• No results found

Uitspraak. van de Huurcommissie

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Uitspraak. van de Huurcommissie"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Uitspraak

van de Huurcommissie

Verzoek

Betalingsverplichting kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten (art. 7:260 Burgerlijk Wetboek;

art. 4 lid 2 sub g, 7 en 18 Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte)

Woonruimte

Aldebaranstraat 22 KM 5 & 6 9742 LG GRONINGEN

Hierna te noemen: de woonruimte

Verzoeker

[xxx](niet aanwezig op de zitting) Hierna te noemen: huurder

[xxx]

Wederpartij [xxx]

Hierna te noemen: verhuurder [xxx]

--- Kern van de uitspraak

 De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 juni 2014 tot en met 31 december 2014 bedraagt € 414,65

---

I Verloop van de procedure

De Huurcommissie ontving op 27 november 2015 een verzoek van de huurder.

Daarin vraagt hij aan de Huurcommissie om de eindafrekening van de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 juni 2014 tot en met 31 december 2014te beoordelen.

Onderzoek door de Huurcommissie

De Huurcommissie heeft een voorbereidend onderzoek laten uitvoeren. Bij de verhuurder zijn de rekeningen van de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten opgevraagd. Deze rekeningen zijn gecontroleerd. De verhuurder heeft niet alle gevraagde rekeningen opgestuurd.

De resultaten van het onderzoek zijn vastgelegd in een rapport. De Huurcommissie heeft dit rapport aan de huurder en de verhuurder gestuurd.

Zaaknummer

ZKN-2015-009623

Datum zitting

18 april 2016

Verzonden op

17-05-2016

Verzonden aan

huurder en verhuurder

(2)

Zaaknummer

ZKN-2015-009623

Datum zitting

18 april 2016

Huurcommissie

Datum

28 oktober 2010

Kenmerk

ZKN-736478-09

II Zitting Gegevens zitting

Zittingsdatum: 18 april 2016

Correspondentie over de zitting

De huurder en de verhuurder zijn schriftelijk uitgenodigd voor de behandeling van het verzoek op de zitting van de Huurcommissie.

De verhuurder heeft bij brief 10 april 2014 een uitgebreide reactie gegeven op de inhoud van het rapport van onderzoek. Verhuurder is van oordeel dat het

doorberekenen van ozb, watersysteemheffingen, afvalstoffenheffing, rioolbelasting en zuiveringsheffing aan huurders redelijk is. Voorts acht verhuurder het

aanleveren van gegevens van o.a. de administratiekosten en de telefoonkosten nauwelijks relevant. De woning is in 2010 opgeleverd en in dat jaar ingericht. De lijst met roerende zaken van € 15.000,00 kan worden opgevraagd bij de notaris.

Verhuurder heeft als bijlage een afschrift van de akte meegezonden.

Verklaring van de partijen

Korte samenvatting verklaring gemachtigden van de huurder:

 We zijn het eens met de inhoud van het rapport van onderzoek, behalve de verdeelsleutel. We willen bij het onderzoek aanwezig zijn als de commissie besluit om een nader onderzoek ter plaatse uit te laten voeren. Verhuurder had bij de aankoop de facturen bij de vorige eigenaar op kunnen vragen.

Korte samenvatting verklaring verhuurder:

 Ik verwijs naar mijn eerdere brief aan de Huurcommissie. Uw rapporteur is niet ter plaatse geweest. Bij de akte is een lijst van roerende zaken

gevoegd. De waarde daarvan bedroeg € 15.000,00. Ik zie daar niets van terug in het rapport.

III Beoordeling

De Huurcommissie beoordeelt de eindafrekening voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten. De Huurcommissie kan het bedrag verlagen als blijkt dat het hoger is dan de daadwerkelijk gemaakte kosten. Als er geen

eindafrekening is stelt de Huurcommissie de betalingsverplichting van de huurder voor de onderzochte kostenposten vast op basis van de aangetoonde daadwerkelijk gemaakte kosten.

De Huurcommissie baseert de uitspraak op alle beschikbare schriftelijke informatie over de zaak en alles wat op de zitting is besproken.

Eindafrekening kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten De huurder heeft gedurende de periode 1 juni 2014 tot en met 31 december 2014 de woonruimte gehuurd. De huurder heeft over deze periode een

voorschotbedrag van € 1153,04 betaald. in rekening gebracht. De verhuurder heeft, ondanks de wettelijke verplichting daartoe, geen overzicht van de in die periode gemaakte kosten verstrekt.

