Uitspraak
van de Huurcommissie
Verzoek
Betalingsverplichting kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten (art. 7:260 Burgerlijk Wetboek;
art. 4 lid 2 sub g, 7 en 18 Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte)
Woonruimte Bankastraat 2 G 8022 PV ZWOLLE
Hierna te noemen: de woonruimte
Verzoeker [xxx]
Hierna te noemen: huurder [xxx]
Wederpartij [xxx]
Hierna te noemen: verhuurder [xxx]
--- Kern van de uitspraak
De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 april 2014 tot en met 31 december 2014 bedraagt € 346,09
---
I Verloop van de procedure
De Huurcommissie ontving op 8 september 2015 een verzoek van de huurder.
Daarin vraagt hij aan de Huurcommissie om zijn betalingsverplichting van de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 april 2014 tot en met 31 december 2014 te beoordelen.
Onderzoek door de Huurcommissie
De Huurcommissie heeft een voorbereidend onderzoek laten uitvoeren. Daarvoor is op 18 november 2015 een voorbereidend onderzoek uitgevoerd. Bij de verhuurder zijn de rekeningen van de kosten voor gas, water en elektra en/of overige
servicekosten opgevraagd. De verhuurder heeft niet alle gegevens verstrekt.
De resultaten van het onderzoek zijn vastgelegd in een rapport. De Huurcommissie heeft dit rapport aan de huurder en de verhuurder gestuurd.
COU2G ENV-2016-023462
Zaaknummer
ZKN-2015-007875
Datum zitting
26 januari 2016
Verzonden op
01-02-2016
Verzonden aan
huurder en verhuurder
Zaaknummer
ZKN-2015-007875
Datum zitting
26 januari 2016
Huurcommissie
Datum
28 oktober 2010
Kenmerk
ZKN-736478-09
II Zitting Gegevens zitting
Zittingsdatum: 26 januari 2016
Correspondentie over de zitting
De huurder en de verhuurder zijn schriftelijk uitgenodigd voor de behandeling van het verzoek op de zitting van de Huurcommissie.
Verklaring van de partijen
Korte samenvatting verklaring gemachtigde van de huurder:
Ik overhandig de commissie mijn pleitnota;
Dat verhuurder zijn administratie niet op orde heeft, komt voor zijn rekening en risico;
Voor wat betreft de post gas wil ik opmerken dat de radiator in de slaapkamer niet heeft gewerkt. In het verlengde daarvan dient de KWR-berekening voor twee verwarmde vertrekken te worden gevolgd;
Het kan zijn dat huurder niet als klacht heeft gemeld dat de radiator niet heeft gewerkt. Maar indien deze niet werkt, kunnen hier ook geen kosten uit
voortkomen;
Het reinigen en schoonhouden van de goten ziet huurder als groot onderhoud, nu het niet eenvoudig door hem uitgevoerd kan worden. De kosten komen daarom niet voor doorrekening in aanmerking;
Ik blijf bij mijn standpunt voor wat betreft het glazenwassen;
Een afschrijvingstermijn van 10% voor de vloer acht ik redelijker. Het is aannemelijk dat de vloerbedekking al langer ligt. Als het binnen de vijf jaar zou liggen, had verhuurder waarschijnlijk wel een factuur gehad. Bij langer liggen van de vloer vind ik 10% redelijk;
Ik maak bezwaar tegen het meenemen van de alsnog door verhuurder overgelegde stukken. Ik heb me hier niet op kunnen voorbereiden. Neemt de commissie ze wel mee, dan verzoek ik om een nieuw rapport en een nieuwe zitting.
Korte samenvatting verklaring verhuurder:
Ik overhandig de commissie mijn pleitnota en stukken;
Mijn makelaar heeft digitaal de spullen aangeleverd, ik heb dat schriftelijk gedaan. Ik kan echter nergens de schriftelijk ingediende stukken terugvinden in het rapport. Ik heb het op dezelfde dag ingediend als dat het digitaal is gedaan;
Huurder heeft nooit gemeld dat de radiator in de slaapkamer niet heeft gewerkt;
Ik heb bij de stukken een afrekening van de ING Bank gevoegd, het bedrag van € 52,50 wordt maandelijks overgemaakt naar Ziggo;
Ik houd de boel netjes, het is één pand;
Ik doe dit al vanaf 2011;
Er zijn bomen in de buurt en de glazenwasser neemt het schoonmaken van de goten mee als hij er is. Aan de voorkant kunnen de huurders zelf niet bij de glazen en goten.
Zaaknummer
ZKN-2015-007875
Datum zitting
26 januari 2016
Huurcommissie
Datum
28 oktober 2010
Kenmerk
ZKN-736478-09
III Beoordeling
De Huurcommissie beoordeelt de eindafrekening voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten. De Huurcommissie kan het bedrag verlagen als blijkt dat het hoger is dan de daadwerkelijk gemaakte kosten. Als er geen
eindafrekening is stelt de Huurcommissie de betalingsverplichting van de huurder voor de onderzochte kostenposten vast op basis van de aangetoonde daadwerkelijk gemaakte kosten.
De Huurcommissie baseert de uitspraak op alle beschikbare schriftelijke informatie over de zaak en alles wat op de zitting is besproken.
Eindafrekening kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten De huurder heeft gedurende de periode 1 april 2014 tot en met 31 december 2014 de woonruimte gehuurd. De verhuurder heeft geen overzicht van de in die periode gemaakte kosten verstrekt.
