• No results found

Uitspraak. van de Huurcommissie

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Uitspraak. van de Huurcommissie"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Uitspraak

van de Huurcommissie Verzoek

Betalingsverplichting kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten (art. 7:260 Burgerlijk Wetboek;

art. 4 lid 2 sub g, 7 en 18 Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte)

Woonruimte

Bruine Ruiterstraat 8 B 9711 KR GRONINGEN

Hierna te noemen: de woonruimte

Verzoeker [xxx]

Hierna te noemen: huurder [xxx]

Wederpartij

[xxx] (niet aanwezig op de zitting)

Hierna te noemen: verhuurder [xxx]

--- Kern van de uitspraak

 De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over het jaar 2013 bedraagt € 2151,44

 De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over het jaar 2014 bedraagt € 1817,45 ---

I Verloop van de procedure

De Huurcommissie ontving op 13 november 2015 twee verzoeken van de huurder.

Daarin vraagt hij aan de Huurcommissie om de eindafrekening van de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de jaren 2013 en 2014 te beoordelen.

Onderzoek door de Huurcommissie

De Huurcommissie heeft een voorbereidend onderzoek laten uitvoeren. Bij de verhuurder zijn de rekeningen van de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten opgevraagd. Deze rekeningen zijn gecontroleerd.

De resultaten van het onderzoek zijn vastgelegd in een rapport. De Huurcommissie heeft dit rapport aan de huurder en de verhuurder gestuurd.

II Zitting

Zittingsdatum: 19 mei 2016 Correspondentie over de zitting

De huurder en de verhuurder zijn schriftelijk uitgenodigd voor de behandeling van

COU2G ENV-2016-119704

Zaaknummer

ZKN-2015-009288 ZKN-2015-009289

Datum zitting

19 mei 2016

Verzonden op

31-05-2016

Verzonden aan

huurder en verhuurder

(2)

Zaaknummer

ZKN-2015-009288 ZKN-2015-009289

Datum zitting

19 mei 2016

Huurcommissie

Datum

28 oktober 2010

Kenmerk

ZKN-736478-09

Verklaring van de partijen

Korte samenvatting verklaring gemachtigde van de huurder:

 Ik ben het oneens met de inhoud van het rapport van onderzoek.

 In 2013 is er wel een afrekening verstrekt, in 2014 niet. Huurder moest

€ 409,96 bijbetalen.

 Ik ben het eens met de posten water t/m energiewacht.

 De meubilering/ stoffering is allemaal afgeschreven. Ik begrijp de restwaarde van 60% wel, maar ik vraag mij af of dat juist is. De

verhuurder heeft gedurende 5 jaar steeds een deel van de nieuwwaarde ontvangen. Huurder heeft dus 5 jaar in totaal 100% betaald. Het is dus onredelijk dat huurder daar nu nog voor betaalt.

 Een bedrag van € 40,00 per m2 voor marmoleum is te hoog en wellicht als onroerend aan te merken.

 Er is geen huismeester aanwezig. Het is ook zeer onwaarschijnlijk, want er is maar een klein gangetje, er zijn twee trappen en dan weer een klein gangetje. Ik verwijs naar een uitspraak van de Kantonrechter te

Rotterdam. Een huismeester moet zichtbaar en benaderbaar zijn. Ik zou de taakomschrijving en de facturen willen zien.

 In 2014 is er niet afgerekend, dus mogen er geen administratiekosten in rekening worden gebracht aan de huurder.

III Beoordeling

De Huurcommissie beoordeelt de eindafrekening voor de servicekosten en kan het bedrag verlagen als blijkt dat het hoger is dan de daadwerkelijk gemaakte kosten.

Als er geen eindafrekening is stelt de commissie de betalingsverplichting van de huurder voor de onderzochte kostenposten vast op basis van de aangetoonde daadwerkelijk gemaakte kosten. De commissie baseert de uitspraak op alle beschikbare schriftelijke informatie over de zaak en alles wat op de zitting is besproken.

Eindafrekening kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten De huurder heeft gedurende de jaren 2013 en 2014 de woonruimte gehuurd. De verhuurder heeft over het jaar 2013 twee afrekeningen aan de huurder verstrekt, waarvan 1 afrekening met een totaalbedrag van € 2509,96 en 1 afrekening met een totaalbedrag van € 2623,31. Over het jaar 2014 heeft de verhuurder een totaalbedrag van € 2292,39 aan huurder in rekening gebracht.

Deze kosten zijn volgens de huurovereenkomst tussen de huurder en de verhuurder overeengekomen.

Rapportage

De rapporteur adviseert de Huurcommissie het bedrag voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de jaren 2013 en 2014 vast te stellen op respectievelijk € 2263,25 en € 1920,44.

Beoordeling Huurcommissie

De gemachtigde van de huurder heeft de doorberekening van de volgende posten uit het rapport van onderzoek ter discussie gesteld:

- Huismeester, stoffering/meubilering en administratiekosten over het jaar 2014.

(3)

Zaaknummer

ZKN-2015-009288 ZKN-2015-009289

Datum zitting

19 mei 2016

Huurcommissie

Datum

28 oktober 2010

Kenmerk

ZKN-736478-09

De Huurcommissie gaat puntsgewijs in op deze opmerkingen:

- Huismeester:

De Rechtbank Rotterdam heeft bij uitspraak van 18 december 2015 (WR2016/29) geoordeeld dat uitgangspunt moet zijn dat een huismeester zichtbaar en makkelijk benaderbaar moet zijn.