COU2G ENV-2016-107495

(3)

Zaaknummer

ZKN-2015-009623

Datum zitting

18 april 2016

Huurcommissie

Datum

28 oktober 2010

Kenmerk

ZKN-736478-09

Rapportage

De rapporteur adviseert de Huurcommissie het bedrag voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 juni 2014 tot en met 31 december 2014 vast te stellen op € 557,51.

Beoordeling Huurcommissie

Gelet op de verklaringen van beide partijen ter zitting heeft de Huurcommissie besloten tot het instellen van een (administratief) nader onderzoek, uitgaande van een verdeelsleutel 1/6, zijnde het aantal verhuurde woonruimtes.

Dit nader onderzoek heeft plaatsgehad op 11 mei 2016 en daaruit is het volgende naar voren gekomen:

Gas/elektra

Gas: Huurders betalingsverplichting wordt gesteld op:

35% van € 667,96 x 1/6e deel (= € 38,97) + 65% van € 667,96 x 21/99e deel (=

€ 98,10) = € 131,07.

Elektra: Huurders betalingsverplichting wordt gesteld op: € 412,64 x 1/6e deel =

€ 68,77.

Totaal gas en elektra komt daarmee op € 131,07 + € 68,77 = € 199,85

Water

Huurders betalingsverplichting wordt gesteld op: € 305,47 x 1/6e deel = € 50,91 x 7/12 = € 29,70

Kabeldiensten Ziggo TV + Internet

Huurders betalingsverplichting wordt gesteld op: € 599,40 x 1/6e deel = € 99,90 x 7/12 = € 58,28.

Roerende zaken.

Volgens opgave van de verhuurder zijn de volgende zaken in de € 15.000,00 begrepen:

-parket/laminaat en tapijt vloerbedekking op alle gemeenschappelijke ruimtes -gordijnen voor alle ramen / zonwering

-buitenverlichting 2 x

-binnenverlichting in alle kamers en gemeenschappelijke ruimten -vaatwasmachine

-twee koelkasten -diepvries -oven -magnetron -badkamermeubel

-tuinplanten, aanleg, divers gereedschap

(4)

Zaaknummer

ZKN-2015-009623

Datum zitting

18 april 2016

Huurcommissie

Datum

28 oktober 2010

Kenmerk

ZKN-736478-09

Zonwering.

De Huurcommissie beslist dat de zonwering als duurzaam moet worden

aangemerkt, waarbij een afschrijvingstermijn van 10 jaar wordt gehanteerd. De gebruiksvergoeding bedraagt dan 10%. De vergoeding komt daarmee op € 97,70 x 10% = € 9,77.

Op verzoek van de Huurcommissie heeft de rapporteur een schatting gemaakt van de roerende zaken. De rapporteur heeft geadviseerd om de waarde van deze roerende zaken te bepalen op € 4200,00, hetgeen naar het oordeel van de Huurcommissie redelijk is. De gebruiksvergoeding hiervoor bedraagt 20% van

€4.200,00 = € 840,00. De totale gebruiksvergoeding komt daarmee op € 76,40 +

€ 362,03 + € 840,00 -/- € 9,77 = € 1.268,66.

Huurders aandeel bedraagt 1/6e deel van € 1.268,66 = € 211,45 x 7/12 maanden

= € 123,34.

Glasverzekering.

De verhuurder heeft voor deze woonruimte een opstalverzekering (alles in één polis) afgesloten. In deze verzekering is tevens de glasschade begrepen. De verhuurder kan de premie voor de glasverzekering volgens het beleid van de Huurcommissie aan de huurder doorberekenen. Uit informatie van diverse verzekeringsmaatschappijen is gebleken dat men gemiddeld 15% van het premiebedrag van de opstalverzekering aanmerkt als premie voor de glasverzekering.

Huurders aandeel bedraagt 15% van € 238,73 = € 35,81 x 1/6e deel = € 5,97 x 7/12 maanden =€ 3,48.

