, een gasten-en familiehuis, egasten-en onthaalklooster gasten-en egasten-en slot-klooster) geen openbaar onderzoek noodzake-lijk is ?

Antwoord

1. Het lijkt mij zo te zijn dat inderdaad het advies van het Instituut voor het Archeologisch Patri-monium diende te worden ingewonnen, i n d i e n de bouwaanvraag diende te worden behandeld overeenkomstig artikel 48 van de stedenbouw-wet (artikel 46 van het decreet betreffende de ruimtelijke ordening, gecoördineerd op 22 okto-ber 1996).

Dat de aanvraag diende te worden behandeld overeenkomstig artikel 46 van het decreet wordt evenwel voor de Raad van State betwist, zoals de Vlaamse volksvertegenwoordiger zelf zeer duidelijk heeft uiteengezet in de inleiding van zijn vraag.

2, 3 en 4. Indien de vergunning onwettig is afgele-v e r d , is zij afgele-vatbaar afgele-voor afgele-vernietiging door de Raad van State.

5. Indien de bouwvergunning wordt vernietigd door de Raad van State, dienen de uitgevoerde bouwwerken te worden beschouwd als zijnde opgetrokken zonder geldige bouwvergunning.

6. Indien de bouwvergunning wordt vernietigd, zal ik mijn administratie de opdracht geven de nodige maatregelen te nemen, met name het opmaken van een proces-verbaal.

De werkelijke sanctionering behoort, zowel in het geval van de weekeindhuisjes als in dit g e v a l , tot de bevoegdheid van de rechterlijke macht.

7. Ik dien de Vlaamse volksvertegenwoordiger erop te wijzen dat ikzelf deze vergunning niet heb verleend. Ze werd verleend door de toen-malige directeur-generaal van de administratie Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Monu-menten en Landschappen (Arohm) op 14 december 1994.

8. Ik kan enkel vaststellen dat een klooster niet is opgenomen in artikel 3 van het koninklijk besluit van 6 februari 1971 betreffende de behandeling en de openbaarmaking van de bouwaanvragen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De militaire domeinen die in eigendom zijn en beheerd worden door het federale ministerie van Defensie zijn in het algemeen onderworpen aan de regels van het decreet van 21

verwerkt in Antwerpen 3,90 verwerkt in Limburg 1,31 verwerkt in Oost-Vlaanderen 50,42 verwerkt in Vlaams-Brabant 1,53 verwerkt in Vlaanderen 14,44 verwerkt in West-Vlaanderen

Zo ja, heeft de Vlaamse regering het advies ingewonnen van de administratie Milieu, Natuur en Landinrichting (afdeling Natuur) bij de aflevering van een vergunning voor de

ls de raad van bestuur van de Nationale Loterij en/of de federale minister van Financiën inge- gaan op de vraag van de minister om 100 mil- joen frank in te schrijven in

10.Heeft de Vlaamse regering in het raam van de Interministeriële Conferentie voor Buitenland- se Zaken aangedrongen op een onafhankelijk onderzoek naar de

Hoeveel huishoudelijk afval werd in 1994, '95, '96 en '97 vanuit de provincie Vlaams-Brabant uitgevoerd naar de andere Vlaamse provincies (per provincie)?. Hoeveel huishoudelijk

Heeft de minister een initiatief genomen om de jacht op de smient te schrappen uit het besluit betreffende de jacht voor de periode van 1 juli 1998 tot 30 juni 2003, aangezien

– Indien de vergoedingen verenigbaar zouden zijn met artikelen 92 en 93 van het Verdrag, dan laat de Europese Commissie weten dat ze geen bezwaar heeft tegen de uitbetaling van