Het door huurder betaalde voorschot bedroeg in die periode € 155,00 per maand.
Rapportage
De rapporteur adviseert de Huurcommissie het bedrag voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 april 2014 tot en met 31 december 2014 vast te stellen op € 371,41 (in het onderzoeksrapport staat abusievelijk een bedrag van € 365,38 vermeld).
Beoordeling Huurcommissie
Op basis van hetgeen ter zitting aan de orde is gekomen, heeft de commissie het volgende overwogen.
Overgelegde servicekostengegevens
De commissie betrekt de door de verhuurder ter zitting overgelegde gegevens niet meer in de procedure. Raadpleging van het dossier heeft uitgewezen dat er niet schriftelijk gegevens zijn ingediend bij de Huurcommissie, enkel digitaal. Dit wordt versterkt door het feit dat de verhuurder op 13 oktober 2015 telefonisch contact heeft opgenomen met de Huurcommissie om te vragen hoe digitaal stukken in te dienen. Daarbij is de commissie van oordeel dat de verhuurder voldoende tijd en gelegenheid heeft gehad de gegevens tijdig (vóór de zitting) te verstrekken.
Gas
Nu ter zitting vast is komen te staan dat de radiator in de slaapkamer van huurder niet heeft gewerkt, hanteert de commissie voor de kostenpost gas de KWR-
berekening voor twee verwarmde vertrekken. Huurders betalingsverplichting bedraagt dan € 193,27.
Afschrijving roerende zaken
Op basis van hetgeen gemachtigde van huurder stelt ten aanzien van de vloer, ziet de commissie geen reden af te wijken van de rapportage. Zij acht de gehanteerde afschrijftermijn van 5 jaar (20%) redelijk voor vloerbedekking in een gemeen- schappelijke ruimte.
Zaaknummer
ZKN-2015-007875
Datum zitting
26 januari 2016
Huurcommissie
Datum
28 oktober 2010
Kenmerk
ZKN-736478-09
Glazenwassen/reinigen schoonhouden dakgoten
De commissie is van oordeel dat de verhuurder verantwoordelijk is voor het schoonmaken van de ramen en dakgoten nu deze niet bereikbaar zijn voor huurders. Nu verhuurder onvoldoende heeft aangetoond dat de kosten zijn gemaakt, ziet de commissie geen aanleiding af te wijken van het rapport.
In afwijking van de rapportage stelt de Huurcommissie huurders betalingsverplichting als volgt vast:
1 april 2014 tot en met 31 december 2014
Gas € 193,27
Elektra € 113,64
Water € 33,15
Afschrijving roerende zaken (vloerbedekking) € 6,03
Ziggo € 0,00
Glazenwasser € 0,00
Onderhoud cv-ketel € 0,00
Verlichting (hal) en buitenverlichting € 0,00
Reinigen/schoonhouden dakgoten € 0,00
Onderhoud dakbedekking € 0,00
Verzekeringen € 0,00
Belastingen en heffingen n.v.t.
Beheer- en administratiekosten € 0,00
---
Totaal € 346,09
Belastingen en/of heffingen
De voor rekening van de huurder komende belastingen en/of heffingen zijn niet in de huur inbegrepen. De huurder moet overheidsheffingen betalen als
‘belastingplichtige’, niet op grond van de huurovereenkomst. De Huurcommissie beoordeelt niet of een aanslag al dan niet terecht is opgelegd. Overigens is de huurder wel verplicht deze heffingen aan de verhuurder te betalen wanneer deze de heffingen op eigen naam voor de huurder heeft voldaan.
Conclusie/ Gevolgen van deze uitspraak
De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 april 2014 tot en met
31 december 2014 bedraagt € 346,09.
Legesbeoordeling
De partij die in het ongelijk wordt gesteld, moet de leges betalen.
De verhuurder heeft geen eindafrekening verstrekt en de Huurcommissie stelt huurders betalingsverplichting op een lager bedrag vast dan hij aan voorschotten heeft betaald. De Huurcommissie stelt de verhuurder daarom in het ongelijk. De verhuurder moet de leges betalen.
Zaaknummer
ZKN-2015-007875
Datum zitting
26 januari 2016
Huurcommissie
Datum
28 oktober 2010
Kenmerk
ZKN-736478-09
Welk bedrag
Volgens de wet betaalt een rechtspersoon € 450,00 leges. Een huurder, en een verhuurder die geen rechtspersoon is, betaalt € 25,00.
IV Beslissing
De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 april 2014 tot en met 31 december 2014 bedraagt € 346,09.
Volgens de wet worden huurder en verhuurder geacht te zijn overeengekomen wat in deze uitspraak is vastgesteld, tenzij een van hen binnen acht weken na
verzending van deze uitspraak een beslissing van de rechter heeft gevorderd over het punt waarover de Huurcommissie om een uitspraak was verzocht.
Bent u het niet eens met de beslissing? Dan kunt u binnen acht weken na de verzenddatum van deze uitspraak naar de rechter gaan. In de begeleidende brief leest u hoe u dit kunt doen.
Legesveroordeling
De verhuurder moet € 25,00 leges betalen.
De huurder krijgt het betaalde legesvoorschot terug.
Deze uitspraak is zowel aan de verzoeker als aan de wederpartij gestuurd.
ZWOLLE, 26 januari 2016 De Huurcommissie,
mr. J.A.M. Schuurbiers H. Oostland en C.F. Jonker Zittingsvoorzitter Zittingsleden