Ter zitting heeft de gemachtigde van de huurder aan de Huurcommissie

uitdrukkelijk en onweersproken verklaard dat in het pand, waar deze woning deel van uitmaakt, geen huismeester aanwezig is. De Huurcommissie is daarom in deze situatie van oordeel dat er geen huismeesterkosten aan de huurder in rekening mogen worden gebracht;

- Roerende zaken:

De Huurcommissie is van oordeel dat marmoleum als een roerende zaak dient te worden aangemerkt. Immers marmoleum kan eenvoudig worden verwijderd zonder daarbij schade aan te brengen aan de originele vloer eronder.

De roerende zaken zijn, boekhoudkundig gezien, weliswaar afgeschreven, maar de commissie is van oordeel dat daarmee niet is gezegd dat voor het gebruik van deze roerende zaken niet meer betaald zou behoeven te worden.

De Huurcommissie volgt daarom het rapport op dit punt en stelt de waarde vast op 60%;

-Administratiekosten:

Naar het oordeel van de Huurcommissie is voldoende komen vast te staan dat de verhuurder niet alleen in 2013, maar ook in 2014, t.w. op 14 april 2015, een afrekening aan de huurder heeft verstrekt. Het is dan ook redelijk dat de verhuurder hiervoor administratiekosten in rekening mag brengen.

In afwijking van de rapportage stelt de Huurcommissie de betalingsverplichting voor het jaar 2013 vast op:

Water € 64,30

Gas € 1190,31

Elektra € 320,98

Signaallevering € 215,44

Energiewacht € 7,17

Stoffering/ meubilering € 274,72

Huismeesterskosten € 0,00

Diverse werkzaamheden € 10,08

---

Subtotaal € 2083,00

Administratiekosten ( gas ) 2% van € 1190,31 € 23,81 Administratiekosten ( overig ) 5% van € 892,69 € 44,63 ---

Totaal € 2151,44

(4)

Zaaknummer

ZKN-2015-009288 ZKN-2015-009289

Datum zitting

19 mei 2016

Huurcommissie

Datum

28 oktober 2010

Kenmerk

ZKN-736478-09

In afwijking van de rapportage stelt de Huurcommissie de betalingsverplichting voor het jaar 2014 vast op:

Water € 84,44

Gas € 909,91

Elektra € 252,11

Signaallevering € 218,80

Energiewacht € 7,32

Stoffering/ meubilering € 274,72

Huismeesterskosten € 0,00

Diverse werkzaamheden € 10,08

---

Subtotaal € 1757,38

Administratiekosten ( gas ) 2% van € 909,91 € 18,20 Administratiekosten ( overig ) 5% van € 837,39 € 41,87 ---

Totaal € 1817,45

Conclusie/ Gevolgen van deze uitspraak

 De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over het jaar 2013 bedraagt

€ 2151,44.

De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over het jaar 2014 bedraagt

€ 1817,45.

Legesbeoordeling

De partij die in het ongelijk wordt gesteld, moet de leges betalen.

De Huurcommissie stelt de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten aanzienlijk lager vast dan op de eindafrekening van de verhuurder.

De Huurcommissie stelt de huurder daarom in het gelijk. De verhuurder moet de leges betalen, de huurder krijgt het betaalde legesvoorschot terug.

Welk bedrag

Volgens de wet betaalt een rechtspersoon € 450,00 leges. Een huurder, en een verhuurder die geen rechtspersoon is, betaalt € 25,00.

IV Beslissing

 De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over het jaar 2013 bedraagt

€ 2151,44

 De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over het jaar 2014 bedraagt

€ 1817,45

Volgens de wet worden huurder en verhuurder geacht te zijn overeengekomen wat in deze uitspraak is vastgesteld, tenzij een van hen binnen acht weken na

(5)

Zaaknummer

ZKN-2015-009288 ZKN-2015-009289

Datum zitting

19 mei 2016

Huurcommissie

Datum

28 oktober 2010

Kenmerk

ZKN-736478-09

Bent u het niet eens met de beslissing? Dan kunt u binnen acht weken na de verzenddatum van deze uitspraak naar de rechter gaan. In de begeleidende brief leest u hoe u dit kunt doen.

Legesveroordeling

De verhuurder moet tweemaal € 450,00 leges betalen. De huurder krijgt het betaalde legesvoorschot terug.

Deze uitspraak is zowel aan de verzoeker als aan de wederpartij gestuurd.

GRONINGEN, 19 mei 2016 De Huurcommissie,

mr. J.H. Bloksma H. Oostland en ing. G.W. Kamp MSRE Zittingsvoorzitter Zittingsleden

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Daarin vraagt hij aan de Huurcommissie om de eindafrekening van de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 oktober 2014 tot en met 31

Eindafrekening kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten De huurder heeft gedurende het jaar 2013 de woonruimte gehuurd. De verhuurder heeft over deze periode

Daarin vraagt hij aan de Huurcommissie om de eindafrekening van de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 20 mei 2013 tot en met 31

Eindafrekening kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten De huurder heeft gedurende de periode 1 juni 2014 tot en met 31 december 2014 de woonruimte gehuurd.

Eindafrekening kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten De huurder heeft gedurende het jaar 2015 de woonruimte gehuurd. De verhuurder heeft over deze periode

Eindafrekening kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten De huurder heeft gedurende de periode 4 mei 2015 tot en met 10 mei 2016 de woonruimte

De Huurcommissie stelt de kosten voor gas, water en licht en/of overige servicekosten lager vast dan op de oorspronkelijke eindafrekening van de verhuurder,

De Huurcommissie stelt de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten lager vast dan het totaal van door de verhuurder in de periode 1 september 2013 tot en met