In afwijking van de oorspronkelijke rapportage stelt de Huurcommissie de betalingsverplichting vast op:

gas/ elektra € 199,85

water € 29,70

onroerende zaakbelasting n.v.t.

rioolbelasting n.v.t.

afvalstoffenheffing n.v.t.

extra grijze container € 0,00

zuiveringsheffing n.v.t.

watersysteemheffing ingezetenen n.v.t.

watersysteemheffing gebouwd n.v.t.

kabeldiensten Ziggo t.v. + internet € 58,28

brandbeveiliging onderhoud € 0,00

energiewacht € 0,00

verzekering opstal en glas € 3,48

administratiekosten € 0,00

telefoonkosten € 0,00

bijdrage VVE € 0,00

---

totaal € 291,31

afschrijving roerende zaken € 123,34

(5)

Zaaknummer

ZKN-2015-009623

Datum zitting

18 april 2016

Huurcommissie

Datum

28 oktober 2010

Kenmerk

ZKN-736478-09

Service:

Onderhoud erf, tuin € 0,00

Schoonmaken gem. ruimten € 0,00

Controle, herstel afvoeren, hang- en sluit-

werk en sloten incl. huurders deel € 0,00 Afvoer grofvuil / vergeten huisvuil € 0,00 Schoonmaken / herstel kamer bij einde huur € 0,00

Contractkosten € 0,00

Raam-/kozijnbewassing buitenkant € 0,00 Vervanging lampen / batterijen € 0,00

€ 0,00 Totaal: € 291,31 + € 123,34 + € 0,00 = € 414,65

Belastingen en/of heffingen

De voor rekening van de huurder komende belastingen en/of heffingen zijn niet in de huur inbegrepen. De huurder moet overheidsheffingen betalen als

‘belastingplichtige’, niet op grond van de huurovereenkomst. De Huurcommissie beoordeelt niet of een aanslag al dan niet terecht is opgelegd. Overigens is de huurder wel verplicht deze heffingen aan de verhuurder te betalen wanneer deze de heffingen op eigen naam voor de huurder heeft voldaan.

Conclusie/ Gevolgen van deze uitspraak

De totale betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 juni 2014 tot en met 31 december 2014 bedraagt € 414,65.

Legesbeoordeling

De partij die in het ongelijk wordt gesteld, moet de leges betalen.

De verhuurder heeft geen eindafrekening verstrekt en de commissie stelt de betalingsverplichting vast op een lager bedrag dan de door huurder betaalde maandelijkse voorschotten. De Huurcommissie merkt de verhuurder daarom aan als de in het ongelijk gestelde partij. De verhuurder moet de leges betalen.

Welk bedrag

Volgens de wet betaalt een rechtspersoon € 450,00 leges. Een huurder, en een verhuurder die geen rechtspersoon is, betaalt € 25,00.

COU2G ENV-2016-107495

(6)

Zaaknummer

ZKN-2015-009623

Datum zitting

18 april 2016

Huurcommissie

Datum

28 oktober 2010

Kenmerk

ZKN-736478-09

IV Beslissing

 De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 juni 2014 tot en met 31 december 2014 bedraagt € 414,65

Volgens de wet worden huurder en verhuurder geacht te zijn overeengekomen wat in deze uitspraak is vastgesteld, tenzij een van hen binnen acht weken na

verzending van deze uitspraak een beslissing van de rechter heeft gevorderd over het punt waarover de Huurcommissie om een uitspraak was verzocht.

Bent u het niet eens met de beslissing? Dan kunt u binnen acht weken na de verzenddatum van deze uitspraak naar de rechter gaan. In de begeleidende brief leest u hoe u dit kunt doen.

Legesveroordeling

De verhuurder moet € 25,00 leges betalen. De huurder krijgt het betaalde legesvoorschot terug.

Deze uitspraak is zowel aan de verzoeker als aan de wederpartij gestuurd.

GRONINGEN, 18 april 2016 De Huurcommissie,

mr. J.A.M. Schuurbiers H. Oostland en C.F. Jonker Zittingsvoorzitter Zittingsleden

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Daarin vraagt hij aan de Huurcommissie om de eindafrekening van de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 20 mei 2013 tot en met 31

Eindafrekening kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten De huurder heeft gedurende het jaar 2015 de woonruimte gehuurd. De verhuurder heeft over deze periode

Eindafrekening kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten De huurder heeft gedurende de periode 4 mei 2015 tot en met 10 mei 2016 de woonruimte

De rapporteur adviseert de Huurcommissie het bedrag voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 15 februari 2014 tot en met 31 december

 De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 20 augustus 2014 tot en met 31 december 2014 en

 De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 februari 2015 tot en met 31 december 2015 bedraagt

Eindafrekening kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten De huurder heeft gedurende de jaren 2013 en 2014 de woonruimte gehuurd.. De verhuurder heeft over het

 De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 april 2014 tot en met 31 december 2014 bedraagt