• No results found

GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

numraer: 030889 afdeling: milieuhygiene

Provincie Zeeland

GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Inleiding

Op 19 november 2002 hebben wij een melding in het kader van artikel 28 van de Wet bodembescherming ontvangen met betrekking tot de bodemverontreiniging op de locatie Zuidwellestraat 33-35 te Zierikzee. Bijgevoegd waren een nader onder- zoeksrapport en saneringsplan. Per faxbericht van 2 december 2002 is een aanvul- ling op het saneringsplan ingekomen. Deze stukken zijn ingediend door Sagro Mi- lieu Advies Zeeland B.V. te xs Heerenhoek namens Faasse & Faasse Projecten B.V.

te Goes.

Op grond van artikel 29, eerste en tweede lid, van de Wet bodembescherming die- nen wij uiterlijk 13 weken na ontvangst van een melding in een beschikking vast te stellen of sprake is van een geval van ernstige verontreiniging.

In geval van ernstige verontreiniging dienen wij, op grond van artikel 37, eer- ste lid, van de Wet bodembescherming vast te stellen of sprake is van urgentie om te saneren.

Tevens dienen wij in geval van ernstige verontreiniging op grond van artikel 39, tweede lid, van de Wet bodembescherming met het saneringsplan in te stemmen.

Voorbereidingsprocedure

Op de voorbereiding van deze beschikking is de in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht geregelde openbare voorbereidingsprocedure van toepassing (ar- tikel 6.1, eerste lid, en artikel 6.4, eerste lid, van de Provinciale milieuver- ordening Zeeland).

Het meldingenformulier, het onderzoeksrapport, het saneringsplan en de ontwerp- beschikking hebben van 19 december 2002 tot en met 21 januari 2003 ter inzage gelegen bij onze directie ruimte, milieu en water en bij de gemeente Schouwen- Duiveland.

Gedurende deze termijn bestond voor belanghebbenden de mogelijkheid hun ziens- wijze kenbaar te maken.

Zienswijzen Geen.

Algemeen

Op de onderzoekslocatie bevindt zich een woning met een aangebouwde loods alsmede twee losse schuren met een oppervlakte van 785 m2. In de aangebouwde loods en aan de achterzijde van de locatie worden auto's gerepareerd en worden banden en ac- cu's opgeslagen. Nadere historische gegevens met betrekking tot deze locatie en de uitgevoerde activiteiten ontbreken.

De aanwezige woning met loods wordt gesloopt waarna 3 nieuwbouwwoningen met tuin worden gerealiseerd. Een deel van de locatie wordt ingericht als parkeerplaats.

Deze bestemming wordt beschouwd als 'wonen en intensief gebruikt groen'.

Resultaten bodemonderzoek(en)

In januari 2002 is door de Bodemonderzoeker een verkennend bodemonderzoek uitge- voerd (ZLD 1871, 10 januari 2002). Uit dit onderzoek blijkt dat in de bovengrond een matige tot sterke verontreiniging wordt aangetoond met enkele zware metalen in een mengmonster. In een mengmonster van de ondergrond is een licht verhoogd gehalte minerale olie aangetoond. In het grondwater zijn licht verhoogde gehal- ten chroom en tolueen aangetoond en een matig verhoogd gehalte arseen.

(2)

Door SMA Zeeland BV is in april 2002 een aanvullend onderzoek uitgevoerd (820039, 5 april 2002). Uit dit onderzoek blijkt dat sprake is van een lichte tot sterke verontreiniging van de bovengrond met diverse zware metalen, met name lood en zink zijn sterk verhoogd aangetoond. De verontreiniging bevindt zich minimaal tot een diepte van 0,5 m-mv en is vrijwel over het gehele terrein aanwezig. Opgemerkt wordt dat op twee plaatsen, namelijk ter hoogte van boring 1 en 2, de bodemlaag tot een diepte van 0,5-1,0 m-mv is onderzocht. Er is geconstateerd dat in deze monsters de streefwaarde voor lood licht overschreden wordt alsmede de tussen- waarde voor koper. De verontreiniging bevindt zich deels onder de huidige bebou- wing en is mogelijk perceelsgrensoverschrijdend.

