• No results found

Vraag nr.1van 22 september 1997van de heer MARC OLIVIER

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr.1van 22 september 1997van de heer MARC OLIVIER"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 1

van 22 september 1997

van de heer MARC OLIVIER

Vrijstellingen kijk- en luistergeld – Instellingen voor gehandicapten

Volgens artikel 19 van de wet van 13 juli 1987 betreffende het kijk- en luistergeld kan een vrijstel-ling worden verleend voor autoradiotoestellen en televisietoestellen opgesteld zonder winstoogmerk en gebruikt voor een openbare dienst door de S t a a t , de gemeenschappen, de gewesten, de provin-c i e s, de agglomeraties, de gemeenten, de vereniging van gemeenten waarvan de leden personen van publiek recht zijn, de openbare centra voor maat-schappelijk welzijn of de instellingen die van een van die machten afhangen.

Op basis van dit artikel werd in het verleden een vrijstelling van kijk- en luistergeld verleend aan een aantal instellingen voor gehandicapten (MPI of medisch-pedagogische instellingen).

Deze vrijstelling wordt nu echter op basis van het-zelfde artikel 19 geweigerd. Er is dan ook minstens sprake van een verwarde interpretatie van vermeld artikel.

Graag had ik van de minister dan ook een duidelijk antwoord op volgende vraag.

Vallen instellingen voor gehandicaptenzorg die erkend en gesubsidieerd worden door de gemeen-schappen al dan niet onder toepassing van het bovenvermelde artikel 19 en kunnen zij aldus vrij-stelling genieten van kijk- en luistergeld ?

Antwoord

Artikel 19 van de wet van 13 juli 1987 stipuleert : "Mits de door de Minister vastgestelde formalitei-ten werden vervuld is, ofwel van het begin van het houden af, indien de formaliteiten vooraf werden v e r v u l d , ofwel vanaf de aanvang van de volgende betaalperiode bedoeld in artikel 7, geen kijk- en luistergeld verschuldigd voor de autoradiotoestel-len en de televisietoestelautoradiotoestel-len die zonder winstoog-merk zijn opgesteld en die worden gehouden : 1. Met het oog op een openbare dienst door de

Staat, de gemeenschappen, de gewesten, de pro-vincies, de agglomeraties, de gemeenten, de ver-enigingen van gemeenten waarvan alle leden personen van publiek recht zijn, de openbare centra voor maatschappelijk welzijn of de

instellingen die van een van die machten afhan-gen ...".

De Dienst Kijk- en Luistergeld ondervindt sedert jaren dat de vermelding "instellingen die van een van die machten afhangen" door derden op diverse wijze wordt geïnterpreteerd. In de praktijk komt het veelvuldig voor dat instellingen zoals V Z W ’s met sociale doelstellingen op basis hiervan vrijstel-ling trachten te krijgen. Bijgevolg moet voor elke aanvraag tot het verkrijgen van vrijstelling van kijk- en luistergeld van instellingen die zich hierop willen beroepen, een afzonderlijke aanvraag wor-den ingediend. De bevoegde dienst onderzoekt deze aanvragen individueel.

Het feit dat een VZW werd erkend door een over-heid met het oog op een eventuele subsidiëring betekent niet dat deze VZW afhangt van deze o v e r h e i d . Er kan dus geen vrijstelling worden ver-leend op basis van het gegeven dat een instelling wordt gesubsidieerd door een overheid, in casu de Vlaamse Gemeenschap.

Niettemin stelt de memorie van toelichting van 19 november 1986 bij de wet van 13 juli 1987 betreffende het kijk- en luistergeld dat de notie "houder" zodanig moet worden geformuleerd dat personen die al dan niet door familiebanden ver-bonden zijn, maar die samenleven, door de betaling van één kijkgeld in regel zijn voor alle gehouden toestellen op hetzelfde adres, met inbegrip van die gehouden door :

– de wezen in een weeshuis ;

– de gevangenen in een gevangenis of in een her-opvoedingsgesticht ;

– de jongens en meisjes in een tehuis voor jonge-ren ;

– de personen die in een opvangtehuis verblijven. Instellingen voor gehandicapten vallen dus wel degelijk onder de toepassing van de wet, m a a r moeten slechts eenmaal het kijk- en luistergeld betalen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Artikel 19 van de wet van 13 juli 1987 betreffende het kijk- en luistergeld bepaalt dat vrijstelling kan worden verleend "voor de autoradiotoestellen en de televisietoestellen

Als deelnemingsvoorwaarde voor examens georga- niseerd door steden en provincies wordt meestal bepaald dat de kandidaat-sollicitant een resem documenten dient over te

Op 31 januari van dit jaar werd door het V l a a m s Parlement overigens al een resolutie goedgekeurd (Stuk 77 (BZ 1995) – red.) waarin aan de V l a a m s e regering werd gevraagd

Het ontwerp van koninklijk besluit waarbij aan de Vlaamse Gemeenschapscommissie van het Brus- sels Hoofdstedelijk Gewest rechtstreeks toegang wordt verleend tot de

192 van 31 juli 1997 kon minister Leo Peeters mij melden dat er met betrekking tot examens georganiseerd door gemeenten geen wettelijke verplichting bestaat om al deze documenten

In dit kader wordt gepleit voor voorafgaand overleg met de gebrui- kers van het openbaar vervoer bij het ontwerpen van nieuwe opstapplaatsen?. Wordt door De Lijn voldoende

De toegestane vermindering aan deze categorie reizigers werd opgenomen in de reglementering voor het vervoer van reizigers en reisgoed van De Lijn (bundel A), artikel 3.14

Het verbod op zondagvaart is sedert de schippers- staking van 1975 van kracht en geldt tussen zater- dagavond 20.00 uur en maandagmorgen 6.00 uur2. Vlaanderen is de enige regio