De omvang van de verontreiniging van de grond is binnen de perceelsgrenzen vol- doende in beeld gebracht. Er is sprake van een ernstig geval van verontreiniging.

Gelet op de ligging van de locatie in de oude binnenstad van Zierikzee (diffuse verontreiniging) wordt afbakening van het gehele geval niet noodzakelijk geacht.

Ernst en urgentie

Gelet -Op -de- - overschrijding van- -de intervent-iewaarden in - do- grond- en het voldoen aan de volurnecriteria zoals gesteld in de Circulaire streef- en interventiewaar- den bodemsanering (Staatscourant 2000, nr. 39) is er volgens de Wet bodembe- scherming sprake van een geval van ernstige bodemverontreiniging. Een sanering is noodzakelijk.

Op basis van de Handleiding Urgentie van bodemsanering is nagegaan of er sprake is van actuele humane risico's, actuele ecologische risico's en verspreidingsri- sico's. Zie bijlage 7, Circulaire saneringsregeling Wet bodembescherming beoorde- ling en afstemming (Staatscourant 1998, nr. 4 ) .

Bij het huidig en toekomstig gebruik zijn er geen actuele humane en ecologische risico's aanwezig. Ook is erg geen verspreidingsrisico aanwezig. Het geval van bodemverontreiniging is daarom niet urgent.

Uit het meldingenformulier blijkt echter dat het voornemen bestaat zo spoedig mo- gelijk na het in werking treden van de beschikking te beginnen met de sloop van het huidige pand, waarna aansluitend de nieuwbouw zal starten. Daarom bepalen wij pro forma dat binnen vier jaar met de sanering moet worden begonnen.

Saneringsonderzoek

Er is geen saneringsonderzoek uitgevoerd. Aangezien de verontreiniging wordt gesaneerd in combinatie met de herinrichting van het terrein waarbij als lei- draad "Van Trechter naar Zeef" is gehanteerd, is de uitvoering van een sane- ringsonderzoek voor ons niet noodzakelijk. Het beleid zoals omschreven in "Van Trechter naar Zeef" is inmiddels vastgelegd in het "Besluit locatiespecifieke omstandigheden" (staatsblad 2002, nr. 192) alsmede de "Regeling locatiespecifie- ke omstandigheden" (staatscourant 2002, nr. 195) .

Saneringsplan

Voor de sanering van de verontreiniging is in november 2002 door SMA Zeeland BV een saneringsplan opgesteld (824040, 18 november 2002). Per faxbericht van 2 december 2002 heeft een aanvulling op het saneringsplan plaatsgevonden. Het saneringsplan heeft betrekking op het saneren van de sterke grondverontreiniging met zware metalen. De aanvulling op het saneringsplan geeft aan dat ter plaatse van de aan te leggen patio's op dezelfde wijze zal worden ontgraven als ter plaatse van de tuinen.

Als terugsaneerwaarde worden de bodemgebruikswaarden gehanteerd voor gebruiks- vorm 1, wonen en intensief gebruikt groen. Bij de te realiseren bebouwing wordt ter plaatse van de funderingsbalken om civieltechnische reden ontgraven tot cir- ca 1 m-mv. De overige eventueel aanwezige verontreiniging wordt geisoleerd door de bebouwing.

Ter plaatse van de tuinen (inclusief patio's en tuinpaadjes) wordt in eerste instantie ontgraven tot 0,5 m-mv. De putbodem wordt bemonsterd en geanalyseerd.

Indien nog niet voldaan wordt aan de bodemgebruikswaarden wordt verder ontgra- ven, totdat de leeflaag van 1 meter dikte gerealiseerd kan worden. Indien ver- ontreiniaina in de bodem achterbliift dient een signaleringslaag te worden aan-

(3)

gebracht. Ter plaatse van de aan te leggen parkeerplaats wordt na het aanbrengen van een signaleringslaag de verontreiniging gelsoleerd door de verharding van de parkeerplaats.

De uitkomende grond wordt op een tijdelijk depot geplaatst, bemonsterd en geana- lyseerd. De bestemming van de grond wordt aan de hand van de resultaten bepaald en zodra bekend gemeld aan de provincie Zeeland.

Ter plaatse van de te realiseren tuinen wordt de put aangevuld met tuinaarde waarvan de milieuhygienische kwaliteit minimaal voldoet aan de bodemgebruiks- waarden, hetgeen door middel een kwaliteitsverklaring wordt aangetoond.

Vanwege de ligging van de locatie in een vanuit archeologisch oogpunt waardevol gebied zullen de graafwerkzaamheden onder toezicht van een erkend archeoloog wor- den uitgevoerd.

Tijdens de ontgraving wordt rekening gehouden met de eventueel op het te ontgra- ven gedeelte aanwezige kabels en leidingen.

Tijdens de werkzaamheden worden de noodzakelijke veiligheidsmaatregelen genomen.

De totale sanering wordt milieukundig begeleid.

Binnen 6 maanden na afloop van de sanering wordt een evaluatierapport opgesteld en ingediend.

Na afronding van de sanering geldt voor de tuinen dat, indien verontreiniging achterblijft, niet dieper wordt gegraven dan de leeflaag van 1 m-mv.

De isolerende voorzieningen (parkeerplaats) dienen in stand te worden gehouden.

Graafwerkzaamheden in de verontreinigde grond (onder de parkeerplaats) zijn niet toegestaan.

De kadastrale aantekening van de verontreiniging blijft, vanwege het achterblij- ven van verontreiniging, ook na de sanering gehandhaafd voor die terreindelen waar sprake is van ernstige verontreiniging.

Indien in de toekomst het gebruik van de locatie wijzigt dient dit gemeld te wor- den aan de provincie Zeeland. De geschiktheid voor de gewijzigde gebruiksvorm wordt op dat moment opnieuw beoordeeld. Dit geldt met name voor de aan te leggen parkeerplaats.

Evaluatierapport

Overeenkomstig artikel 6.3, eerste lid onder a, van de Provinciale milieuverorde- ning Zeeland dient uiterlijk 6 maanden na beeindiging van de saneringswerkzaamhe- den een evaluatierapport (in drievoud) bij ons te worden ingediend.

Kadastrale registratie

De verontreiniging bevindt zich op een gedeelte van het perceel kadastraal bekend gemeente Zierikzee, sectie L , nummer 242.

Op de bij dit besluit gevoegde kadastrale kaart is het betrokken perceel aangege- ven. Overeenkomstig artikel 55 van de Wet bodembescherming is een afschrift van dit besluit gezonden aan het kantoor van de Dienst van het Kadaster en de Openba- re Registers ter vermelding van een aanduiding van de aard van dit besluit bij het betrokken perceel in de kadastrale registratie. Het besluit zal in deze regi- stratie worden geregistreerd onder de code WBD (d.w.z. het besluit betreft een gedeelte van de percelen).

Rechtsbescherming

Tegen dit besluit kan door belanghebbenden schriftelijk bezwaar worden gemaakt.

Het bezwaarschrift dient te worden gericht aan:

Gedeputeerde Staten van Zeeland Stafafdeling KJB

Postbus 6001

4330 LA MIDDELBURG

(4)

In het bezwaarschrift dient tenminste opgenomen te worden:

• n a a m • - •

• adres

• datum

• tegen welk besluit bezwaar wordt gemaakt

• waarom bezwaar wordt gemaakt

• handtekening

Het bezwaarschrift moet binnen zes weken vanaf de dag na de dag, waarop de be- schikking ter inzage is gelegd, ingediend te worden. Overschrijding van de ter- mijn kan er toe leiden dat met de bezwaren geen rekening meer wordt gehouden.

Indien overwogen wordt bezwaar te maken, kan desgewenst een informatiefolder worden toegezonden (telefoonnummer 0118-631700).

Gedurende de behandeling van een bezwaarschrift kan op grond van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht, juncto artikel 36 van de Wet op de Raad van State, een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening worden ingediend. Dit verzoek moet worden gericht aan de voorzitter van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State, Kneuterdijk 22, 2514 EN 's-Gravenhage.

Inwerkingtreden besluit

Dit besluit treedt in werking als de bezwaartermijn (zes weken) is verstreken, tenzij binnen die termijn een verzoek om een voorlopige voorziening is gedaan. In dat geval treedt het besluit niet in werking, voordat op dat verzoek is beslist.

B e s l u i t

• De verontreiniging van de bodem op de locatie Zuidwellestraat 33-35 te Zierik- zee (kadastraal bekend gemeente Zierikzee, sectie L, nummer 242 is een ernstig geval van verontreiniging.

• Aangezien op korte termijn saneringsmaatregelen worden getroffen, wordt het tijdstip van de sanering pro forma bepaald, in die zin dat met de sanering zo spoedig mogelijk docht uiterlijk binnen vier jaar na afgifte van deze beschik- king dient te worden begonnen.

• Met het saneringsplan voor deze locatie stemmen wij in.

• De aanvang van de feitelijke saneringswerkzaamheden dient een week tevoren schriftelijk bij ons te worden gemeld;

• Een week voor de aanvang van de feitelijke saneringswerkzaamheden dient de be- stemming van de verontreinigde grond schriftelijk aan ons te worden gemeld.

• Binnen een half jaar na afronding van de sanering dient een evaluatierapport (in drievoud) aan ons te worden toegezonden, waarbij afzonderlijk wordt gerap- porteerd over de sanering van de bodem en - op een later tijdstip - over de sa- nering van het grondwater.

• Wijzigingen van het gebruik of van de omstandigheden op de locatie Zuidwel- lestraat 33-35 te Zierikzee dienen aan ons te worden gemeld.

• "'Na afronding van de sanering dienen de isoleren'de voorzieningen in goede orde in stand te worden gehouden. Tevens mogen er geen graafwerkzaamheden in de verontreinigde grond worden verricht.

(5)

• Deze beschikking wordt tezamen met een kadastrale kaart, waarop de bodemveront- reiniging is aangegeven, aangeboden aan'de Dienst van het Kadaster en de Open- bare Registers.

Gedeputeerde'i Staten7, namen-s dezen1,

m r / ' C . J . M e i j l e r ,

br'oofd a f d e l i n g M i l i e u h y g i e n e .

(Z1167600175)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Ten aanzien van de risico's als gevolg van de activiteiten zijn wij van mening dat wanneer binnen de inrichting conform de aan deze vergunning verbonden voorschriften en andere

De omgevingsvergunning moet worden geweigerd indien de activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a Wabo niet voldoet aan de in artikel 2.10 Wabo

Ten aanzien van de risico's als gevolg van de activiteiten zijn wij van mening dat wanneer binnen de inrichting conform de aan deze vergunning verbonden voorschriften en andere

Hierin staat de resultaatsverplichting vermeld, namelijk het saneren van het grondwater van de bron en de pluim tot 7 meter diepte voor zover de concentraties hoger zijn dan

Conform artikel 39d, eerste lid Wet bodembescherming moet, indien na de sanering verontreiniging in de bodem is achtergebleven en indien in het evaluatieverslag is aangegeven dat

Vanuit bovenstaand achteraf gebleken te optimistische scenario ten aanzien van de financiële positie heeft SOZ zich in 2007 vooral beziggehouden met de samenwerking met

Voor het voorkomen of zoveel mogelijk beperken van de nadelige gevolgen voor het milieu, die kunnen worden veroorzaakt door opstarten, lekken, storingen, korte stilleggingen,

Op 12 november 2018 (laatstelijk gewijzigd 9 januari 2019) hebben wij een aanvraag om een omgevingsvergunning voor het bouwen van een bouwwerk, alsmede voor het veranderen van